De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 30 maart pagina 14

30 maart 1929 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

f ifj -l! 3.' l! DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 30 MAART 1929 Grammofoon Een moderne opneemstudio ge Ken be SINDS gcruimen tijd worden do gran'inafoonplaten volgons het ?zoogeii. electrisch procédéopgenomen; dt» vroeger gebruikte opneemhoorn, die do door den artist voortgebrachte geluiden op moest vangen en' naar den weergever geleiden, is vervangen door een microfoon. Deze microfoon ?y.et do mechanische trillingen om in electrisehe. Deze frequenties worden versterkt en door een soort gecom bineerde telefoon en weergever op 'de wasplaat vastgelegd. De vroegere opneemstudio was een tamelijk klein vertrek, en de uit voerenden moesten zoo dicht mogelijk bij de hoorn komen, x.oodat b. v. bij de opneming van een, orkest, dat uit ten hoogste 40 personen mocht be staan, de spelers gedeeltelijk op ver hoogingen boven andere uitvoerenden werden geplaatst. De solist moest zijn geluid in n richting dirigeeren. en een zanger mocht zijn hoofd nooit bewegen, omdat anders de heele opneming zou mislukken. Buitendien bestond het orkest hoofdzakelijk uit .blaasinstrumenten. Bij de nieuwe methode is aan de grootte en samem telling van een orkest of koor geen beperking opgelegd : alle instrumenten komen gelijk en goed op de plaat, en de solisten zijn veel vrijer in hun beweging. Men kan zelfs zonder bezwaar gedurende een bit re uiti'otrin'i platen opnemen. Een moderne plaatopneming schiedt op de volgende wijze. .gewone concertzaal is rondom hangen «U't /.ware draperiën. die tot doet hebben, de accoustiek van de leegt» zaal te covrigeeren; De orkest leden zitten op hun gemak, sommigen in hemdsmouwen, op hun gewone plaatsen. Voor don dirigent heeft zich een heer met een telefoon opge steld: aan 'het plafond hangen 'eenige microfoons. Dan een teeken van den hoor met de telefoon, en het stemmen, praten enz. van de orkestleden maakt plaats . voor een absolute stilte. Do dirigent neemt den stok en d»> muziek zet in. De microfoons vangen hot geluid op en in de machinekamer wordt het hoorbaar gemaakt door luidsprekers, zond at eenige technische en muzikale experts kunnen beoor:deelen 'of alles naar wensch gaat. Eventueele veranderingen in de op stelling van den een. of anderen speler worden telefonisch medegedeeld aan ?den dirigent, en dan wordt noi? eens overgespeeld voor een ,,Wa?t test". De opneemmachine gaat in werking en de muziek, die de microfoons op vangen, kónxt mi op een wasplaat. 'Tegen het einde van liet stuk houdt de telefonist zijn arm omhoog en als de laatste noot gespeeld it, blijven dirigent en orkestleden als steenen beelden ?zitten, totdat de telefonist zijn arm naar omlnag brengt. Die stilstand is noodig. omdat de microfoon alle* opvangt. Zoo gebeurde het eens, dat een zanger aan het einde van zijn aria 1 een diepe zucht slaakte, en die kwam prompt op de plaat, waardoor deze natuurlijk overgemaakt irioesfc worden. De gemaakte wasplaat wordt in bijzijn van '.den dirigent en eenige orkestleden gespeeld en, wanneer zij góéd bevonden is, gaat zij verder den gewonen gang der fabrikfttie. , ' ' ' * * * ? , In de machmftkamor weinolt hefc van eigenaardige instrumenten. Er staan eenige glazen kasten, waarin de wasplaten op een bepaalde tempera tuur worden gehouden. De opneemingenu'ur zit bij do machine en heeft een telefoon, die in Verbinding staat met die van den telefonist in do concertzaal. Verder staat naast hem «?en luidspreker.zoodat h ij de uitvoering kan volgenen waardoor hij hóórt of de muziek niet te sterk of te zwak op de plaat komt. De sterkte kan hij regelen. De microfoons zijn zeer gevoelig en brengen soms ook wel minder gewenschte geluiden op de plaat. Dat geeft wel eens moeilijkeden. | Tijdens een opname was men bezig, mot correcties aan te brengen in do opstelling van eenige spelers, omdat bij iedere- proef plaat de fluitist te sterk uitkwam. Men plaatste hem telkens verder achteruit, ma'ar altijd domi neerde zijn fluit boven alle andere instrumenten. Tenslotte was hij bij het raam bvland en men wist geen raad waar verder met heni naar toe, en in de vertwijfeling van de ingenieurs sloeg als een bom de naïeve verklaring van den fluitist, dat. hoe meer hij achteruit werd gezet, hoe harder hij blies. A. G. Wit, \ <? No. 2704 DE BESTE MACHINES ? ' . ' ?? ? . .. * ?. '? . VOOR DE BEWERKING VAN ONZE TABAKKEN BESCHIKKEN WIJ IN ONZE NIEUWE TABAKS* FABRIEK OOK OVER GOEDE TRANSPORTMIDDELEN, ZOODAT wu OP ECONOMISCHE WIJZE KUNNEN FABRICEEREN. DAT ZAL AAN DE KWALITEIT TEN GOEDE KOMEN EN OOK VOOR U GELDEN ALS U ONZE TABAK GEBRUIKT. VRAAGT DAAROM UWEN WINKELIER NAAR ONZE TABAK. DE ERVEN DE WED. J. VAN NELLE No. 2704 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 30 MAART 1929 UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE ;? i i Croquante croquetjes door Alida Zevenboom /""l EACHTE Mevrouw, de kranten \JT staan vol van de ongehuwde moeder maar is er een die denkt aan den ongehuwden vader? En aangezien u een der weinige vrouwen is met een behoorlijk gezond verstand, vraag ik of u het vraagstuk van den ongehuw den vader niet eens op de. u grondige, wijze in ,,dëGroene" zoudt willen be handelen. . Met dankbaren groet . Een slachtoffer. '*' Mijn eerste 'gedachte was, dat de een of ander zich een minder gepast grapje veroorloofde over een hoogst ernstig onderwerp, doch toen ik het briefje nog eens overlas, zag ik wel dat het cht gemeend was, want klinkt er u ook niet een wanhoops kreet uit tegemoet? . Als men, zooals ik. een menschenleeftyd onder, wat men noemt de menschen" geweest is. dan heeft men .wat meegemaakt en ik heb heel wat ongehuwde moeders op mijn weg ont moet. Dat begon al toen ik pas twaalf jaar was en zoo van de school bij een kruidenier Zaterdags mee moest hel pen den, winkel te doen, 's nachts, na afloop, als hij gesloten was. Twaalf jaar en' nu leert myn dertien jarig neefje uit de Commelinstraat al algebra en hij vroeg mij van do week nog of ik wist dat a plus b gelijk c was? Hoe krijgt zoo'n kind hét bij elkaar. In die kruidenierszaak was een ongehuwde moeder met een kindje. waarvoor ze moest werken en ik kan zeggen dat het een heel liberale krui denier was. want fatsoenlijke menschen bedankten er in die jaren voor om iets met ongehuwde moedere te maken te hebben. Als u mij vraagt, geloof ik dat je beter een gehuwde vader kon vermoorden dan onge huwde moeder te zijn. Zoo waren de zeden in dien tijd. ? En hoeveel meisjes heb ik niet verloren zien gaan, in mijn andere diensten, omdat zij wat erg vél vertrouwen hadden in de smoesjes van den een of anderen man ! Ik was zelf geen onknappe meid, al zeg ik hét zelf, maar ik kreeg ze altijd net dóór als ze dachten: ziezoo, die heb ik ook te pakken," al moet ik zeggen dat ik heel op het allerlaatste oogenblik dien zendeling van de inwendige zending in de gaten kreeg. Met dien zou je je laatste oortje yersnoept heb ben, zoo mooi kon die praten ! Hoeveel ellende er in die jaren door ongehuwde moeders geleden is, kan geen pen beschrijven. Waar moesten die stakkerds naar toe, al geef ik 'direct toe dat er heel wat bij geweest moeten zijn, die naar geen goed woord luisteren wilden en niet alle maal stonden ze zoo stevig in hun hooge rijglaarzen als Aaltje Zeven boom. Vraagt ti dat maar eens aan meneer Pierre, die het er mi nog wel eens over heeft als ik hem spreek. Een aardigheidje goed. Maar altijd op een afstand. En de ongehuw de vaders uit die jaren, hoe ging het daar mee? zal u misschien vragen. O. die trokken zich er'niets van aan. Als zij uit een stand waren ver boven die van'het meisje, dan kon het kind nog wel eens stiekum een ondersteu ning krijgen om schandaal te vermij den, maar anders werd er niet naar omgekeken. Zij rookten net zoo gerust hun sigaartje en dronken hun borreltje of er geen ongehuwde moeders op de wereld waren. Hoewel ik zeggen moet dat ik menig gelukkig huwelijk gekend heb en nog ken dat tot stand kwam al had de vrouw een onecht kindje en waarvan de aangetrouwde vader een beter vader was, dan de eigenlijke vader, die er nooit naar had omgekeken. Ja, er is nog wel eens een enkele brave man op de wereld al geloof ik, dat ze met de jaren steeds dunner gezaaid worden. Er is toch al veel veranderd want was het vroeger een schande een on gehuwde moeder te zijn, nu wordt daar niet zoo zeer meer op gelet. ? Ik weet wel, dat er by ons op school in onze klas, een onecht kindje zat n ik verzeker u, dat dat kind op school geen leven had. Wy schuwden het en menig slecht woord kreeg het naar zijn hoofd. En nu lees ik van de week in de krant dat er in Engeland een oud-minister van Oorlog gestor ven is, die ook een onecht kindje was. En het is nu eigenlijk niet al een beet j'e PATRIA1 PATRJA-' PRU ?zoover dat menig gehuwde moeder, als zij bevalt, er veel slechter aan toe is dan een ongehuwde, die in hetzelfde geval verkeert, want de ongehuwde krijgt voldoende verzorging en er zijn heel wat vereenigingen, die haar en haar kind zich aantrekken terwijl, als zij gehuwd was geweest, zij allicht met een dronkaard van een man zat opgescheept of een die haar slaat of een die achter andere vrouwen aan loopt of een die te lui is om te werken en wie zorgt dan voor een paar liter melk en een biefstukje per dag en een behoorlijke ligging voor moeder en kind en de rest. De ongehuwde vaders loopen ook nu nog te veel vrij rond en daarom.' zou ik willen voorstellen dat zy een of ander zichtbaar teeken moesten dragen als waarschuwing voor de moeders: haal je dochters in huis, daar komt er weer zoo een aan met een al te gladde tong l "Maar dat zal ik wel niet meer beleven. ? t i

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl