De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 6 oktober pagina 18

6 oktober 1928 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 6 OCTOBER 1928 No. 2679 FEUILLETON: De Klok der Klokken door W. van Bemmelen Slot Semeynsz", vervolgde de stralende hemelbewoner, ..Kil - en geen ander dor vele aardse hèklokkenmakers, zijl uitverkoren geworden teneinde het grootsche werk uit te voeren, dat thans gedaan moet worden." Xu begon zijn hart werkelijk van blije spanning te popelen, liet duizelde hem en zijn verwacht ing werd tot spriiigetis toe gespannen. ..Semeynsz". klonk het weer uit den mond van den engel. ..gij zult met mij mede gaan, daarheen, waai- de arbeid u w&t.'ht. Sta op eri reik mij de hand. dan zal ik n door de hemelen voeren !" De geknielde man beefde over al zijn leden, maar 't was niet meer van schrik, maar van verrukte onzeker heid. Met knikkende knieën verhief hij zich echteren schroomvallig strekte hij zijn hand uit. De engel greep haar snel en op hetzelfde oogenblik ver dween eensklaps de geheele omgeving van winkel, straat en stad. en was er enkel leege ruimte om hem heen. De engel echter bleef zijn hand vasthonden en hij bemerkte, dat ze samen opwaarts /.weefden, want v< rre licht bollen boven hem zag hij snel naderen en. na. voorbijgeschot >n te zijn. weer wegzinken in de onpi ilbare diepte. liet scheen wel of hij steeds suell;'] omhoog weid gevoevd, want ver ver wijderde lichtwolkjes groeiden in ijlende nadering uit tot stralende sterrenbeelden en 'IL glinsterende zwerm van wemelende sterren stoof als 'n verschrikte menigle uiteen. om hun vrijen doortocht te verleenen. Zoo moeiteloos was zijn zwevende vlucht aan de hand van den engel, dat hij eindelijk zijn ver rukte verbazing overwon en. zich ver mannend, de vraag tot zijn bemelschen leidsman richtte: ..Waarheen, o heilige engel, brengt, gij mij r" ..Wacht nog. spoedig zult gij zien waarheen ik u voer en zult ge hooren welk werk u wacht". Vorder zweefden ze en 'n gevoel van onuitsprekelijke verrukking doortrilde hem. dat hij door de wereldruimte heen voer met een ijlende vaart, die nog sneller dan het licht was. Zonnen niet hun planetensti'lsels zag hij voorbijschieten als seinlichten langs de spoorbaan. Hij. liet bescheiden horlogemakertje uit de kleine stad. hij maakte een vlucht door het heelal. zooals geen sterveling nog had durven droomen ooit te zullen uitvoeren ! Steeds hooger opwaarts /.weefden 'zij. Maar niet meer eenzaam was hun vaart door den onbegrensden hemel oceaan. Van alle zijden zag hij engelen aanzwcven, die niet. hen mede op waarts stegen, als ware lum vlucht naar het /.elfde doel gericht. Steeds dichter werden die zwermen van ge vleugeld" hemelingen en onafzien baar lum menigte. ..Wij naderen haar !" hoorde hij zijn leidsman zeggen. ..Wat toch, o hemelseh lieer, zal het zijn;'" vroeg hij nu in uiterste nieuws gierigheid. ..Kijk ! Daar. nog heel ver. schemert al tle groot e. wijzerplaat '." Semeynsz. de wijzende arm met zijn ongen volgende, bespeurde werkelijk in het verre hemelsehe verschiet den matten glans van een reusachtige schijf. Zieiideroogen groeide het ronde vlak uit, terwijl hij in zijn zwevende vaart haar naderde en niet enkel de zware wijzers, maar ook de machtige cijfers kon hij reeds onderscheidden. Kdoch. ver nog was de klok Weg. zoodat onze t ijdnieterman in groeiende verbazing «'as over haar ontzagwek kende afmetingen, en over den ge weldigen slinger, dien hij ondel1 haar zag zwaaien. In uiterst sta.tige schom meling bewoog zich de schitterende reuzenschijf heen en. weel', achtei een dnbbelkettinu' van. oiigeloofelijk zware schalmen. Maar wat hadden die ook niet te torsen!:- Keeds de a.:mb!ik wr/i den koloss.ilen Joodklornp. die aan de ketting trok. verpletterde hem bijna, zoodat zijn blikken zich ontzet afwendden. Daardoor ontwaarde hij. dat de /.wennen der met hen meezwevende hemelingeti begonnen om te wenden en terug te keereii. zoodat. toen eindelijk de engel en hij in bijna grijpende nabijheid van de gigant ische klok stilhielden, zij alleen waren over gebleven. Met on\'ei-holen verhijst ei ing z-ig hij naar het ontzagwekkend gevaarte. De hoogste verrukking doortrilde hem ! Welk een alle aardsche maten overtreffende klok ! K n met vragende verbazing keek hij den engel aan. ..Begrijp je liet niet alreeds welke klok dit is?" zoo beantwoordde de hemelsche gids zijn vraagblik. ..De wereldklok U liet. de klok der klok ken !" Kil toen. Semeynsz hoorde beves tigen, wat hij al half bevroedde', voer hem een ware rilling van begrijpend besef van zulk een h' melsche ver hevenheid door de leden. ..Dit is het machtige hem"luurwei-k. dat den wereld t ij d aangeef t..\eoiien h er is deze klok haar loop begonnen en in den eeuwigen duur van het heelal schrijdt haar tijd onveranderlijk voort. Immer trekt het gewicht aan de ketting, die het kamrad drijft en sehalm na schalm zakt het weg in den bodemloozen afgrond van het universum. Met lederen heen- en wederzwaai va.n zijn slinger is de eeuwigheid n tijdsdeel onder geworden. Wan neer zijn uurslag door de onbegrensde ruimten galmend weggolt't wordt mis schien hier een. hemelbol geboren of zinkt elders 'n planeet terug in den dood van den chaos. Wa.iit alles in den kosmos moet volgen het uur dat deze klok aanwijst, en al moge ook voor lederen hemelbol. ja voor ieder stofdeel een eigen tijd gelden, niet temin moet toch die eigen tijd den wereldtijd volgen, zij het ook dat die eigen tijd schijnbaar sneller of trager verloopt. Zoo moeten dan alle hemelingen. die deelen van den kosmos besturen, hun tijd van deze wereldklok aflezen. (ie hebt gezien hoe ?/.{? met ons meezweefden. komende van alle kanten van het heelal en weer omkeerden, toen ze op dit uurWerk hadden gezien hoe laat het was in de eeuwigheid". ..Maar" .... en bij dit \\ oord ^ preidde zich 'n smart elijke trek uit over liet gel;',at van den engel.... ..hoe onbegrijpelijk ook. l och valt liet niet meei- te ontkennen .... er moet een onregelmatigheid in het raderwei k der klok l'-mneng; sl< '}>en /.i.jn. .luist de hemeling, die jouw aarde bestuurt, is komen klagen, dat zonder twijfel de klok soms een kleinen sprong vooruit maakt, want nij moet zijn. aardetijd telkens, nu meer. dan minder, ver snellen om bij te blijven. Daardoor nadert, het tijdstip va.n het einde der mensehheid onrustbarend snel!" ..Kijk ! Wanneer de klok twaalf uur zal slaan, zal dat uiteinde van het a.ardsche leven der volken gekomen zijn. Thans wijst zij al kwart voor twaalven aan. zóó ras heeft ze ;.(loopen ! Kr moet het kan niet anders - - "en storing zijn ontstaa1!, die haar loop \ ers: eld heeft". ..Maar wat het is. dat haar te snel doet loopen - - wij kunnen het niet vinden! Kn daarom is besloten een aardschen klokkenmaker op te ro 'pen, ten einde liet euvel op te sporen. Op jou. gelukkig sterveling, is de keus gevallen en mij is opgedragen je bij te staan in dezen arbeid". Alle uiterste Verba/.ing. verbijstering en ook verrukking, die de horloge maker al doorgemaakt had bij zijn sne'le reis dooi- de onafzienbare verten der wereldruimte eii de a.-'iikomsf bij het ontzagwekkende uur werk weken allengs bij liet aan hooren van de merkwaardige wooi den vanden engel. Zijn horlogemakers-instinkt werd wakker en het hief zich hoog op in 'n zalige verheffing van ongekende gewichtigheid, liet groeide snel uit tot 'n niet te omvatten geluk. Hij. Jan Semeynsz. geroepen om de wereld klok te herstellen ! 't Wa.s niet in te denken, niet te omvatten! 11 et wa.s boven allen en a.lles. ongeloofelijk , onbegrijpelijk ! Kn toch had de engel het gezegd. Toch was hij meegevoerd naar de groot e klok. l lém. ja werkelijk hém was opgedragen om de oorzaak der onbegrijpelijke versnelling in den gang van het werelduurwerk op te sporen, opdat de mensehheid niet 'n ontijdig einde Zou vinden ! droote (Joden! Nog maar een hemelkwartier was haar toegemeten en nog steeds liep de si a.ndaardklok te snel '. Iedere' seconde, die hij thans talmde zou het menschelijke tijdperk bekorten! Dadelijk, zonder verwijl moest hij a.:m den arbeid ! (leen oog wenk tijds mocht hij dralen ! Onmid dellijk moest hij de leiding nemen ! Thans geen sidderen van eerbiedige verbazing meer! Nu daden! Onver wijld optreden en ingrijpen moest hij thans. ..Kngel!" riep hij in geestver voering. ..voer mij naar het anker ! Dat, dat alleen zal het euvel der ver snelling dragen. Daar moet ik het uur werk nakijken. Snel ! Breng mij er heen en voer onmiddellijk a.lles uit. wa.t ik beveel !" De enge' boog. Werkelijk . de hemeImg boog voor Item. den u.-irdsehen sterveling ! Kn zijn hart zwol van den louteren trots van den vakman, die een. hoogverheven werk moet gaan verrichten. De engel voerde hem langs de beruhooge wijzerplaat, tot zij bij haar rand kwamen en achter haai1 zich konden begeven. -Nauwelijks wa.s hij zoo ver o l' hij za.g het raderwerk .... Keu siddering va.n ontroering voel door hem heen. ondanks zijn opstuwenden. drang tot dabden. ...Mijn (iod ! Wat een tandwielen ! Wat 'n reusachtig raderwerk !" ..Wees sterk nu. Jan!" riep hij echter tot zich zelf. ..('een zwakte. geen spoor van zwakte mag je ver lammen ! Kracht, inzicht, vernuft moet je tha.ii" ten toon spreiden '. Jij. jij en niemand ander.- zijt thans ge roepen tot ingrijpen !" ..Hel anker, waar is het ?" .. l hiar. ik zie Ie t al.... mijn hemel. welk een a.fmet ingen heeft het ! (leen oceaan zon diep genoeg zijn. moest het 'n schip vastleggen. Wat 'n woreldwichtighoid van zwaai, die hel kamwiel zijn voortgaande sprongen toestaat !" ..Maa.r wat is het euvel? Waaraan schort het ? \Ya,arom laat liet anker het naa.r doordraaien snakkende ka nwie' te veel aan zijn heet verlangen ti tegeven ?" Heel zijn horlogemakersziel zwol op van zucht tot zoeken: steigerend door den spoorslag van het gevaar. Want elke tand. die ongeoorloofd voorbij sprong, verkortte het leven van het mensehdom. van zijn medemenscheii en van hem en zijn kinderen en kindskinderen. Zijn horlogemakersblik verslond hel a.nker a,Is om zijn speurend vernuft te voeden. Hij ontleedde met hartstoch telijke drift da.t anker en zijn beweging. Hij peinsde met trillende lippen. snakkend om het bevel te kunnen. geven, 'l bevel tot den herst ellingsa.rbeid. Toen. een oogenblik van leegheid van denken en dadelijk daarop als oen bliksemschicht het inzicht. Het be grijpen als '11 zonne-opgang. De blik zich werpend als '11 valk op de schroef. die het euvel verborg. Dan, uit schreeuwend a.I: n ge spannen ga.s. dat barstend losbreekt, het bevel: ..Daar ! ! Die schroef: maak los haar ! Zij perst wat niet geperst mag worden ! Zij klemt daar. waar vrijheid van beweging moet zijn ! Maak ha.a.r les ! !" zoo roept hij in de hoogste geestdrift, die hem door straalt als 'n sprankelend bronwater. dat bruist door prikkelende gassen. Kn nauwelijks heeft hij het bevel geuit, of de engel, geholpen door onge merkt, toegevloden helpers, grijpt de schuldige schroef en maakt haa.r los. ...Niet te veel ! !" brult echter Semeynsz. Maa.r blijkbaar te la.at is zijn tegeubovel. wa.nt reeds is de schroef geheel en a.I weggenomen. ...Neen. neen ! ! niet heelema.al ! ! 'n weinig slechts!" schreeuwt hij razend. Maar 't is te laat. l'eeds is de schroef gansch en al uit het anker genomen. Ken ijskoude schrik glijdt afgrij selijk door zijn leden, want bliksem snel va.art door zijn brein het begrijpen \an hel gevolg, dat cnat'wcndbaar en onmiddellijk za.l zijn. Heel de omvang van dat rampspoedig gevolg sta.a.t zonder eenigen overgang plotseling voor hem in al zijn noodlottigheid a.ls een berg van vreeselijkheid ! 'n Ondeelbaa.r oogenblik later ziet hij reeds hoe hel ka.mwiel aangegrepen wordt, als 'n \\illooze slaaf, door de duldelooze zwa,arte van den drin genden gewicht sklomp. waaraan een heelal vol hemelbollen met hun gravitatiekracht trekken. De bescherming v.'u i den regelenden slinger is ver broken: het kamwiel slaat door! Kn met 'n heilloos geknars en gekraak antwoordt jammerend het opge schrikte raderwerk. Met 'n dooda.ngstigen ruk en 'n wilden wanhoopssprong vlucht een ta.nd voorbij. Niet in 11 en a f ge m et en. bed a.a rden r h yl hm u s van 1e \oren. maar in razende vaart. liet koude a.ngst zweet breekt den armen man uit. want het priemt hem door zijn hersens. da,( iedeie versnelde voort draaiing van liet karnwie! den levensduur va.n het nieiisehdom za.l verki u1! en. Sneller en snelle)-zal zijn h-vensgang zich moeten a.fspelen. Kn hij. o vreeselijke gewisheid. hij is de oorzaak dooi- zijn Ie jiaa.stig gegeven bevel. dal mi de mensehheid met versnelde vaart zi.|n einde tegemoet ijlt. Opkoms! en ondergang van \olkeii. van geheele beschavingen, ja. einde lijk van u'a.nscli het meiischelijk ge slacht, het zal zijn \ erloop st eeds meer bespoedigen, hoe la.nger !i<»e meer. tol eind -lijk de gebeurtenissen elkander oj) zullen volgen niet de overstelpende

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl