De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 3 november pagina 11

3 november 1928 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

No. 2683 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 3 NOVEMBER 1928 ir Vol et. de beeldhouwer, bij van J.Ier, Amsterdam Twee beeldhouwwerken van Polet geven het zuiverst weer wat hij wilde en wat hij thans, op dit ougenblik wi). Dit zijn: het staande, naakte, ranke vrouwtje, brons en met de guldene patine, en de liggende vrouwefiguur in donker brons. (Zie de derde en de laatste afbeelding). Beide werken zijn in hun soort voor hem volledig. Het eerste, het ranke figuurtje, is strak en gerek.t-gemodelleerd. Het is in de lengte. Buik en borsten, deze twee zoo belangrijke deelen van het naakt, zijn vol van een fijne spanning, vol van een levendige stelligheid en zeker heid. Ge kunt niet twijfelen, dat deze waarneming zuiver is, wanneer ge het beeld op zij beziet, en de lijn volgt, die ontstaat tegen den achter grond, en die te volgen is van onder de knie tot, vertikaal, aan den elle boog van den linkerarm, gebogen over het hoofd. De andere hand en arm zijn dwars over den ru/ naar beneden Beeldhouwwerk van Johan Polet Schilderijen in het Stedelijk Museum door A. Plasschaert hangend gegeven. Kr is hier persoon lijkheid en strakheid van modelé. een strakheid, die zooalw ik zei. bekoorlijk wordt door de zekerheid, dat die strakheid de grens is van een levensrijk volume. De liggende vrouw, met de volle. korte, vormen is een tegenstelling tot het ranke beeldje. (Je zoudt van dat ranke beeldje; moeten /.eggen, dat de gespannen schoonheid (zooals een pees gespannen is op een boog !) Polet's doel was; ge moet van de liggende vrouw zeggen, dat het vruchtbare, tragigische, zwellende leven van het lijf daar Polet's verlangen is. Het is inderdaad een tegenstelling, en mis schien is het laatste beeldhouwwerk, de bronzen, als een bevrijding voor Polet, als een uittocht uit een te enggetrokken grens. Is, ten tweede, in het ranke beeldje, de teruggetrokkenheid, de stilte der schoonheid, wat het u aandoet, in het tweede beeld der ligllairmeii Meurs, Stedelijk Museum, Amsterdam De/.e tentoonstelling is als geheel zeker niet sterk. Dat is de indruk, dien ge krijgt bij den rondgang langs de schilderijen, en dat is ook wat in de herinnering achter blijft. De vraag is dan te stellen: waardoor is /.ij niet sterk? De onmiddellijke beantwoor ding daarvan luidt: er is een gemis aan persoonlijkheid, er is daarenboven een gemis aan spanning in dezen schilder. De/.e tentoonstellingwas voor mij niet een ..moderne" tentoonstel ling, maar wat ge hier vondt was als een afkooksel" van het moderne. Dat is de grootste teleurstelling, die u tref fen kan: het vinden van een afkook sel". Ik zal niet zeggen, dat het werk van Harmen Meurs het eenige afkook sel is, dat ik ken van de modernen. Er zijn er meer, zooals er ook een aantal afkooksels (niet veel soeps) bestaan van de kunst van Willem van gende vrouw is liet de eir(»'ct«xie, de dramatische beweging van het leven. rtm het f/e/noeil vooral, wat als ken merkend moet worden beschouwd. I )e/.e laatste bronzen, zooals de liggende vrouw, en de twee mannekoppen. en. nog eens een vrouw, en de boer en de boerin, kort en gedrongen weer als het Xeander-type, zijn bovenal gemodel leerd om een /waren, tragen en ti-agischen staat uit te drukken, /e doen denken aan het begimverk van een bekenden beeldhouwer, maar ze zijn. dat is gewis bij Polet, persoonlijk. De strakheid van vroeger is ver vangen door een uiterst bewogen. toch zwaar, modelé, ge /.muit. a.ls tegenstelling, kunnen zeggen, dat /.ij in ..de breedte" zijn gedacht en ter diepte, terwijl het vroeger werk stij gend was. Het laatste, werk van Polet is een bekentenis rtni de Aarde, met alles wat wij in dit woord sluit en aan moeiten, aan volharding, en soms aa.n de teistering van voor zich uitstaren den. Terwijl vroeger het licht vlak gleed en ongespreid over het beeld, hapert het nu overal aan vorm. aan grootere en aan vele kleinezwellingen ; de bewogen psychische staat beweegt den lichtval over het beeld, over den kop, over den hals. over de /.ware bor sten, tot over de klompigc voeten. Kn toch?ik zie de/.eii vorm nog niet als den laatst t n vorm voor den beeldhouwer Polet; ik heb nog ver wachtingen ! Konijnenburg. Maai' alle afkooksels zijn dezelfde: liet werkelijk vl<eschwas er niet in, of is uit de pot. Het spreekt van zelf. dat. met andere woorden, Meurs een natuur is. die gemakkelijk opneemt en aanneemt van anderen, maar die niet de macht bezit, zell's wa.t hij overneemt, een persoonlijk merk oj) te drukken. Tegen het over nemen bestaat nog geen volstrekt bezwaar. Hoeveel nam Toorop niet over. hoeveel neemt iedereen ten slotte niet over, hoeveel neemt, bij voort during, van Konijnenburg niet over':' Maar wel bestaat hezwaar tegen het overnemen, /.onder dat ge tegelijk het vermogen bezit dat overgenomeiie u eigen te maken, het tot een persoonlijk eigendom weel- te maken. Da-t kon Toorop alt ijd. dat kan Meurs b.v. niet. I>e/.e loopt meer mee. dati dat hij leidt. Hij is dus een zwakke als per soonlijkheid. Maar zelfs wanneer dit wordt toegegeven, hoewel het zeld zaam is. kon hij toch nog in de naboot singen een bepa.alde onst uimigheid. een bepaalden -/.wier van voordracht vertoonen. Ook dat mis ik hier in vol doende mate. Oat /.i.jn de redenen. waard»tor de/.e \ er/.arneling Werken mij koel heeft gelaten bij het zien. en doet blijven daarna. Ken enkle litho. dien ik vroeger reeds prees, het'/.ag ik met genoegen, een enkel werk vut 1ÏI25 had wat te waardeeren groene-grijzen. een schilderij, .,winkel met maskers",. wat wa,s het tegenover de felle maskers van Eusor en wat was het eigenlijk van zichzelf andeis d in ..aardig geval";; een enkel meiske uit 1927 kon. hiel- te midden van dit werk opvallen, maar wat was het schilderij met schepen anders dan iets dat dooi' velen beter gedaan werd ? Kr was in het geheel iets mats, zonder sprankeling, en ik zou haast moeten denken: niet alle ijveibaat, niet al weerhouden schaadt. Maar zelfs wat zou deze gedachte baten'-'. . . Is er in dezen Meurs geen. waar leven in te blazen r

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl