Aan de abonné's van De Groene Amsterdammer" ?? ' ~ , \ ZIJ, DIE ER DE VOORKEUR AAN GEVEN HET ABONNEMENTSGELD VOOR 1929 PER POSTGIRO OF PER POSTWISSEL OVER TE MAKEN, WORDEN VERZOCHT DIT VOOR 5 JANUARI a.s. TE DOEN. HET ABONNEMENTSGELD BEDRAAGT TIEN GULDEN. POSTCHEQUE- EN GIROREKENING 72880 GEMEENTE GIRO: AMSTERDAM G 1000 DE ADMINISTRATIE VAN DE GROENE AMSTERDAMMER" Keizersgracht 333, Amsterdam (C.) OnOWUIW LfVtMVtDZCiOWC O L V E H Onderlinge Levensverzekering -van Eigen Hulp 's-Gravenhage?Kortenaerkade 3 Overal klinkt: Heil en Zegen ! Lezer, 't kan U niet behoeden Voor des levens tegenspoeden, Eén ding slechts komt steeds ten goede : Hulp, door^eigen kracht verkregen! SNEEUW, REGEN of HAGELBUIEN kunnen Uw goederen niet schaden wanneer deze gedekt zijn met DEKKLEEDEN van ZEILINGA Amsterdam (C.) Prins Hendrikkade120 TELEPHOON 40717 en 41709. PROBLEMEN DAMPEOBLEBM 184 van. HEBM. HOOGLANDT Zwart 13 schijven. Wit: 47-42, 33-29, 46-41, 35-30, Zwart: 19:28, 24:33, 37:46, 48:37, 43-38, 30-24, 34:41, 44-39, 50:10! 33:42, 20:29, 45:43, 46:44. l 6 H 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 .0 SCHAAKPEOBLEKM No. 180 van N. M. GIBBINS (Brit. Ch. Mag. Dec. '28). Wit 14 schijven St*nd Zwart: 4, 7/10, 13, 15, 16, 18, 20, 23, 28, 35. Wit: 21, 24, 27, 29, 30, 32, 34,37/39,41,42,44,45. Oplossing in. het eerstvolgend nummer. Oplossing Probleem No. 179 van Joh. Berger. 1. Db8?d6, e7xc!6, 2. Pfl?e3, Ke4xe3 (ef>) 3. TgS?e8f. l ..... c4?C3, 2. Pfl?e3, ad. lib., 3. Dd6?e7 (f4, d,3) of 3. TeSf. 1. . . .,Ke4?fó,2.Pfl?e3tKf5?el, 3. Dd6?e5f. ir- l ---- , Pa4?b2 (of eldeis}2. Pe2 c3fKe4?f5, 3. Pfl e3f . r-- l ---- , e7?e6, 2. Pfl?e2fKe4?f.">, 3. DdG?f4f . l ____ , 67?00, 2. Pfl?e2|Kel--fó, 3. DdO e7f . A: KI. 10, 5. 4. R. H. v 10. y. 7. Sch. a. 4. 2. BRIDGEPROBLEEM 166. ISpelprobleem) B abcdefgh Wit: Kf l, Da2, Tgl, Lg4, pion e2. Zwart: Kh2, Da6, La7, Pe8, pion nen: a3, böen g5. Het bieden verloopt aldus: (V en A hebben een manche; B en L hebben nog niets) B: l in S. A.; A: past; L: 3 in H; V: past; B: 4 in H; A, L en V passen. V komt uit m t Sch. v. B: Sch h; A: Sch 3; L: Sch. 2; B: H. a; A: H <}; L: H. 5; V: H. 4. B: H. h; A: R. 2; L: H, 7; V: H. 6. Hoe moet L het spel thans verder spelen. OPLOSSING BRIDOEPROBLEEM 165 I: Z: KI. h. Er zijn 2 gevallen mogelijk; W neemt of nefmt niet. Wij zullen eerst nagaan, hoe het spel verloopt als W niet neemt. W: KI. 4; N: KI. 2; O: KI 5. II: 2: H. 3; W: H. 6; N: H 8; O: H. 2. III: N: H. 5; O: H. 4; Z: R. b; W: H. 7. IV: W: KI. 7; N: KI. 3; O: KI 6; Z: KI. v. V: Z:Sch. 6; W: R. 8; N: KI. 9; O: Sch. 10. yjj j R. a en Sch. 8 zijn beide voor Z. Nu het geval, dat W in l wel KI. a. neemt. Dan verloopt het spel: I: W: KI. a; N: KI. 2; O: KL 5. II: W: H. 6; N: H. 8; O: H. 2;Z: H. 3. III: N: H 5; O: H. 4: 'f.: KI. v; W: H. 7. IV: W: KI. 4; N: KI. 9; O: KL 6; Z: Sch. 6. V: N: KI b; O: ? Gooit O Sch. 10 weg, dan houdt Z als laatste 2 kaarten R. a. n Sch. 8, die beide voor hem zijn Gooit O R. v bij, dan houdt Z R. a. en b., die dan ook voor hem zijn.