De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 8 september pagina 17

8 september 1928 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2675 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 8 SEPTEMBER 1928 UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE Croquante croquetjes Amsterdamsche plaatsnamen door Alida Zevenboom door S. Kalff ZATERDAGAVOND was ik boven het nieuwe boek van meneer Rikus Colijn, waarvan hij mij een present-exemplaar toegezonden heeft met een opdracht erin ..Aan Mevrouw Alida Zevenboom, uit lang jarige vriendschap en hoogachting". Zaterdagavond was ik er boven in slaap gevallen ik had een drukken dag gehad en meneer Rikus schrijft wel erg opgewekt, maar voor een vrouw is het toch eigenlijk geen lec tuur, toen ik wakker schrikte van gestommel op de trap en ik hoorde een stem zingen: ,,Josefientje, Josefientje Voor een tientje, voor een tientje Eet ik je bananen op". Ik deed de deur open. want ik dacht dat het acteurtje van drie hoog. dat. zooals hij mij verteld had. zeo'n prachtige zwijgende rol inliet nieuwe stuk van meneer Verkade had. een tikje boven zijn theewat er thuis kwam, maar ik schrok nog eens zoo hard toen ik zag dat het meneer Htanislafski was en hoe! Zijn mooie, zwarte baard hadden zij tot een touwtje verfrommeld en zijn drie haren die hij netjes plat gestreken AAN DE INZENDERS Alle voor het redactioneele gedeelte bestemde inzendingen moeten worden geadresseerd REDACTIE VAN DE GROENE AMSTERDAMMER" KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM, zonder vermelding van persoonsnamen. De geschiktste omvang van artikelen bedraagt ten hoogste 1800 woorden. Indien de bijdrage voor illustreering met foto's in aanmerking komt, gelieve de inzender, zoo mogelijk, de foto's die niet reeds in andere week- of dag bladen mogen zijn gereproduceerd ? tegelijk met het artikel in te zenden. De copy moet in machineschrift zijn geschreven, terwijl slechts ^én zijde van het papier mag zijn gebruikt. over zijn schedel draagt, stonden recht op, net of ze met teer waren ingesmeerd. Kn hij deed zoo vreemd dat ik direct zag hoe het met hem stond. Toen ik de kamerdeur open had. kwam hij naar binnen en voor ik wist wat er gebeurde, stond hij zichzelf als een regenworm te kronkelen en riep alsmaar: .,jij ook. jij ook!" Ik liep om de tafel heen, want hij kwam net als die groote aap in ..Artis" op me af en wie weet wat er allemaal gebeurd zou zijn als hij niet over een kleedje gevallen was en languit op den vloer bleef liggen. Ik heb hem opge holpen en op een stoel gezet en toen begreep ik in eens wat ..onzedelijk heid" beteekc-nt. . Als fatsoenlijke vrouw weet je dat niet zoo en het heeft mij altijd verwonderd dat sommige nienschen er zoo goed van op de hoogtezijn, van wie jedatheelemaal niet zou verwachten. .Maar nu voelde ik het. want, het lag er dik boven op en ik begrijp niet dat: onze Burgemeester dat allemaal maar in onze stad toelaat. Ik heb er een hartig woordje mei meneer Stanisla.fski over gesproken. daar kunt u van op aan. vooral omdat hij met zijn leer-kuif en zijn baard als een touwtje in bed wou en wie betaalt mij mijn sloopen als zij vol teer zitten? Hij brabbelde maar dat het de hoogste kunst was en als ik hem niet had tegengehouden was hij weer begonnen. Het leven is ritme, juffrouw Alida. zei hij. en .Josefientje is liet leven en dus het levende ritme. Kan u uw rechterbeen tegen uw achter hoofd gooien? --- Schaam je. man. zei ik, want ik werd verontwaardigd, een fatsoenlijke vrouw tilt haar voet niet hooger op dan een t rapt ree en ik zal u wal benzine geven om uw haar en uw baard mee te ontsmetten, want zoo kan u toch niet .... Toen greep hij mij bij mijn middel en won met alle geweld dal ik zou bibberen en schudden en om van hem at' te komen lieb ik hem maar bij zijn baard gepakt en zoo naar zijn kamer gebrai ht en het ging een beetje hardhandig, want hij schreeuwde niet anders dan: ...losel'ient je, niet zoo hard. niet zoo hard!" .Ie moei toch aardig waf op hebben als je een fat soenlijke l lollandsche vrouw voor zoo'n olieveite negerin aiin/.ict. .Maar Slot Kene d"id" exegese maakte van Jordiari een spotnaam of bijnaam. In 't begin van d" 17de eeuw was dit kwartier nog eeiie aaneenschakeling van tuinen, paden en bleekveld"n, d'e na tl" d"rd," vergrooting d"i' stad. te samen met hetgeen er nog van het Karthuizer klooster was overgebleven, allengs moesten plaats maken voor de toenemend" bebouwing, liet kwartier. door (!»n kroniekschrijver Domselaer nog in ll)<j."> aangeduid als het Nieuwe Werk, bleef lang een uithoek, van d" overige stad afgesch"i(l"n door d" Prinsengracht. Kwam men nu uit liet Amsterdamsche .Jeruzalem hel ...Jeruzalem (',ijr ballingschap". gelijk d" .Joden zeid"n over die gracht. d 'Hl kwam men als 't zware Over d" .lord'1 'in. IV twee eerste woorden geraakten in onbruik, zuod'l alleen d" Jord'ian overbleef. Doch ook d"ze uitlegging bleef niet onaangevocht en. I'e oudste vermelding van <l»n mi,am kwam voor in een gedicht van liet jaar 171(i getiteld ..De Lof d."r (Jenever" door Hobert Hennebo. kastelein in 'l Hulden \'licn. Wilgenaar gewaagt ner gens van de Jordaa.n. ofschoon die in zijn tijd reeds een volkrijk stadsge deelte was. Zeker kende hij wel d"ii naam. maar hij kende ook d-n oor sprong, en zoo hij aan de laatste af leiding geloofd", dan achtte hij liet denkelijk bened"n zijne waardigheid als deftig historieschrijver, om met zulke Amsterdamsche siiaakschln d"ii rekening te houden. Kr waren nog anderen, die bij Jorda:v,i aan ..gord'jn" dachten, voor 't gedeelte van een versterkten stadsmuur: en d" zaa.k zou nog tot veel ged'M'h'enwisseling aanleiding geven*, maar zekerheid. werd dar,ruit niet geboren. Van d" Amsterdamsche plaats namen, gelijk die bij 'l volk in gebruik waren, kwamen hier slechts enkele ter sprake. Daarover zou zeker wel een geheel boek te schrijven zijn. /<>iimede over de spraa.kgebriiiken welk > aa.n die muilen het aanzijn gaven. Kn drossaard Hooft had zeker wel gelijk toen hij zei: ..Het Amstei damsrh is. een spraak, daar alleman niet in llitgeleert is." *) />>? A'<n-ow/i<T A// i',i .l«n,-l n-l,A,iixlrl<,il(ii,iii,n A/// hl. 17:;. l h: . l .. lici'tx. l>c Joi'i/niin. hij had hem. onder ons ge/.egd. dan ook knap om. Kn dat gebeurt allemaal als de Zondag aangebroken is en de Burge meester slaapt, in zoo'n uur. den slaap des geruste! Hoe kan het beslaan! Neen. de broeders en zusteis van de ('hrislelijk (iereformeerde kerk hebben wel gelijk dat zij zelfs Hare Majesteit een opmerking maakten over haar /ondagsschennis. \Vaar gaan wij an ders naar toe? Kn als ik ni"iieer Homme wasdan zon ik daar een*; over interpelleeren - ik bedoel over dal .losefien-scliandaal. Die dingen zijn besmettelijk en wie zegt n el! mij niet dat sfraks als meneer Meiigelberg in het ( 'i meert gebi >uw ojplreedt. (Ie hield el' al gezuiverd is en hij (Mik niet begint te kronkelen en te bibberen en te schudden ais hij de ,.'/.e\ eiide" dirigeerf? Als hel dan toch de hoo-sie kunst is. waarom dan i'..|, t:ie> d.nir hem? Kn het w< irdt me! den d,-r.: er^'-r. w.ml heeft u die fi i( i. ue/.i, n \ ,a 11 minister Kan, die op een Zondag op een voetbalveld als een bandrekel in liet gras ligt? Ken minister der Kroon ! De Kroon Zondags bij de Olympische Spelen. (Ie minister in het gras ik vraag u in gemoede af waar moet dan wel hel volk op Zondag liggen '. S»» Ach. wat had meneer Stanislafski een kaler en zijn haar is mi groen met een rooden weerschijn. Kr is toch nou wel gerechtigheid op dit onderma.'.nsehe. (Jelukkig ! PRIMA

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl