De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 4 mei pagina 3

4 mei 1929 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

£ l i. v i' "i l DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 4 MEI 1929 No. 2909) Wereld-Staatslieden Stresemann door Diplomaticus DER Justav.... Der Justav is geboren in een klein groentenwinkeltje te Berlijn. Hu heeft een goede opvoeding genoten, studeerde 'te Jena en bewoog zich al spoedig in de politiek. Het'Iot was hem uiterst gunstig. Onder de monar chie had hij het tot invloedrijk lid van den Rijksdag kunnen brengen, maar waren de hooge ambten voor hem'gesloten geweest. Nu is hij gedurende korten tijd Rijkskanselier geweest en verheugt zich thans m de 'buitengewoon belangrijke positie van Minister van Buitenlandsche Zaken. Een aristocraat als von Schubert staat hem terzijde en heeft hem manieren" geleerd. Maar ook*nog wat meer: een grooto mate van diplomatieken takt, die men in die positie zoozeer behoeft. Naar het uiterlijk is Stresemann zeker de onge schiktste Minister van Buitenlandsche Zaken, dien men zich^ denken kan. Een echt Berlijnsch type, grof, met een breeden platten neus, kleine toege knepen oogen, bracchycephaai, dikke handen en groote voeten, een echte Pruis uit de lagere, volks klasse. Overal ziet {men hem op : den voor grond met zijn bierbuiktype, breed lachend op ieder portret, met zijn jovialen, quasi-gemoedelijken glimlach, waarin toch bij nadere beschouwing iets sluws is gelegen. Dat sluwe vormt een van de redenen van zijn succes. Hij is altijd opportunist geweest, iemand die de huik tijdig naar den wind wist te han gen, altijd zijn partij een weini*? vooruit, in elke harer wisselingen, zoodat hij bywijlen gansch alleen scheen te staan. Maar alras volgde zij. Men heeft het nog onlangs bij Ixaar leus: geen groote coalitie in Duitschland zonder gelijktijdige coalitie in Pruisen gezien, toen zij besloot, na een luid toegejuichte rede van Stresemann te hebben aange hoord, waarin deze betoogde dat een vasthouden aan deze taktiek haar niets zou baten met algemeene stemmen nogal l niettemin eraan vast te houden. Daaraan vastknoopend ovenwei het besluit om voor het Rijk over de coalitie toch de ónderhandelingen voort te zetten, mits men het eerst eens zou geworden zijn over de quaestie van de dekking van het deficit, waartoe de partij onder geen voorwaarden de door den Rijksminister van Financiën vurig begeerde verhooging van belasting noch^het invoeren van nieuwe bereid was toe te staan. Een onmogelijke toestand, waarin evenwel de tijd wel verandering zal brengen: juist iets voor Stresemann, die in wezen reeds nu half gelijk kreeg. Dédemocraten roepen hem reeds om zijn partij, de Democratische" Volkspartij, den rug toe te 'keeren. Berliner Tageblatt en Georg Bemhard, van de Vossische, zijn volop bereid, en begeerig, ?om een' zoo uitnemend tacticus- onder de hunnen op te nemen. Maar Stresemann blijft.; hij kan den steun der Schwerindustrie niet missen en voelt dat hij zijn positie in het Rijk belangrijk zou benadeelen door zich bij de joden" aan te sluiten. ** * Er is een boekje verschenen, reeds twee jaar geleden, van Graaf Reventlow over Minister Stresemann als Staatsmann und Anwalt des Weltgewissens." Dit boekje, goed geschreven, ademt al den haat van den aristocraat tegen den Emporkommling". Het is al te bespeuren op de eerste bladzijde, waar men de portretten, van Die Vertreter des alten Deutschlands," Moltke en Bismarck, in uniform, ziet tegenover die van het moderne, in rok, Strese mann en Luther, in het raam van een spoorwegcoupe. Op n plaats is het met zooveel woorden gezegd: ;,Ich habe die Persönlichkeit des Aussenministers Stresemann gckennzeichnet als den gehobenen kleinen Mann". Daarna meent de schrijver dan wel dat het, er niet op aankomt uit welke VAM nEUE!5 TABAK ? 15 KWALITEIT kringen der bevolking iemand tot hooge posten opklimt, maar vervolgt hij Dr. Stresemann is geen persoonlijkheid; hij weet dit en heeft, als altijd in zulke gevallen, de dringende behoefte datgene te schijnen als wat hij zoo gaarne zou gelden. Graaf Reventlow behoort tot de Duitsch-nationale partij, die gruwelijk het land heeft aan Strese mann en wien het een voortdurende ergernis is, dat hij zoo lang aan het roer blijft; De Duitschnationalen zijn, met de Völkischen, de oude conser vatieven, de monarchisten, de Groot-Duitschers. Zij kunnen het niet aanzien dat de zorg voor de buitenlandsche politiek van het Rijk is toever trouwd aan een man van kleine afkomst, een zeer ijdel man bovendien en die veel vat op zich geeft voor hoon en spot, ondanks al zijn qualiteiten. Daarom wordt in dit boekje alles afgebroken wat de hoofdzaak uitmaakt van het werk van Strese mann: zijn houding in de eerste plaats in den strijd om het Roergebied, waarin hij alles gedaan heeft, aanvankelijk, om de bewoners tegen de bezetting te prikkelen en op te zetten en ze dan plotseling heeft losgelaten en verzoening met Frankrijk ge predikt, onder het motto dat de eenige weg om van Duitschland de noodige betalingen te erlangen, die eener internationale leening was. Maar men vraagt zich af: is dit dan niet waar? Moet niet, om aan zijn ongehoorde verplichtingen te voldoen, Duitschland inderdaad bij het inter nationale kapitaal terechtkomen? De conservatie ven zouden zich liever aan elke betaling onttrekken, voorgevende dat de vrede van Versailles een afge perste vrede was. Maar deze is toch regelmatig geteekend en vormt de basis, waarop een nieuw Europa voorloopig zal moeten worden opgebouwd. Is het billijk dit te noemen,?uit het Duitsche Rijk en den Staat een arbeidskolonie van het internatio nale kapitalistend om te maken?" In het tweede gedeelte, Der Prophet der Bibel der Wirtschaft" geheeten, werkt Graaf Reventlow dan deze gedachte nader uit. Al de rampen en ver nederingen, waaraan Duitschland na den oorlog is blootgesteld geweest, worden aan Dr. Stresemann toegeschreven. De inflatie, de wijze waarop daarin voorzien is (altijd nog als een der grootste kunst1 stukken beschouwd, waardoor Duitschland zich ondanks veler ruïne, aan de gevolgen van dit onge hoorde onheil heeft weten te onttrekken), het Dawesplan, Bibel der Wirtschaft (maar dat werkelijk een verademing bracht voor het uitgeputte Duitache volk) alles wordt toegeschreven aan Dr. Stresemanns yooropgezetten wil om Duitschland onder de heerschappij van het internationale z.g. Joodsche"-kapitaal te brengen. Jodenhaat behecrscht deze gansene beschouwing. Het schijnt overigens, of de conservatieven eb de Völkischen" nog steeds maar niet willen inzien, dat Duitschland een overwonnen land is, dat de gevolgen van den oorlog en van haar einde , te dragen en, zij het tandenknarsend, tot het eindo toe te vervullen heeft. Daarom is ook iedere vergelijking met het oude Rijk en met wat dit zich zou hebben laten welgevallen, zoo volkomen doelloos. Vervolgens wordt de Locarno-politiek van Strese mann van 1925 onder handen genomen, welke het uittreden der Duitech-nationalen uit do Regeering tengevolge had. Het idee daartoe kwam op uit het brein van Lord d'Abernon, destijds Britsen Ambas sadeur te Berlijn, wiens Duitechgezindheid voor niemand een geheim was. Genoeg om dat plan te wantrouwen en geheel als in liet belang van Enge land te kenschetsen. De Duitsche Rijn wordt in het pakt feitelijk tot de grens die Frankrijk van Duitschland scheidt, gemaakt -?hoffentlich nicht für immer l" en de belangen van het Oosten totaal verwaarloosd. Dat werd als een triomf voor de Duitsche politiek aangemerkt! En dan volgde de vernederende toetreding van Duitschland tot den Volkenbond, enkel om aan Dr. Stresemanns onuitstaanbare ijdelheid te voldoen, die het ge wichtig achtte met de eerste staatslieden der wereld/ te verkeeren en met hen afgebeeld te worden op verschillende kieken en in de meest verschillende houdingen. Dé'geest van /Locamo", wat heeft men er later aan gehad? . 'VA I> ?-. Met dat al is die geest dan toch maar het plecht» CHAKEL GEWEG 11-17«AMSTERDAM| Kleermakerij Bi) ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOENEN anker geweest, waaraan Duitschland zich onder alle omstandigheden onwrikbaar heeft kunnen vasthouden. Ware Locarno er niet geweest, het hadde in zoo menige latere onderhandeling met leege handen gestaan. Het is waar dat die geest" de popitie in het Oosten, met name de quaestie van den Foolschen corridor, een der gevaarlijkste passages in de Europeesche politiek, geheel onge wijzigd heeft gelaten, maar hoe is het mogelijk alles tegelijk te regelen? Dat Dr. Stresemann zich te Locarno heeft laten bedotten, is dan ook een leugen. Der Weltfreimaurer" heet het laatste hoofd stuk. Met Briand en de overige vrijnietselaars in Engeland, Amerika, België, enz. heeft Dr. Strese mann zich verstout een bondgenootschap aan te gaan tot gemeenzaamheid in gezindheid, middelen en doeleinden." Indien het zoo ware, wat schuilt hierin voor kwaads? De Internationale Vrij metselarij" is trouwens in Duitsche reactionaire kringen een waanvoorstelling geworden. De voorstelling van den schrijver is steeds alsof Duitschland het in de wereld voor het zeggen heeft, althans alsof het zoo behoorde te zijn. Nog steeds dezelfde, onverbeterlijke trots, dat de Kultur bovenaanstaat, dat Duitschland de heilige roeping heeft de menschheid te leiden. Dat Duitschland sich zum internationalen Gedanken bekannt" heeft, wordt Stresemann als misdaad aangerekend. Der Gefctmnerernationalen Geschlossenheit," dat is de ware Duitsche geest. In n woord: Stresemann das typische Bild des, persönlich, erfolgreischén Arrivisten; listig, , ohne eigentliche Uberzeugung, Redner, grundmaterialistisch, von hoher Fóhigkeit der Anpassung und Einpassung, von ausserordentlicher Eitelkeit und Selbsteinbilding." Ziedaar het beeld, gelijk graaf Reventlow dat voor zich ziet. Ik heb er niet veel aan toe te voegen. De vraag is of Duitschland zulk een man met zijn merkwaardig aanpassingsvermogen in dezen tijd niet behoeft. Om er langzamerhand weer bo venop te komen. Om zich dingen te laten zeggen en welgevallen, die een staatsman van den ouden school met minachting of verontwaardiging z"óu afwijzen. Om in den Volkenbond de positie in te nemen, welke Duitschland daarin tegenwoordig toekomt. '* ' ? ' 'l Kon» Meubeltransport-Maatschappij DE GRUYTER & Co. PO ro PO DEN HAAG 6so ** ,** AMSTERDAM ~ ARNHEM Internationale Transporten No. 2909 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 4 MEI 1929 SPREEKZAAL De Nederlandsche Regeering laat voor de vrije zee betalen HET zy mij geoorloofd Dr. Humeiu opmerkzaatu te maken op een historische onjuistheid in hot tweede stuk van zijn zoo interessante artikel over De Wording van het Britsche Bijk. Misschien interesseert de kwestie ook de lezers. Het betreft de passage, waar gezegd wordt,, dat van de drie groote mededingers der Engelse-hen op koloniaal gebied, plm. 1700 alleen van de Hollanders nog maat* was gebleken, dat hun massa te klein was, om het op den duur tegen Engeland vol te houden. Hoe stond het nu met de verhouding der ,,massa", d.w.z. van het bevolkingsaantal der betreffende volken op dat tijdstip? Het is wel curieus, er nog eens aan te herinneren, nu zoo geweldige verande ringen in slechts 2 eeuwen zich hebben voltrokken. Op het einde der 17e eeuw, in 1085, schatte Isaak Vossius in zijn Beschr ij vinge der Sineesche steden". in het dertiende hoofddeel zyner Verscheidene Opmerkingen, te Londen verschenen, de bevol kingsmassa's der voornaamste Europeesche landen als volgt: Spanje 2 millioen, Frankrijk 5 millioen, Italië3 millioen, Hoogduitschland (met Bohemen ««n Hongarije) 5 millioen, Engeland 2 millioen, de Vereenigde Nederlanden 2 millioen (te vinden bij: V. Rubus: Griekse, Latijnse en Xeerduitse Ver makelijkheden der Taalkunde, Rotterdam, Ifi92, lildz. 30). Men ziet, dat, indien deze schatting eenigermate juist is en zij schijnt in dien tijd vrij algemeen to zijn aanvaard het verschil in massa dor Engelschen en Hollanders niet de oorzaak kan zijn geweest, dat Brittanniëreeds in de 17e eeuw Holland als koloniale macht heeft overvleugeld, gelijk toch inderdaad het geval is geweest. Men behoeft trouwens de oorzaken van dit historische proces daav niet te zoeken. De werkelijke ooi-zaken liggen elders en zijn bekend genoeg. Men kan ze samenvatten door te wijzen op het enorme verschil in maatschappelijke en vooral politieke .structuur tusschen het nog in hoofdzaak feodale Engeland en het burgerlijke Holland der 17e eeuw. Het is mij met deze opmerkinge* natuurlijk niet te doen om op een kleine vlek in het overigens zoo leerzame artikel den vinger te leggen, maar het is misschien de moeite waard weer eens te verwijzen naat- dat fundamenteele feit onzer geschiedenis, waaruit al onze historische misère is voortgesproten en, onder meer, ook de eigenaardigheden van ons volkskarakter, waar Dr. H. W. van Loon enkele weken geleden wel naar verwees, doch die hij helaas niet verklaarde, Dr. W. VAX H A VESTE YX K'dam 21 April '29 Tot mijn spijt kan ik mijn vriend en hooggeschatten leermeester al is het dan buiten elke school om in de door hem opgeworpen kwestie geen gelijk geven. Ik kende de cijfers van Vossius niet en evenmin de Vermakelijkheden" waar zij te vinden zijn, maar tegenover de zijne 81 aan er andere, ik durf wel zeggen betrouwbaardere, die tot een andere uitkomst leiden. De 2 millioen van de Vereenigde Nederlanden moeten weliswaar ongeveer juist zijn eerder nog iets meer dan minder maar wat Engeland betreft, komt de bekende economische historicus Thorold Hogers tot een heel,ander getal. In een speciaal aan deze kwestie gewijd hoofdstuk The Prögress of Engliah Population", het derde van zijn The ndustrial and Commercial Hiatory of England" (1892) be rekent hU de bevolking van Engeland en Wales voor de 14de tot 16de eeuw,'gedurende welken tijd zij, naar zijn meening, vrijwel stationnair moet geweest zijn, op 2.184,000, om dan drie bladzijden verder (blz. 51) te vervolgen; Now it ia certain that at the end of the ieventeenth century (de tijd van plm. 1700 dus, waar het hier om gaat) the population is more than doubléthat which I have calculated was in England at the conclvsion of the sixteenih, Meer dan dubbel", maar wy kunnen met dubbel" volstaan, voor ona betoog, dat plnv 1700 de Engelsche bevolking ongeveer juist tweemaal zoo groot was als de Hollandsche. Ook Macaulay was reeds in het beroemde hoofdstuk van zijn History: The State of England in 1685" tot hetzelfde resultaat gekomen en Schmoller geeft in zijn Grundrisa der allgemeinen VolkswirUchaftslehre" UJÖ20) dl. I blz. 173; Engeland en Wales in 1600: 5 millioen. Intusschen, deze cijfers, tenslotte maar meer of minder nauwkeurige schattingen, kunnen ons Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek D" regeering verhoogde de huur van het ttrand voor het Volksbad te Sct.eveningtn van ? 50 tot/500. Hugo de Groot tegen Minister Kan: ^Halt! Eerst hetakn" betrekkelijk onverschillig zijn. Toen ik n.l. het gewraakte zinnetje schroef over de Hollandsche ,,massa", die te klein gebleken was, «nu hot op den duur tegen Engeland vol te houden, dacht ik niet in de eerste plaats aan du respectievelijke b volkingsgetallen van beide landeii ik zie nu fchtt/r. dat mijn streven naai- groote beknoptheid mij parten gespeeld heeft maar aan hun yeuyrafitn:hc. uitgestrektheid. Ik ben n.l., doordat ik mij eenipszins met dien jongatenloot der politieke wetenschap. dien de Duitschers Geopolitik" noemen, heb bezig gehouden, meer en meer tot de overtuiging ge komen, dat er een bepaald verband bestaat tusschcn den omvang van een land en zijn potentieeh werkingssfeer naar buiten: een bepaalde betrekking tusschen boido grootheden, die door tijdelijke, f bijzonder gunstige, of bijzonder ongunstige factoren kan worden verbroken, maar die zich op den duur steeds herstelt. Hierop doelde ik, toen ik het woord ,.massa" gebruikte, en ik twijfel niet of van Ravesteyn zal, na deze ??ik g'jef toe, niet geheel overbodige toelichting het met mij eens zijn. Juist bij Nederland immers hadden bijzonder gunstige factoren ligging tusschen Oostzee en Middellandsche Zee en tegelijk tusschen Duitschland en Engeland - het mogelijk . gemaakt in de 10de en 17de eeuw die verhouding land-massa": prestatie-naar-buiten" te door breken. Op het einde der 17de eeuw echter begon de ,,land-massa" (met zijn natuurlijke en uienschelijke hulpbronnen inbegrepen wel te verstaan) van het buitenland a.h.w. tot haar natuurlijk recht te komen. Er kon zich een Engelsche handel. er kon zich een Fransche industrie ontwikkelen, die op den duur de Hollandsche handel en industrie Wel moesten overvleugelen. Het gewicht" van die landen was zwaarder, hun bevolking, maar vooral hun potentieele bevolking grooter. Holland moest zijn, volgens zijn landmassa" natuurlijke tweede plaats gaan innemen, waar bet blijven zou. Tenslotte nog een enkel woord over het verschil in maatschappelijke en vooral politieke structuur", waar van Ravesteyn op wijst. Dit erken ik ten volle, met dien verstande, dat men er dan den nadruk op moet leggen, niet dat Engeland tegenover het burgerlijke Holland nog in hoofdzaak feodaal \\*A;<. want Diiitschland was nog veel feodaler en beteekendo nojr minder. Xiet in'het nog-féodale van Knp'laml zit zijn versprong m. i., maar in de grootere centralisatie, die het Fransche voor beeld bewijst lu-t ook zec«r Wel met half-feodalisnu» jrt-paard kon gaan. En omgekeerd was het juist aan de vroege burgerlijke revolutie hier te lande te danken, het is bekend, dat do centralisatie-politiek van Philips 11 hier schipbreuk leed. Over de funeste gevolgen daarvan bestaat tusschen van Havesteyn en mij niet het minste verschil Van inzicht. Maar en daar komt het op aan ik ontken, dat Holland bij een andere politieke structuur wél zijn plaats van ? groote mogendheid, diéhet n aan zijn ligging n aan de onvoldragenheid der anderen dankte, zou hebben kunnen handhaven. Zoodra de andere naties om zoo te zeggen in hun massa" ingroeideu. moest Holland den wedstrijd opgeven op grond van zijn te kleine massa':. J. H'. A X M l N S T E R TAPIJTEN 70 BREED PER METER NIEUWSTE DESSINS f -iai m ?«*/'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl