De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 12 januari pagina 9

12 januari 1929 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

'l GROENE AMSTERDAMMER VAN 12 JANUARI 1929 No. 2693 9% OBUGM1EN /GDQNDBdEVEN/ EEK NEDB2LANDSCHE AMSIEPD\M ANNO 19O6 n e Roet Hypotheekbank v, Nederland Opgericht* in 1864 Volteckod IbAtecfeppcUlk K*pMaal f 5*0004)00. < Vewtrekt geld op eerste hypotheek. Voor Inlichtingen wende men tich tot bet kantoor der Bank, Ged. Bierhaven 25 te R'dam of tot hare Agenten. De Directie t iMr. Th. Reepmaker, Mr. N. P. C. v. Wflk. Mr.B. van Rouem. Koopt Toor Belegging: P ANDBRIEVEN Bataafsohe Hypotheekbank AMSTERDAM STAND AARD HYPOTHEEKBANK tt ROTTERDAM Dtoecttet Mr. H. H. C. CASTBNDI/*. en L MOSSELMAN De Bank geeft onder controle van het Algem. Administratie- en Tnutkantoor 4l%Pandbrleven tegen beortkoer» uit. De HolL Voorschotbank HAARLEM, KRUISWEG 70* De Bank verstrekt gelden tot lk bedrag net een ^gimnm van f 1000.*>MBOpzakeItyk onderpand en onder borgtocht* met in pandseving eener polis van levenaverickerlng van gelijk bedrag, en verkoopt 5% schuldbrieven in stokken van f 1000.?. 500,- en f 100.- tegen den koers van 97%. Il tmbtsclie iTiotkeetlaii UTRECHT Pandbrieven pl.m* f 48*000*000*~ De Bank stelt beschikbaar.' 4l\2 pCt. Pandbrieven a 991/2pCt in stukken van f 1000.?, f 500 en f 100. De Directie: Mr. A. J. S. VAN LIER Mr. P. R. HOORWEG Nederlandsche Handel - Maatschappij AMSTERDAM. AGENTSCHAPPEN te ROTTERDAM en 's-GRAVENHAGE Vestigingen in Nederlandsch-IndièV Straits-Settlements» Britsch-Indië, China» Japan en Arabi ALLE BANKZAKEN SAFE-DEPOSIT. KOFFERKLUIS. LEVENSVERZEKERIIII! lUTKUmi Gunstige polisvoorwaarden IQ H? M 1?1 CT füi Zeer billijke prcmiën, ROTTERDAMSCHE 8CHEEPSHYPOTHEEKBANK HARINGVLIET 98 UITGIFTE van 5% Pandbrieven tegen ioov* L De Directeur: Mr. W. C. MEES aniararaiaraiiaaiii^^ [Maatschappij voor Hypothecair Crediet in Nederland l Maastrichtsche Hypotheekbank voor Nederland i Verkrijgbaar: ' . ? I 4l/« % PANDBRIEVEN i tegen Beursnoteering | Deze Pandbrieven .ztjn aftosbaar door uitloting | binnen 25 jaar. ? . l i isaafaafiHaratfaraaHfafanfiffif AMSTERDAMSCHE MAATSCHAPPIJ VAN LEVENSVERZEKERING AMSTERDAM, N. Spiegelstraat 17 SOERABAyA,WiUemsfcade 3 Commissarissen: Mr. Th. Heemskerk. H. Cokjn, D. G. J. Baron van Heemstra, Mr. Dr. Dt A. P. N. Kooien, Jhr. Mr. F. K. van Leonep, H. W. van Made Jr., Mr. J. W. Ramaer. Directie: Jhr. Mr. A. F. de Savornin Lohman, Jhr. J. de &vornin Lohman. Verzekerd lied rap; . pi .m. f 135.000.00O.?. Wiskundige Koöerve ,, f 31.OOO.OOO.?. Extra waarborgen f JÏ.OOO.OOO.?. , Bijzonder gunstige verzekeringsvoorwaardin. Residentie Hypotheekbank 's-GRAVENHAGE Anna Paulownastraat 97 . TRUSTBB'S EK ACCOUNTANTSCONTROLE ~. Gepl. Maatsch. Kap. f 1.400.000.*- Reserven f 601.000.~ pCt. Hypotheekbrieven tegen 983J4 pQ. Directie t K. B. ABBING. D. VAN OORDT OnderL Glas-Ver zekering-Mi j+ GEVESTIGD TE AMSTERDAM OPGERICHT 1876 Kantoor: KERKSTRAAT No. 69 Telefoon 42163 Directie: Mr. K. F. A. VAN DER BREGGEN Verzekeringen tegen vaste jaarljjksche, premie, voor schade door breuk aan :-: :-: SPIEGELRUITEN, _ SPIEGELS of andere RUITEN :-: t-: IJVERIGE VERTEGENWOORDIGERS GEVRAAGD VERSCHENEN: BERNARD ROCHOWITZ DOOR J. F. HEEMSKERK OORSPRONKELIJKE ROMAN Prijs inén, f7.50 Comp'eet in 2 deelen.?Geb. f8.90 De Zeeutcache Kerkbbde schrijft: ' Zoover AVU weten is dit het eerste boek van den schrijver ei* we hebben ons afgevraagd wat dejredcii kon zijn, waarom iemand dié. zoo'n boeiend boek kon schrijven, reeds jaren geleden niet andere littéraire arbeid in 't Jicht had gegevevi. Wij hopen, dat dit niet het Itatste bock van den schrijver zij.. , Er staan in 't over 't geheel interessante verhaal van BERNARD ROCHOWITZ enkele gedeelten die ongemeen boeien. Ik noem maar zyn doorbreken door de vijandelijke linies; zijn sterfbed en ook do nacht na zijn provpoststraf. Uitgave van VAN HOLKEMAi WAREHOORF s .-HJmstetdam DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 12 JANUARI 1929 Duitschland's vermogen door C. A Klaasse Teert Duitschland In ? WIE eens steelt is altijd een dief, zegt het spreekwoord, en er schuilt veel waarsindie zegswijze. Wanneer men eens moeilijkheden heeft gehad om zijn verplichtingen na te komen, zullen nog jaren later de crediteuren op hun qui vive blijven, en een reprise van het vroeger gebeurde vreezen. Dat merkt Duitschland nog voortdurend. ? S«dert de feitelijke insolventie, waarin door de inflatie dit land heeft verkeerd, hebben Duitsche debiteuren in het buitenland zeer hooge rente moeten bieden om kapitaal los te .krijgen. Velen hebben de financieele wederwaardigheden van de Duitsche volkshuishouding met een hoofdschudden gevolgd. Men zag groote bedragen over de grenzen vloeien naar gemeenten, provinciën en andere publiekrechtelijke instellingen. Ten deele richtte die stroom zich rechtstreeks naar die lichamen, andersdoel indirect, via Girozentralen en Landesbanken. Men zag de overheid met de aldus geleende sommen den bouw financieren van luxueuse regeeringsetablissementen. Men zag gemeenten op grooten voet leven, en de in den vreemde opge nomen gelden in hoofdzaak toevoeren aan een consumptieve bestemming. Tja, wanneer men «enmaal gezonken is, en om zijn uitgaven te bestrijden de biljettenpers heeft gehanteerd, .dan deinst men er ook niet voor terug om de van zijn vroegere vijanden geleende kapitalen over den balk te gooien. Men was niet zoo kortzichtig om alle Uvmm doov Duitsche kapitaalbehoevendon te vni'oordoelou. Dat een leeiüng opgenomen door een onderneming, die haar productiecapaciteit wil uitbreiden, on haar export meent t o kunnen opvoi-nm, economisch volkomen gerechtvaardigd is liwoft niemand ooit bestreden. Maar degenen die door een zwarten bril Duitschland's ontwikkeling g ulu&laan hebben steeds met klem gewezen op het grootu belang van de consumptieve credieten w.-lke dit land in het buitenland heeft opgenomen. Kn in deze categorie hebben de Duitschers zelve niet de minst belangrijke plaats ingenomen. Duitschland heeft alles gedaan om dien indruk te vestigen en te versterken. Hetgeen alweer niet behoeft te verwonderen. Men redeneerde daar aldus: Duitschland wordt gedwongen groote liedragen van het maatschappelijk inkomen. jaar lijks af te .staan aan de ex-vijanden; thans repa ratie-crediteuren. Maar men kan dat deel van het' inkomen niet missen, heeft het noodig ter dekking van consumptiebehoeften. De eenige manier om die behoeften te dekken is: in het buitenland do juist betaalde bedragen Weor terug te leenen. Zooals gezegd, men zag die opvatting van Duitsche y.ijde niot ongaarne. Maar ook zonder dat zou zij waarschijnlijk door velen zijn gehuldigd. Men is nu eenmaal geneigd, om daar waar reeds eenmaal moeilijkheden zich hebben voorgedaan, een catastrophale" ontwikkeling te verwachten. De slot som waartoe mert, voortbouwend op deze argumen tatie kwam. was: Duitschland's passivum gaat; meer en moer het actief overtreffen. . Dawes-plan In dit verband is het nuttig te verwijzen naar het juist verschenen rapport van den agent voor de reparatiebetalingen: Parker Gilbert. Het is hiel niét de plaats de i inhoud Van dat rapport zelfs maar beknopt weer te geven. Hoofdzaak is dat der langen Rede küvzer' Sinn als volgt kan worden .samengevat: Duitsehland heeft voldoende . in komenscapaciteit om de bij het Dawes-plan voor ziene jaarlijksche betalingen te verrichten. Wat houdt die conclusie nu in voor den houder van Duitsche beleggingsfondsen? Behelsde de opVatting der pessimisten, diéik hierboven aan het woord liet, waarheid, dan was de positie van die houders niet benijdenswaardig. Een land dat bezig is meer schulden dan vermogen te kweeken is een slecht debiteur. ? Maar ziet, de herstelagent, die onder meer is aangesteld om de jeremiades van den Duitscher over zijn eigen vermogenstoestand , te toetsen aan feiten en cijfers, spreekt den bezitter van Duitsche obligaties moed in. Het land kan voldoen aan de herstellasten, zelfs op het recördpeil dat zij misgaan bereiken. Dat houdt in, dat Aller eerst alle lasten uit hoofde van binnen- en buiten/landsche schulden bestreden kunnen' worden. Duitschland heeft zich in de jaren 1923?1928, Jlinkf hersteld. Men héft gespaard en nieuw kapii taal gevormd. Het is waar, men heeft in het buiten land kapitaal opgenomen, dat voor min of meer consumptieve doeleinden werd bestemd. Maar dat hangt samen met de verhouding tusschen binnen- en buiten landsche kapitaalrente. De inlagen in spaar- en girok?.ssen zijn in de laatste jaren sterk gestegen. Het totale tegoed is van RM. 2£ milliard in 1925 gestegen tot RM.8 milliard. De beleggingen van verzekering-maatschappijen zijn eveneens gestegen» en wel met eenige hon derden millioenen. Vervolgens is vooral in het juist afgeloopen jaar het totaal bedrag der binnenlandsche obligatie-emissies tamelijk omvangrijk geweest. Zoodat men kan. spreken van een behoor lijke vermogensaanwas. Men behoeft dan ook niet bang te zijn, dat de Duitsche volkshuishouding bezig is haar vermogen op te soupeeren, en bankroetiers-politiek te be drijven, door het passief te doen stijgen boven de aanwas der activa. De financieele toestand is steviger geworden, ondanks de uitgaven voor consumptieve doeleinden. Parker Gilbert blijft aandringen op uiterste bezuiniging om het consolidatieproces te bespoedigen, maar het evenwicht tusschen productie en verbruik acht hij reeds aanwezig, zelfs niet inbegrip van de herstellasten aan de verbruikszijde. Een ander vi*!o De Duitsche regeering. waarschijnlijk reeds op de hoogte van Gilbert's conclusies, heeft een liarer organen op financieel gebied, de Reichskreditgesellschaft A.G. een studie in.het liclit doen geven ? over den economischou toestand'van het land. Hoe wel slechts terloops toespeling wordt gemaakt <»p de reparatiekwestie, proeft men uit het betoog <le stemming:-anti-Dawesplan, Kn neemt men dat in aanmerking dan is het verweer niet sterk. Het zwaartepunt van do argumentatie lijït in «Ie bewijsvoering dat ilo kapitaalnood in Duitsrhlarnd nog steeds groot is. Dat zal wel niemand willen ontkennen. Maar dat een vooruitgaand land aan ka pitaalbehoefte kan te'i grondt» iraan zal wol niemand ernstig willen volhouden. Kn de nauwkeurig uitge plozen gegevens die moeten 'wijzen op de inderdaad ingetreden zwakke- conjunctuur-reactie zijn even min overtuigend materiaal. Maar <le herstalkwestie als zoodanig is niet onderwerp van deze beschouwing: ik heb deze slechts' daarin betrokken voor zoover zij verband houdt niet de vermogens positie van Duitschland. Doel was slechts: de stelling, dat de herstelbetalingen alleen maar mogelijk .zijn. wanneer een deel der consumptie door buitenlandscho leengelden worden gedekt, te bestrijden. ? '''**' ' .Slechts n probleem is er dat zoowel ten aanzien van de herstelkwestie als in verband met Duitsch land's commercieele schulden aan het buitenland van groote beteekenis is, en dat nog onvoldoende bekeken is. Ik meen: het transfert-vraagstuk. Wanneer'men tot de conclusie komt dat de in komenscapaciteit van een land. ruim voldoende is om de verplichtingen jegens .Crediteuren na te komen, dan bewijst dat nog niets ten opzichte van d^ mogelijkheid om die schuldeischers, voor zoover zij zich in het buitenland bevinden, te betalen. Om een crediteur in den vreemde te betalen is het onvermijdelijk dat wil men de valuta-verhou dingen niet uit het evenwicht brengen voldoende export bestaat om een batig saldo op débetalings balans te creëeren. En wanneer nu rondom de crediteurstaten de inheemsche industrie bescher men door hooge tariefmuren dan kan het gat niet ? gestopt worden. Men kan wel de transfer-clause schrappen uit de Dawes-overeénkomst. Maar dat is geen oplossing van een probleem. In hun eigen belang zullen de herstelschuldeischere moeten meewerken. Misschien dat een nadere uitwerking van de leveranties-in-natura uitkomst kan brengen. Men verzuime echter niet tegelijkertijd. voor de buitenlandsche leeningen de kwestie onder oogen te zien. Reeds is de goedkeuringsprocedure voor. die leeningen door de Beratungsstelle in dit opzicht aanzienlijk verbeterd. In deze richting zal waar schijnlijk in de toekomst het zwaartepunt gelegd moeten worden. BEURSSPIEGEL Donderdag, 10 Januari DE Handelsvcreeniging Amsterdam heeft het nieuwe boekjaar ingezet met de uitgifte van de tweede tranche der 4| pGt. obligatieleening, waarvan het eerste deel ad ? 10 millioen verleden jaar met groot succes aan de markt werd gebracht. Deze vennootschap had in de laatste jaren voor 1928 telkens het geplaatste aandeelenkapitaal vergroot door uitgifte van eenige millioenen tegen . den parikoers. Het publiek was die politiek, die den aandeelhouders telkenmale flinke claimopbrengsten in de schoot wierp, bijna als een usance gaan beschouwen. Zooals gezegd werd in het vorig jaar voor het eerst met deze methode gebroken en hoeft men in de plaats van aandeden obligatiën geëmitteerd en dit jaar schijnt het weer dien kant uit te gaan. Wat is nu de aanleiding tot deze zwenking in de financieringstactiek van deze maatschappij, wier aandeelen zulk een voorname plaats in het bcursverkeer innemen'-' Over het algemeen wordt bij ' groote ondet nemingen als ?H.V.A., Koninklijke t?.d. aangenomen dat tot uitgifte van aandeelen met claim slechts dan wordt overgegaan wanneer de Directie meent redelijke gronden te hebben om te vertrouwen dat minstens over het loopende boekjaar eenzelfde dividend zal kunnen worden uitgekeerd als in de laatste jaren gebruikelijk is. En al zijn dergelijke opvattingen steeds eenigszins vaag en nagenoeg altijd ongeschreven, men mag aannemen dat ook de H.V.A.-directie haar huldigt. Vreest' dus ,de Directie dat wellicht zal blijken dat het huidige dividend niet zal kunnen worden gehandhaafd? Dat is misschien een wat te boute conclusie, want het vorige jaar werden ook obligaties uitgegeven on toch wordt over 1928 weer 'M\ pCt. uitgekeerd. Maar ongetwijfeld uiau; men er wel.de opinie uit putten dat hot H.V.A.-bestuur «Ie toekomst van de suikermarkt niet zoo heel rooskleurig inziet. Noch de prijsontwikkeling, te New-York. noch <le verkooppolitiek van de V.l.S.l». voor ougst-192S* ver lokken trouwens tut optimisme. IV aandeelhoxulers van de H.V.A. mo^eii zich gelukkig prijzen dat do maatschappij niet moor'het zwaartepunt van haar bedrijf in de suiker heeft. Hoe dit /.ij* do obligatiën zijn prima belegjrinirspapier. Verlangt men over het algemeen van Indische fondsen een wat honger rendement 'dan van ' XedvrhindM.-ho. de H.V.A.obligatiön maken een uitzondering op dien regtjl. ?Om de/.o'reden «lat do activa, die do maatschappij buiten Indiébezit. o.m. tleliquide middelen (wissels prolongatie) hot ubligatiobodrag zeer aanzienlijk overtreft. * * Rubberwaarden hebben woei- eens. van,zich doen spreken. De markt in deze fondsen heeft nu al maandenlang bijna dood gelegen. En ook thans hebben zich geen revolutionaire gezichtspunten voorgedaan. Do prijsontwikkeling is nog steeds niet erg bevredigend. Het eenige positieve feit is de beweging van den Londenschen rubbervoorraad. Die is al lang bekend, en bovendien blijven er nog zooveel cijfers ten aanzien van voorraden bij han delaren, fabrikanten, eventueel? pools e.d. onbe^ kend. dat de positie allé's behalve overzichtelijk is. Van de toenaderingspogingen tusschen producen ten al dan niet in samenwerking met verbruikers is nog niet veel gekomen. Zoodat all in all het ; aspect zich niet'zoo erg veel heeft gewijzigd. Maar de verpachtingen voor de naaste toekomst zijn 'algemeen wat" verbeterd. Men vestigt /ijn hoop op ? een flinke consumptieuitbreiding, zoowel in' de bandenindustrie als in de andere rübberverbrui-' kende takken van bedrijf. In het afgeloopen jaar is het verbruik naar verhouding steeds sterken gestegen dan in de voorgaande jaren. Het is dus in hoofdzaak toekomstmuziek waarop men'nu bouwt, Maar na de zeer langdurige depressie die achter ons ligt is misschien de markt licht pntvlambaar. C. K. Verzoeke bij opgave van ver huizingen duidelijk te vermelden of deze tijdelijk of blijvend zijn.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl