De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 9 juni pagina 17

9 juni 1928 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

NP. 2663 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 9 JUNI 1928 Olympische spelen door G. F. van Dam Baron A. Schimmelpenninck v. d. Oye, Voorzitter van het N.O.C. ,,Wir sicgen ..." HEEL ernstige en beschaafde menschen spreken met elkander over de gewichtige en gewone dingen des levens en een oppervlakkig toe schouwer zou meenen, dat er geen wedstrijd Duitschland?Uruguay was geweest. Maar er moet maar een heer met gemillimeterd haar of een platte zeilpet, een automobiel met Duitsche nummer- en letterteekens voorbijgaan of de brandende lucifer ligt weer in het stroo. Dan zijn zij onmiddellijk olympisch bezig. Nadat de Duitschers Zondag j.l. het Damrak met hun ,,Wir plegen. ..." onveilig hadden gemaakt, daarna in het Stadion bij een demonstratie van abattoir-voetbal, alles hadden verlo ren, zelfs de eer, zijn de berichten steeds schokkender geworden, liet laatste: dat de uit het veld verwij derde Duitschers door don Duitschen Voetbalbond zullen worden geschorst. De mededeeling, dat zij door beroeps boksers worden vervangen is waar schijnlijk uit de lucht gegrepen. Het is jammer, ook van die menschen. En wij hadden zulke goede verwachtingen, nadat wij deze regels van den heer, die Duitsche artikelen schrijft in De Telegraaf", lazen: Die Deutsche Mannschaft ist in bester Verfassung. Sie führt draussen in Zandvoort an der See ein herrliches Freiluftleben, belreut von ihrem Trainer Nerz, beaufsichtigt von zwei eigenen Sportdrzten, unter ihnen den Berühmten Dr. Brustmann, der erst eigentlich Peltzer zu dem Weltrckordtiiufer machte, der er ist. Ein deutscher Koch bereitet die Mahlzeiten, selbst eine Quarzlampe und ein Meistermasseur (Schuldt) sind aus Dcutschland mitgenommen worden. Ks wird nicht nur sportlich, sondern a.uch sporticisscnschaftlich gearbeitet, studiert und M uterial gesammelt". Hoevele spijkers uit de knieën der TJrugeezen moesten worden getrokken, wanneer de Duitschers eens niet sportwetenschappelijk te werk waren gegaan, valt slechts te gissen. Den volgenden keer is het wellicht eens te probeeren met Thomas a Kempis of Epictetus. Allicht lukt het dan beter. En die lieve tegenstanders. Wij wilden het nooit gelooven, maar de feiten hebben het bevestigd: de Uruguayers zijn lammeren, met een ver rukkelijk zacht, donzig velletje, die nimmer een vlieg kwaad doen. Deze jongelieden gaan nu niet meer, na afloop der wedstrijden, met de autobus naar Velserbeek, maar zij vliegen daarheen met zacht, melodieus ge klepper van snoezige vleugeltjes, dio zij sinds Zondag plotseling blijken te bezitten. C. van Rossem, Atg. Secr, N.O.C. Die dotten ! Die honneponneii. Het klinkt een beetje overdreven, maar toch zijn zij dat in vergelijk niet ^ van de sportwetenschappelijke Duitsche Mannschaft", die op dien gedenkwaardige!! middag zoo ver schrikkelijk noodig aan sport moesten doen. Dat voetbal eenigszins ruw kan zijn, weten wij allemaal. Er is niet voor niets een scheidsrechter noodig. Hebt U ooit behoefde aan zoo'n man wanneer U klok-en-hamer, ganzen bord, kien of dam speelt? Maar bij voetbal kan het wel eens een keertje hard toe gaan. In het uitzicht daarop loopt het Stadion vol. Tot Zondag j.l., waren velen in hun verwachtingen teleurgesteld. Er werd ,.fair" en sportief gespeeld. Misschien hebben de Slaven van over de Oost grens gemeend, dat het publiek zich bekocht moest gevoelen en zij hebben getracht waar voor het geld te leveren Zij zijn daar redelijk in geslaagd Zooals het publifk de aanvoerders van Duitschland en Uruguay voor den wedstrijd zag en hoe zij zich gevoelden Vacantieklacht door MELIS STOKE Ik ben alleen in stad. . . . Naar buiten zijn de mijnen. Mij resten slechts dit huis, n kat en twee konijnen. En suffig tikt de klok de lange weken af Ken kater brengt mijn kat een klagelijke aubade. 't Konijnentweetal knaagt eentonig zijn satade, en in mijn kamer hangt de stilte van het graf. Op 't ordelijkst geschikt staan de geboende meubelen, en nergens zwerft een pop of af fat van het fröbelen. Juk bock staat op zijn plaats, 'k Hoor niet het lichtst gedruisc1.', Nu heb 'k dien toestand (hts waar ik zoo vaak naar haakte. wanneer de kinderen een lielsch spektakel maakten, en niet kun speelgoed sjouwden door het heele huis. Hoe vaak werd deze zang niet feestelijk geboren onder zóó'n groot tumult dat ik kon zien noch, hooren, en tusschen elk couplet moest strijden om 't gezag. 't Is met mijn muze zoo, dat zij alleen kan kweelen, wanneer haar meester haar den arbeidstijd doet deelen met de beteugeling van jeugdig wangedrag. ATM zit ik met mijn kat en suffige konijnen en trek op 't wit papier gedachtelooze lijnen. . . . Ondanks de handicap was 't wekelijksch werk zeer licht .... Vergiffenis redacteur... 't M oog sabotage schijnen, ii,aar het gezelschap van mijn kat en tu-ee konijnen on'neemt mij elke kracht voor 't wekelijksch gedicht. Nieuwe uitgaven Dr. K. Miedcma. Christus in de Beel'lende Kunst, Van dorcum en Co., Assen. 1027 Dit werkje, een ,,vlugschrift van de studieclub van moderne theologen", is eei! sobere, hoewel hier en daar iets te veel met aanhalingen overladen, voor dracht die eerderteu doel heeft bel uigwekkende vergezichten te openen, dan wel naar bepaalde slotsommen heen te sturen of een volgens strengen chronologischen regel geordende, inleidende studie te geven. Uitgaande van enkele tijdvakken en kunstenaars die zijn bizondere voorliefde hadden, is de schrijver gaan denken over de velerlei merischlijke en meer dan menschlijke verbeeldingen van. den Christus, door volken, tijden, klassen en personen. Merkwaardig is het vooreerst te zien hoe deze voorstellingen zich bijna steeds afzijdig houden van bijbclverklaringen of dogmon. 7<oo zal, om liet eenvoudigste voorbeeld te nemen, de leer van ,lezus' volmaakte goddelijkheid door de plastiek niet aanvaard kunnen worden, daar in liet beeld het menschelijke niet weg te vagen valt. Zoo zal, om iets positiefs aan to voeren, het verlangen van den ontwrichten modernen naar de ge dachte (.Ier Opstanding uitgaan cii zal hij zich vol liefde wijden aan den tragisclieii triomf van het K ruis,zonder dat hem een dergelijke zienswijze bij voorkeur tevoren door de theologie werd opgelegd, /oo zal de socialist allereerst denken aan den kameraad, den volksvriend die door een huichel achtige heerschende kaste den marte laarsdood vond. Dr. Miedema geeft voorbeelden als deze. liet ze verluchten door een vijf tiental afbeeldingen en geeft er zijn. overwegingen bij. .Meer heeft hij niet willen doen, en het is juist doordat de keuze van de op de voorgrond li'eslelde, uitingen zeer persoonlijk en wille keurig bleef, dat' deze lezing aan zijn bedoeling van gedachten opwekken beantwoordt. Ken exakte titel (hoewel natuurlijk om redenen van beknopt heid te verwerpen) zou luiden: een aantal uitbeeldingen van Christus den man. als uitgangspunt genomen tot enkele algemecnc opmerkingen. Dit waardevolle boekje werd ruim en smaakvol gedrukt. lik BHUtiMAN.S Lc Fauconni'.'r; inleiding van Jules Iionidins; Scheur, uilgever Iemand, cue den invloed van L»; Faucoiuiier zou vergeten op de nieu were Hollandsche schilderkunst, zou iets vergeten van werkelijk belang. De nieuwere Hollandsche schilder kunst vertoonde, en vertoont inder daad nog, sporen van het werk van dezen Franschen schilder, die jaren lang in Holland verbleef. Daarvoor waren verschillende redenen. Ten eerste is Li; Fauconnier een ctilorint van beteekenis, en wij, die zijn bloem stukken kennen met hun klankrijke zwaarte van kleur, begrijpen, dat reeds daardoor een invloed mogelijk was. Die kleur, rijk, werd tragisch en bleef rijk, in de schilderingen als ,,de geboorte" etc. De vorm van Le Faucoimior was, toen hij pas in Holland kwam, de vereenvoudigde van den culjisf. Ook als zoodanig is >e Faueonnier's invloed onbetwistbaar. Xatuurlijk waren ook wij jiande neiging tot den grooteii, sa.ungevat.ten vorm toe. anders zonden wij ze niet toege past hebben. Maar l .u Fnuconniei bracht dat cubisme toch, vereend met een belangrijke kleur. Dit zijn dingen. die in een juist begrip van den gang dor schilderkunst niet weggelaten kunnen worden. Het boek, met de inleiding van Jules Komaiiis, herinnert ons aan dezi gaven en aan dezen steun aan de llollandscbe schilderkunst. Dat is de eerste waarde van dit werk. dat in het bezit moet. zijn van ieder, die zich \ ooi zulke dingen interesseert. Ten tweede geeft het een overzicht van den c ml wikkelingsgang van den schilder dooi de reproducties, die chronologisch zijn geiaiigschikt. en dat is bel tweede nut van dit noodige boek. ri.AS.SCHAKKT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl