Historisch Archief 1877-1940
4
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 8 SEPTEMBER 1928
No. 2675
Achter den afsluitdijk
Nieuwe Uitgaven
Brieven van een voortvarend reporter uit het drooggelegde gebied
Bij voorbaat gepubliceerd
door H. G. Gannegieter
V. In liet gemcenschapstehuis
IK zat in mijn flat, toen ik opgebeld werd door
den conciërge. Er liet zich een heer aandienen.
Natuurlijk was het een heer. Dames hebben in
onze wijk niets te maken. Overbodig immers te
zeggen, dat mijn flat deel uitmaakt van het
vrijgezellentehuis voor heeren. We hebben hier op Urk
gelijk in elk beschaafd centrum de gewone
complexindeeling, welke het voorhistorische huisgezin
sinds meer dan een eeuw vervangt.
Aan de noordzijde van de stad ligt temidden van
een uitgestrekte zandvlakte met race-banen voor
motoren rondom het vliegveld de heeremvijk. Aan
de oostzijde, naar den kant van de Schoklandsche
heide, de vrouwenwijk, voorzien van dezelfde
gerieven. Ten zuiden de wijk voor ouden van dagen
en ten westen, aan zee, waar op het strand de
verkeerpgevaren niet dreigen en voortdurend
gebaad kan worden, de kiiiderkolonie.
Op Schokland ligt, boven op den eenzamen
heuvel, het hotel voor gelieven. In tegenstelling
met de overige wijken is dit door geboomte om
geven, dat deel uitmaakt van het natuurmonument,
waartoe ook de diergaarde behoort. J)g,ar i.s de
eenige plek. waar de ouderwetsche romantiek nog
geduld wordt, welke het overigens onnut en af
schuwelijk voorwerp boom verdragelijk miakt.
Vroeger zou men elk stadsgedeelte uit hygiëni
sche redenen met boomen hebben omgeven; sinds
wij ieder op onze taf el onzen f laeon met synthetische
ozon hebben staa.n, is deze economische verkwisting
niet langer toelaatbaar. Elke vierkante met ei'
gronds moet zijn bestaansrecht bewijzen. Straks.
als de vaste verbinding met Mars is tot stand ge
bracht en de emigratie naar die planeet is geregeld.
komt er mogelijk weer ruimte voor romantiek.
Het zal trouwens de vrar.g zijn. of van emigratie
sprake zal kunnen wezen. Professor ('onstantinus
ab Oppyck, onze beroemde Harder\vijksebe specia
liteit in het Mars-probleem, meent de jongste
seinen der Marsbewoners in dier voege te moeten
vertolken, dat zij zouden duiden op de nood
zakelijkheid, met de aarde in contact te komen om
dezelfde reden, waarom wij verbinding met Mars
zoeken. Hij acht een invasie van Marsbewoners
binnen afzienbaren tijd geenszins uitgesloten en
heeft aan de volkenbondscommissie voor
plane'MEUBELEN
ELKE T'JD EI5CMT
HIEUWE VORMEM.:
DIT BEWU5T OE
HEDEIÏDAAGSCHE
BOUWKUMST.
MET MEUBIIAIQ .
DAT DAARB'J PAST.
LEVE DEM WJ.
M EU BEL = FABRI
PARKSTRAAT
IWDEN MAAG
tarische politiek in overweging gegeven, de
luchtvloot der aarde aanzienlijk te versterken en het
cordon van doodende stralen rondom het luchtruim
hermetisch gesloten te houden.
Dit echter daargelaten, de kinderachtigheden
der erotiek zijn de laatste fossiele resten uit een
cultureel verleden, dat overigens in volstrekteii
zin achter ons ligt. We zullen met dit collectief
infantilisme voorloopig nog wel opgescheept blijven
en het is gelukkig, dat ook dat andere archaïsche
rudiment, de historische sentimentaliteit, gemeen
schappelijk met onze erotiek op datzelfde beboschte
natuurmonument vegeteeren kan. De waanzin
blijft door dit isolement althans geïdealiseerd.
Ik zat dus in mijn flat in het gem"eiischapstehuis
voor mannen. Mannelijke vrijgezellen is een ver
ouderde uitdrukking, welke in zwang is gebleven
door de pieus-inerte gedachte aa,n hetgeen de
pioniers meer dan een eeuw geleden met hun vrijge
zellen-tehuizen begonnen zijn. Maai' wij zijn zonder
onderscheid vrijgezellen. Mannen zoowel als vrou
wen stellen prijs op dien naam.
We kunnen ons den tijd niet meer voorstellen.
waarin wc in een benepen individualisme bij elkaar
klitten en koperen bruiloften vierden. In het
T'rksche museum is een ovul-Hollaiidsch binnen
huisje bewaard, dat voor ons de tegenhanger is
van hetgeen de Ilaagsehe (ievangenpoort voor het
voorgeslacht moet zijn geweest.
Ik heb het op een noodlot t igeri dag bekeken en
heb gegruwd. Was ik een. ouderwetsch menseh
geweest. die zijn centraal zenuwstelsel niet chemisch
en mechanisch voldoende gedisciplineerd had, ik
zou er verscheidene nachten niet van. hebben ge
slapen. Afschuwelijk, welk een sinistere verspilling
Vf.Ti kracht, tijd en schoonheid, zulk een gezin!
111 mijn verbeelding zag ik de echtgenooten.
begonnen allicht als wij in een vroolijke. krachtige
jeugdliefde. Ik zag ze in speelschen wellust met
elkaar stoeien, elkander omhelzen, totdat, na
kortstondige wittebroodsweken, de harde wer
kelijkheid een eind maakte aan hun dionysische
romantiek. Moe en versjouwd ve^n het voortdurend
geploeter in het enge hokje, waar ze voor eiken der
veelvuldige maaltijden moet koken, wasschen.
stoffen en sloffen, was de vrouw spoedig onvatbaar
geworden voor al wat naar poëzie zweemt. Heel
haar vitaliteit werd opgebruikt aan het
geestdoodend gezwoeg, dat ze als huisnaaister. kokkin.
vatenspoelster. kind er verzorgster, ziekenoppaster.
huishoudster, stoutste!' en slaafster te doen bad.
Kn de man:' Verveeld en verdrietig na langen
kantoorarbeid botste zijn tot het uiterste geprikkeld
gemoed tegen het drenserig humeur van de door
schoolzitteri en huiswerk onnatuurlijk vervormde
kinderen en van de door huil begrijpelijke
ongezeglijkheid en brooddronkenheid ten slotte vol
slagen uitgeputte vrouw. Het huwelijk was in die1
dagen een plicht, een vervloekte plicht : geen idylle.
Wij kennen deze kamei tjesknusheid niet m 'er.
Als wij liefhebben, breken wij er uit. l'it gerust in
ons gerieflijke home. de mannen hier en de \ rouwen
in bun geineenscha.pshuis ginds in de verte, zoeken
we elkaar iii onze vrije en krachtige oogciiblikken.
De echte huwelijken \vordcn in on ze a.ëro's gesloten
op de /.onnige zweeftocht en door blauwe ruimt IMI
en in het hotel voor gelieven aan het eind van een
gaven geluksdag bekrachtigd.
\Ve geven der huishouding, wal der huishouding
is. .Ma^r toen eenmaal de geest was ontwaakt uit
liet eeuwen lange conservat isme en wij ons hadden
bevrijd van het ser\Hun( dei- traditie, heeft (!?
routine van enkele tientallen jaren Ix-uezeii. ni"l
hoe weinig simpele ha.ndurcpen een huishoud iim
volstaan kan. welke dn-limit i g- profijt trekt va.'i
wat techniek en organisatievermogen. \V,-:f een
meiischeHgeslaeht lang louter der l'abi iek \ oor
behouden is gebleven, is eindelijk de huishouding
ten goede gekomen. Kil o i i ze coi'vée-diellst . e v el
ielF'nmehe mythen en, lef/enden. Het
volks-rpos KaJemla". Bewerkt door
Maya*Tumminen. Zui)then 1928. W. J. Tfücutc
fii Co.
l)c interessante serie ,.Mythen en legenden"1
wordt door dit boek weer met een mooi deel
vermeerderd. De folklore; en de volkspoëzie van
het land der duizend meren" zijn bij ons nog
weinig bekend. Jaren geleden wijdde prof. Meyboom
een Oidsartikel aan de Kalcvala; in 1924 schreef
C. J. (iraadt van Roggen er over in Elsevier's
Maandschrift. Heide artikelen worden in d" in
leiding van dit boek genoemd, en d.e
bewerksteihaalt ook (iraadt van Koggen's karakteristiek van
het Einsche heldendicht aan: ..Het verleden van
Finland is een geschiedenis van bloed en tranen.
van martelaarschap en heldengeest. n lang ver
haal van oorlogen, brand, hongersnood, pest en
,,grootcn haat" maar boven alles, door alle
eeuwen heen een geschiedenis van worsteling om de
vrijheid, zelfstandigheid en onafhankelijkheid.
Tot dat volk van harde smarten is de Kalevala
de uit de volksverbeeld'.ng gesproten, door de
volksziel gewijde poëtische Inleiding."
Wie de Kalevala leest, moet erkennen dat deze
uitspraak treffend juist is. In d"ze heldenzangen
worstelt de ziel van een volk opwaarts. En indien
ergens van volkspoëzie gesproken mag worden,
dan is het hier. liet ontstaan va.n dit epos is eeu
proces van. eeuwen geweest ; eerst in de 19e eeuw
stelde Lönnrot de onder het volk levende zangen
op schrift en vereenigde ze tot een geheel. Van
Lönnrot's bewerking geeft dit boek de gedeelte
lijke vertaling, de fragmenten zijn verbonden
doordat de schrijfster het ontbrekende vertellend
aanvult.
Van de talrijke illustraties moeten vooral de
reproducties naar werken van d"n Kinsehen schil
der Axel (iall: n- Kallela. genoemd worden.
II. .M.
HD A WD Achter S t. Pieter 4 l
. rV/-Vn.I\. Utrecht © Tel. 443 '
MUZ1EKHANDEL p T A "M O ' C
Violen © Snaren L L f\ \.\ ^J O
vroeger de gewa.pende dienstplicht, voorziet in de
behoefte a::n bedienend personeel. .Met de
draadlooze stuur-inricht ing kunnen wij uit onzen leun
stoel heel liet mechaniek met n liandkruk be
sturen. da-1 de gemeenschappelijke huishouding
dagelijks op gang houdt.
Welk een hemel is. bij de hel van de
ouderwetsclie keuken vergeleken, onze corvéc-cabiii".
waar we om beurten op zijn hoogst n dag in hel
jaar onzen gemecnsclr'pspücht hebbent e vervullen.
Toevallig besprek ik gister het onderscheid
tusschen de praktijk van het heden en die van het
verleden nog m"t de dochter van mr. .Meerman, die
juii.t de beurt ha.d gehad in het
kra::mvrouwentehuis, liet was de eerste keel', dat ze praktisch in
dienst kwam na. het verplichte i/pleidingsjaar. /ij
was overbluft door de gemakkelijke en prettig,
wijze. wa,arop de jonge moeders daar worden
verzorgd, /.e had heiisch opgezien tegen dit werk.
maar 't was haai- een vreugde geworden.
Den volgenden keer krijgt ze de beurt in di
kindei-kolonie. waarheen de kleintjes verdekken.
z.oodi e ze bij de moei l ei- va > H la",n kunnen. Som m i L.e.
vrouwen vinden dit verzorgen van kinderen zoo
mooi. dat z." zich vrijwillig e-'n de inrichting
»<?!binden en daar. < > f se IK M ui Ze lichemelijk het nu iedei
schap nooit hebbei, leereii kennen, misschien l'ttei
en gelukkiger i ders zijn dan menige tenen uil
en da.nk moeder g.-wolden hnissioof uil hel oude
régime. l >e n ktiae r nemen /. de zorg over ven d'
kraamvrouwen, die. ofschoon liehe.m 'lijk t dei
ge\\ 01 de! l. Z.ic' l V( M il1 d e ( i| l Voel l i n g V," I! K i llde! el! \ ;! !;
a'le g' -chikl ll( id en roeping gespeend \oelell.
Uw Haar
wordt g-zond en sterk
het krligt mooier glans
hè! wordt vrij van roos
het blijft beter zitten
h i! valt niftt meer uit
indkn i;ij des morgens icn weinig PI.'KOL
tiissclkn dt' handen wrijft en dit door d-,
haren uitstrijkt, 't Vo!d'>et iecL-reen.