Historisch Archief 1877-1940
't
10
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 23 FEBRUARI 1929
No. 2699
Gezicht op Jeruzalem vaneden heuvel der
Hebreeuwsche Universiteit
Opening der Hebreeuwsche Universiteit in het tegen de helling van
den Scopus gebouwde Auditorium. Rechts het spreekgestoelte
ISRAEL'S WEZEN EN WILLEN
De Hcbrccuwschc Universiteit te Jeruzalem
UIT Jerusalem ziet men het gebouw .der He
breeuwsche Universiteit niet zijn wijden koe
pel reeds van verre liggen op een heuvel in de
nabijheid, den Scopus. Men bereikt liet plateau.
waarop zij gebouwd is, en nlle Instituten, die bij
haar bohooren, een plaats zuilen vinden, in onge
veer drie kwartier. De plaats, waar zij ligt, toont
reeds haar bestemming: een centrum te zijn voor
deze streken- Want van den heuvel af heeft men
aan den eenen kant het gezicht op Jeruzalem; aan
den anderen kant ziet nxen wijd uit over de bergen
van Judea, den Jordaan, de Döode Zee en de
heuvels van Trans-Jordanië. Het lijkt als men er
staat of van hier uit iets kan uitgaan, dat in al
deze streken zal worden gehoord.
Inderdaad koesteren zij, die deze Universiteit
leiden, zonder er veel over te spreken, groot e ver
wachtingen van haar toekomst. Tiet Joodsche
volk mag er zich op beroemen een der leiders van
de wereld-beschaving te zijn geweest. Indien i.et
zich nu stoute droomen over zijn'
toekomst veroorlooft, zoo hebben
deze. gedachten ook betrekking op
het aandeel, dat het oude volk, vrij
in Palestina levend, nog eens zal
kunnen bijdragen in de beschaving
der wereld. En deze verwachtingen
zijn voor een groot deel vastgeknoopt
aan de Universiteit.
Men heeft er zich dikwijls over
verwonderd, dat zoo vroeg in het
nieuwe tijdperk der Joodsche Ge
schiedenis, dat mot den
JoodschNationalen arbeid in Palestina ia
begonnen, men er tóe gekomen ia
een Universiteit te stichten. De
lagere en middelbare scholen in het
land zijn voor h"t meerondel nog ver
van volmaakt. De nederzettingen
hebben voor een belangrijk gedeelte
nog met groot e moeilijkheden te
kampen. liet Hebreeuwsch heeft
zich wel is waar reeds een belangrijke
plaats veroverd, maar'in den strijd tegen de
andere talen, welke in dat land door Joden
gesproken worden, toch nog geenszins de over
winning behaald. Ondanks dit,alles heeft men
de Universiteit gesticht 'zonder de vrees te
koesteren op al te wankelen bodem te bouwen.
Men meende niet anders te kunnen handelen.
De geest der Joden heeft overal behoefte
zich aan wetenschap te wijden. Hoe zou hij dit
kunnen nalaten in het land. dat bij uitstek het
kenmerk van het Joodsche karakter zal moeten
dragen?
Men is echter bescheiden geweest in den beginne.
door Prof. Dr. D. Gohen
Niet anders wilde men maken dan Instituten tot
wetenschappelijk onderzoek en zelfs deze op
beperkt terrein laten werken. De Joodsche wéten
schap kwam in de eerste plaats aan de beurt,
daarnaast de .Arabische; vervolgens scheikunde en
natuurkunde. Zoo kwam eerst het Institute of
Jewish Studies tot stand, dat zich echter minder
sterk ontwikkelde, dan men had mogen verwach
ten, omdat zich dadelijk het vraagstuk voordeed
in hoeverre men bij de studie van den Bijbel de
resultaten der moderne Bijbelcritiek zou mogen t
pas brengen. Men moest zich daarom voornamelijk
op andere terreinen der Joodsche Wetenschap, die
van den Talmud en Joodsche geschiedenis en wijs
begeerte begeven. En het voornaamste gebied kon
slechts met voorzichtigheid worden betreden.
Maav zonder aarzelen kon men zich wijden aan
11-17 *AMSTEQ DAM
Kleermakerij
Bl| ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCrIOENEN
Het hoofdgebouw der Hebreeuwsche Universiteit te Jeruzalem
de studie van het Arabisch. Bij mijn bezoek aan
het daarvoor bestemde Instituut hob ik een zeer
bijzonderen indruk medegenomen van den arbeid.
die er tot stand wordt gebracht. Men is er bezig
mét het samenstellen van een' concordans op de
vóór-Mohamedaaasche Arabische poëzie, en aan
een uitgave van Baladhuri, een geschiedschrijver
uit den begintijd van den Islam. Jonge geleerden
wijden zich met groote energie aan dit werk,dat
ook bestemd schijnt om de verhouding tusschen
Joden n Arabieren in het land te verbeteren. Men
denkt er zelfs over om een Mohamedaan aan dit
Instituut te verbinden; want men koestert de hoop,
dat de Universiteit een centrum zal worden van
wetenschap niet voor Palestina alleen, maar voor
het géheclc nabije Oosten, en dat de Joodsche
geleerden gelegenheid zullen krijgen Jeruzalem tot
een middelpunt van beschaving van deze streken
te maken, in samenwerking niet geleerden van
ander ras en uit andere landen. Ook het werk van
het Instituut voor scheikunde was, toen ik Jeru
zalem bezocht, reeds in vollen gang. De laboratoria
zijn er geheel op Europeesche wijze ingericht en
het werk, dat daar en in de verwante InstituUii:
voor biologie en plantkunde verricht wordt, heeft
reeds een goeden naam. Een Instituut-voor natuur
kunde, waarvoor onze landgenoot Prof. Ornstein
de noodigo aanwijzingen gegeven heeft, was in
staat van voorbereiding, terwijl een Instituut voor;
wiskunde reeds gebouwd is.
Dit alles wordt gekroond door de
UniversiteitsBibliotheek. Deze is thans nog over vijf huizen in
de stnd verdeeld. Maar zij zal spoedig een eigen
gebouw op den Scopus bezitten. Men mag erkennen,.
dat zij door de liefde van het geheele volk tot stand
is gekomen. Het geld voor het gebouw is voor een
gedeelte gevonden uit de gelden, nagelaten door
een der gestorven voorzitters der Zionistische
Wereld-Organieatie, David [NVolffsohn. voor eon
ander ,deel. zij het nog lang niet volledig,
bijeergekomen door giften uit Amerika. Maar de boeken
stroomen uit alle deelen der wereld naar Jeruzalem.
Men beschikt er v ooi- sommige takken der weten
schap reeds over uitgebreide verzamelingen en
met eenigen trots mag worden ver
meld, dat ook uit Nederland dooi
de hulp van Joden en Jtiiet-Joden
er belangrijke schenkingen zijn ge
daan. Blijft de Universiteit in haar
begin nog bescheiden, de Bibliotheek.
zal, als zij haar nieuwe woning in.
dit jaar betrokken heeft, op zich;
zelf reeds een centrum van
cultuurvoor deze streken kunnen worden
onder leiding van den
voortreffelijken Dr. Hugo Bergmann. die
thans ook aan de Universiteit ver
bonden is.
Want juist in den jongsten tijd
heeft de Universiteit zelf een groote
verandering ondergaan. Het heeft
haar leider, Dr. Magnes, een ont
zaglijke zelfbeheersching gekoathaar
in do eerste jaren tot wetenschap
pelijk onderzoek te beperken en
haar niet tot een Universiteit in
den gewonen zin van het woord
te maken. Maar ondanks de moeilijkheden, dit»
Joodsche studenten in de meeste landen onder
vinden om tot de academie te worden toe
gelaten en hun verlangen om naar Jeruzalem te
komen en er c,en wetenschappeljjken graad te
behalen, heeft men vast gehouden aan hot principe.
dat juist dezo Universiteit in rarig en in bekwaam
heid van docenten minstens gelijk moet zijn aan d«»
Universiteiten in Europa. En zoo lang men. uit
gebrek aan middelen of om andere redenen deze
docenten niet kon ki-ijgen, heeft men %ook don
student geweigerd.
Kunstzaal van Lier
Rokin 126 , Amsterdam*
Oostersche & Europeesche antiquiteiten
Oude en Moderne schilderijen en plastieken
Negerkunst & Ethnographica
No.
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 23 FEBRUARI 1929
ii
Christabel Dennison
Ontwaken
De onfortuinlijke schaatsenrijdster
Thans echter heeft men een begin gemaakt met
do uitbreiding ook in deze richting. Maar uiterst
voorzichtig gaat men daarbij te werk. Ieder, die
met' het Universiteitsleven bekend is, en weet
hoezeer men angstig waken moet voor toelating
tot de Universiteit van studenten uit andere
landen, wier diploma's niet voldoen aan de gestelde
eischen, kan begrijpen hoe moeilijk een regeling
voor de toelating tot de Universiteit te Jeruzalem
is. Want uit alle landen der wereld komen de
studenten naar het nieuwe centrum. En de leider
der Universiteit moet in elk geval beslissen welke
diploma's recht mogen geven om de colleges bij
te wonen en examens af te leggen. Men heeft thans
besloten een Commissie in te stellen om na te gaan
welke eischon voor do toelating zullen mogen
worden gesteld, maar is in zijn streven om alle
onbevoegden te weren zoo ver gegaan, dat men
besloten heeft binnen twee jaar, nadat de Uni
versiteit voor studenten is opengesteld, geen
volledig examen af te. nemen, zelfs niet van
studenten, die reeds een staat van dienst aan
andere Universiteiten kunnen toonen of ook
lessen aan de Univei'siteit te Jeruzalem vroeger
reeds hebben gevolgd. **
Maar het principe is thans vast gesteld: de
Universiteit zal in het vervolg niet alleen dienen
voor'wetenschappelijk .onderzoek, maar ook stu
denten opnemen, examens laten afleggen en weten
schappelijke graden verleenen. Hiermede is een
belangrijke stap gedaan. Immers, indien deze
Universiteit ook door anderen wordt erkend (en de
namen van reeds aangestelde professoren en
lectoren geven hiervoor een belangrijken waarborg),
zal men in Jeruzalem kunnen gaan studeeren
gelijk men dit thans in andere academie-plaatsen
doet. Van hoeveel belang dit worden kan voor
begaafde Joodsche studenten, die in andere landen
hun studie niet kunnen voleindigen en voor wie
men thans studiobeurzen tracht te verkrijgen,
behoeft nauwelijks te worden'uiteengezet.
Men mag met reden verwachten, dat een be
langrijke invloed voor den opbouw van Palestina
van hier zal uitgaan en de hoop koesteren, dat ook
de naam dei' Joodsche wetenschap er zal worden
vergroot en blijvend gevestigd. ,
De MOEILIJKHEID voor JONGELUI die
GAAN TROUWEN is om oen goede keuze te doen
voor de meubileering van de woning.
Degelijkheid, artistieke aankleeding, practische
vormen zijn de verschillende eischen die gesteld
worden. ?
Het wordt U gemakkelijk gemaakt dou der
N. V. de 's-GraVenhaagsche Meubelfabriek voor
heen A. J. Mesker, die in haar nieuwe modelkamers
aan de Parkstraat 10 te 's-Gravenhage een groote
keuze heeft, die aan dégestelde eischen voldoet.
Ervaring van tientallen van jaren, eigen meubel
fabriek met artistieke leiding van den Heer Ant
Kres zijn te Uwer beschikking. ?
Gaat U eens kijken in de Parkstraat 10, Uw
bezoek is welkom. (Adv.)
MUZIEK
door Constant van Wessem
MENGELBK1U;, weer terug uit Amerika.
gaf Donderdagavond en Zondagmiddag
.zijn eerste twee concerten in het Concertgebouw.
En dadelijk stond de aandacht weer overeind.
groeide de spanning onder het luisteren en voeldt-n
wij het welbehagen over ons komen: weer thuis
te zijn. Zoo was het ge
weest in den goeden tijd
dat het nl Mengelberg
was, wat in het Concert
gebouw werd gehoord en
dat wij onder zijn plaats
vervangers, zelfs die, welk*»
van een sterke eh
beheerschende kracht zijn
als Monteux, toch nog
hebben gemist: het zeld
zaam hooge. door n
voorname en geculti
veerde evenwichtigheid op
hoog peil gehouden
rnusiceeren, dat als het wan
de muziek opvoert tot een daad, niet alleen van
gevoelsuitdrukking» van kleur of van geestdrift,
maar van een samenstel van in onderling hecht
en toch stroomend verband staande levende
bewegingen en vormen., Als het niet al te mooi
was gezegd zou een cosmografie van de toon kunst"
nog de meest nabijkömende definitie wezen.
Al het individutele is uit deze muziek weg. De
oigoranrdigheid. die de mmitk aan zeke.v tijden
en omstandigheden bindt is in het plan, van waaruit
Mengelberg zijn vertolkingen geeft, teruggebracht
tot een feit van ondergeschikt belang. Of Mengel
berg ons Bach geeft in zijn veel. en
muziekaesthetisch terecht, becritiseerde . orkestbezetting of
Till Eulenspiegel" van Strauss, het is alles stroo
mend en zingend geluid, een volkomen afge
stemd en i in zijn innig verbaiid verrukkelijk
klinkend en bewegend geluid, van een heidot heid <
en een volheid, van een rust en een adel, dat het
ons in een. ;stil en van alle tijdelijke sensatie
ontbonden gemeten doet verzinken en ons een
bevrediging geeft, die'er aan doet twijfelen of wij
allo qualificaties wat muziek eigenlijk is: ma gin
of verleiding j zingende mathematiek of'
universecle uiting van in wereldbewcgende wetten vast
gelegde kracht, wel hebben uitgeput.... Dit ver
mag Mengelberg in zijn groote loogeriblikken.
t ? ?
Wij waren dankbaar en ontroerd op deze eerste
twee concerten, toen het er weer allemaal was,
toen wij elkaar met de oogen zeiden: dit is ten
minste wërkelyk volmaakt, zoo voelen wij het
allemaal; concerten, die ware feesten zullen blij
ven voor onze herinnering, concerten waarop wij
solisten als een Mevrouw Noorderwier, een Adolf.
Busch door het orkest in een volmaakt en nobel
samengaan hoorden begeleiden en nergens het
hooge niveau daalde.
TOEGEPASTE KUNST
door Otto van Tussenbroek
lift Aunplukliiljet voor «Ir
,luarb«>urw t«> l'trerht
Het is itulei-iUiud een hoffelijk*» gewo«.»nto van
het Jaarbeurs-Bestuur om steeds niet geheel
niéuwe aanplakbiljetten uit te komen en daarbij
telkens aan kunstenaren van verschillend karakter
??en kans te geven. Dat houdt de publieke belang-'
stelling levend en op deze manier bereikt men er
dan ook meer nuttig effect mede dan wanneer
men steeds eenzelfde ontwerp bezigde.
Ditmaal is m f j. rttn ran Osselni de uitver
korene. Niet alleen omdat mij door het nieuwe
.Jaarbeurs-biljet haar naam voor de eerste maal
onder oogen komt, maar ook de manier waarop zij
zich daarin uitspreekt doet een debutante ver-,
moeden, ,
Immers het in hoofdzaak bezigen van krijt
uütteraard korrelig en meer gevoelig dan strak)
leidt gewoonlijk tot een eindresultaat dat weinig
sterk aandoet en zeker is dit het geval indien
instede van in zwart, de steen in kleur wordt afge
drukt. Dit is ook hier het geval bij het
Jaarbeinsbiljet waarin naastzwart.'ook rood en blauw werdt-n
gebezigd. (Druk Senefelder) Er is een groot e letter
U (van Utrecht) waarin t wee kleinere ? neen grooter
tandwiel zijn geteekend welker tanden in elkander
grijpen. De bekende Mercurius-hoed als symbool
van den handel werd. daarboven gesteld en
ver-olgens is er de belettering in rood. Deze letters
nu zijn niet inkt opgezet, ook is er om de (te natu
ralistisch weergegeven) tandwielen een inkt lij n
geteekend evenals een knderlijn en duidelijk kan
men toetsen hoe het vlakke, volle rood niet
zoozeer door do optisch naar voren tredende
trillings-euïensehappen maar in hoofdzaak door hét
dekken van den witte'n ondergrond bij het drukken.
iip een afstand zijn kraeht bewaart terwijl al het
d or' iipen. doorzichtige krijt vulling ingevulde
11 uw; flets <«n weleer slap aandoet en op afstam!
bezien .wegvalt. ?
I)e combinatie van lithngrafisch vetkrijt en inkt
kan soms'tot zeer fraaie resultaten leiden maar er
is nltijd het gevaar van tweeslachtig te worden
waardoor. i«>k dit biljet noch vleesch werd, noch
viseh.
Mfii kan hoogstens de indeeling van liet gehet l
waardeereii. ,
En toch,. .. de ontwerpster late zich indien zij
deze kritiek onder oogen krijgt niet ontmoedigen.
Als dit biljet inderdaad haar eerste (publieke)
poging is dan /al zij misschien voor zichzelf reeds
lang hebljen uitgemaakt wat er aan ontbreekt.
Een volgend maal dus gerust wat brutaler zijn
en..... wat .eenvoudiger gelijkertijd !.....'