Historisch Archief 1877-1940
IX3CTI0
m -JB» ^^^^^ ^^^^^^^^fc Vw ^^^^^^ ^vw ^^^^^^««w^^^ -^^^- _ -^^- --^p^- ^^^? ^^ - «j- '--. . * "'-.« -.. f ^^^_
cekblcid voor- Nederland
Sinds meer dan vf/ftig
jaar aan de spits der
?weekbladen . . . ."
ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNRAMP
Redacteuren: H. BRUGMANS, L. J. JORDAAN, M. KANN EN
TOP NAEFF. Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM
KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM C.
Het meest gevraagde merk
OPGERICHT IN 1877
No. 2685
ZATERDAG 17 NOVEMBER 1928
Moet de forensenbelasting weg?
door F. M. Wibaut
EB ontwikkelt zich in Nederland een merk
waardig geval. Er is buiten het Parlement
sterke belangstelling opgekomen voor een wets
ontwerp. Het wetsontwerp geldt niet een Belgisch
Tractaat. Het betreft de financieele verhouding
tusschen Rijk en Gemeenten. Het geval is merk
waardig. Het onderwerp gold minstens een kwart
eeuw als probleem. Er zijn interessante problemen.
Er zijn oninteressante. De gemiddelde Nederlander,
die belang stelt in het openbare leven, vond dit
probleem oninteressant. Zijn instinct zeide hem,
dat het er om ging of je als belastingbetaler van de
kat of van den kater gebeten wordt. Velen hebben
in dit opzicht geen sterke voorkeur.
Zoo bestond het probleem eigenlijk in hoofd/aak
voor een aantal gemeentebesturen. K venwei voor
een toenemend aantal. Er was namelijk ook eer dit
wetsontwerp werd ingediend reeds een financieele
verhouding tusschen rijk en gemeenten. Haar
kenmerk was, dat het rijk zooveel mogelijk lasten,
die het voor rijksbemoeiingen behoorde te dragen,
afschoof op de gemeenten. Het aantal gemeenten,
dat tegen deze verhouding bezwaar ging maken,
nam toe. Niet omdat zij het rijk een kwaad hart
toedragen. Maar. omdat het veelal allengs
moeilijkker werd uit de opbrengst van gemeentelijke be
lastingen te bekostigen, behalve liet eigenlijke
gemeentelijke leven, ook nog de geheole kosten of
een zeer belangrijk aandeel in de kosten van. een
toenemend aantal rijksbemoeiingen.
Hoe is het dan te verklaren, dat zulk een toch
i'igenlijk oninteressant probleem plotseling groot e
belangstelling gaat wekken? Psychologen en
biologen zoeken vlijtig naar de verklaring.
Kr zijn er onder, die meenen de ?verklaring
dezer vreemde belangstelling te hebben gevonden.
Er is bij een wetsontwerp in den regel een toelich
ting. Deze psychologen en biologen hebben in de
toelichting gelezen, dat het wetsontwerp beoogt:
riivelleering van belastingen. Nivelleer!ng beteekent
gelijkmaking. Er is een bijzondere groep belas
tingen, die zich kenmerkt door bijzondere ongelijk
heid. Het zijn de gemeentebelastingen. De ge
meenten staan voor de taak van de vervulling van
zeer uiteenloopeiide behoeften. Onafwijsbare ge
meentelijke bemoeiing vereischt in de eene ge
meente naar verhouding meer geld dan in de andere.
Het ergste is, dat het niet altijd uit komt. dat in
de gemeenten, waar het meeste geld noodig is,
het geld ook het gemakkelijkste is te verkrijgen.
Het komt voor, dat in zulke gemeenten de inge
zetenen, van wie tot nu toe een groot aandeel inde
lasten kon worden gevraagd, niet overtalrijk zijn.
Onze psychologen en biologen hebben zich. zoe
kende naar de verklaring van het merkwaardige
geval, van al deze dingen rekenschap moeten
geven, en sommigen hunner komen tot deze con
clusie. De massa, zeggen zij. heeft haar eigen
methode om aan bepaalde begrippen een bepaalde
beteekenis te hechten. Nivelleering van gemeente
belastingen door het wetsontwerp in uitzicht ge
steld beteekent eigenlijk voor gemeentebelastingen
enkel de wegneming van al te groote verschillen.
Het wetsontwerp beoogt die tot stand te brengen
door een zeker bedrag, dat thans aan gemeente
belastingen wordt geheven, voortaan aan rijks
belastingen te heffen. En bovendien nog een bedrag
,uit de schatkist te nemen om onder de ingezetenen
te verdeelen. Het wetsontwerp heeft dus de strek
king om het peil van uitgaven waarbij eigen
belastingheffing van de gemeenten moet beginnen.
hooger te stellen. Verlaging van gemeentebelasting
dus. Maar het wetsontwerp heeft volstrekt niet
de strekking om de gezamenlijke belastingen door
rijk en gemeenten te heffen te verlagen. Het woord
nivelleering" echter zeggen deze psychologen en
biologen, wordt door de massa als verlaging op
gevat. Hierin is de verklaring van de algemeene
belangstelling voor het wetsontwerp gelegen.
Een enkele psycholoog vond nog een bijzondere
verklaring. Hij geeft ze als secundair. Het wets
ontwerp, zegt hij, brengt ook de opheffing van een
belasting, die door velen als onredelijk werd ge
voeld: de forensenbelasting. Het besef, dat iets
onredelijks gaat hersteld worden, maakt, zeggen
deze verklaarders, de sympathieke belangstelling
zoo groot.
Wat zijn eigenlijk forensen? Forensen zijn lieden,
die in twee gemeenten gemeentelijke inkomsten
belasting betalen. Is dit een geval van sterk ver
spreide ,,moral insanity"? Neen. Het feit moet niet
uit spontane uiting van sterk begeeren om zooveel
mogelijk inkomstenbelasting te betalen worden
verklaard. De verklaring ligt elders. Forensen zijn
lieden, die aan twee gemeenten eiselien stellen.
/ij oefenen hun bedrijf uit of doen hun werk in de,
eene gemeente. Stellen aan die werkgemeente de
eisch om alle maatregelen te nemen, die een goode;
uitoefening van dit bedrijf, goede omstandigheden
om onder te werken, kunnen bevorderen. De foren
sen si ellen aan hun woongerneente de eiseh om hun
het wonen in die gemeente aangenaam te maken.
Het noodlot echter wil. dat gemeenten, zoowel
workgemoenten van forensen als woongemeeiif en
van forensen, eiken gulden, die zij moeten uitgeven,
eerst moeten nemen. De/e trieste werkelijkheid
leidde ei' toe. dat wcrkgemeenten niet het standpunt,
konden innemen: lieden, die hier lam bedrijf uit
oefenen of hier werken en elders wonen, zijn in
de werkgemeente vrijgesteld van belasting. De
zelfde trieste werkelijkheid leidde er toe. dat
woorigemeenten niet zeiden, niet konden zeggen: lieden,
die aan onze gemeente de voorkeur geven om er
wel te willen, wonen, maar die zich verplicht zien
om in andere gemeenten te werken, stellen wij uit
erkentelijkheid voor die voorkeur vrij van belas
ting. De werkelijkheid werd, dut zoowel werkge
meente als woongemeento van den zelfden forens
inkomstenbelasting hief. De eene noemde hem:
werk forens. De andere noemde hem: woonforens.
Doch belasten deden ze hem beide.
Dit feit is alweder niet te verklaren uit haat
jegens den forens. De haat zou misplaatst zijn. Er
zijn enkele sterk bevoorrechte forensen, liet zijn
zij, die in Inm woongemeente erg goed wonen, en
die niet al te dikwijls en niet al te lang in hun werk
gemeente moeten verblijven. Vier of hoogstens vijf
keer per week. Enkele ochtenduren en vroege
middaguren. Er zijn ook beklagenswaardige foren
sen. Het zijn zij. die de Woongemeente moesten
verkiezen om gezondheidsredenen voor vrouw en
kind. Die in de werkgemeente te lang moeten zijn
om te werken en in die woongemeente slechts te
kort kunnen zijn om er met oetiigo voldoening te
wonen. Deze forensen schikken zich in hun lot.
Zooals ook vele niet-forensen het moeten doen.
De zeer bevoorrechte forensen en de
beklagensDE GROENE AMSTERDAMMER
P r ij s per jaargang ?10.?bij vooruitbetaling.
Per No. 25 Cent. Advertentiën ?0.75 per regel.
Postgiro 72880, Oem.-Giro O 1000.
INHOUD:
l. Dr. F. M. Wibaut, Moet de forensenbelasting weg''
2. L. J. Jordaan, Het Litivinoff-schandaal.
3. P. M. van Riel, Het onderzoek van binnen-zeeen.
4. Dr. J. Tielrooy. Nieuwe Franschc boeken. Paul
Bromberg, Woningprijsvraag.
5. Aanteekeningen Joh. Braakensiek, Verbinding
Amsterdam- Rijn.
6 Dr. R. Feenstra, Tikblaadjes.
7. Dr. P. van Olst, De rechte weg Mr. Frans
Coenen, Kroniek.
9. W. van Itallie-van Embden, Air. P. Droogleei'er
Fortuyn.
10. Prof. Dr. W. Martin, Van Marle's Standaard
werk.
11. Constant van Wessem, Schuberi.
12. A. Plasschaert, Schilderkunst Top Naeff,
Dramatische Kroniek.
13. Dr. K. Kuiper, Inde Rotterdamschc Diergaarde.
15. C. A. Klaasse, Overheidssubsidies Bcursspicgef.
17. L. J. Jordaan, Bioscopy.
18. Alida Zevenboom's Croquante Croquetjes J. .
Sinia, Builcnzorg Melis Stoke, Rijm.
19 Uit het Kladschrift ran Jantje Melis Stoke,
De stoomlocomotii'f.
20. Cel 2. Telefoon Charivaria.
Omslag: Spelproblemcn.
Bijvoegsel: Joh. Braakensiek, Het nieuwe
ministeriePoincaré.
Vraagt sfeecfs Bonbons
RINGERS
Letden n aam
waardige forensen vormen de uitersten van. de
foivnsengroep. Tusschen hen in liggen allerlei
iiuanceeringen.
Indien het niet forensenhaat is. die /.ooWel
werkgemeenten als woongenieenteii dreven tot het
gelijktijdig beffen van gemeentelijke inkomsten
belasting van den /elfden forens, wat kan beu dan
drijven?
De werkgemeente werd gedreven door de op
vatting der rechtmatigheid, dat de forens, die
elders ging wonen, toch bijdraagt in de belastingen
der werkgemeente. die mede werden geheven om
uitgaven door hem verlangd en veroor/aakt te
dekken. De woongemeente werd gedreven door
gelijk besef van gelijke rechtmatigheid op haar
eigen kring toegepast.
Kr was echter lenopzichte van deze toch wel
zeer rechtmatig lijkende dubbele belastingheffing
van meet. af aan een groote moeilijkheid. Hoe zou
de heffing van de gemeentelijke inkomstenbelas
ting in beide soort gemeenten teimpziehte van de
forensen zijn. Volle heffing? Of gedeeltelijke heffing.
Zoo ja. welk gedeelte in werkgemeente. Welk
gedeelte in woongemeente. Kr waren /eer fiscaal
aangelegde werkgemeent en ook zeer fiscaal aan
gelegde woongemeenten, die eigenlijk van de foren
sen wel elk voor zich de volle inkomstenbelasting
wilden heffen. In zoover de bestuurders dezer
gemeenten misdadigers lijken, waren zij het niet
uit aanleg, /-ij waren het, uit noodzaak. Maar aan
leg of noodzaak voor de forensen ging dit toch
niet. De rijkswetgever. het is te begrijpen, had zich
met deze aangelegenheid te bemoeien. De
Hijkswetgover kwam tot meer dan een compromis. Het
laatste compromis was. dat werkgemeente on
woongcmeeiito van den zelfden forens elk zouden
heffen 2/3 van de inkomstenbelasting in hun ge
meente voor gewone ingezetenen verschuldigd.
(Slot op pag. 2)