De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 8 december pagina 10

8 december 1928 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 8 DECEMBER 1928 No. 268S. Nederlandsche verzen door A. Defresne Verworvenheden, bij C. Nypcls, Maas tricht. Heldensage, bij Em. Querido's Uit;/. Mij. Amsterdam. Beide door IIcnrictteRoland Holst v. d. Schalk. Veel van ons innerlijk leven zou, geloof ik, ver klaring vinden, indien wij aannamen, dat een ge voel arbeidsvermogen heeft, waarvan de uitwer king onvermijdelijk is. Deze uitwerking zou dan aanstonds te splitsen zijn in die mét medewerking en die zonder medewerking van ons bewustzijn. De laatste loozingswijze van ons innerlijk arbeids vermogen zullen wij buiten beschouwing laten, omdat deze zelfs bij geringe sterkte van het wer kende gevoel tot verschijnselen leidt, die men als pathologisch betitelt en dus hier niet ter zake doen. Het productief maken van het arbeidsvermogen van ons gevoel mét medewerking van ons bewust zijn geschiedt in de eerste instantie' dooi' de pro ductie van gedachten. Dan echter worden door de verdere uitwerkingswijze de menschen in twee groote groepen verdeeld: zij, die in het bijzonder die gedachten alleen maar uiten en zij, die bij voorkeur die gedachten omzetten in daden. De kunstenaars zijn kenmerkende voorbeelden voor de eerste, de staatslieden, in het bijzonder de poli tieke agitatoren voor de tweede groep. /.elden komt het dan ook voor, dat iemand, die zijn inner lijk arbeidsvermogen verwerkt in een daadkrachtig leven, tevens een groot kunstenaar is; niet alleen omdat beide menschentypen wezenlijk verschillen, maar ook omdat een en hetzelfde gevoel zijn arbeidsvermogen natuurlijk slechts eenmaal ten volle uitwerken kan. Wijst men in den loop deieeuwen een voorbeeld aan van iemand, die een en dezelfde gevoelens n in kunstwerken n in daden verwerkte, dai is of zijne daadkracht of zijn kunstenaarschap of beide steeds eene mislukking. Een stavend voorbeeld is de groote Engelsche minister Disra';li. Natuurlijk hebben niet alle kunstenaars hun geheele bestaan aan de kunst gewijd. Er zijn er, en zelfs zeer groot', die naast hun kun stenaarsbestaan handel dreven, bestuurszaken leidden, zeeman of militair waren. Maar in dit dadenleven uitten zich dan geen of geheel andere gevoelens dan in hunne kunstwerken. Ook waren deze tot daden, leidende gevoelens steeds veel zwakker, zoodat het praetisch leven van den betrokkene in de verste verte niet zoo kenmerkend voor 'zijn wezen was als zijn kunstenaarsbestaan. Voorbeelden van gevoelens, die hun arbeidsver mogen enkel en alleen in de productie van daden kunnen uitwerken zij n: sexualiteit. afgunst. jaloesie. menschen-liefde, hoogmoed, de innerlijke gesteld heden: moed. medelijden. opofferingszucht e. a.. terwijl haat in de vormen van spot tot sarcasme en cynisme, de eindelooze variaties van levensangst e. a. zich uitsluitend uitwerken in de uiting van gedachten. Het komt mij nu voor. dat wij de voornaamste innerlijke eigenschap van mevrouw Henriëtte Roland Holst aanwijzen, indien wij haar be schouwen als een dier uiterst zeldzame mensclieri. die zoowel de eene als de andere uitingsmogelijkheid van innerlijk arbeidsvermogen tot hare be schikkingheeft. Uit deze eigenschap vo'gen zoowel hare goede a's slechte eigenschappen, waarvan ik de laatste het eerst behandelen zal. Ten eerste zijn hare mislukkingen als dichteres in hare geheele N.V. J S. MEUWSEN'S Grootste keuze. . . . STETSONS oeuvre steeds voortgekomen uit de a priori vergeefsche poging om gevoelens, wier wezen de daad eischte, in verzen te uiten. Vooral Heldensage vertoont van deze poging kenmerkende voor beelden. Onder het lezen toch heeft men herhaalde malen de ervaring, dat het innerlijke leven plotse ling uit een zeer gevoelvolle i zang weggeslagen wordt. De regels worden leeg en dood, terwijl vol gens den tekst op dat oogenblik toch gevoelens in het gemoed van de dichteres werkzaam waren. Bij nadere beschouwing blijken dit dan steeds gevoelens te zijn. die bij uitstek geschikt zijn om in daden omgezet te worden. Kn. dan. ind u'fis voor hen het vuderlund anders dan 't land, waarin hunne, h f ere n hen hadden vernederd 01 i/cktreld Vcruchilijk lachlen zij om dat iroord ..raderl(tnd" en donkere (tnderio'iif n Manken heen door die Inch. run trilden html.... De tweede voor mevrouw .Koland Holst als dichteres minder gunstige overweging houdt men als men zich afvraagt, welke gevoelens zij zelf waardevoller vindt, die welke tot daden of die welke tot dichten dwingen en liet is zeker, dat zij verreweg meer prijs stelt op de eerste dan op de laatst". Dit blijkt op twee wijzen uit baar oeuvre, in het bijzonder uit Heldensage. 7ij onder vindt toch dichterlijke gevoelens, die tot object sommige dadelijke hebben, want al is het onmoge lijk om de innerlijke drijfkracht ..moed" in ge dichten uit te leven, het spreekt van zelf. dat het zeer goed doenlijk is Den lof der Moed" te zingen. Maar even van zelf sprekend is het, dat dichterlijke gevoelens van dit soort niet anders dan erg zwak kunnen zijn en dat de instelling van meerdere gevoelens als aanbiddende eerbied e. a. op een ander gevoel eene zoo ingewikkelde geestesgesteld heid is, dat bet betrokken gedicht niet tot de beste zal behooren. T).in maakt Heldensage in zijn geheel den indruk alsof het geschreven is bij gebrek aan beter. Het epos bezingt het ontstaan en de geschiedenis der Russische .Republiek, maar ik ben er van over tuigd, dat het geheele gedicht achterwege gebleven zou zijn, indien de dichteres geschiedenis had kunnen maken in de pr.;,ktijk, in den vorm van het stichten va.n de .Nederlandsche Kepubliek. Maar indien een gedicht ontst 'o",.t doord'ot de omst'.ndigheden de verwerkelijking v;;n een ethisch ma".itschappelijk ideaal niet toelaten, w. .t blijft er dan over van de dichterlijke noodzakelijkheid, die ;:,:>.,n ieder kunstwerk ten grondslag moet, liggen? Die dichterlijke noodzakelijkheid is eene onvermijde lijkheid van scheppmgsdrarig. die ha,re eigen wet ten en wezen heeft en die door niets te vervangen is. zeker niet door de negat i viteit. gebrek aan beter, tenzij de dichter gedoogt, dat zijn Werk de onmiskenbare teekenen vertoont van wal men uit, een a,iider ideaal bezien eene beleediging van het dichterschap zou kunnen noemen. Indien men dan ook de grootheid \vn mevrouw Hol'.nd Holst a,ls dichteres wil ervaren, d 'in leze men de sublieme verzeil in ..Verworvenheden", w.aaiuüi vers"lie;dene tot de beste behooren. die zij ooit schreef. Het overgroote deel der gevoelens van de dichte res in haar geheele oeuvre heeft een ethisch m aatselrppelijk ideaal tot object en hun ar:rd wordt bepv.ld door de mate. wa.arin dat. ideaal bereikt is of als bereikbaar gezien wordt. Ook bij di' gevoelens in ..\ erworvenheden " is zulks liet. geval. Deze verzen behooren echter tot de mij dierbaarste omdat bet i'.Is een hooge en zeer zeld zame gunst des levens aangemerkt k''.n worden. indien men mee maakt het schoone ingaan eetier kostbare ziel in hare rijpste phase. indien men een rijk gemoed neigen ziet. tot een zijner voornaamste einden, dat in zich zelf mogelijk de opgang is tot het hoogste begin. Wat de figuur: Henriëtte Roland Holst betreft. ik gelocf, dat men ter juister -\v-a.a.rdeering da.a.rva.n niet zoo scherp de grens moet t.rekken tussrheii dadelijke en dichterlijke gevoelens als ik hier ter eritisceriiig der dichteres gedaan heb. Die twee slachtigheid, die kenmerkend voor de figuur der schiijfster is, veroorzaakte gebreken, maar tevens het feit. diil er in ons land geen enkele andere vrouw aa.n te wijzen zal zijn. wier besla".n eene dergelijke tweezijdige beteckenis heeft en wier verdiensten noch als daadkrachtige noch a.ls dichteres op het oogenblik in waren omvang te bepalen zijn. maar waarvan de historie gewagen zal als een der grootste uit dezen tijd. Nieuwe Uitgaven Ediih Werkendam. De ijoddelijke zmidt . Amnterdam 1028. Em. Qu(-rido'n mi-y e vet in! j. Het is wel een heel eigenaardig boek. deze nieuwe roman van Edith Werkendam, liet is ge schreven in. een eigenaardig bekoreiiden, hier en daar zelfs suggestieven stijl, en men zou te!' wilh van eeriige treffende détail-schoouheden, die zich uit dien zoeten, zacht .-cadaiiseereKden stijl ont wikkelen, geneigd zijn om liet boek onverdeeld ii prijzen, ais men niet, rei'lect eerend, bet bewust/ijl kreeg, dat er het een en ander niet in orde was. De schrijfster noteerde als inleiding de bekende passap van l'lato. waarin gesproken wordt overhel we/i M van Kros en het streven in de nteiischenziel <>ni zich te verheffen tot de Idee. ..Daarom is Kros. d. [>iefde, de goddelijke Leidsvrouw . die d<-n nii-ns< l vanuit, de laagte waar dr y.iiinelijkheid In-erseht. va.n trap tot trap omhoog voert naar de sten . waar de volmaakte schoonheid wordt aanschouwd Kijk is de liefde, in zooverre zij reeds schoonheid bezit, arm. in zoover '/.ij beseft aan de voimaakti schoonheid nog geen deel te hebben, en daarom van heftig verlangen naar het bezit van volmaakt < schoonheid wordt verteerd. Aldus is Kros gelukkig' en rampzalig, bevredigd en onvoldaan, zalig in liet geen. hij heeft veroverd en zich ten doode tor kwellend omdat hij het hoogere en allerhoogst < vooralsnog niet bezit". 1 11 de danseres Hylvie. de hoofdpersoon van dei; roman, is dit streven naai' verreining belichaamd. Opvallend is de ernst, waarmee de schrijfster haai thema heeft uitgewerkt; de atmosfeer van ha,;,1 werk is oneindig veel zuiverder geworden en het iverblijdend, dat te mogen constateeren. .Maar hel boek a.ls geheel, beschouwd naar de evenredigheid van zijn samenstellende de.'len. is zwak: ik zie de < samenhang niet in de verschillende liefden vai Sylvie, en dat komt. naar mijn inzicht, omdat er geen trapsgewijs omhoog of omlaag voeren in is Sylvie blijft die /.ij is. en de verschillen in de ve>-~ houdingen ontstaan voornamelijk door de tegen spelers. De figuur van Sylvie is maar ten hai\ < geobject iveerd : de schrijfster heeft zich niet kunnen ontworstelen aan ha.ar behoefte om haar denk beelden in absfracto te verkondigen, en daardoo; kwam Sylvie in de schaduw te staan. Ook het slet van den roman is zwak. Na de ontgoocheling van Sylvie. in ha.ar liefde voor een vriendin, laat d< a'.iteur haar eenvoudig een ander ontmoeten. Da; is niets meer dan le-t voort /.et 1 en van een reek---' geen oplossing. Toch. m. ?( al /.ijn gebreken, is ..De uoddeliik. /.oude" een boek da. t aandacht verdient. ('issy van MarNVeldt. tot nog toe vooral bekene. als schrijfster van meisjesboekeii. waagt zich hi<-> op hel terrein van de groot e-menschenletterkumti'. Ik wil althans niet aannemen, dal de/.e schetsen voor kinderen bestemd /.ijn en in een s< hoo:bibliotheek hoort, het boek niet thuis. Wel is hel volstrekt niet ..realistisch" in den zin. die door eei: zeker soort boekhandelaar^ aan dat woord geg'-vei; wordt, ma.'ir verhalen waarin conflicten va.n liel'dcen huwelijksleven worden behandeld, geven \\ e (i' opgroeiende jeugd niet opzettelijk in ha. uden: /i grijpen er uit zich-zell' wel naar. Van bijzondere beleekenis zijn deze schetsen niet. ('issy van .Marxveldt kan vlot schrijven. /' weet aardig een dialoogje uil te1 w-i-k'-n en een pikante situatie te scheppen, maar veel diepte ier niet in. Op z'n hoogst is hel handig societ y-w< r'k De Ii«'fde- en h u wel ij ksuvv.'t l let ji -s ih"la.'!s ma, U' a : Ie va.ak twee verschillende dingen i zijn eonvcn liolleel uitgewerkt ell loss,. 11 zich van/el!' op in ecli preparaat van sentimentaliteit, liet beste v ei haalt je is ..liet padvinderl je", misschien doorda! daar niets in voorkomt over liefde en huwelijk Keil aardige, zuivel' gevoelige Vertelling, en v.<.; typeerend Voor U--1 talent van de/.e sehl ijl'slel de e.'llige uil del] bundel, ilie ook uesehikl Is V'",: j' iimens eii meisjes. II. MIDDKMX KI' VAN DER HELST SIGAREN GOEDE SIGAREN |IN EEN BESCHAAFDE VERPAKKING.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl