Historisch Archief 1877-1940
KORTE HANDLEIDING TOT DEN
LITERAIREN ROEM
door K. Araguez
Met teekeningen voor de Groene Amsterdammer" door Elco ten Harmsen van Beek
IE durft er, nu sinds
jaren de verzenbundels
lederen herfst zoo talrijk
op ons neclerdalen als
ware de Muze maar een kwajongen die
een steen in den kastanjeboom gooit en
daar ploft het al om zijn ooren, nu de
romans van de persen glijden,
tienduizendvoudig, als kon iedere pen boven aan den
Parnassus zulk een lawine doen beginnen
wie durft er, zeg ik, nu ieder Nederlandsch
literator eens per jaar een prijs krijgt en
tweemaal per jaar in de krant staat afgebeeld,
wie durft er te zeggen dat het moeilijk zou
zijn om in Nederland beroemd te worden?
Want niettegenstaande die overdadige pro
ductie krijgt ieder zijn beurt, zij het niet
in het groot, dan toch in het klein; en aan
gezien de eenige wijze om zulk een overdaad
te verminderen deze is: ze dusdanig te ver
meerderen dat ze nog overdadiger wordt, en
daardoor waardeloos, en zoodoende minder
gewenscht, en deswege niet gezocht en dus
allengs verminderend van aantal, schijnt het
mij waarlijk Salomonisch het geheim van
diergelijken roem den voJke prijs te geven en
in de korte handleiding die ik u hierbij aan
bied, te onthullen waar men de lauweren
plukt, hoe men ze draagt, verzorgt, en tegen
den mot verzekert.
Kijk eens aan; al te laat in zijn leven moet
men een
literairen loopbaan niet
beginnen, men
heeft dan ook
minder tijd be
roemd te zijn en
mist de eerste
goede kans om
de binnenwateren onzer literatuur te klieven
met het schip van zijn generatie, dat
\veUswaar af en toe een man over boord verliest,
maar waarmede men het toch al een heel
eind brengt.
Kies u dus allereerst een jonge generatie, o
jonge literator, en ik voorzeg u dat gij, indien
gij een zweem talent, een goeden neus, een
paar ellebogen, eenig doorzettings- en zoo
mogelijk eenig financieel vermogen hebt,
dat gij binnen de vier jaar binnen zij t, dat
wil zeggen, dat uw naam genoemd wordt
met dien zekeren schroom en eerbied, ver
schuldigd aan degenen van wie men weet
dat zij iets beteekenen, al weet men soms niet
precies wat zij beteekenen, noch waarom
maar dat doet er niet toe, dat is hun later bij
te brengen.
Zoo gij nu een jonge generatie gekozen
hebt, kies u dan vervolgens een artistiek
princicp, een tegenpartij, een stokpaard, een
roode lap en een beschermheer. Neen, kies
u nog geen wereldbeschouwing of godsdienst,
dat levert later meer op, en brengt, te vroeg
gekozen, licht uit de mode en in zorgen.
De keuze van een artistiek principe is niet
moeilijk. Blader eens in een literatuurge
schiedenis, er zijn er veel goede; maar ge
moet op n ding letten: kies het anders dan
dat van de vorige jonge generatie die voor
u beroemd werd, anders immers merkt men
niet dat gij.... enfin, ge begrijpt mij. Daar
ik het werkelijk goed met u meen, geef ik u
een kostbaren tip: kies thans bijvoorbeeld de
Ware Eenvoud en de Groote Nederlandsche
Traditie; het kan niet anders of dit raakt
weldra weer aan de orde, let op wat ik u zeg.
Wie uw tegenpartij is doet er weinig toe,
indien ze slechts befaamd genoeg is. Anders
immers is er geen eer aan te behalen. Neem
een zér beroemden romanschrijver, dien ieder
leest; men leest u dan vanzelf, en de man
antwoordt niet zoo ras, hij heeft een naam
te verliezen en het is ook voorloopig beneden
zijn waardigheid als tegenpartij te be
schouwen; zoodat ge ongestoord n w vak
leert. Uw stokpaard is van veel meer belang;
er worden in Nederland te weinig stokpaarden
gehouden. Onder stokpaard heb gij te ver
staan een speciaal onderwerp, waarin gij u
werkelijk terdege moet inwerken. Maak b.v.
een studie van Egyptische literatuur, oude
Paaschgebruiken, Amcrikaansche poëzie, Per
zische miniaturen, poezen, pendules, pan
toffels, parelen, penantkastjes, porselein of
pruikenmakers ik kan u ook de klassieken
aanraden, omdat ze toch uit de mode zijn
maar zorg dat ge daar wezenlijk, wat ge ook
kiest, meer van weet dan uw gemiddelde
medeburger. Kies in ieder geval niet het
tooneelmasker, het expressionisme, de com
media del'artc,dc marionetten,de negerkunst,
de jazz of de poésie pure, want die waren
juist in de mode en zijn er dus uit. Over het
afrijden van uw stokpaard spreek ik u nog
nader.
Uw roode lap: dat is een wissewasje, maar
w el n u 11 i g.
Raak in woede,
zoodra men ti
een bepaalden
spijs of drank
voor/et, over
een b e p a a l d
poëet spreekt
of een bepaalde
natie noemt.
Het doet er iret
toe wie, wat of welk; het onderscheidt u steeds
van uw medemenschen, en kies het dus zoo
dat het u eer aandoet. Ik zou n raden, bijvoor
beeld: aardappels, Shakespeare.en a He uitzin
nig modernisme. Van de aardappels en den
Engelschman kunt ge terugkomen, het mo
dernisme is over vier jaar uw vier jaar --
toch oudcrwetsch. Rest de keuze van een
beschermheer. Zie eens uit wien ge hoogacht,
laat het hem niet merken, en spiegel u aan
hem. Het is onverstandig hem jong te kiezen ;
men weet nooit hoe het dan met hem afloopt
en hij is moeilijker te imiteeren. Want
uubeschermheer zult gij imiteeren; het kan
geen kwaad, geloof mij. dat men van u zegt:
vrij naar die en die, als de die en die maar
niet deze en gene is, en ge zult dat natuurlijk
later wel afleeren.
Hebt gij nu dit alles gekozen, wees er
dan zuinig mee, en gebruik het. Kies een jong
tijdschrift en val met uw principe uw tegen
partij aan, maar flink, zoo dat men het
merkt; lever critiek op de critiek van anderen,
want er zijn altijd anderen die critiek op de
critiek van anderen hebben, en die uw critiek
dus décritiek zullen noemen; kies daarbij
zoo mogelijk een criticus die naam heeft,
opdat. . . . maar dat zeide ik u al. (k-batik
hiervoor uw eerste twee jaren. Zadel onder
wijl uw stokpaard, wacht uw kans af en ren
dan het tournooiveld op en publiceer iets,
in beperkte oplage, zoodat Nederland
dagelijks te weten komt dat er een nieuw
specialist aan den horizon is. (ia zoo voort,
maar algcmeener, en besteed een goed deel
van uw derde jaar aan het paradeeren van
uw stokpaard, opdat men zegge en wcte:
dat is de heer N, n weet wel, de schrijver
over pantoffels,
poe, ?
/en, penantkastjes
of wat dies zij. Ver
toon u in dezen tijd
ook geregeld in
openbare gelegen
heden, opdat men
zttlks kan zeggen.
Moei u niet om lie
den te vinden die liet zullen zeggen. Zij zijn er;
zij zijn er altijd, ge hoeft daarover geen zorg te
koesteren. Onderwijl hebt ge natuurlijk eenig
oorspronkelijk werk vervaardigd: bewaar dit
in uw schrijftafellade, en geef er slechts
weinig, en niet het beste van aan een tijd
schrift dat gedegen, en dus tot opname van
jongeren geneigd is. Bewaar de rest, en werk
ze terdege over. Publiceer vooral in uw
vierde jaar niets van dien aard: sla links en
rechts om u heen, attaqueer, riposteer, zeg
eenige fikschc domheden, maar laat ti hooren;
men zal zeggen: neen, die X, dat wordt niets.
(ia zoo voort tot ge zeker weet dat men dit
/egt en publiceer dan uw beste werk; ik
reken erop dat dit waarlijk, na al de vrijheid
die ik u gaf, iets is dar er we/en mag. Men zal
schrikken, en u, die negatief geschat werd,
plotseling positief overschatten, hetgeen u