Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 1-6 JUNI 1928
~No. 2663
T o o nee l
Prosper Arents. ,,Zooals
Pilatus", met een inleiding door
Ernst W. Schmidt. Antwer
pen. Het Tooneel". 1927.
Zooals Pilatus". Wij, noorder
lingen, hooren in dezen titel misschien
rijkelijk veel gerucht voor een omelet,
*n dan nog wel voor deze. Maar dat,
.rwaardoor Pilatus in de
wereldschiedenis voorgoed zijn plaats gekregen
.heeft, wordt in onzen in meer dan
n zin afstanden overbruggenden
"tijd, in onbeschroomde gemeenzaam
heid nader tot ons gebracht. Kijden
-hier thans in Brussel niet reclame
wagens over den Boulevard, om ons te
doen weten, dat ,,Le Roi des Bois"
.geprolongeerd is ! Le Roi des Bois-'
'is een film van het leven vpjn Jezus,
die een paar weken langer op het
.affiche zich handhaaft dan in de a
bioscoop er vlak naast Le frisson
?d'amour", die het reeds moest
op.geven, maar, gelijk zoo ter snede in
Le Roi des Bois voor ons op 't doek
geprojecteerd wordt, wij moeten im
mers, naar Jezus' eigen woorden, het
?evangelie prediken aan alle creaturen.
En dat duurt in een groote stad als
Brussel, zelfs met ,,spectaele perma
nent" van drie tot elf uur, wsl een
paar weken.
Zooals Pilatus" dus. Wat weten wij
van Pilatus? Dat hij zijn handen
waschte. (Hoe te verklaren, dat er nog
.geen Pilatus-handdoeken" in den
handel gebracht zijn?)
Ook het hoofd van de school in dit
Vlaamsche stuk wiesch zich de handen;
jnen zou zelfs bijna kunnen zeggen:
.met madeira. Maar waartoe u te ver
tellen, hoe hij en de voorzichtige,
.listige schoolopziener een glaasje
ma?deira drinken, als zij, door een
on-schuldige te intimideeren, er in ge
slaagd zijn, het schandaal, da.t voor de
school dreigde uit den zelfmoord van
het door een getrouwden onderwijzer
verleide dochtertje van de conciërge,
te bezweren? Nu moest hiertoe, wel is
waar, de doctor, die de lijkschouwing
-deed, stomdronken zijn, zoodat hij
niet'bemerkte, dat het meiske zwanger
was, en tot een bij ongeluk in het
water geraken concludeerde. Maar als
?de auteur ons verzekert, dat de
wetsdoktèr" dronken was, en Anneke's
.moeder verklaart, dat zij niets rook
?dan genever", wat zal ik dan trachten
.alsnog dezen drinkebroer droog te
leggen? Waardoor ook den
school? opziener en het hoofd der school hun
:madeira zou ontgaan, hun handen
ongewasschen. zouden blijven en
Pila:tus van den omslag moest verdwijnen.
Ik zou over dit stukje waarschijnlijk
niet schrijven, als het- niet in de
uitrgave in boekvorm voorafgegaan werd
door een inleiding", die n merk
waardig is wegens de openhartige
?critiek, die daarin op het stuk zelf
; gegeven wordt, n eenige punten
aanToert, waarbij ik een paar
kant:teekeningen zou willen maken.
Laat ik dus ook zooals Pilatus"
'ten opzichte van dit tooneelstxik mijne
handen wasschen en den auteur ter
berechting aan zijn inleider" over
laten. Hij acht den zelfmoord van het
.meisje niet voldoende gemotiveerd,
,(wat ik nauwelijks met hem eens zou
zijn), meent, dat de figuur van de
hoofdpersoon, het hoofd van de
;school te zeer de andere figuren in
de ' schaduw stelt, wat met zich
bracht een zekere verwaarloozing van
psychologie dezer figuren", en laakt
he*b slottooneel rondom de
madeiraflesoh met de verregaande gevoel
loosheid, een haast onwaarschijnlijk
inionstrueus egoïsme,, niet meer door
beroepsdeformatie te verklaren". En
dan gaat de inleider verder: Door de
mentaliteit, het egoisme, het materia
lisme (cursiveering van den inleider)
van de meeste der figuren behoort dit
spel tot het nieuwe tooneel".
Tevoren hoeft de inleider de uiterst
subtiele onderscheiding gemaakt
tusschen modern en nieuw tooneel.
Modern is het strijdthoater, dat een
bepaalden vorm lanceert, om den vorm,
en verdwijnt zoodra die vorm uit de
mode is; vorm is mode" Tiet
nieuwe theater echter bekommert zich
niet om den vorm," maar groeit uit
den nieuwen inhoud, uit het wisselspel
van den nieuwen mensch".
Dit is alles goed en wel, als men
maar begrijpen wil, dat die zooge
naamde nieuwe mensch slechts van
belang is en blijven zal, voor zoover
hij het algemeen-menschelijke ge
meen heeft, met welken ouden"
mensch ook, en dat het verschil
tusschen hen beider toch ook ten slotte
neerkomt op een verschil in vorm, n
den vorm, waarin dat
algemeenmenschelijke telkens, in elke periode
van de geschiedenis van den mensch,
zich projecteert.
Onze inleider" acht het gevoels
leven (van de figuren uit dit stuk) of,
juister, de afwezigheid van gevoels
leven, hun verregaand cynisme, te zijn
van onzen lieven na-oorlogschen tijd".
Maar deze figuren, de zwakheid
hunner teekenirig en van heel dit
stuk, waardoor het met een meester
werk niet te vergelijken is. nu daar
gelaten, zijn niet gevoelloozer cyni
scher dan bijvoorbeeld die van
Becqul's Les Corbeaux", dat meer
dan een halve eeuw oud is. De vorm,
waarin zich die gevoelloosheid uit, is
uit den aard der zaak, anders. Ik
geloof er trouwens niet aan, dat de
menschheid in de eene periode ge
voeliger" zou zijn dan in een andere.
Speurt men diep genoeg, dan zal het
een andere verdeeling, als dit woord
hier toelaatbaar is, van het gevoel,
een concentreeren op andere objecten
blijken te zijn. Xou men in
ultragevoelige, romantische perioden van
de menschheid niet als tegenwicht, bij
diepgaand onderzoek verregaande ge
voelloosheid vinden in verhoudingen,
die minder, dan de in alle vormen van
kunst geprojecteerde aan de opper
vlakte komen? Natuurlijk is het niet
noodig, in een kunstwerk ons die
eventueele tegenwichten" in al huil
zwaarte te doen voelen. Elk
kimstwerk is onvermijdelijk in zekeren zin
nzijdig, maar waar ik tegen wilde
waarschuwen meer dan aanstippen
is hier niet mogelijk is de meening.
dat er ooit een geheel nieuwe mensch
zou kunnen ontstaan,
grundverschieden" van alle vroegere. Aan deze
onjuiste meening danken wij zoo
talrijke pogingen op het gebied van
menschenbeelding, die zijn als
ndaags vliegen en sub specie
aeternitatis", hoe -beperkt" men hier die
eeuwigheid ook moge nemen !, niets1
beteekenen.
Het blijft dus het eenig zich her
halende, het telkens eigenlijk onop
houdelijk, maar soms sprongsgewijs
zich duidelijker weer stellend probleem
van den eeuwigen inhoud, in den steeds
wisselenden, zich vernicuwendcn vorm.
De inleider stelt ten slotte tegenover
elkaar: de film vóór alles mimische
kunst, het tooneel vóór alles, de kunst
van het gesproken woord. (Ik cursiveer
deze beide woorden). Daargelaten of
die twee ten eeuwigen dage zoo streng
van elkaar gescheiden zullen blijven,
meen ik toch zeker te moeten opkomen
tegen de formuleering van het tooneel
ZIJ IS MOOI EN TOCH HEEFT ZIJ GEEN SUCCES.
Dat komt, omdat /ij zich niet gewapend heeft tegen de
onaangename gevolgen vaneen overvloedige transpiratie.
(«een enkele vrouw, die aanspraak wil maken op de
naam elegant, mag dit belangrijke onderdeel van haar
toilet verwaarloozeii.
Het is zoo gemakkelijk met het gebruik van
Dit volmaakte'.toiletmiddel is in Vertegenwoordigd voor Nederland
alle coede kappei s- en parfumerie- ,, ,^ , ... ," »V V/'* -?" ,
. ', _ * . , en Koloniën door N. E. v. d.
'.aken verkrijgbaar. Een. proeitube
\vordt U gratis toegezondcA na LAAKEN, Leidschekade 98
ontvangst, van El. 0.20 in postzegels. Amsterdam Telefoon 30372.
Vertellingen uit den Bijbel
DOOR
A G A T H A
GEÏLLUSTREERD MET 16 PLATEN
Ingenaaid f 1.90 Gebonden f 2.50
In Niewo Vrouwrnlrrin lazen wij:
.... geef (l we kinderen) deze verhalen en ge geeft ze iets
mee voor hun leven en herlees zelf de verhalen ook eens:
want uw kinderen zullen l' van alles en nog wat er over vragen.
Dr. II. (J. van Wijngaarden schrijft o.a.: Hij herlezing van
den .Kinderbijbel van Agatha ben ik in mijn oordeel bevestigd,
dat deze minste -S zoo goed is als anderen, die in de laatste
jaren verschenen. Met het gemoderniseerde uiterlijk en de
nieuwe illustraties is de herdruk alleszins verdiend."
UITGAVE VAN:
VanHolkema & Warendorf's U.-M., A'dam
als de kunst van het ..gesproken
woord". Eerder zou men het mogen
noemen de kunst van het gen/tcc/de of
van het verbeelde woord. Men houdt;
dit niet voor muggeiizifterij. Als zij.
die zich beklagen over overwoekering
van het tooneel door de litteratuur,
een in het algemeen ongemotiveerd
beklag, in n opzicht gelijk zouden
kunnen hebben, zou het zijn in beklag
over verkwiMitij run het woord in de
tooneellitcratuur. Machteloosheid tot
het vinden van-Je juiste fraze, lu't
adaequate woord, doet
voor-de-handweg grijpen naar tallooze
aequivalenteii-bij-benadering, die te zeijf/vn.
maar niet te spelen zijn. ..Bezuiniging"
en efficiency" zijn ook hier leuzen
van den tijd, waarover later misschien,
in verband met een ander stuk, nog
wel iets te zeggen zou zijn.
11. (>. v. n. V.
DE BESTE VARIIÏAS