De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 29 december pagina 7

29 december 1928 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

1*0. DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 29 DECEMBER 1928 Uit de Natuur: Duinwater door Dr. Jac. P. Thijsse H KT besluit van het Amsterdamsche gemeente bestuur om het drink- en werkwater voor de hoofdstad voor een groot deel te betrekken uit de Vecht en de Loosdrechtsche Plassen, later even tueel ook uit Rijn of Lek, heeft ons met groote vreugde vervuld. De duinen krijgen nu weer een goede kans, om te worden, wat zij behooren te zijn: het lustoord voor Holland. Toen die groote en veelzijdig begaafde, intuïtieve Nederlander Jacob van Lennep ruim 00 jaa,r ge leden wist door te drijven, dat Amsterdam xijn, duinwaterleiding kreeg, waren de omstandigheden heel anders dan nu. De drinkwatervoorziening van de stad wasallertreurigst. Men kan zich tegenwoor dig haast niet voorstellen, dat er destijds menschen in Amsterdam hebben kunnen of willen wonen. De bacteriologie lag nog in haar windselen en de techniek had lang niet de koenheid en voortreffelijk heid van thans. Van Lennep zag op Leiduin het heerlijke heldere water wegvloeien in den polder, zag in het duin zelve in de natte valleien schijnbaar onuitputtelijke waterreservoirs. De drooggelegde Haarlemmermeer had nog niet langen tijd gezogen. Het lag dus Voor de hand om het overtollige water Uit de duinen naar Amsterdam te voeren ter wille van de bevolking, destijds tusschen de twee- en driehonderd duizend. Alles marcheerde dan ook voortreffelijk en de duinen schenen er geen hinder van te hebben. Ik herinner mij nog heel goed, dat ik in 1880 in het hartje van de Amsterdamsche Waterleidingduinen nog handekenskruiden vond bij de vleet: de orchi deeën, die alleen voorkomen op zeer vochtigen bodem. Menige vallei in dat duin had toen een plantengroei gelijk aan die van de nu zoo beroemde: Buitenmui op Texel. Langzamerhand echter verminderde die water rijkdom. De kanalen moesten hoe langer hoe ver-der, hoe langer hoe dieper worden gegraven en toen hebben wij in zeer weinig jaren gezien hoe die bloemrijke valleien veranderden in kale vlakten, schaars begroeid met zandzegge en klein buntgras, of met armelijke mossen en korstmossen. De roof bouw, want die afzuiging van oppervla-kto-water moet eigenlijk roofbouw heeten. had zijn schan delijk eindresultaat bereikt. Ook leverde de water leiding niet meer genoeg voor de inmiddels sterk uitgegroeide hoofdstad en toen was het da-t Penning al kwam met zijn plannen voor een rivierwaterleidiiig. Hij heeft toen het pleit verloren, want er werd een andere oplossing gevonden: men kon in de duinen groote voorraden water oppompen, uit do diepere lagen. Reeds toen werd de verzuchting geslaakt: waren wij maar direct hiermee begonnen, dan was het heerlijke duin niet voor een groot deel veranderd in een dorre woestenij." Aan. dat op pompen uit die diepere lagen is echter een grens gesteld, want daaronder liggen nog diepere en die bevatten zout water. Nu de bevolking van Amster dam het millioen gaat naderen, wordt het gevaar voor verzouting van de waterleiding al grooter en grooter en daarom zoeken wij nu onze toevlucht. in de Loosdrechtsche plassen en in Kijri of l*ek en. daar vinden we nu weikelijk een onbegrensde hoeveelheid overtollig water, dat wij thans, nu we zooveel verder zijn in de wetenschap der micro biologie en chemische* technologie zoo zuiver kunnen krijgen, als wij maar willen. Wie nu houdt N.V. J. S., M E U W S E N ' S Grootste keuze. . . . STETSONS van zuchten of klagen kan zeggen: Ach. had Penning destijds, maar meteen zijn zin gekregen. Intusschen was er weer een nieuwe; duinwater leiding bijgekomen: de Haarlem.se.he in 1SS1K. Het is al weer niet te gelooven maar toch volkomen waai', deze wist de beschikking te verkrijgen over een kilometers lange strook midden door het Keimemer duin, om daar oppervlakkig water at' te zuigen en zij is daarmee voort gegaan tot op heden ondanks alle vertoogen en ervaringen. In H)09 hebben de Heidemaatschappij en Professen' Pubois twee belangrijke rapporten uitgebracht over dit funest bedrijf en den goeden en weigemeenden raad gegeven, om voor de Hallotjes-stad toch ook het water op te halen uit de diepere lagen, maar alles zonder baat. Wij hebben nu dert g jaren lang de verwoesting van het Kennemer duin kunnen gadeslaan. Door de daling van den grondwaterspiegel is de bovenlaag van den grond meer dan gewoon gevoelig geworden voor droge zomers en regenarme winters, zoodat jaren als 1911 en 1921 hier veel ernstiger uitwerking hebben gehad dan elders. De kanalenrij van de waterleiding wordt thans aan beide zijden begeleid door stervende en afgestorven berkenbosschen, door kleurlooze gras- en mosvlakten en telkens weer nieuwe zand verstuivingen, die voortdurend moeten worden bedwongen. De droge zomers van 1921 en 1922 hadden in het hoe Ie duin veel ver woesting veroorzaakt, maar de betrekkelijk voch tige jaren die volgden, hebben herstel gebracht, maar dat herstel is niet doorgedrongen binnen do rampzalige strook van de duinwaterleiding on liet aantal plantensoorten blijft daar nog altijd berieden de helft van het aantal vóór 1IS!KS. toon sommige duinen in dit gebied tot op den top begroeid waren met viooltjes en eereprijs, met maarivarentjes en zelfs met het zeldzame orohidoetje Herminium en in de valleien groeiden Winter-groen en Parnassia tot vlak bij Ovovvoen. Het is zeer leerzaam, om te zien hoe dat herstel zich wel heeft geopenbaard in hot gebied van do Bloemendaalsche Waterleiding. Ons onvolprezen Bloemendaal pompt overvloedig heerlijk water op uit de diepe lagen en houdt daardoor zijn grond water op een behoorlijk niveau, zoodat de mooie vijver van Duin en Daal eri de nog veel mooiere va l Thijsse's Hof alleen maar op en neer s-hommelen i'\ harmonie met den regenval, /e-ldzamo planten, die het in 1911 en dergelijke droge zomers te; kwaad hadden ge;kregen, hebben zich weerprachtig hersteld en groeien on bloeien weer vlak bij het pompstation van onze wateTleiding. elie met al haar installaties slechts weinig hoktareii in beslag neemt. De>eh nu worden deze pioniortjos weer bedreigd doe)r gre>ot gevaar. De gemeente Haarlem heeft haar voornemen te kennen gego.ven om haar wate-rwinplaats uit te breiden met WU II.A., ee-n strook van een kilometer breed en dat betoekont eigenlijk ten slotte de ondergang van de> Koiinornor duinen van den Zeeweg af tot een geie-el stuk van Duin-onKruidberg. Het is haast niet te gelooven, ela.t deze! gemeente wil blijven volharden, in haar ouderwetsch, op natuurvernieling gericht, bedrijf, terwijl en Bloemendaal n de papierfabrieken van. Van. Gelder klinkklaar hebben aangetoond hoe' gemak kelijk en voordeelig het water betieikken kan worden uit de diepe lagen, en terwijl Amsterdam rivierwater gaat nemen. Kigcnlijk ligt hot zelfs voor de hand dat Haarlem met Amsterdam samen flink in het groot die rivierwaterle-ielirig te>t sta,iiel brengt met misschien secunelair nog gebruik maken van diep water uit de duinen. Dan r/,e)u het duinlandschap zich voe>r ee'ii groot deel kunnen herstellen in volle oeirspremke-lijkepracht en rijkdemi, zooals we; elie- hobbe'ii pogen te' schetsen in Blonde Duine>n '? Voor sommige stuk ken zou dat herstel wel vele' tie-ritalle-n van jaren op zich laten wachten, maar die kunnen we elan in korter tijd te»t aanzien brenge-n door doelmatige bebossching, onze leus moet toch blijven: ele- eluine'ii het lustoord voor het dichtbevolkte HoJla.net van de naaste toekomst. KRONIEK Oudejaarsavond 17^ H vera.nde'i-t natuurlijk niets bij don overgang J van. het Oude- jaar tot het Nieuwe-. Alle-s is maa.i' fie'tie e'ri /,e-Ifs ele' aardsche1 kringlenip enn ele' /.em is e>p ele'ii .'i l eri ver vari compleet. ze>e>dat voor einh'lijke me-nsohori e>e>k in het asti-omische geen bevrediging te \ inele-n is. Toch doen wij verstandig op dien laat sten De;cembordag, zoetjes aan, zoe> tegen half twaalf e-enige emotie te cultiveeren. als wanneer wij terugkijken eip de-n voorbijen jaarkring en vanzelf verder op ons reeds lange leven. Kan men deze kleine gevoe-lscrisis nog accentueeren deieir eenigen kerkgang in den voor avond, die alvast in de vereischte stemming brengt, zooveel te beter. Want wij hebben het meestal te elruk en zijn er in 't algemeen ook niet tuk ejp ons eip e>ns zelf te bezinnen. Dat geeft maar empleizierige resultaten en leielt tot getejb. als het onn zelfs niet eleiodgriezelig maakt vanwege de plotse ling erkende wankelheiel en eenzaamheid van ons menschelijk bestaan. Deioh ze>e>. e>p gezette, plechtige- uren, allen niet elkaar, onder het stille- licht en met ele veelzeggend afgemeten, statige; uurslagen in het: vooruitzicht, willen wij wel eens woemoedvol tomgmijmereii naar het verleden e-n spre-keii over het zoet en het bitter (e-n he-t bittor zoet) dat ems ele afgoloopen jaarkring bracht. Men behoeft daarbij echter de' sentimentaliteit nie-t te overdrijven eri zich niet te gedragen als een ee-r/.ame- oom in ele elage-n m jner verre jeugd. Op elieii ge-ze-ge>riderr Sylvostoravoiid werd in zijn gezin eleie)i' hem e-u zijn gasten kaart gespeeld met animo, om iiie-t te- zeggen me-t koortsige spolwoede. Tot ze>e>wat elf uren. T)a,ii kwamen, einder e;e-ii stijgvnele- bekle-mimng van stilte, de' te>ebereidseleri tot het soupei' a.an ele beurt, e-n als men e-e-miiaal aan tafel neerzat, begreep ieder, dat nu de ure tot inkeer goke<me-ri was e-n zette alvast zijn traaiikliere-n open. -Maai' elan. te-ge-n klokslag van twaalf, nam ele; oom he't wexird ejn had het gohee'Ie- ge-ze-lschap in oen eimmozie-ii aan 't huilen, zeieielat zij elkaar bij de-n i.irga'm al snikke-nelo omhe-lsde-n. Om daarna.. we-e-r vredig ne-e-i'ge'/.e-t en. e'H merkbaar e>pgoluch1. gowoem ve-rde-r te schivmseii e-ri enii n uur elnoelnuehtor iis'.a,!' huis te- gaan. . . . Ik de-nk eige-ulijk. dat het in vele gezinnen neig net zex) tex-gaat e-n tusse'heii mate'i'ie'e-le- ge'iie:ue'hte'n e'ii ge'iien'glijk \\'ee'moeelige- ge-pe-inzen ele' la-atste jaai'ui'en aange-iiaam voortsnolloji. Wie' waarlijk bodioefd zijn, kruipe-ii liever te-voren in beel. maai de ge-brade-n kastanjes met punch. e>f. hoogerop. de ooste-rs nie-t champagne zijn altijel zekere teekenen, dat me-ii zie-h e>p Oudejaarsaveinel aan erndigi* gedachten e-n herinneringen eive-rgeeft. /oo'ii e-nkele ke-e'i' i; dat e-en prettige, zelfstroeleiido' bezigheid, bewijzend, elat men geen dorre of opper vlakkige' materialist mag hooien. Daarom moe'te'ii wij ele'n Ouelojaarsavemd in e-e-re- liouelen. .luist als einze' jaar- e-ii ge-donkelage-n, levert de-ze- e-en zuivere* brem van e-ine)tie' ei]), waaniit wij vrije-lijk me>geii putte-ii. zemde-r ve>or emsze-lf e-n aneleroii mal te lijken. Het is dan zelfs ee>n a;inge-nanie plicht zie-lveil te- zijn e-n he-t leven ernstig aan te- zien, me't ele' punch e'ii eh' cliampagne-, ele- oe.ste rs e'iïele kasta 'jes alp achtergrond. F. C. Kunstzaal van Lier Rokin 126 Amsterdam. Oostersche & Europeesche antiquiteiten Oude en Moderne schilderijen en plastieken Negerkunst & Ethnographica

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl