De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 18 mei pagina 7

18 mei 1929 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

l me niet ??f01-,--? f ? -wj\ Vergeet me niet Een geslaagde Week-End combinatie. Biscuits om bij de thee te presenteeren, Wafels voor het dessert of bij Ijs, Chocolade Pastilles en Napolitains, dit alles is gecombineerd in het blikje Vergeet me niet". - Dit blikje is bij uitstek geschikt om voor de Week-End mee naar huis of op reis te nemen, omdat U er voor iedere gelegenheid elk wat wils" in kunt vinden. ? Smaakvol verpakt a f 1.25 per blikje. ' V E R KAD E 'S FABRI EKEN Fabrikanten van Beschuit, Koek, Biscuits, Chocolade, Toffee's, etc. Reclame en Vernuft door Gornelis Veth DAT de reclame tegenwoordig de kunst in den arm neemt, ia een verschijn sel, dat wij hebben te aanvaarden, en mis schien dankbaar, want het is noodig dat deze laatste haar .plaats in de maatschappij her wint, en deze maat schappij biedt haar niet veel andere kan sen. Toen Ds. ('annegieter hier onlangs over dit onderwerp schreef. heeft hij ik zeg het niet als verwijt aan hem, maar als hulde aan de weidschheid van de gedachte verkwikkende as pecten van deze com binatie ter beschou wing overgelaten. Om te beginnen is een groot e verdienste van de propaganda voor een keel-smereiide si roop, door een reeks bekende tijdgenoot en gemaakt,l* hem wellicht ontgaan. l^aster valt, zegt men, terug op hem die ,e uit, maar kan niet van een lof als deze hetzelfde worden gezegd ? Worden niet in dit geval, de schrijvers, zangers, tooneelisten en andere figuren der reeks, door de exploitanten van het geprezen artikel' als tegenpraestatie, (en .afgezien van andere goede gaven die hun te beurt vallen en die onze zaak niet zijn) bedacht met een korte maar vriendelijke karakte ristiek, een bondige .en vleiende samenvatting van hun verdiensten? Was in deze stroopsmeerderij om zoo te zeggen niet een schoóne wederkeerigheid op te merken? Inderdaad zou men hier kunnen getuigen (n propos van stroop): als de eene keel de ander smeert, worden beide glad. Wie dit koor van zoete, want gesmeer^ do kelen heeft beluisterd, heeft een levendig denkbeeld van wat de re clame thans bezig is met de kunst te doen. Recht duidelijk is het mij niet geworden, waarom de letterkundigen zich geroepen voelen tot zoo uit bundige geestdrift voor een middel tegen keelpjjn en schorheid. Tenzij dan een vergadering van de Maat schappij of de \rereeniging nadert. Eerder zou men van hen aanbever lingen verwachten van middelen tegen schrijfkramp, verkoudheid in het hoofd, of de ziekte der feeleerden. Maar de zaak is, helaas, dat het der reclame genoeg 'is, als de kunstenaar haar zijn naam geeft om zijn kunst vraagt hij niet. De kunstenaar geeft zijn naam, iets van^zjjn. ver wonnen reputatie, aan een product, zooals een oud-minister als com missaris zijn naam aan een Naamlooze Vennootschap geeft. Zijn kunst is bijzaak. Wij zouden hem uitlachen als hij trachtte aan zijn getuigenis in de advertentie- een litterairen vorm te geven. Speenhoff heeft versjes gemaakt, als reclame voor artikelen. Ik vind dit sympathieker, on ik zou haast zeggen, netter. Als een schilder een affiche maakt. dan wel een schrijver dicht of proza levert, of een tooneelspeler een voor dracht geeft in opdracht van een of ander bedrijf, zij zullen er, als er iets goeds uit voortkomt, om te prijzen zijn, en als zij niet geïnspireerd blijken mag het hun niet wor den aangerekend. Zij hebben gewerkt, en de arbeider is zijn loon waard. Maar deze botte, zinledige ma nier van een soort getuigen" te geven, die van geen van beide partijen eenige geeste lijke praestatie vergt en alleen maar wil imponeeren. moge spoedig in onbruik ge raken. Xi tod at ik maar zeg gen wil. van impo neeren gesproken, dat ook hier de geest des tjjds zich kenbaar maakt, en de eene helft van de menschheid bij elke gelegenheid de andere tracht te imponeeren en viue versit; Daarop berust meer en meel' de re clame, en ik ben er niet /oker van, dat de kunst en de kunstenaar er op den duur wel bij elke toespeling op hun producten buiten dun redactioiieelen tekst te houden. Dit is misschien niot altijd mogelijk, maar het andere uiterste, dat door het reclame-tijdschrift voor een stokerij wordt geleverd, liet welk zoo vol staat van sterken drank, dat het met permissie uit zijn adem schijnt te rieken, is zeker niet aanbe velenswaardig; liet zou iemand in de verzoeking brengen afschaffer te wor den, waardoor het zijn doel ontegen zeggelijk voorbij zou streven. , Zou het ook kunnen zijn, dat de. reclame door overdrijving vervelen kan; dat ook op haar het: Trete frisch auf, tue's Ma lauf, höre bald auf ! van toepassing kan blijken? Xu verbeelden wij ons in dezen tijd, waarin het leven zoo vol reclame is,wel eens. dat wij van dit artikel zooveel verstand heb ben, er wordt zwaar over geredeneerd, ze wordt zoowaar een wetenschap, maar heeft men vroeger niet weieens beter begre pen, dat een beetje fantasie en geest nog meel' uitwerken dan al die eigen lof (met de bekendeeigenschap) al die drukte en al die» stroop? Zou men hier niet willen, dat de kunsten. die der letteren en de beeldende, of Welke ook, op een andere wijze aan liet werk gezet Werden, op een wijze die van gehoonheidszin.. Keest, fanta sie, vernuft iets Vergt'. iets anders eu iets meer dan betuigingen die een ieder kan geveü, > Het boek voor een kleed ingmagazijn, waarin Couperus zulk een gracelijk ironisch».causerie schreef, de geestig geteekende. prent verhalen van Ko Doncker voor fietsen (Piet Pelle op zijn Gazelle). voor koffers, voor Cor.ona de kloekbedachte advertentie vignetten, van Itaemaekers voor ijzerwaren, .het waren re clames waarin men zich niet uitsloofde om door lawaai te ovt-rtuigen-uiaar waar in do fantasie van den kunstenaar zich liet inspireei'en door het onderwerp, dat immers z<«o goed was als een ander. Maai het schijnt wel alsof men thansovereengekomen is het publiek zoo laag mo gelijk te taxeeivn. Is dit noodig? Zijn er geen goede verstaanders meer'voor wie een half woord, mits het de goede helft is. genoeg is. of zulken die h«4 willen leereil veistaan? 'zullen varen, als zij voor^het aan wenden van dit middel worden geprest. Er zijn thans ettelijke, door behaalde industrieën of andere ondernemingen als reclame uitgegeven tijdschriften; i sommige hebben den goeden smaak complimentjes over en weer, (met portret) in n woord stroop? Hoe komt het, 'dat de werkelijk aardige vondsten op reclamegebied waarbij kunst en vernuft meewerkten, alweer van zoo lang geleden dateeren ? Ik heb vóór mij dat wonderlijke erootèboek van Sein ..Le Vrai et Ie Faux Chic". Het is een album met, de extravagantste en overmoedigste mode-caricatureii. aanvallen op den ..valschen chic'' van den tijd (1914). kwaadaardig soms. maar dan met zwier. De teekenaar, een meester in de malice, heeft de dames, die zich ?naar zijn idee slecht kleedden eii hij deelde het vleiend oordeel van ve len over de Farisiemïes blijkbaar niet .?' een. 'lachspiegel voorgehouden, waarin zij zich zien als kevers* als aapj-skoetsiers niet afgezakte pellerienjas,, als lampekap-poppen, als Uhlanen, als slakken, tamboer-ma joors en ander wangedruehtelijkheden, zooals enkele reproducties hierbij ' doen zien. Een waagstuk, de mode, of althans de overdrijving daarvan bespottelijk te maken in een reclamc;boek. van die mode zelf, dat eindigt niet een aanbeveling vah modistés. Brengen wij een saluut, in onzen' tijd van onvernuft, saaie hei ha'ing en wansmaak op dit gebied, aan den1 geest van Sem, en aan den durf en den humor van hen die hém zijn overmoedigen gang lieten gaan, in die reclame-uitgaaf. 'i i i-.4 . t l

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl