De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 2 juni pagina 1

2 juni 1928 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

F\e Groene Amsterdammer <Bc_xAVeekbIad voor- Nederland Sinds meer dan vijftig jaar aan de apita der weekbladen . . . ." ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNRAMP Redacteuren: H. BRUGMANS, M. KANN EN TOP NAEFF Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM KEIZERSGRACHT 333 Uit.: N.V. DE GROENE AMSTERDAMMER AMSTERDAM. C. Het meest gevraagde merk OPGERICHT IN 1887 No. 2661 ZATERDAG 2 JUNI 1928 De Schouwburgruimte in de hoofdstad door Dirk Verbeek Co-directeur van het Vereenu/d Tooneel, vaste bespeler v<t» den Hotel Duin en Daal" - Bloemendaal Str. koud en warm water op alle kamers PRIVÉBADKAMERS - Telefoon 22223 Een ,,Museumtheater" of niet? ALLE goeie dingen bestaan in drieën all three are one, zegt Kipling en dus is de wenschelijkheid van een Museumtheater in drieën te splitsen: 1. We hebben een mooien, nieuwen schouwburg noodig. 2. We hebben een opera noodig. 3. We moeten iets bouwen op het Museumplein. Stellingen nummer een en twee zijn gemakkelijk te bewijzen en als ze eenmaal bewezen zijn, ligt het bewijs voor stelling nummer drie klaar. Voor het geven van groote voorstellingen van welken aard dan ook bezit Amsterdam, behalve den Stadsschouwburg, het Paleis voor Volksvlijt en als men wil het circus Carré. Het laatste gebouw is echter hoogstens geschikt voor eeu revue; tooneel noch opera kunnen er gedijen. Ik weet niet wat in Carréslechter is, de zaal of het tooneel; maar slecht zijn ze alle twee. Het Paleis voor Volksvlijt is nu niet direct een schouwburg, waar we trotsch op moeten zijn. Het komt overeen met de Volksoper in Weenen. waar meestal groot gemonteerde operettes gegeven worden, maar waar het aantal plaatsen ongeveer twee maal zoo groot is. Rest de Stadsschouwburg, die overbelast is, d.w.z. dat er tijdens de seizoenmaanden zooveel aanvragen om avonden zijn, dat daar nooit aan kan "worden voldaan. Behalve het onbruikbare Carrébezitten boven dien Stadsschouwburg en Paleis te weinig zit plaatsen om groote, dure uitvoeringen financieel mogelijk te maken. Toen Tuschinsky zijn prachtig filmpaleis bouwde in de Beguliersbreestraat hebben heel wat voor zichtige menschen hun verstandige hoofden ge schud. Maar de heer Tuschinsky blijkt achteraf de zaak niet slecht begrepen te hebben en zeker mag hij een groot percentage van den toeloop van zijn publiek schrijven op de aantrekkingskracht van. zijn gebouw. En even zeker zal hij het niet betreuren dat hij het aantal plaatsen in zijn theater /.oo groot mogelijk maakte. Iemand, die voor liet eerst Parijs bezoekt, zal ongetwijfeld een avond naar de groote opera gaan; omdeoperate hooren? Och ja, dat ook, maar toch in de eerste plaats om het gebouw te zien. Wat het Tuschinsky-theater in Amsterdam op bioscoopgebied is, zal het Museumtheater op schouwburggebied zijn. Als andere schouwburgen, die weinig of geen of zelfs negatieve aantrekkelijk heid bezitten, daardoor in het gedrang komen, dan is dat jammer voor die schouwburgen maar niet voor den Amsterdammer. Dat het Museumtheater voor het Concertgebouw concurrentie zou beteekenen, zooals de heer P. E. van Putten Jr. in De Groene, Amsterdammer van 7 April 1.1. kwam vertellen, is natuurlijk onzin. Voor zoover mij bekend wordt het Concertgebouw nooit verhuurd voor tooneel- of operavoorstellingen, voor operettes, revues, balletten, enz. Wat deze heer voorts vertelt van plannen tot verbetering van den Stadsschouwburg, die ergens klaar moeten liggen, behoort evenzeer tot het rijk der fantasie. "Het tooneel heeft geen enkele verbetering noodig en de zaal kan niet verbeterd, op een uitbreiding van het orkest na, maai' waarvoor dan weer plaatsen zouden moeten worden opgeofferd. Moge lijke verbeteringen, van den Stadsschouwburg be treffen bergruimte, liften, decoratelier, repetitie ruimte. We hebben een Xederlandsche opera noodig. Behalve de Wagner-vereeniging. die, zooals de heel- Wibaut berekent, een 20-tal voorstellingen per seizoen zal geven (met of zonder de mede werking van het Concertgebouw-orkest ) en de Italiaansche Opera, die zoo nu en dan in Amster dam een uitvoering geeft, heeft Amsterdam Keen opera-voorstellingen. is die toestand onzer stad waardig!' Dat zal toch geen enkele waarachtige Amster dammer, die van zijn stad houdt, mecncn. Willem Mengelberg en zijn orkest zijn wereldberoemd. Waarom zouden we ook uiet kunnrii slagen op opera-gebied!' Maar als er werkelijk behoefte aau een opera bestond, dan zou die er toch wel zijn!' Neen. want die zou geen tehuis hebben en zonder tehuis geen opera. Was Willem Meiigelberg's orkest beroemd. voorziende in een. behoefte en. heeft men er toen een Concertgebouw voor neergezet i1 Neen; er was een Concertgebouw en daarin is Mengelberg met zijn orkest in den loop der jaren beroemd geworden. Als er een opera-huis is. zal er een, opera in kunnen bestaan en goed kunnen worden; niet andersom. De behoefte aan ontspanning, vermaak, kunst moet yecreëenl worden. /ij /«'staat niet a priori; zij o/f/staat. Wij hebben geen leider:' Die leider zal komen. zooals eerst Willem Kes en later onze bewonder de Mongelberg gekomen zijn. Ik zou over dr exploitatie- van het Museum theater nog kolommen vol kunnen schrijven, maar daarvoor mis ik de plaatsruimte en ik zou te veel in technische details moeten vervallen. Er rest mij alleen nog maar het bewijs te leveren voor mijn derde stelling: wc moeten een schouw burg bouwen op het Museumplein. Als wij het er over eens zijn. dat we ecu nieuwen. grooten. schouwburg noodig hebben en dot het tijd wordt, dat wij een opera krijgen, waai- kunnen we dien schouwburg dan beter bouwen dan op het Museumplein ? In de eerste plaats Verschuift het centrum deistad zich in de richting' van het Museum en het is van het grootste belang, dat de nieuwe schouwburg in het centrum ligt. In de tweede plaats is er nergens in de stad zoo'n mooie plek U: vinden, Kn in de derde plaats geloof ik niet in het plan van onzen vereerden Bauer. lli.j wil een. soort van l'aic Monceau, zooals in Parijs. Maar de oppervlakte van dit beeldige Parijsche parkje is veel en veel grooter dan het Museumplein. Kn toch doet het Pare Monceau heel klein aan. .Bovendien zullen wc. toch altijd tegen de Van Baerlestraat aan een DE GROENE AMSTERDAMMER Prijs per jaargang ?10.?bij vooruitbetaling. Per No. 25 Cent. Advertentiën ?0.75 per regel. Postgiro 72880, Gem.-Giro G 1000. INHOUD: I. D. Verheek, Schouwburg-ruimte. 2. Dr. Joh G. Salornonson, ut' psvc/iolo^ie i'un het huwelijk. 3. Aanteekeninxen Joh. Braakensiek, ,,llaliaansiit fruit". 4. H. J M. Walenkamp Czn., De Beun en het Rijksmuseum. 5. Dr. Jac. P. Thijsse, Het Brouwerskolkje. 6. Dr. R. Feenstra, Tikblaadjes. 7. A Plasschaert, Schilderkunst ?- Mr. Frans Coenen, Kroniek. 9. tuis. M. Rogge, Voor Vrouwen. 10. Herman Middendorp, Boekbespreking. l I. L. J. Jordaan, Holland Uruguay O?2. 12?13. Barbarossa en C. F. van Dam, Olympische Spelen. 15. Prof J. H. Jurres, Schetsbockblad. l'J. C. A. Klaasse, Amerika en wij; Beursspiegcl. 21. Melis Stoke, De huitenlandsche journalisten Charivarius, Geschiedenis des Vaderlands. 23. Uit het kladschrift van Jantje A/ida Zevenboom's Croquante croquetjes. 24. Cel 2, Telefoon Charivarius, Chariraria. Omslag: Spelproblemcn. Bijvoegsel: Joh. Braakensiek, De nas-vergiflining in Hamburg. s/'ee.c/s Bonbons RINGERS Let' op den naam afsluitend gelxulW moeten hebben, tegenover hel Concertgebouw. C)l' zou daar een monumentaal hek nu K-ten komen!' liet lijkt mij uitermate vreemd. KM. zijn beide denkbeelden niet t e comhineeeivii 'i lloc dit zij. de argumenten voor een. Museumtheater o]) het Museumplein lijken mij Zoo vele en zoo klemmende, dat ik bijna vrees dat er niets va komen zal. \\Ylkc zaak is er op haar mérites allee ooit gekomen? Laten we hopen, dat er spoedig ee niets ter zake doemlc argument wordt vernomei dat den doorslag geef l om tot den. houw te besluite) QOKTEttED:J.'-POESKE: ZANOBLAD-SICAREN enlOcts

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl