De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 27 april pagina 4

27 april 1929 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

g?t-V . .,?'-Jr^nLTT l f, i f Hl l j ?V i i S ' 3 i1 H-' f jl f i '{.??'* DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 27 APRIL 1929 No. ^; -c-;*<_/> .>, £Ss!wy:'£vH> ?"? =^\a<r^:^-^N -? Prikkebeen's ware geschiedenis door H. G. Gannegieter . DAT Prikkebeeu eigenlijk evenmin een kinder boek is als Reinaard de Vos, Gulliver of Don Quichot, is veel te weinig bekend. Dr. L. J. T. Wirth in het in 1925 uitgegeven proefschrift: Een eeuw kinderpoëzie heeft er liet eerst mijn aan dacht op gevestigd. Schrandere lezers hebben reeds dikwijls vermoed, dat deze onschadelijke kapellenvangor de held is van een... .liefdeshistorie ! Dat XJrsula nooit zijn zuster geweest is, maar zijn minnares. En dat liet thema van het oorspronkelijk verhaal de tra giek is van den man, die meer wetenschappelijke nieuwgierigheid dan hartstocht bezit. Prikkebeen luistert in den oorspronkelijken tekst naar den wel zeer doorzichtigen naam Cryptogame. De auteur daarvan is Rudolf Töjffer. . Goeverneur heeft in 1858 zijn stof" ontleend aan een nummer van Tlllustration van 1845, dat als praatjes bij plaatjes" Töpffers werkje een wijdere vei'spieiding gaf. De houtsneden kloppen, tot op elke stip op^ de vlerken van de beminde kapellen. Maar het bijschrift r1 ! Allicht zou ten onzent van M. Cryptogame niemand meer weten, zoo hij niet in de gestalte van den kindervriend Prikkebeen uit het graf ware herrezen. Niemand kent meer den schepper van M. Cryptogame, maar J. J. Goeverneur is heden, veertig jaar na zijn dood, nog even populair1 als toen hij Prikkebeen dichtte. Zelf moet ik, tot mijn schande, ook eerlijk erkennen, tot nog toe nimmer van Rudolf Töpffer' te hebben gehoord. Doch eea beter ingelicht man heeft münaar aanleiding van het hier behandelde onderwerp welwillend de volgende gegevens om trent hem verstrekt. Rudolf Töpffer werd in 1799 te Genève geboren en stierf daar in 1846. Hij was zeer bekend als schilder, c&ricaturist en schrijver, maar ook als denker, vooral op paedagogisch gebied. Hg was een tijd leeraar, nam later voor zyn vader de leiding van een bekende kostschool over en werd daarna professor in de aeatetica aan de Academie te Genève. Zijn eerste werken verschenen in 1839/40 en maakten hem op slag bekend. Zijn Nouvelles Genevoises" .verschenen als feuilletons in de . Franscho kranten. Hjj illustreerde altijd zelf, maar uitteraard waren er toen weinig bladen, welke die illustraties konden over nemen, wat echter in 1845 toch te Parijs hier en daar gebeurde. In 1848 verschenen, eveneens geïllustreerd door hem zelf, zijn Voyages en Zigzag, in '53 gevolgd door Nouveaux Voyages en Zigzag, voor het meerendeel avonturen van zijn leerlingen in de bergen. Töpffer was de uitvinder van de schoolreizen, zou men kunnen zeggen. Wat heel begrijpelijk is, want zijn vader was een groot vriend en vereerder van Rousseau. ? ' ? In 1840/47 verscheen te Genève in zes deelon deCollectiondev histoires enestampes, waarin zeven zgn. Petits romans, getiteld: M. Jabot, M. Crepin, M.Pèncil, Le Dr. Festus, Histoires d'Albert, Lee Amours de M. Vieux Bois, en de aardigste: M. Cryptogame. Een stuk of wat van deze verhaaltjes in plaatjes die in Genève met Franschon en Duitschen tekst waren verschenen, kwamen als feuilletons in de Fransche geillustreerde pers terecht. Keil heeft liet laatste voor Duitschland bewerkt onder den titel Fahrten und Abenteuer des Herren .Steckelbein, vandaar onze Prikkebeen, die dus als internationale held via Duitschland en Frankrijk uit Zwitserland tot ons gekomen is. Uit alles blijkt dat Töpffer zijn grappen misschien niet uitsluitend voor kinderen bedoelde vooral de populariteit in de Fransche pers wijst op de appreciatie van volwassenen maar dat hij toch zeer zeker voor zijn jongens schreef. Nu nog in Zwitserland geldt de onverkorte Histoire de Monsieur Vieux-Bois als klassiek kinderboek. Va, petit livre," aldus leidt de schryver de geschiedenis van M. Cryptogame in, et choisis ton monde, car aux choses folies, qui ne rit pas, baille; qui se ne livre pas, résiste; qui raisonne, se méprend; et qui veut rester grave en est maitre." Aanvankelijk loopen beide boeken nog even wijdig, maar na den droom in het ,,... .tooverland Waar de vlinders aan den wand Zitten en tcaar overal ' Torren vlieden zonder tal," bevat de oorspronkelijke, de véritable" historie eenige plaatjes, welke Goeverneur heeft weggelaten. We Zien een vrouw te bed liggen, in peinzende houding uit de dftkens oprijzen, met outhloote borst voor den spiegel heur haar kammen- Is het Ursula, Prikkebeen's zuster? Neen, het is Elvire, Cryptogame 's minnares. Terwijl meneer Cryptogame van zijn kapellen droomt, droomt Elvire, 30 jaren oud, met verruk king van haar op handen zijnde verbintenis met den liefste, van haar hart. Maar liet uchtendrood maakt haar moedeloos, Omdat het haar aan de werkelijkheid herinnert, die zooveel bij de droomen ten achter staat. In zijn hart is meneer Crypto game nog meer natuuronderzoeker dan waarlijk verliefd." De stijl van zijn brieven is koel als een opschrift. En het uur van de ochtendwandeling heeft reeds geslagen, en nog komt hij niet opdagen.. .." In den trant van filmteksten gaat het onder schrift brj de hotitsnoden vérder. Wij zijn n» deze episode weer aangeland bij het bekende plaatje. waarop , ,,Nofi voordat hij slqpen gaat En in 'f bloote hond al staat, Prikkebeen ginnegapt van pleizier." Maar M. Cryptogame i» op dat plaatje pas op gestaan en(het denkbeeld van de morgen wan deling met Elvire' lacht hem niet aan. Hij vraagt zich af, of .Elvire en hij wel geschikt zijn, elkander ge lukkig te maken en besluit, volkomen conform aan Prikkebeen, er stikum van door te gaan om in vrijwillige ballingschap kapellen te jagen. Elvire?Ursula verrast hem bij hot opstellen van zijn afscheidsbrief. Ixjs premiers monumts d'explications sont bien pénibles pour M. Cryptogame."' Nu loopen de beido geschiedenissen weer een heel eind evenwijdig, mot dit verschil, dat Prikkobtjen voor zijn zuster vlucht en Cryptogaintvlucht voor zijn bruid. Een bij Goevemeur ont brekend plaatje toont ons haar, terwijl zij bij voorbaat haar bruidskrans past. Nadat zij haar voortvluehtigen minnaar op het schip achterhaald heeft, Elvire fait admiror a son amant l'astre brillant du jour. Son amant Ie trouvt rond comme un fromage et agréable comme une lanterne. Elle trouve l'amour infini comme l'Océaii II trouve l'Océan fastidieux comme l'amour." In de walvisch vindt do nogmaals zijn noodlot ontkomen Cryptogame Dikkie, in het Fransche verhaal naamloos gelaten als son ami." PeterneJ ontbeert eveneens een naam en heet kortweg .,une Provenc.ale d'une beautéextraordinaire." Begrijpelijkerwijze ontbreekt bij Gouverneur d c houtsnee, welke het hoogtepunt aangeeft van de Franscho liefdeshistorio: Cryptogame en do Provencaalsche tezamen tusschen de ribben van den walvisch als op een schommel samen aan 't vrijen .,et tout Ie reste n'ost plus que doux transport* et long eixivrement." Cryptogamo vraagt aan den vader der Provencaalsche zijn dochter ten huwelijk. Bij de Turken vinden hij en Elvire elkander terug. Elvire maakt nu den dikke, die in 't vervolg lo docteur" heet,. liet hof, pour inquiéter M. Cryptogame ot allumer sa jalousie." De doctor, van zijn kant, blijkt Elvire niet ongenegen. M. Cryptogame, wien Elvire een schriftelijke huwelijksbelofte heeft laten teekenen, neemt den geen kwaad vermoedenden doctor ter zijde en raadt dezen aan, de hand van Elviro te vragen, waarop bij laatstgenoemde une pouvaritable ? crise commence," ??het is doze crisis, waarbij. in Goeverneur's uitlogging .,... .Prikkebeen valt om van schrik, Evemoo ook meester Dik. Beiden iïygen stil en stom, V r sul trappelt op hen om." Zbodra Elvire-Ursula uit haar flauwte is bij- ? gekomen, begint de wilde jacht opnieuw, welke» na de gevangenschap der beide vrienden bij den' Dei van Algiers, en de ren door de brandende woestijn, er mee eindigt, dat Elvire clate dejalousie et de rage." Men herinnert het zich: ..Met een vreeselijk gerucht Spat ze in stukken door de lucht," waarna de baan vrij is voor M. Cryptogame en zijn, schoone Provencaalsche, die hem nu biecht^ moeder van acht kinderen d'un premier lit" te zijn. Dit is geen bezwaar voor M. Cryptogame om. te couter des jours suffisamment heureux au sein d'un grand tapage domestique." Aldus de véritable" geschiedenis van MijnheerPrikkebeen. No. DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 27 APRIL 1929 SCHILDERKUNST £)e afwikkeling der Internationale Schuld Odlloa Helton, Kroellrr-JIii*<-uni, den Haag Wanneer ge wilt weten tot welke beteekcnissen oen zwart kan worden, en welke innerlijke bekente nissen een donker kan zijn wanneer het zich scha keert; wanneer ge> wilt ervaren, dat grijs liet licht is tegenover de inderdaad fluweelen duisternis, dan hebt ge te gaan naar lledoii's werk. Want Kedon's werk is bovenal de roem van het zwart, zooals Vermeer'» werk de glorie is der blauwen en der gelen. Redon ia de teekenaar van het verschijnende en van het wordende, en van de primaire gestalten, die zich ontwikkelen van af 's harten diepsten en geheimen grond, waar alle blijvende verschijnin gen, met eindeloos vertwijgde wortels, hun voedsel halen. En deze verschijningen veroorzaken schrik en verwondering, en hebben nog geen naam. en naderen soms maar tot het Ding. Maar zij leven. allen, en komen van een eendren bodem; met andere woorden Kedon is een volledig romanticus. En het maanlicht schijnt het licht te zijn, waarin zijn wezens, soms vol dreiging, als alles wat ontstaat, zwijgen of opvaren. Dj vormen zijn die van slangen met hoofden, of menschen, diaphaan door de maan, of eindeloos treurig, zooals zijn Satan is; of donker en geducht als de python; dikwijls zijn het oogen ..als weekdieren," maar altijd bewegen zij zich, zooals dieren in den waterdruppel; geestlijke bakterieën zoudt ge ze soms kunnen noemen, en hun domein is het verre terrein van den droom of het verdroomde. Maar er is geen vaagheid door gebrek aan kracht; integendeel van een haast demonische kracht zijn ze hot worden, het ver schijnen en misechien soms het vergaan* En ze waren symbolen, ongedwongen symbolen van. schilder's innerlijkste wezen: ze waren dat wezen natuurlijk, noodzakelijk; ze waren geen toeleg; zij werden niet gedwongen, maar ontstonden, en het is wonderlijk te bedenken, welk terrarium en aquarium dit menschenhoofd kon zijn, en welk thaater vol donkere en dreigende verschijningen ! Maar de zwarten en grijzen van Hedon's lithographie zijn geen hemelsche streek, al begint hun gebied achter de verste kim der natuur; hemelsch zijn wel de bloemen-ruikers, die hij kon teekenen, die als in streken van stilten, buiten de spheer der lucht, hun tijd vullen met werkelijk vroom pralen; die met zedige en otiwaereldsche schoonheid en een haast atoffeloos leven den tijd ontkennen; soms zijn zij niets dan een nooit-voorbarige vreugde. Het spreekt vanzelf, dat in zulk werk zwakke plekken zijn, niet ieder werk heeft genoeg van de afzonderlijke kracht, die zulk werk doet zijn; maar er blgven bij Redon genoeg voorbeelden van de demonische stilte en van de seraphynsche stilte in bloemen om hem een zeldzaam blijvend wezen in de schilderkunst te noemen, zeker door de kracht, zeldzaam door de streek, waarin zijn verschyningen leven en waaruit natuurlijkerwijs zij bij hem, ontstonden. St. Liucas, Stedelijk Museum, Amsterdam Het. is een ongewone reis: van Redon naar Sint Lucas l Zelfs Smalt's droom van Tante Betje (de twee andere schilderijen beteekenen niets) is als het houterig droomen van een kind tegenover Redon's groote verschijningen. Toch is- deze Smalt echt en heeft als zoodanig zijn, zij het ook kleine, beteekenis.... Wanneer wij van de ten toonstelling als geheel iets moeten zeggen (we vergeten dan Redon) dan kunt ge zeggen, dat met meer begrip gehangen is dan vroeger. De meeste tentoonstellingen waren vroeger als trommels te vol van koekjes; hier begrijpen we dat een schil derij, al ia het mislukt, toch iets anders is dan een bakkerskoekje. Dat is een winst voor het schilderij, voor de schilders; het is n der manieren om de leeken tot respect te dwingen. Er is nog een manier (de beste J) en dat is voortreffelijk werk sober te hangen. Voortreffelijk zijn is echter niet zoo ge makkelijk. Tot nu bleef dat altijd in de waereld vrij zeldzaam. Het hier hardnekkig te willen vin den, was een overmaat van (onjuisièn) ijver; we zullen, daarom, liever simpelweg, wat werken Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan Kunst zaal van Lier Rokin 126 Amsterdam* Oostersche & Europeesche antiquiteiten Oude en Modernq schilderijen en plastieken Negerkunst & Ethnographica Oma Dawes (tot de Parijsche Herstelconferentie): Het is goed bedoeld, kleintje, maar nu zitten we allebei in den knoop" noemen, die ons toeleken te bestaan" (er is veel schilderwerk, dat niet bestaat"). De korenmolen van Bastert noemen we dus, de Sneeuwpret van Cees Bolding. Mevr. Boom?Pothuys' hoekje; Me j., van der Feer is proper-modern; Garfs linoleumsnede kan hier; Hulshof f Pol's kasteel en Sneeuw, Mauve's Zee, Philippi's wintergezicht; Me j. van Regteren Altena's interieur en stilleven; zeker Jacob Ritsema's kerk en interieur. Mej. Spronck's Amor'(hij bewijst, dat zij een leerlinge is van Lizzy Ansingh); er is iets psychologisch in 't meisje van Mej. Voullaire; Westerman's Storm heeft wat van een dramatische illustratie.... Er is nog meer, maar dat heb ik al menigmaal genoemd; en herhalen is goed en noodig, maar niet steeds opwekkend. Dus laat ik het hierbij. Pruna te Parijs Ik bereikte het huis en atelier van Pruna, den jongen Spanjaard en kennis van Picasso. met de hulp van een vriend, en ik zou het zonder hem niet terug kunnen vinden. De schilder heeft een volgevleesden kop (niet nog zóó als die van Toon Kelder) dat wat wat me dadelijk trof, en spoedig daarna zijn intelligentie. Het is een genoegen, en een winst, met een vakman te praten, die ook uitdrukken kan in woorden, wat hij weet, en die dadelijk met de waarheid, voor den dag kwam (tegenover de Noordelijke schilderkunst, de Hollandsche etc.) dat hij, de Catalaan, de Zuidelijke (tegenover die Noordelijke) bestemd als voor een Akademisme, dat is. voor een stellige vastheid van den vorm. Zóó gezien als hij dat zag, was het ongetwijfeld zuiver, en ge vondt het voorbeeld daarvan in een portret van een jongen man, waar niets besmeurd was tevens in de kleur, maar waar de hoofdkleur een wit leek te zijn. Maar. die intelligentie was. dat gaat vanzelf, niet zonder breedte, en deze schilder met den vasten vorm, met het vaste mddélé, met het zekere modélé, roemde ineens de schilder kunst van Pórmeke, en het was duidelijk, dat deze Catalaan en gansch anders ? gerichte schilder, gansch anders gericht dan Permeke, veel Hollanders ver was vooruit, en begreep, boter dan zij, wat hun nader en maklijker moest liggen. Hij overtrof simpel-weg den kritikus van het grootste ITollandsche dagblad. Ik geef 'toe, dat dat niet moeilijk is; deze kritikus blijkt meer en meer een bcfaamdhcid te verdienen als onkundige. . PLASSCHAERT AAN DE ALLERHOOGSTE EISCHEN VOLDOEN DE, SPECERIJEN GEÏMPORTEERD. GEMALEN nVERPAKT IN BUSJES DOOR: ALBERTOADE*S&>. DEN HAAG , Jelle Troelstra bij Brok. Hilversum, Van Lenneplaan. Deze kleine tentoonstelling werpt geen nieuw licht op het -werk van Jelle Troelstra. Na de ex positie in het stedelijk museum tijdens het najaar van 1927 toont zij zelfs geen vooruitgang. Een litho als het portret van zijn vader ziet men met genoegen terug; ook het geteekende stadsgezicht uit Alkmaar en de groote teekening naar een oude Veluwsche vrouw (1927). Het kan zijn dat de tijd aan zijn schilderijen eerst hun volle waarde 'geeft. Als dat zoo is kan de waardeering voor een stilleven met viooltjes (1928) en een ander met een witte schaal (1920?19,29) over eenige jaren komen. Momenteel staan zij in mijn waardeering achter bij de arons-kelken uit 1921 en bij de vruchten en narcissen van een jaar later. De aquarellen uit. 1928, waarop de tijd wel weinig invloed ineer zal hebben, geven voor de schilderijen niet veel hoop. Wat den kunstenaar ontbreekt kunnen de jaren niet verhelpen. En ik kan slechts hopen dat ik mij vergis als ik meen dat het zachte, strooiende .soms smeltende coloriet van dezen schilder meer aangeleerd is dan aangeboren eh dat aan zijn volledig slagen een dieper liggende oorzaak in den Weg staat. Ik bedoel een niet te miskennen opper vlakkigheid, die maakt dat hij genoegen neemt met zonder al te veel inspanning en zelfcritiek verkregen effecten te gaarne aan voorgangers ontleend en die met de persoonlijkheid van den schilder in geeiral te nauw verband staan. Gelukkig ziet <leze ten toonstelling er niet naar uit alsof zij een volledig beeld geeft van den latercn en laatsten arbeid van den kunstenaar. ? 1IENXUS 1 ^?^?-?~?*~'''*~^^^^^^£^^^~^^~~?***!v'****ïf***-i^^^~v~^^*^^^ïZ^*^^^^^^^^^^^^^^^ZZï^!ï^^^^ MUZIEK G STRIJKINSTRUMENTEN D SNAREN D D PIANO'S a a H. RAHR Achter St. Pieter 4 Q Utrecht D Tel. 443 D VERHUREN D D VLEUGELS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl