Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 18 AUGUSTUS 1928
No. 2672
Het leven van Jezus
door Ds. M. G. van Wijhe
ICQRN' VAW DERw3LUy3
lNOORDEIfSDE'162 ?.. '-.l
IDEN HAAG
WONINGINRICt-ITINGEN
Ditlef Nielsen. Der gescMchtliche Jesus
mit einer Einführung: Grundsützliches zur
Leben-Jesu-forschung (Meyer en Jessen,
München 1928).
In Nederland staat het vraagstuk van het histori
sche Jezus-beeld niet meer in het centrum
der belangstelling.
Een boek als het hierboven genoemde, hoe vele
verdiensten het ook heeft, zou door of
voorNederlandsche theologen waarschijnlijk niet geschreven
worden, stellig niet zijn wel echt-duitsche voorrede.
Wij vinden het, gelijk deze Duitscher met zijn
grundsatzlichkeit",niet zoo bijster gemakkelijk om
zoo-maar, zuiver objectief, historische wetenschap
omtrent Jezus te kunnen vaststellen. Al wil dat
natuurlijk niet zeggen, dat de bronnen onzer kennis
voor het ontstaan van het Christendom ni.et zoo
nauwkeurig mogelijk moeten worden onderzocht.
Evenwel: de methode van historisch onderzoek
hangt ten allen tijde samen met het geheel onzer
wereld-en-levensbeschouwing.
Wie de resultaten zijner wetenschappelijke onder
zoekingen vooraf laat begrenzen door dogmata, doet
aan de wetenschap te kort. Omgekeerd: wie meent,
dat de inhoud van zijn geloof is vast te stellen door
historisch onderzoek zonder meer, doet aan zijn
geloof te kort.
De duitsche inleider van dit boek heeft gelijk als
hij de historische wetenschap verdedigt tegen een
Gogarten of als hij het woord van Greszmann aan
haalt: Wie als Barth den Romeinenbrief uitlegt,
terwijl hij bewust van de religieuze behoeften van
den mensch-van-nu uitgaat, die leert ons Paulus
niet kennen zooals hij werkelijk was, maar dien
Paulus, zooals hij volgens Barth had moeten zijn.
Die maakt uit een brief van Paulus aan do Romei
nen een brief van Barth aan zijn gemeente...."
De onmogelijkheid om een leven van Jezus"
te schrijven staat sedert Schweitzer's Geschichte
der Leben-Jesu-Forschung" wel vast. ,,Die Jezus
van Nazareth, die als Messias optrad, de zedelijkheid
van het Godsrijk verkondigde, het hemelrijk op
aarde grondvestte en stierf om aan zijn werk wij ding
te geven, heeft nooit bestaan. Dit is een gestalte,
die door het rationalisme ontworpen, door het
liberalisme in 't leven geroepen en door de moderne
theologie met historische wetenschap bekleed is
geworden.... Slechts de Christus-idee, losgemaakt
van zijn tijdelijke vertolkingen, slechts de geest
van Jezus, zal de wereld overwinnen". Zoo schreef
reeds in 1913 de thans niet alleen als theoloog be
roemde Albert Schweitzer. En zijn leven heeft ge
toond wat hij met deze laatste woorden bedoelde.
Het komt ons voor, dat de duitsche inleider, ook
al beroept hij zich op denzelfden Schweitzer, toch
niet ten volle begrijpt wat de inhoud van het
woord Christus" voor een Schweitzer en voor
anderen is, wanneer hij een zin als Christus is en
blijft het geheim Gods, waarin alle schatten van
wijsheid en van kennis verborgen zijn" verwerpt
als in strijd met de zuivere historische wetenschap
en als verwarrend voor den ongeschoolden lezer,
die op de objectiviteit van den wetenschappelijken
voorlichter vertrouwt.
Eigen dogmatische gebondenheid van theolo
gisch inzicht, thans aan politiek conservatisme,
toont de inleider zelf ten slotte wel zeer duidelijk,
alshijeender interessantste gedeelten van Nielsen's
boek verwerpt n.l. over Jezus als vernieuwer
der maatschappij", omdat de inleider
boudweg met Dibelius verklaart: Het apocalyptisch
HET adres voor prima
PARKETVLOEREN
tegen sterk concurreerende prijzen is
FRED. MEIJER Amsterdam
v. Baerlestraat 160 - Tel. 25615 - Gev. 1908
geloof aan het onmiddellijk te verwachten einde der
wereld deed Jezus de religieuse, politieke of maat
schappelijke verhoudingen van deze wereld, met
onverschilligheid beschouwen. De verwerkelijking
van geen enkele ethische praktijk in deze wereld was
zijn bedoeling. Jezus' woord of daad hart in 't ge
heel geen d oei'voor deze wereld."
Zulk een beschouwing is voor hem, die het
zaligsprekeit der barmhartige)! en der vrertestichters
kent, die de gelijkenis van den Samaritaan verstaat
en het Johanneïsche liefdegebod nimmer vergeten
kan, wel een zeer duidelijke waarschuwing om voor
al voorzichtig te zijn met die zuiver objectief
historische wetenschap", die nimmer vraagt naar
de behoeften van sommige menschen van tegen
woordig !
Die Keligion macht den Adel des Menschen
aus."
Met deze woorden begint Nielsen zijn eerste
hoofdstuk over Religion und Kultur". Geen
menschelijke drift of gedachte, geen wetenschap
of kunst hebben ooit zulk een gloed in het
menschenhart ontstoken als de religie". Duidelijk toont
Nielsen de spanning aan tusschen massa-godsdienst en
de religieuse bezieling van den enkelen god-bege
nadigden mensch, den grooten religieusen ziener,
die zijn tijd een eeuw of eeuwen vooruit is.
Het achterlijke bijbelsche en kerkelijke gods
dienstonderwijs" moet nog al eens een veer laten.
Nielsen wordt gedreven door de behoefte om schei
ding te maken tusschen de religieuse en ethische
kernwaarden van het Geloof en de
historisch-dogmatische intellectueelo leerstellingen. Het pijnigt
hem, als hij ziet dat talloozen, die de dogmata van
de geboorte-uit-een-maagd, van de drieëenheid en
van lichamelijke opstanding en hemelvaart niet
meer kunnen aanvaarden, nu ook meenen, dat het
Evangelie voor hen waardeloos is geworden en <3,at
zij in deze dwaling versterkt worden, doordat de
officieele christelijke" kerk hen verstoot als
ongeloovigen.
Nielsen is een Deen. Hij is Luthersch. De lezer
weet natuurlijk, dat in de Lutherscho kerken nog
meer conservatisme, nog meer leer-gebondenheid
heerscht dan in de Hervormde Kerk in Nederland.
Hetzelfde noodlottige verschijnsel, dat wij in
Nederland vaak aanschouwen, n.l. dat het
losworden van dogmatische, traditioneele opvattingen
beteekent het vervreemden van de Religie-zelf;
de hopelooze verwarring dus van Evangeliewaarde
en kerkleer, vertoont zich in Luthersche landen in
nog heviger mate. Daarom is het toe te juichen, dat
een religieus man met het wetenschappelijk gezag
van een Nielsen, die een beroemd oriëntalist is en
een naam heeft op het gebied der vergelijkende
godsdienstwetenschap, openlijk verklaart: Deleer
der kerk is in tegenspraak met de moderne weten
schap en met het kultuurbewustzijn van onzen
tijd."
Hij roept om een nieuwe reformatie, want niet
het Christendom is bankroet, maar de kerk" (de
lezer denke hier aan een kerk als de Luthersche,
die berust op het gezag van leer en formulier).
Godsdienst-historisch beschouwd is het Chris
tendom de Godsdienst der Toekomst, het is over
eenkomstig zijn innerlijke wezen en zijn
oorspronkelijken vorm ongetwijfeld de meerdere van alle
andere godsdiensten; maar deze toekomst-gods
dienst kan slechts een organisch verd er-hervormd
Christendom zijn."
Hier houdt Nielsen dus in het woord organisch "
bewust vast aan het proces van groei, dat in het
woord Christendom" besloten ligt.
Christendom" is geen statische grootheid, doch
een dynamische. Het Koninkrijk Gods bestaat
niet uit woorden, maar uit kracht" zegt Jezus,
hierbij zelf de tegenstelling makende tusschen het
woord" als het gestoltene, tijdelijke, statische en
Kracht" als het levende, eeuwige, dynamische.
Wij laten nu de gedachte aan een
oer-christendom, die bij Nielsen voorkomt, rusten. Evenals
andere wellicht aanvechtbare onderdeelen van
zijn werk is dit o.a. iets bijkomstigs.
Ook in zijn hoofdstuk over Bibelreligion und
Bibelkritik" komen wel eeiiige uitspraken voor,
die de auteur zelf over tien of twintig jaar wellicht
anders zou formuleeren. De hoofdzaak voor zijn
lezers is echter, dat hij onweersprekelijk aantoont
de absolute onhoudbaarheid van het onfeilbare
bijbelgezag.
Hier, evenals in do volgende hoofdstukken
spreekt de geleerde, die zoowel theoloog als oriën
talist is.
In een zeer lezenswaardig hoofdstuk Licht vom
Osten" vertelt Nielsen niet alleen allerlei interes
sants over rte ontdekkingen in Voor-Aziëen
Mesopotamië, maar zet hij ook uiteen, hoe, in verband
met het monotheïsme der Israëlieten, het Vader
schap Gorts en het Zoon-schap van den Messias
geestelijk moeten, worden verstaan.
De Deensche geleerde behoefde niet eens bij rte
kritiek der z.g.n. Tübinger School aan te
knoopen om te bewijzen, (lat de dogma's, rtie men
thans de specifiek-christelijke noemt, n.l. het leer
stuk van rte drie-eenheid, van rte
geboorte-uit-dcmaagd enz., ontstaan zijn door de inwerking van
de heirtensche" invloeden op het Evangelie.
Vooral de bestrijding van het dogma van het
vleeschelijke zoonschap fJorts van Jezus is bij
zonder geslaagd.
Hoewel de auteur met Schweitzer rte onmogelijk
heid erkent van een léven-van-Jezus-beschrijvïng,
poneert hij zér sterk het bestaan van Jezus op
buitonchristelijke gegevens: Flavius Josephus,
(vooral ook de Slavische vertaling van Josephus'
Joortsche oorlogen"), Tacitus, en Plinius.
In een eveneens zeer prijzenswaardig hoofdstuk
over Jesu Religion" toont Nielsen de Paulinische
omwerking aan van het Evangelie als assimilatie
aan het cultureele heidendom van zijn tijd, terwijl
het hoofdstuk Jesus als" Erneuerer der
Gesellschaft'', een duidelijke illustratie is van zijn vroegere
bewering, dat alle Semitische cultuur en religie
een krachtige ethische tenrtenz hebben.
Twee uitspraken zijn kenmerkend, ten slotte,.
voor den geest van dit werk:
De kerkelijke dogmata zijn geen onwaarheden
in den zin, dat zij louter ongerijmdheden bevatten.
Religieus zoowel als godsdienst-historisch be
schouwd, bergen zij vaak een diepe waarheid,
maar deze waarheid is meestal door de kerk zóó
eenzijdig toegespitst, rtat zij tot on-waarheid is
geworden".
En verder:
Het christendom als een sociale massa-bewe
ging, als een uitgroei uit het Jodendom, of als een
verzameling oude Oostersche mythen te verklaren
is in strijd met de innerlijke wetten der historie,
(die leeren, dat) de nieuwe waarden ons slechts
worden geschonken door rte zelfstandige, God-bege
nadigde Persoonlijkheid. ..."
Een boek als dit zou door of voor Nederlandsche
theologen waarschijnlijk niet geschreven worden"
zeiden we. Het zou echter toe te juichen zijn als
vele Nederlanders het lazen.
BERGT UWEN INBOEDEL
BIJ VOORGENOMEN VESTIGING IN
DEN HAAG OP IN HET BUITENLAND
BIJ DB FIRMA BATENBURG & FOLMER
TE 'S-GRAVENHAGE,HuiJGENSPARK22
TELEFOON 11030
EIGEN GEBOUWEN. Bespreking kosteloos
8PEC. BlNNENL. EN INTERN. TRANSPORTEN