De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 2 februari pagina 10

2 februari 1929 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

?M DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 FEBRUARI 1929 No. 2696 No. 2696 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 FEBRUARI 1929 S ; f "?1 l \ . t . ., ?.'i' ,.. iMUZIEK door Constant van Wessem ? l y en zijn RITIM tien jaar is Claxtde Debussy nu dood.'llij heeft zyn roem niet overleefd, integendeel. ?/ijn roem begint pask Hij is de grootste muzikale meester gebleken, die Frankrijk sinds Berlioz heeft voortgebracht. Dit is werkelijk niet te boud gesproken, wanneer ik toelicht, dat ik speciaal op het oog heb de beteekenis, die deze figuren voor de .muziek ook buiten Frankrijk hebben gehad, Berlioz voor de vernieuwing dei' instrumentale techniek. Debussy voor het muzikale gevoel. Debussy heette, bij do indeelings-manie van zijn tijd, een impressionist. Dat was ten slotto maar een etiket, waarmede men zijn wijze van dichten in tonen" wilde aangeven. Xiet zijn impressionisme maakt hem tot een groot ineester, maar het feit, dat hij de ware dichter onder de impressionisten was, hij die zijn subtiele droomen tot een suggestie ve realiteit wist om t* scheppen. Noch sommige eigenschappen van zijn harmonieën noch de verfijnde kleur" van zijn instrumentatie maakten hem tot die bijzondere figuur, die de andere im pressionisten zou overleven; want de grondslag van zijn muziek was de muziek,' d.i. de sonoriteit. De bewuste heele tonen-gamma, die men als de grondslag van zijn harmonie wilde zien, geldt alleen ' voor den aard van sommige zijner melodieën waarin de onderlinge afstand der tonen een heele tonen-opeenvolging laat vaststellen en de leer boeken ons vertellen, dat dit de, grondslag der harmonie is. Met evenveel bewijskracht kan men aantoonen, dat de heele tonen-gainma van Debussy geen echte heele tonen zijn. Ondanks de koppige ontkenning der hedendaagsche componisten, die dit als een vicieusen cirkel willen beschouwen, waaraan zij meenen, dat het ,.fijnere (lees: ner veuzere) gehoor" zou kunnen ontkomen, blijft alles in de muziek nog altijd onafwendbaar rondom tonica en dominant draaien. Debussy, te instinctief groot musicus, heeft zich daarmede dan ook niet opgehouden. Hij schreef het muzikale gedicht van zijn gemoed, de vrije muzikale fantasie van zijn gemoedsleven, omdat de muziek spontaan als muziek'in hem leefde en hij geen bijzondere wegen behoefde te gaan. daar hij den gewonen weg ging. De subtiliteit b.v. van Debussy is een voor stelling, die door een nauwkeurig bezien van zijn muziek wordt gelogenstraft: zijn muziek, die in zijn intieme werk teeder als de kleun n van een Japansche prent is. vertoont in zijn orkestwerken. zooals het ..Fétes" van de ..Nocturnes", in sommige gedeelten van La'nier'', in ..Iberia" een uitbun dige, hoewel steeds lenige en nergens plomp-harde kracht, die ni ts van ..b'.eekziuht" heelt, en ook zeer vaste structuur. Alleen, bezien in het licht van wat in zijn tijd door de anderen werd gecomponeerd, kunnen wij zeggen, dat zijn muziek zich daarvan onderscheidde doorda,t zij weer muziek was. dat wil zeggen een kunst van charme en betoovering. «en geen philosophisch of .psychologisch spelletje in. noten, zwaar geladen; met een ..bedoeling". Daarom, de eenige vernieuwende muzikale beteekenis had Debussy alleen bezien naast dezen ontaardingsvorm van het muzikaal gevoel en kon doen zeggen, dat Debussy met n n'terne gevoel tegenover de Wereld der muziek ftond. zooals zijn tijd haar nier meer kende. Edoch, de vrijheid, die een geniaal schepper als Debussy zich kon veroorloven, gebonden aan het , scheppend evenwicht konden zijn volgelingen zich niet veroorloven;, hun werk verwaterde in vonulof.'sheid. ';,.', .V '..#"???? ? Men kort zich van dit alles nog eens bewust worden als men het nog niet was op het concert, dat onder leiding van Monteux Werd ge geventen bate van het monument voor Debussy in zijn geboorteplaats St. Germain en Laye. Er was een keuze uit zijn vroeger en later werk gedaan, en er was daarmede een zeer goed en afwisselend programma samengesteld. Van do beide vertolksters der .sopranen en alt-partijen was vooral Jo van IJzer-Vineent een ver rassing met haar mooi geluid en haar teeder en bekorend-een voudig zingen. Het doet ons genoegen, deze jonge zangeres, die nog sedert kort optreedt, ook langzamerhand op de plaats te zien komen. die zij om haaf zangtalent verdient. Ook in haar ariai uit dat andere jeugdweik L'Enfant prodigue" ' verwierf Mevr. van IJzer' terecht-een algemeen»bewondering. , Na Debussy's reeds klassiek geworden meester werk, de ,,Prelude a l'apresmidi d'un faune". speelde tot slot Maroelle Meyer de Fantasie voor piano en orkest, een werk, eveneens uit Debussy's l'rix do Home-periode en waarin hij zich wel duidelijk hoorbaar in een vorm geeft, die hem niet spontaan ligt, de z.g. concerteerende vorm van een pianoconcert. Hier zijn compositorische leegten, die"floor den onwennigen vorm ontstaan, iety wat bij zijn geheel eigen werk nooit voorkomt, waar ieder noot en iedre passage levend, origineel en eigen is. In de finale alleen, als een aardig Cakewalkthema inzet, begint er in de muziek iets te leven. dat den toekomstigen componist van ..Fêtes" verraadt. Het was ook merkwaardig, dat hier zoowel dirigent, orkest als soliste, als het ware met nieuw cntrain begonnen te spelen en zij zelfs het vuur niet meer verloren in het weer onwennigweinig eclatante slot, waarin Debussy opnieuw zich zelf voor de eischen van den voorgeschreven vorm kwijtraakt. SCHILDERKUNST Cdraflach werk van James Enaor, bij Schcltema en Holkema's boekhandel Karel van de Woestijne, die Ensor blijkbaar goed kent, heeft in Elseyiers Maandschrift, van Februari 1928 een artikel James Ersoraspecten" geschreven, dat ieder die deze tentoonstelling bezoeken en waardeeren wil, vooraf moest lezen. Het begint met een beschrijving van het zwartouderwetsche winkeltje waar de meer dan zestig jarige woont, van het atelier dat eenvoudig een kamer is, maar een kamer om den burgers bij valavond schrik aan te jagen" want er hangt een brons-bruin reusachtig Japansch masker naast het fromboosrose, langneuzige mombakkes van een Vlaamsen karnavalbelijder". De man die daar leeft zit 's winters in Brussel banketten voor en eet er met ministers. Maar in Brussel wimperen zijn oogen en in de koffiehuizen stoot hij alle 'stoelen aan." In Ostende hoeven zijn oogen niet te wimperen, daar is hij rustig deze?eens blauw zwarte Spanjool van Engelschen bloede, die in Belgiëkwam, geboren worden." Het is iets waar men bij Ensor altijd aan her- ?' innerd wordt:, zijn driedubbel internationale herkomst. Zijn vader was een Engelschman, zijn moeder een Vlaamsche, maar een Vlaamsche wier bloed vol was van Spaansche smetten. Dat woelt in Knsor. Hij is hautain en zwierig als een Spanjaard. schuchter ironisch en teruggetrokken als een Engelschman, grotesk, weelderig en ook teeder als een Vlaming. Hij is een eenzame, een onbegrepene, een zonderling. In den omgang was hij in zijn jonge jaren moeilijk en achterdochtig. vreemd en driest was hij alleen in zijn schilderijen en etsen. En toch sprak hij zich ook daarin om zichtig uit. verlegen, en hoogmoedig. NV ij kennen weinig va,n zijn schilderijen, meer in den laatsten tijd van zijn etsen. Hij etst van alles: landschappen m bijbelsohe tafereelen. diableriëii en mascarades, portretten en earicaturen. Hij vertoont zich graag in zijn etsen omringd door duivelen en demonen. Hij is de man ..die gestadig van buiten uit verwittigingen krijgt, die hum genoegzaam sarrend dat hij luisteren zou." Hij is ee-i> eeuwig-onrustige. Hij strijdt, ook in zijn etsen. aanhoudend togen wat hém' van binnen en van buiten bestookt, de menschen en zich .zelf. Maar hij uit zich als een die schuw is om zijn strijd en zich zelf te bekennen. Hij is altijd beschaafd, zachtzinnig en ingetogen ook als hij zich een air geeft van brutaliteit en schaamteloosheid. Men kan zonder schroom ge nieten van zijn zeven hoofdzonden" een reeks kleine etsen, die er allesbehalve onschuldig uitzien. Zyn phantaisie ontzegt zich niets en een blaadjeals la lucure" zou obsceen zijn als het niet een wonder was van teerheid. De vlugge teekening. de luchtige en delicale factorenTtle bevalligheid en d strakheid van lijn adelt de voorstelling. Wie hem . goed wil loeren kennen zal goed doen met zijn ?landschappen te beginnen. Hij is elders misschien nog grooter en origineeler, maar hij is ook in zijn landschappen, en stadsgezichten .vol phantaisie. Altijd geeft hij een visie. Zijn groote gezicht op Mariakerkc is désynthese van alles wat, het duin landschap bekoorlijk maakt, maar ook van een huis in Brussel, een straatje in Ostende of een brandende straatlantaren hebben hem tot de fijnste, meest aethcrische, delicaatste meth'.morphoses geïnspireerd. Men raakt nooit op hem uit gekeken, omdat hij altijd verrast, altijd schroom vallig is, altrjd iets verbergt n altijd het verN.V. J. S. MEUWSEN'S Grootste k e u z ? . . . . 8TCTSONS borgene onthult. Wie in de etakunst belang stelt verzuime deze unieke en tamelijk volledige ten toonstelling niet. Mej. >f. van Resteren Altena. bij lluffa Niet zijn zuiverheid is de meest sprekende karaktertrek van het werk van Mejuffrouw van Regteren Altena, maar zijn stilte, zijn voornamebescheidenheid, zijn gelijkmatigheid. Men kan niet zeggen dat de stillevens die zij schildert iets bovenaax-dsch hebben, hetzij door de keuze dei sujetten, hetzij door het hoogere plan waarop de visie der schilderes ze stelt, maar het is toch alsof haar trekpotten, haar boekjes, haar naaimandjes, haar theeblaadjes, al die attributen waaruit zij telkens weer' een stilleven formeert, los zijn geworden van de smetten dezer werelds om, gezuiverd van de aanraking der menschenhanden, in het koele licht dat ze omhult, onge stoord en waardig te blijven bestaan. Zonder hartstocht wordt men geen kunstenare* en zonder hartstocht schildert men niet onver-, stoorbaar dezelfde kleine aan vrouwen dierbar^ benoodigdheden des dagelijkschen' levens. Maai bij Mej. van Regteren Altena 'is die hartstocht bezonken en verstild tot een zachten en onweeistaanbaren drang die haar steeds weer doet zoeken en doet vinden, hetzelfde geluk in het weergeven derzelfde zaken. Het gebeurt weinig dat deze schilderes niet bereikt wat zij zoekt. Er is een zeldzame over eenstemming tusschen. haar gaven en haar ver langens. Geen andere van haar kunstzusters is met zoo weinig tevreden en vindt in dat weinige zoo telkens genoeg om er een schoonheidsontroering uit over te houden. Een tentoonstelling van schilderijen van mejuffrouw van Regtereu Altena zou bij uitstek vervelend kunnen zijn. Het is haar korstbaarste geheim, dat zij dat nooit wordt. Elk van haar stukken is de uiting van een geest»-sgesteldheid en men zou van hae.r kunnen zeggen. dat zij geen stillevens schildert, maar dat zij telkens langs kopjes en schoteltjes en boeken eu andere zaken een volkomen evenwichtige e!» volkomen vredige geriioedssteniminu uitzegt. De wijze waarop zij dat doet. is. dit- eener schil deres in engeren zin; de kleur en de toon zijn meer dan de vorm haar domein. Als zij goed op dre»-i is stemt zij een groote verscheidenheid' van teere en heldere kleuren af naar dien fijngrijzen grond-. toon. die als het symbool is van'haar ijemoedsruKt. Du gelen, blauwen en groenen van »le omslagen der fransche boekjes, waarvoor zij een voorliefde heeft rijen zich harmonisch aaneen. i<e.balanceerd door het diepe bruin van een paar wonderbaarlijk plastisch weergegeven photo's. Met zulk een flegma en zulk een bedachtzaamheid verdeelt zij de ' veelheid harer cnloristische factoren, dat ge. van de plotselinge levendigheid waarmee een fluschje ' vernis geschilderd is, bijna schrikt. De smaak eener Franc.aise schijnt gevaren iii de ziel eem-r Engelsche. Hiermede heb ik het wellicht beste en meest typische stilleven van Mej. v»n Regteren Altena gekenschetst. Niet alle zijn zoo gelukkig van samenstelling. Er zijn er waarop de veelheid deiat tributen minder volkomen tot een eenheid vereenigd is, al blijft er dan nog minstens een helft over. die haar beste eigenschappen niet -verwon-' derlijk geluk in zich vereenigt (het gezicht in het atelier); soms ook, zooals in het voortreffelijke stilleven met de artisjokken bleef de ruimte om de voorwerpen wat leeg. Aan den anderen kant bewijst het stilleven met het paté-rotje en waV fransch aardewerk, hoezeer zij zich ook in ge vaarlijker, lichter en gedurfder klem-tegenstellingen op haar oog, haar intuitie en.de leiding van haar onwankelbaar gesternte kan verlaten. Nederlandsche Munt Holland'* beate 10 ceati tigaar SGHOPENHAUER IV. Het gelaat "'tUelaat geeft 's nu-iischen geest ei zijn karakter weer; Dr woorden zeggen iets de trekken zeggen meer. Vandaar dat hot publiek zoo graag een foto ziot Van jeder, die, op onverschillig welk gebied, Door kennis, kunst of rang, door daden, goed of kwaad, Ziv\i onderscheiden heeft en boven andren staat. Een dwaas heeft eens gezegd, ik weet niet wie het was, Dat ziel tot lichaam staat als lijf tot overjas. Neen. Elks gelaat verdient, dat men 't zijn aandacht schenkt: Het is een monogram van wat hij voelt en denkt. Het woord uit 's menechcn wil < belang van korten duur ! Het aangezicht is de gedachte/ der Natuur. En dus is ieder waard dat men hem gadeslaat, Maar laiift niet iedereen dat iemand met hem praat. ..(lij zijt zooals g'er uitziet." heet het. En terecht. ^5oo is het inderdaad volkomen juist gezegd. 'Het komt er maar op aan. dat men zich niet vergist: Cïoed kijken is een gaaf, die menig burger mist! 't Is heel wat lastiger dan 't oppervlakkig lijkt: Vooreerst is 't noodig dat men objectief bekijkt: Bestaat er maar een zweem van afkeer, gunst of grieft Van voorkeur, vrees of hoop, dan kijkt men subjectief. Zoo hoort gij van een taal den juisten klank en maat Alleen als gij den zin der woorden niet verstaat. En 't is slechts d'eerste blik, die u dp waarheid leert: Als gij met iemand spreekt, bekijkt gij hem verkeerd. Snuif nmaal een odeur, dan is uw oordeel raak. En 't eerste slokje wijn geeft u den waren smaak. Wanneer gij dus een aanstaand metgezel ontmoet. Beschouw hem snel en scherp. Onthoud uw indruk goed. Want. wijzigt zich uw oordeel op den duur misschien. Ten slot t e zegt gij toch: toen heb ik goed gezien. Want ieder tracht zich op zijn gunstigst voor te doen, Naar vaste regelen van sociaal futsoen. Dan toont zijn aangezicht zijn waren aard' niet meer. Kn wat gij eens gezien hebt. ziet gij nimmer Weer. ..Bij nader kennismaking valt haast ieder mee." Dat is. /.ooals gij weet. een populair idee. ? Maar ik zeg. met een kleine wijziging van slot. ,,Bij nader kennismaking word je 't best bedot." Kn ik geloof helaas, dat ik me niet -vergis. Als 'k /.eg. dat d' eerste indruk meestal droevig is. Ken'goed en trouw gezicht? Op een doxijn lliet «V-u. De meerderheid is onbenullig of geineen. 't Komt zelden voor. dat een gelaat geen weerzin wekt. Soms toont het zoo'n bestiaal gemis aan intellect, Dat men zich bij den aanblik in verbazing vraagt, Waarom de eigenaar op straat geen masker draagt. Kiehier een man, wiens tronie u gewaarschuwd heeft. Nu gaat gij met hem om. (jij vindt hem zeer beleefd, Beschaafd, goedhartig zelfs, en allen eerbied waard. De reden is, hij toont niet .meer zijn eigen aard, Maar wat hij heeft geleerd, hoe hij is opgevoed; Drie kwart van wat hij /.egt is buit. gestolen goed, Zoodat gij er zoowaar temet versteld van staat, Hoe zeldzaam menschlijk soms een minotaurus praat. Een schoone knaap werd eens 'bij Socrates gebracht. Men vroeg den meester wat hij van den jongen dacht. De laatste was bedeesd, en zweeg een tel of tien. Toen zei de wijsgeer: spreek, dat ik u moge zien." Dat was wel weer iets pittiys en iets ongeineens, Maar 'k ben het toch niet nu-t den diepen denker eens; Als ik gemerkt had dat de knaap iets zegifen wou. Had ik geboden: zwijg, opdat ik u beschouw." A De physionomiek is van het grootste nut. Het is een kunst waaruit yij nwischenkennis put. Die kennis wordt versterkt, verbreed, verdiept, verrijkt. Zoo dikwijls gij met zorg een nieuw gezicht bekijkt. Hebt g' u tot observatie van een mensch gezet. Beschouw hem. als hij meent dat niemand op hem let. Bijvoorbeeld als hij peinst, of. ingespannen leest. Want dan is zijn gelaat de spiegel van zijn geest. Verstand spreekt duidlijker dan inborst uit 't gezicht: Dat komt doordat gevoel aannu-rklijk dieper ligt. En men 't verstand graag toont, 't karakter graag verbergt. /oodat dit grooter vaardigheid van vorsching vergt. Het intellekt blijkt zelfs uit houding en gebaar, En uit de verte wordt nu'n 't dikwijls al gt-waar. Een zot vertoont zijn kwaal niet slecht?} in zijn1 gesprek: Een ^ek zit, staat en loopt, ja zwijirt zelfs als een gek. Als ik op straat de ruggen van drie nu-nschen zie. Dan wijs ik u den nul. den dwaas en lu-t genie.. Maar 't best is toch. dat iji,j h»-t aan^'zicht bespiedt. Kn bovenal het ooi:, want dat bedrieirt u ni»"t. Ik meen. ten slot t e. dat ^ij zeker zeggen kunt. Als u een blik op iemands aanschijn wordt venrund. Dat uit /,ijn brein ge>-n irrootsch»- seli.-ppini: zal ontstaan. Maar niet. dat hij p'.-n zware misdaad /.;*! bega-in. Ik ben intus;«fhen blij - v ij. If/t-r. ook misschien -Dat Schopcnhaufr ons ni.-t m<-rr luWt kiuuu-n zi.-n. CHAHIVAHlfS Bij Scheren gén Pijn en naschrijnen of stukgaan der huid, indien men vóór het inzeepen de baardoppervlakte inwrijft met Doos 30, Tube 80 et. P U ROL TOEGEPASTE KUNST door Otto van Tussenbroek Aunpluk-btljrttcn der Lomlon uiul Xorth . Eau 11-r n Ituilwuy C'ompnny Over deze uitgaven zou ik zeker niet schrijven vare het nio.t dat onder de ontwerpers, wier tekeningen ter afdruk werden verkozen, zich ook een Nederlander bevindt met name A.-van Anrooi/ die echter, het zij hier onmiddellijk aan toegevoegd, in vergelijking met hetgeen verscheidene Engelsrhen. en ook, een Franschman ten beste gaven, helaas geon al te goed figuur maakt. Van Anrooy's plaat met den hoofdingang van het Stadion te Amsterdam is niet alleen weinig decoratief van opvatting in de teekening maar ook de kleur is flets en zwak. Het is daardoor een zoet en liefelijk ding geworden hetgeen des te i eerder verwondering wekt waar tóch zeker van het .bouwwerk van den architect \Vils iets hél modems en sprekends te geven ware geweest. Men zou zóó zeggen: het vraagt, neen: het schreeuwt er om !.... Een ander bezwaar is dat de belettering geen VAM HELLES TABAK onverbrekelijk onderdeel van het biljet vormt. trouwens aan ditzelfde euvel gaan alle Kngelsch ? ontwerpers mank. die voor bovengemelde maat schappij ter aansporing vun een bezoek a-m Holland zich inspireerden op de bollenvelden. de kleederdrachten, of ook de schilderachtige stadsgezichten (do Markt te Middelburg of een haven van <«oes). Hunne platen vertoonen een. min of meer vlot geteekend onderwerp, gelijkend op de "reproductie van een aquarel of dekverf-teokeiüng en daarom heen is dan eene breede witte marge vrij gelaten waarop ecu ander, een vak-lithograaf, de steeds karakterlooze en met den "teekentrant van het geheel geen verband houdende letters zijn gesteld. Onder hen nu is Frank AYirboifW de sterkste (hoewel als men zijn werk met dat van Ctiavicrti vergelijkt een gebrek aan stijl opvalt) Frc'l T< ylor de kleurigste; A\isi\n Coopcr de gevoeligste en Fn'nilf ?/. M(i8on de beschaafdste, maar het is alles mér werk van geboren gentlemen daix van gebaren kunstenaars ! De biljetten zijn door divorst» lithografische inrichtingen in Engeland verzorgd waar onder de Danyci;field Printitïfj C;/. De naam zegt het: óp 't terrein der artistieke reclame dreigt gevaar: er liggen voetangels' en klemmen ei ik geef dan ook al dit liefelijke werk der Engelschen ' voor het ne, geweldig ' kranige, krachtige en kunstzinnige .ontwerp van den (reeds meermalen. door mij geprezen) Franschen fantast Cdssóndrc die in gröotsten eenvoud, niet gebruikmaking van enkele vlakken en cirkels de idee: stoomboot en spoortrein swgrjereert in eé'n bijzonder fraai en ongemeen biljet waarop de teekening diagonaalsgewijze is ingedeeld. % Bovenaan ziet men de breede gele pijp van een .der booten der Maatschappij met een band van rood, wit en blauw on een gedeelte van den scheeps romp, waarop als een wit hekwerk in van links naar rechts zich steeds vergrootende letters staat aan gegeven: The Continent". In het ondervlak doemt uit het duister van den nacht een locomotief front op, zwart en grijs met oen blbedrooden vóórbalk en twee zware bufferschijven. . fcHAKEL Overhemden naar maat Bij ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOENEN ' Als basis dient een grijs vlak waarop in scherpe. geheel ii; den aard der teekening yan boot en locomotief samenvallende letters (deels in zwart 'opgedrukt, deels in wiV uitgespaard), de woorden staan te lezen: ..Via Hancich?Ddif a>id Yiff Deze plaat is in twee verschillende formaten ,verspivicl t.w. l nieter hoog1 bij 0.tC> M. breed en. . . . driemaal :o» ijroot bestemd voor den ondergrondsi'hen spoorweg te London (drie nieter hoog dus !) De lust bekruipt mij om eens even daarheen te vliegen om in ..the tnbo"' wegduikend te zien hoe deze ivclame op groote ftvhaal het wol doet. Maar ook zonder dat ben ik er welhaast zeker van: ultra-modern in den allerbesten zin. liet is moeilijk met zekerheid uit te maken wat het resultaat is eener dergelijke, grootscli opgezette reclame-campagne "inaar het zou wel eens kxumeti zijn dat er hél wat meer ' Engelschen uit hun ,,splendid isolatión" los kwamen om Holland te zien door deze ne plaat * van den Franschman dan door de vijf ontworpen door hun landgenooten ontworpen ! Wat dan tevens de les zou inhouden dat men mér bereikt met oorspronkelijkheid van uiting dan door de napraters aan het woord te laten ! .

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl