De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 16 maart pagina 3

16 maart 1929 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

4 ., i DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 16 MAART 1929 No. 2702 Nederlanders in Amerika door Prof. Dr. H. Brugmans HET omvangrijke boek van d.. van Hinte*( over de Nederlanders in Amerika is, zooals de ondertitel ook aangeeft, in hoofd/aak een studie over landverhuizers en volkphvnters in de 'negen tiende eu twintigste eeuw in de Vereende Staten van Noord-Amerika. Toch niet geheel: immers liet boek begint nu-t een nfdeeling over den ouderen tak van den Nederlamlsehen stam. die reeds in de /eveutionde eeuw «.-migreerde en t;-en de grondslagen legde voor Nieuw-Amsterdam en Nieuw-Nederland. Maar historisi-h.' continmteit ontbreekt geheel tussohen tut eerste en de volgende gedeelten, die de vestiging van Nederlaii??[*< h kolonioën in Noord-Amei ika behandelen; er is een gaping van haast t wet- eeuwen tu*sclu>n ong.-\eer lisr>0 en omstreeks ls:><>. Wij noemden ht-t boek vrn dr. van Hinte om vangrijk: het is niet minder belangrijk. De inhoud is bijzonder rijk. even rijk als du informatie, dio dezen onderzoeker t m dienste stoivl. Wio do voorrede leest, krijgt reeds d.-u sterken indruk van liet buitengewoon groot aantal gegevens. mondelinge en schriftelijke, die d f. van 11 int o heeft Weten op U- spoien eu op te tassen : die indruk wordt <loor de lezing van liet boek zelf ten volle bevestigd. Die gegevens zijn op uitnemende Avijy.o verwerkt: het is mo ilijk y.ulk een overstelpend aantal feiteïl eli bijzonderheden tot een goed sluitend geschiedverhaal en historische beschrijving samen te vatten. Ken boek als dit wordt gemak kelijk vol. zelfs oveivol. Dien indruk ma-akt het boek van dr. van Hinte zelden: blijkbaar verstaat hij de kunst het belangrijke naar voren te brengen en weg te laten, wat niet of niet meer ter zake dienende is. Zoo ia een geheel tot stuud gekomen. dat in spijt van de zeer vele détails, toch den indruk van een eenheid maakt. Dat bewijst niet alleen, dat dr. van Uinto de kunst van schrijven verstaat, maar ook. dat hij een goede compositie kan tot stand brengen. Zooals bij een dergelijk boek haast van /.elf spreekt. is de indeeling zoowel chronologisch als topographisch; bij de ruime verspreiding van ^ de Nederlanders over het goheele gebied der Vereenigde Staten lag ook het taalsto' zoer voor de hand. Op het bovengenoemde eerste gedeelte volgt een tweede, dat de overplaatsing van den johg-Nederlandschen tak in tle negentiende eeuw beschrijft. Achtereenvolgens onderzocht de schrij ver in aansluitende hoofdstukken de oorzaken van de landverhuizing in de eeiste helft der negentiende eeuw. dan die landverhuizing zelf, vervolgens de nieuw*; omgeving en het memve land, bodem, klimaat en mensehen, .eindelijk in het bijzonder de worteling van den jong-N«;<ler-? landsciien tak in Michigan. in lowa, in Wisconsin en Illinois. In het derde gedeelte wordt dan de groei der volkplantingen onderzocht tot omstreeks 1895, haar stoffelijke groei, haar geestelijke groei en haar godsdienstig loven, haai- ondeiwijs en haar zending, haar politiek leven en haar pers. Het vierde gedeelte voert terecht den titel: nieuwe loten, ontsproten aan den jong-Nederlandschcn tak; achtereenvolgens worden hier besproken Sioux-County, een merkwaardige dochterkolonie in het verdere westen, dan de groei van deze kolonie tot omstreeks 189.5. vervolgens een mis: hikte kolonisatie in Virgmia, dan de dochter kolonies in Michigan, Nebraska, Kansas, Minne sota, Wisconsin en Illinois, eindelijk de klein.*; J, van Hinte, Nederlanders in Amerika. Een studie overlandverhuizer* en volkpifinters in de lOc n 20èeeuw in de Vereeniyde Staten van Amerika. Groningen, P. Noordhoff, 1928. 2 D/n. GOOSEN^WAGEWIAN TtLK'iyo! dochters in do Dakota's on in Minnosota. In het vijfde, gedeelte bespreekt dr. van Uinto, de emigratie en kolonisatie sedert de tweede helft der negen tiende eeuw op plaatsen, die geen \\ovtel schoten. Achtereenvolgens komen hier tor sprake de emigratie op zich z-.'lf, dan de nieuwe, rechtstreeks van Xedei-lund uit beproefde kolonisatie in Minne sota, de kolonisatiepogingen in ('alifornië, de vestigingen in ('olorado en Xiouw-Mexico, die in het noordwesten, die in hut /.uiden, eindelijk de Koomsch-Katholieke en nog oeiiigo andere volk plantingen. Ton slotte woult in hot zesde gedeelte do beteekenis der Xcderlandseho Amerikanen in on/en tijd met scherpe lijnen aangegeven. De economische beteekenis van hun volkplantingen wordt besproken evenals do Xoderlandsche kolo nies iu do. stodvii; het geestelijk leven in de neder zettingen wordt Uitvoerig onderzocht; eindelijk wórdt nagegaan, hoe do Xederlander langzamer hand tot Amerikaan is verworden of gaat ver worden. Dit uit den aard «lor zaak slechts zeer summiere overzicht moge een denkbeeld geven van den rijken inhoud van dit degelijke boek. Het is hier uit den aard der zaak onmogelijk op bijzonder heden nader in te gaan. Slechts twee punten van meer algt-moenori aard mogen wij naar voren bivngen. Vooreerst do oorzaken der emigratie. Zij zijn in Nederland i); de negentiende eeuw tweeërlei gewoest, maatschappelijke en godsdienstige. Er heorschte in die dagen in bedenkelijke mate werk loosheid; wie nog werk hadden, kouden daardoor amper in hot onderhoud van zich zelf en van hun ge/in voorzien. Do werkloozen werden destijds veelal aan hun lot overgelaten, voor zoover de armbesturen hun niot de helpende hand reikten. Xu is hot wel merkwaardig, dat juist deze groep van luonschen. bij. wie in «Ion regel oen zekere mate van cnorgioloosheid wordt aangenomen, toch do energie hebben bezeten het groote meer over te stoken en in de nieuwe wereld oen nieuw bestaan1 to zoeken. Het is waarlijk niet te verwónderen, dat zij niet altijd slaagden eri dat het verhaal van dr. van Hinte van hun lotgeval en er evengoed oen is van slagon on gedijen als van mislukking on ondergang. Dat-geldt eveiizeei' van do. andere groep, die om 'godsdienstige redenen naar do grooto republiek togen. Dat waren de vervolgden, veelal orthodoxe Protestanten, Zwijndrechtsche nieuwlichters, maar vooral Afgeschei denen. De/o mannen kwamen met een hoog geestelijk ideaal; onder hen waren van allerlei groepen on standen; eigenlijke pioletariërs waren er Weinig onder. Mogelijk daardoor hebbeu zij hun taak in Amerika mot energie vervuld; zij zijn veelal geslaagd in het vestigen van een nieuw leven en bedrijf iii dun ruimsten zin. De godsdienst vrijheid, die zij in Nederland moesten derven, vonden zij natuurlijk in Amerika. Het tweede punt, waarop wij de aandacht willen Vestigen, is do tegenwoordige, positie der Nederlandsch-Amerikanen. Voorop moge worden gesteld, dat de Nederlandsche taal nog wel in hooge eere staat, maar toch blijkbaar op den duur gedoemd is te verdwijnen. Het ligt voor de hand, dat daar mede meer verdwijnt. Toch moet men daaraan niet te zwaar tillen. Een Engelsch sprekend Hollander wordt daardoor nog geen volbloed Amerikaan: hem kenmerken bepaalde karakter eigenschappen, die afwijkingen blijven in de nivelleerende Amerikaansche maatschappij. De Amerikaanscho Nederlanders blijven dan ook hun belangstelling behouden in het oude, maar nooit vergeten vaderland: zij blijven de lotgevallen van óns land uit de verte volgen. Ook blijven zij het geloof der vaderen getrouw en daarmede ook veel de zeden en gewoonten van het voorgeslacht. Zij zijn ook daardoor wat eenzelvig gebleven; huwelijken van Nederlanders met Amerikaansche vrouwen, die onder hen voor lui en vadsig doorgaan, komen betrekkelijk zelden voor. Omgekeerd keeren de Amerikanen de Hollanders dikwijls den rug toe; er bestaat zelfs hier en daar een zekere afkeer tegen hen, die zich -soms in daden uit. Wie meer *van deze dingen wil weten, kan in het boek van dr. van Hinte te kust en te keur gaan. Hot 'is het standaardwerk over deze materie en zal dat nog lang blijven. , DB GROENE AMSTERDAMMER Prijs per Jaargang ?10.?bij vooruitbetaling. Per No 25 Cent. Advertentiën ?0.75 per regel Po&tgiro 72880, Oem.-Oiro O 1000. INHOUD: 1. A\r. M. Kann. De sfinx ran liet Plein. 2. Dr H. Brugmans, Nederlanders in Amerika Herman Middendorp, AiVuiw boeken. 3. H. O. Cannegieter, Tijdgennoten Johan Braakensiek, Minister Slotemaker Je Bruine br handelt ;ijn Ziektewet. 4. Top Naeff. Dram Kroniek Dr. W. van Ravcsteyn, Spreektaal. 5. A. Plasschaert, Schilderkunst L. J Jordaan, Het Museum-Theater. fi. Dr. Joh. Tielrooy, Nieuwe Fransche boekt n. 7. Dr Jac. P. Thljsse, Vcrgelijkiniitn Mr. Frans Coenen, Kroniek. y. M de Leeuw-Genon,Huishoudingen Efficiency Freddy l.angeier, Moileshow. 10-11. L. J Jordaan, Abel Gana. 12. J 'W. Hoekstra, Rnkbesprekinu. 13. Otto van Tussenbroek, Toegepaste Kunst Tegensttllingen 15 C' A. Klaasse, Britschc domheid - of niet-. 16 Beiirsspiceel. 17. Charivarius, Schopenhauer AlidaZevenboom's Croquanie Croqueties. 18 C. van Wessem, Muziek. 19. Jantjt's Kladsclirift Melis Stoke, Nog w n vervalsching. 20. Cel 2, Telefoon Charivaria. Bijvoegsel: Joh. Braakensiek Toekomstige kamerzittir.a "PECERIJEN ALLEEN EDELE SOORTEN 2OOALS IN OUDEN TIJD DEN HAAG NIEUWE UITGAVEN Hcrmami. Tranen- otn ^lodcsto Zuniboni. ]'d't. d. Alicc run Suhuan. An<filcnlin» 1!)2S. /:'/». Qucrtdv's f. M, ^ (Juorg Hctinann geeft iu zijn werken vaak een merkwaardige combinatie van onvetvalschto «mde r«>mantiek «-u modem scepticisme. In dit b(*ek q«k Weer. Een Duitsche kunst-historicus. een serieuze fïeleenle, hoofd van een kourig gezin, maakt een reis naar Italië, valt ei- pardoes in de armen van een vnlmankt-mooio vrouw, vergeet zijn verleden n stapt als een andere Tannhaüser den Venusberp: binnen, liomantischer kan het niet. 3Iaar de schrijver objectiveert zijn eigen romantiek. Hij geeft den lezer een knipoogje bij do metnmorphose A-an/ijn Kobert l^udwigiu Robcrto Luigi en aan het slut vertelt hij, dat do geschiedenis misschien wel heelemaal niet waar is. Maar laat het niet waar zijn. dan is het t« tch aardig gevonden. Want Geórg Heimann is altijd loosbaar, of 'hij over ware» waarschijn lijke, mogelijke of onmogelijke dingen schrijft. Meu weet dat hij het met de cischen van het epische nit't nauw neemt, dat hij zijn verhaal onderbreekt omW zijn opmerkingen die soms tot heele uitweidingen uit groeien, tüsschen door te gooien, zoo vaak hem dat in den zin komt. Maar het wordt, ondanks die schijnbare inaar-raak-schrijvorij altijd een eenheid? dat is juist het bijzondere geheim van Coorg ? Hermann's kunst enaarschapi Een schitterende vondst is het, dat Hobeit Ludwig, de bespiegelende theoreticus plotseling geplaatst wordt voor de aanvaarding van het leven, zoo, dat hij zichzelf kan blijven terwijl hij toch een ander mensch wordt. Alleen: hij beleeft in plaats van dat hij beschouwt. Hij ontdekt den dieperen mensch in zichzelf. Zijn gemeenschap met Modesta Zamboni is in wezen zijn gemeenschap met de schoonheid. Maar die. hij vroeger naderde als geleerde, nadert hij nu als mensch. Deze su blieme opvatting wapent den auteur tegen alle gevaar .van banaliteit. . H.M. BERGT UWEN INBOEDEL BIJ VOORGENOMEN VESTIGING IN OEN HAAG OP IN HET BUITENLAND BIJ DB FIRMA BATE NB DBG & FOLMER TE 'S-GRAVENHAGE,HuiJGEN8PABE22 TELEFOON I 1030 EIGEN GEBOUWEN. Bespreking kosteloos SPEC. BlNNKNl,. EN TNTBRN. TRANSPORTEN No. 2702 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 16 MAART 1929 Bekende tijdgenooten door H. G. Cannegieter NAAR^ik^meen, is Frans Netscher_j[de 'eerste geweest, die het lezend publiek ging\vergasten u p karakterschetsen van bekende tijdgenuuten. Tegenwoordig houdt bijna elk tijdschrift en iedere courant er zijn interviewer op na. Johan Koning, Brussc, Mevrouw ItaliëVan Embden, en hoevelen meer.... we zouden een vakvereeniging van karakterschetsers kunnen stichten als onder deel van de Vereeuiging van Letterkundigen. Inderdaad, we hebben reeds een urgent punt op de agenda ! Er wordt ons concurrentie aangedaan van een zijde, waarvan wij alles hebben te duchten. Ook in dit opzicht usurpeeren de Zaken du letteren.... Was het het gedistilleerd, dat zich meester maakte van de lyriek, de hoestsiroop heeft zich meester gemaakt van de karakteristiek. Zooals Witter en Herman de Man als krijgsgevangenen van likeur en jenever ach t ei- den zegekar van koning Zaken marcheeren, heeft de Kunst als slachtoffers van het slijmoplossend en verzachtend middel reeds eminente figuren als Louis Saalborn. Jeanne Kloos-1?Reyneke van Stuwe en Jac. Urlus moeten afstaan. Elke week als mijn lijfblad de Nieuwe Kotterdamsche Courant op een in het oog vallende plaats (buiten verantwoordelijkheid van de re dactie), weer een portret van een bekend tijdge noot" plaatst, bestudeer ik met mijn voor de moderne mentaliteit nog lichtschuwen blik den bijbehoorenden tekst. En ik ~sla mijn oogen niet op van de leerzame pagina, aleer ik mij van den plicht tot begrijpen en waardeeren gekweten heb. Want ook hier heeft het Heden gelijk en moet het Verleden met zijn thans verouderde etiquette en moraal abdiceeren. Tegen den geest des tijds helpt geen mopperen. Wij moeten ons neerleggen bij het cultureel noodwendig geblekene; sterker: wij moeten eerbiedigen, ja toejuichen hetgeen als nieuwe vrucht van den nimmer verouderden boom tles levens valt. Ergo: de hoestsiroop heeft gelijk. En een befaamd romancière, die, al mag men een dame niet naar den. leeftijd vragen, toch niet meer tot de allerjongsten behoort, strekt kniesooren als Cornelis Veth en ondergeteekende tot beschamend voorbeeld, wanneer ? zij zich zoo vlot naar de nieuwe methode schikt als Jeanne Kloos?Heyneke van Stuwe, die, naar de tekst bij haar vorstelijk portret herinnert, met haar uitgebreid oeuvre een welverdiende eereplaats inneemt. Zij heeft zich," aldus onze karakterschetsende concurrent uit het Rijk der Zaken, een reputatie verschaft van steeds uiterst volledig gedocu menteerd te zijn en het zegt daarom niet weinig wanneer zij schrijft: De hoestsiroop, mij van vele kanten aanbevolen zijnde, wendde ik aan tegen een lastigen nachtelijken hoest, en met snel en blijvend succes". Men merkt uit deze jongste publicatie van onze gevierde schrijfster, hoe zij zich ook stylistisch reeds gevoegd heeft naar den buiten verantwoordelijkheid van de redactie staauden zakelijken stijl. In zijn kernachtige kortheid heeft dit documentair stukje proza cultuurhistorisch belang. Inmiddels is het voor ons, ouderwetsch slag penvoerders, wel eens verdrietig, dat Zaken ook hier weer Letteren de baas zijn. Juist voordat mijn interview met Louis Saalborn in Mórks Magazijn verscheen, had de siroop-serie mij dit object afge snoept. Voortijdig werd hierdoor het lezend publiek onthuld, dat de energieke tooneelleider Louis Saalborn, die ons dit seizoen o.a. de Schit terende Shakespeare-opvoering De getemde feeks heeft geschonken" in de hoestsiroop bij gevallen van verkoudheid en lastigen hoestprikkel, heeschheid enz. een welkome steun" bezit om deze euvelen in korten tijd te overwinnen." Merkwaardigerwijs, blijft Zaken in n opzicht, «n nog wel op het haar zoo kenmerkende terrein der techniek, voorshands bij Letteren achter. Het illustratie-materiaal is bij de slijmachtige en ver zachtende portret-serie nog niet in orde. Over Uw Zenuwen komen tot rust en worden gesterkt door Mijnhardt'» Zenuwtabletten Glazen Buisje 75 et. Bij Apoth, en Drogisten den tuoneelschrijver Saalburn schrijvend, publiceenle ik al thans (.-uu portret van den acteur iu /iju rol, maar het portret hij de siroop laat van den verkouden Saalborn even weinig vermoeden als Jeanne Kloos' foto van haar lastigen, ?nachtelijken hoest. Overigens, er valt voor ons, hlceke dienaren van den geest tm het papier, veel te leuren bij het volbloedig voor beeld van materie en divi dend. Allereerst: de zakelijke kortheid. Mensehen alsBrusse, Johan Koning en helaas ook' «uidergeteekendc» zwammen. te veel. Een karakterschets moet de kern der persoon lijkheid raken. Wat interes seert het publiek al die biogra fische détails? Kenmerken deze bovendien het object? Wat is het, dat den tijdge noot bekend maakt? Vragen wij het den man, die weet waar Abraham don mos terd haalt. De eerste de beste dienaar van Zaken zal u vertellen, dat het criterium der industrieele waardeering is: er moet wat aan te ver dienen zijn. En dienen wij, voorzoover wij de moderne menschheid belichamen, niet /onder onderscheid zaken? Indien wij nop niet geleerd hebben, industrieel te denken, moeten wij 't heden nog leeivn. Het lukt in enkele lessen: vraagt prospectus bij de bureaux, waar men u per brief tot energiekeling op voedt. Zeker is 't van beteekenis, dat Ritterzijn .?Zeeuwsche mij meringen" en Herman de Man ,,Het wassende water" geschreven heeft. Mercantiel gesproken ligt deze betee- ~ ; kenis uitsluiten:! hieraan. dat zij caóhet geeft aan het gedistilleerd. Zeker is 't van belang, dat Saalborn de feeks heeft getemd en Jeanne Reyneke van Stuwe haar minnebrieven aan de openbaarheid heeft prijs gegeven, maar industrieel wordt dit belang eerst bij de genezing van hun populaire verkoudheid. Zoo is Kunst allengs inleiding tot Zaken geworden. Wereldvermaardheid als zanger geeft introductie in de portret-serie van het hoestmiddel en succes in de operette dient als getuigschrift voor den pédicure. kazen wij in ons schoüwburgprogramma onlangs niet reeds, dat niet alleen de tooneelmaar ook de privé-costuums van de hoofdrol door snijder Zóó en zóó waren geleverd? De pittigste karakteristiek is het antwoord op de vraag: wat valt er aan te verdienen? Dat Boutena ook dichter is, is inderdaad van belang, want dit dichterschap maakt de vraag van beteekenis, waar hij zijn sigaren bestelt. Tot nog toe is dit niet gepubliceerd, maar zijn leverancier zal mi.] ongetwijfeld deze tip met een gratis-kistje vergelden. ' De moderne tijd is nu eenmaal reëel. Ideeën zijn de hobby van een verouderd tijdperk geweest. Der Mensch ist ,was er iszt," heeft oudtijds een dwaas gezegd. De moderne wijze keert de spreuk om. De mensch eet, wat hij is. Is hij van beteekenis, dan kenmerkt zijn reputatie tegelijk zijn consump tie. De producent houdt hier dankbaar rekening mé. Zoo zullen Brusse, Johan Koning, mevrouw Italier?van Embden en wij overige interviewers, op het voetspoor van de Bekende Tijdgenooten uit het Rijk der Zaken ons naar het Amerikanisme oriënteeren en by de eerstvolgende gelegenheid onze slachtoffers vragen: Waar koopt ge uw levertraan? Met welke zeep wascht ge u? Wie is de leverancier van uw sokken?" Allicht waardeert het publiek dit meer dan het antwoofd op onze geestelijke strikvragen. Doch op n ding zullen we letten: wij over troeven onzen oneerlijken concurrent uit het Bij k der Zaken met het portret en aanvaarden de consequentie van de fotografisch opgenomen verkoudheid en de illustratief gereproduceerde Minister Slotemaker de Bruine behandelt zijn Ziektewet Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek DE WITTE" AMERSFOORT , Ook Uw Hotel en Restaurant PRACHTVOL TERRAS Steeds levende forellen kreeft caviar, enz. winterteenen. Misschien wil Juh. Braakensiek ons hierbij zijn hulp verleenen. Ofschoon.... zelfs 'bij zijn zelfportret in de huestserie komen de aandoeningen der luchtwegen1' niet tot haar recht l . DEN HAAG AMSTERDAM ROTTERDAM GROOTE COLLECTIE CRETONNE BREEDTE 80 C.M. O V A N A F PER MTR; STALEN FRANCO DER .60 IOMIM Verzoeke bij opgave van ver huizingen duidelijk te vermelden of deze tijdelijk of blijvend zijn. l I

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl