Historisch Archief 1877-1940
No. 2665
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 30 JUNI 1928
SPREEKZAAL
In No. 2664 beschuldigt Dr. A. Vloemans mij
ervan, dat ik een zin uit zijn boek in tweeërlei op
zicht fout citeer.
Ik citeerde dien zin als volgt:
Ondanks de kontinueele verandering, de eeuwi
ge wisseling is er dus iets" dat blijft, een substraat
dat de veranderingen draagt, veroorzaakt mis
schien (,) een diepste fundament, waarheen alle
philosophische problematiek in laatste instantie
verwijst".
Ik liet er een zinsnede op volgen, waarin ik o.a.
schreef: dat problematische iets", dat misschien"
een substraat" is, hetwelk de veranderingen"
veroorzaakt", etc.
Mijn foutief citeeren zou zijn, vooreerst dat ik de
thans tusschen haakjes geplaatste komma heb
weggelaten. Ik kan Dr. V. verzekeren, dat ik die
niet heb weggelaten, maar dat het een zetfout is.
Ten tweede zou ik foutief hebben geciteerd door
zijn zin te verdraaien" in misschien een sub
straat". Dat is kras; immers ik citeer eerst zijn
zin letterlijk (behalve die ongelukkige komma) en
geef er eerst daarna een paraphrase van, waarbij
ik misschien" vóór substraat" heb gezet. Ik heb
daarmede echter om te beginnen niets anders be
doeld te zeggen, dan Dr. V. zelf, n.l. dat het mis
schien een substraat van dien aard was, dat het de
veranderingen veroorzaakte, en verder bedeelde ik
met het aanhalen van deze probleemstelling den
ter zake kundige er op te wijzen, dat Dr. V. nog
spreekt van een substraat" (= onderlaag) waar
hij had moeten spreken van het absolute subject of
de idee, welke niet als onderlaag of fundament"
veranderingen in een bovenlaag veroorzaakt",
maar de zich bewerkende werkelijkheid en waarheid
is. Wat dan ook uit net slot van mijn artikel blijkt.
S. A. VAN LÜNTEKEN
SCHILDERKUNST
Bij Kleykamp, den Haag, Jnr. Smissaert
Ge zoudt kunnen zeggen, dat, hoe ook genoemd,
de Christus voor (Smissaert het bijna uitsluitend
doel werd van zijn schilderkunst. Ten minste ge
ziet hier bij Kleykamp menigmaal deze figuur als
hoofdpersoon op de schilderijen. Sniissaert onder
gaat deze gedachte aan den Christus op ethische
wijze; gansch anders dan de Modernen dus, voor
wie hij meestentijds en bovenal is d'J tragische
mensch. Wanneer hij zóó gezien wordt, en zóó ge
geven, is vele grootheid der figuur van nature
eigen hem zóó te zien, buiten het goddelijke;
desnoods, maakt hem eeuwig-menschelijk, en een
groot toonbeeld van het mcnsehelijko lijden.
Smissaertziethenl echter als den Teederen.den .Mede
lijdende, dsnzachtinoedigen Herder, en hij herhaalt
een menigmaal geschilderde voorstelling op zijne
wijs door hem, Christus, te midd'.;n d"i' kudde,
of dragende een ooilam te schi'deren. Soms geeft
hij dezelfd'J figuur vóór een stad. of den kop alleen.
Ook hem te zien als teedsre, zachtmoedige, mode
lijdende is in do schilderkunst geen onmogelijkheid
waarom zou het dat zij n r1 Maar d'in moet het
wezen van den schilder groot zijn. in die teederheid,
en dan moet die teederheid begrepen zijn buiten
het zoetsappige om, en dan moet de kracht der
schilderkunst een omhullende zijn, en niet te weer
staan. Deze drie laatste dingen mis ik ton
oenenmale bij Smissaert. Dat gevoeld gemis is voldoende
ter kenschetsing van het werk, waarvan de goede
trouw niet te miskennen is, maar da.t ook de eenigo
eigenschap is hier te vinden, en deze heeft geen
macht het werk in welk opzicht ook, tot iets be
langrijks te maken.
Het werk van Mevrouw Kroedelet, stillevens
tegen een bruinen achtergrond of tegen een witten
achtergrond, is werk dat den kritikus op reis ver
onderstelt of met vacantie. Ge kunt alleen zeggen,
dat de stillevens met den witten achtergrond de
schilderes iets meer tot verantwoording jegens
zich zelve dwingen dan die met den bruinen.
Daarmee houdt dan de bespreking op.
PLASSCHAEBT
Veilingen. W. Koelofs Sr.
De laatste veiling bij Krederik .Muller bracht
veel en velerlei. Op het bovenzaaltje hingen te
midden van werken der romantische school"
een aa.ntal studies van den ouden Koelofs, die in
1897 op vijf en zeventig jarigen leeftijd te Herchem
overleed. Zulke studies zijn altijd een genoegen,
omdat ze altijd zuiver zijn. De franse hèimpres
sionisten wilden da^ de schilder zou schilderen
zooals de vogel zi igt. Koelofs is geen fransche
Duitsche Kabinetsgymnastiek
Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan
Muller'n blijkt toch een practisch systeem te zijn!
impressionist, maar hij schilderde eerder dan deze
naar hun voorschrift. 11 ij trok dooi' Holland en het
Koorden van. .Belgiëen streek neer waai' lid
laiulsschap of meel- nog het natuurmoment, hem vast
hield, liet moment: want zijn sujetten, y.i.jn meest
hyper-eenvondig; van de belichting, van de
uimosphoer, van de bewogenheid van hot oogenblikmoest
hij het hebbon.. Geen. hollatidsch schilde]' uit do
vorige eeuw lieeft zoo zeker, zoo vastberaden en
zoo kernachtig de snelst wisselende natuurst
ommingen, vastgelegd, /i.jn vooikeur voor het be
wogen, moment moest \an hem een schilder maken
van studies, maar die studies zijn in zich zelf
compleet. Hij had niet meer te zeggen, dan wat
daarin is uitgesproken. Dit is zijn kracht en zijix
zwakheid. Hij was een driftig schilder; wat hij wilde
vertolken duurde kort en hij zei het kort. maar
krachtig. In Gabriel is het sentiment van l'oelofs
veistild, bezonken en verdiept, maar het lieeft
aan. forscliheid en directheid verloren. Koelofs is
fi-isscher en veelzijdige!' en menigmaal even fijn.
liet «roote publiek waardeert hem matig, hij is
geen schilder van prentjes; nu nog is hij voor oen
appel en een ei te koop. maar wie hom koopt 's
nooit bekocht. Hij is een tegenvoeter van zijn
discieten en delicaten tijdgenoot Jan
Weisscribruch, een /.werver eveneens, maar een die bij uit
stek de hulp zocht van het pittoreske en die dat
vond in vergeten stadjes: Oudewater. Gorcum.
JJo\tol. Ken klein schilderijtje op deze veiling be
wees overigens met hoe weinig ook dc/.e herlevende
scnildc'i' tevreden kau y.ijn. Snulïolaars zullen y.icli
nog een sopiatockening herinneren van Sam
Vervoer. Do romantische ..llauch'' heeft dikwijl:;
hem verleid tot een kleurigheid eu belust heid op
(l'i'cct die wij te gemakkelijk voorzien. .Maar
sepiateekeningirii die hij blijkbaar voor zijn plezier
maakte en waarin hij graag van de schemering
vertelde ('ie neerdaalt, over een stadje aan hel
wat ei-, zijn vrij vart het euvel. Hij was daarin
levendig onbewegelijk; en wie hom met een
schouderophalen voorbij wil gaan, zal y.ich tegen
over deze bekoorlijke en zelfs dichterlijke teeke
ningeii bedenken, /.e kuin >n af en toe op veilingen
voor, g"lijk op d;-y.e. H I'J_\N l.'.S
BRANDBLUSSCHER
"HOLLANDIA"
SPANJAARD&C*
FABRIEK ESPANA
UTRECHT