De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 1 juni pagina 9

1 juni 1929 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

f DE GROENE AMSTERDAMMER VAN i JUNI 1929 No, 2713 Wetenschappelijke Varia Benzine uit steenkool en spek uit hout door Dr. P. van Olst DE zon straalt ons haar arbeids vermogen in zulke onmetelijk jgroote hoeveelheden toe dat het best te begrijpen is dat de menschheid er een beetje te royaal mee omspringt, evenals een verwend kind met te veel speelgoed. Dit zou zoo erg niet zijn als wij alleen maar de energie gebruikten, die de zon ons thans dagelijks toe zendt. Maar wij gebruiken in belang rijke mate oude zonne-energie, de voorraad, die jaren, eeuwen, soms millioenen jaren geleden op aarde is .gedeponeerd door de zon. Ik bedoel hier de zönne-energie, die de levende plant gebruikt om er haar voedsel mee te maken uit het koolzuur van de lucht en het water uit den grond. De.plant legt eigenlijk in dit gevormde plantenvoedsel de zonne-energie vast in den vorm van zoogenaamde schei kundige ernergie." Wanneer dus de plant een deel van dit voedsel gebruikt om er hout van te maken, dan is het 'hout dus eigenlijk vastgelegde zonneenergie. Hetzelfde geldt voor plan ten uit zeer ver achter ons gelegen tijdperken der aardontwikkeling; deze planten legden ook toentertijd zonne stralen vast en bouwden er hun plantenlichaam mee op. Deze planten ge raakten later onder water, werden bedekt door sliblagen en ondergingen een zér langzame scheikundige ver andering, waarbij steenkool gevormd "werd. Ook deze steenkool is dus eigenlyk vastgelegde zonne-energie. Wan neer wij nu hout of steenkool branden, .komt deze energie weer vrij als warmte, die wij gebruiken kunnen voor het verkrijgen van arbeid uit machines. Deze voorraden zonne-energie uit vroeger jaren, dus hout en steenkool zijn weliswaar in geweldige quantiteiten aanwezig op aarde, en hout wordt zelfs nog voortdurend nieuw gevormd, maar het is een bekend feit,dat de steenJcoolvoorraden in een bedenkelijk snel tempo opgebruikt worden, zoodat het einde ervan te voorzien is. En evenzoo weet men dat de bebossching der aarde even bedenkelijk afneemt, niet 'b minst door de enorme hoeveelheden "hout die verbruikt worden voor het maken van krantenpapier! Het ver bruik is niet alleen groot maar ook "veel te royaal. Men gebruikt nog betrekkelijk primitieve machines, zoodat er lang niet aïhet voordeel uit ihout en steenkool getrokken wordt, ?dat eruit te halen zou zijn. Men ver morst nog te veel; een voor beeld: de beste stoommachine 'geeft nog maar een zevende deel terug van <le energie die er opgesloten zat in de verbruikte steenkool, zes zevende deel gaat verloren. Stel u eens een huisvrouw voor, die op elk pond boter dat zij gebruikt, zes pond boter weg gooit of op ieder brood wat de familie eet, zes brooden in hét?vullisvat" stopt, zooals een rechtgeaard Amster dammer zegt. ' Geen wonder dat de geleerde wereld zich bezorgd maakt (de overige menschheid trekt er zich natuurlijk .geen klap van aan!) n middelen bedenkt om zuiniger te werk te gaan. Vooral Duitschland heeft zich op dit gebied zeer verdienstelijk gemaakt, en, de Heidelbergsche hoogleeraar Friedrich Bergius staat hierbij bovenaan. Bij de steenkool heeft men beproefd ? deze stof in vloeibaren toestand te brengen, waardoor het mogelijk is de bestanddeelen te gebruiken in machi nes, die minder onvpordeelig werken dan de vermelde stoommachines, namelijk motoren. Reeds in 1910 probeerde Bergius het verkolingsproces dat de voorhistorische planten doorgemaakt hebben, kunstmatig na te bootsen. Door verhitting van houtpulp met water tot ongeveer 340 graden Celsius, ónder een druk van 200 atmosfeer kreeg hy na 20 uur een stof, die praktisch dezelfde samenstel ling had als bitumineuze steenkool. De scheikundige structuur van deze kunstmatige steenkool was zoodanig dat Bergius op de gedachte kwam deze stof te veranderen in vloeibare kool waterstoffen (d.w.z. in stoffen als petroleum en zijn bestanddeelen: benzine, aether. e.d.) door behandeling met waterstofgas onder hooge druk. Deze omzetting gelukte en daarna bleek, dat op dezelfde wijze ook de natuurlijke steenkool om te zetten was in vloeibare koolwaterstoffen. Deze laboratoriumproeven vormden echter nog niet een proces dat in het groot toegepast kon worden met gezonde economische resultaten (nml. flinke dividenden). Zeer moeilijk was o.a. het construeeren van machines, die drukkingen van honderdvijftig at mosfeer moesten kunnen ondergaan, het geregeld toevoeren van steenkool in deze toestellen tegen deze hooge druk in, het zorgvuldig op de juiste temperatuur houden, enz. Nadat in 1025 deze moeilijkheden opgelost waren, is in 1927 reeds een groote fabriek voor het vloeibaar maken van steenkool opgericht in Duitachland, en thans wordt de capaciteit dezer fabriek reeds verviervoudigd, terwijl het procédénog verbeterd is en daardoor de geheele massa vloei bare producten, die herkregen worden, uit gaaoline bestaat, wat een enorme verbetering beteekent, zooals uit het bovenvermelde verschil van stoom werktuigen en motoren volgt. "Men ,, morst" minder met de energie, wanneer men de steenkool als benzine verwerkt in motoren, dan als steen kool in de stoommachines. Nu bleef nog het morsen met de andere energiebron, nml. het hout, bestaan. Bergius vatte dit probleem ook aan, wat voor de hand lag daar hout ook uit koolwaterstoffen bestaat. Evenals steenkool het voedsel van een stoommachine kan genoemd wor den, mag men koolhydraten de brand stof van de mcnsch-machine noemen; daarom nemen wij, naast andere der gelijke brandstoffen, dagelijks veel koolhydraten in ons eten op. Het bekendste voor ons zijn in dit opzicht suiker en zetmeel. Maar niet alle koolhydraten zijn bruikbaar; afgezien van scheikundige verschillen kan men deze stoffen uit een praktisch oogpunt verdéelen in twee groote groepen, nml. in koolwaterstoffen, die wél voor ons verteerbaar zijn en andere die niet voor ons verteerbaar zyn, en dio onze darm precies zoo verlaten als zij den mond binnengekomen zijn. ' Van de verteerbare noemde ik reeds zetmeel en suiker; van de onverteer bare mag ik vooral noemen cellulose Hier is de Kachel l U U tont ttiH lift oltnwt lyntMi CENTRALE VERWARMING. vraagt MC IN DEN WINTER.... DB ZOMER IN UW HUII HERINGA & WUTHRICH, HAARLEM. Til. 119$} Voor OM HMII C. OLDBNBURO Ir, Rbwfk. T»). DM IUt| 1HM Voor Amsterdam J. BROOOMAN, ril. 29092. Spoor's Mosterd W. A. Spoor Jr., Culemborg-. INÜANOIVONDEL5TDAAT8. OP ALLE WERKDAGEN GEOPEND. Maandag v. 12 u. tot 20.?u. Dinsdag 12 20. Woensdag 13 22.3O Donderdag 13 22.3O Vrijdag (verlaagd tarief) v. f u. tot 22.3O Zaterdag ? 7 22.3O VRAAGT PROSPECTUS! (,,celstof", de stof waaruit de wand der plantencellen in hoofdzaak bestaat). Vooral hout bestaat hoofdzakelijk uit deze cellulose. Menschen en vee kunnen hout helaas niet verteren! En dat is erg jammer, want Bergius maakt erop attent dat enorme quantiteiten ongebruikt of slecht gebruikt verloren gaan in den vorm van afval (bijv. 40 percent van het hout in de timmerhout-industrie; de stengels van de mais na het afmaaien der maiskolven, enz.) ??Er bestond wel een methode om in een laboratorium de onverteerbare cellulose om te zetten in verteerbare suikersoorten, maar alweer was de groote moeilijkheid om hiervan een praktisch en rendabel bedrijf te maken. In Amerika heeft men wel' een poging ge.daan om fa briekmatig cellulose te veranderen in alcohol, maar het procédéhad geen levensvatbaarheid. Duitschland echter gooide de zaak over een andereu boeg n probeerde uit cellulose een voe dingsstof te maken i.p.v. alcohol. Uit laboratoriumproeven heeft zich thans een procédéontwikkeld om uit 100 deelen droog hout 75 deelen van een ruwe voedingsstof te maken, die zelf voor 80 percent uit zuivere kool waterstoffen bestaat. Deze stof heeft een hooge voedingswaarde gelijk waardig met elke andere zetmeelachtige voedingsstof, en dit ,,houtvoedsel" blijkt een prachtmiddel te zijn voor varkensmesten. De zonneenergie, die in hout zit opgeborgen en die wij zoo kwistig verknoeiden tot nu toe, kan dus door varkensteelt omgezet worden in spek en zoodoende voor ons lichaam voedsel, dus een nieuwe energiebron zijn. Nieuwe Uitgaven J. L. ten Rodengate Marissen. Algemeens Plantenteelt. Zevende druk, bewerkt door D. S. Huizinga. Uit gave van J. B. Wolters, Groningen Den Haag. Ir. W. F. Staargaard, Oost en Westvn, Nederlandech-Indië. Uitgave van H. D. Tjeenk Willink en Zoon, Haarlem. Oerard Kihnie, Bitterzoete spanning. Bedenkingen over Kunst en leven. Uitgave van Vlaamsen en Vrank te Antwerpen. Dr. J. Botke, De hondsrug. Uitgave van J. B. Wolters, Groningen?Den Haag. Mr. J. den Duik, Verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid en ver plichte verzekering van motorrijtuigen. Uitgave van H. T. Paris, Amsterdam. AAN DE INZENDERS Alle Toor bet redactioneelc gedeelte beitemde in*e n dingen moeten worden geadreMeerd REDACTIE VAN DE GROENE AMSTERDAMMER" KEIZERSGRACHT 333 - AMSTERDAM, ?onder rennelding TJUO penoonananen. No. 2713 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN l JUNI 1929 UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE ^^ *gZz^^ ^ Croquante Groquetjes door Alida Zevenboom ALS mevrouw zaliger dat beleefd had! .... Nou, clan zou zij haar witte hoofd geschud hebben en ik hoor het haar zeggen: Maar Aaltje, kind...." 17 moet dan maar weten, dat ik van de week zwemles genomen heb ! Waar een mensch in deze rare tijden »1 niet toe komt! En het ia allemaal de schuld van de hitte en van mijn nicht uit de Commelinstraat, die maar niet ophield dat het zoo lekker in het water is en dat mevrouw de Boer van Rijk eiken morgen om zoven imr al haar duik neemt en die is nog een paar jaartjes ouder dan u, tante ! En het maakt een mensch jong, maar daar heb ik het niet om gedaan. Ik heb er voorzichtig met meneer Stanislafski over gesproken, wat dh? dacht van de zwemsport voor dames die van harte nog jong zijn en van nature niet zoo heel oud en hij keek me eens aan en zei dat het zoogoed voor een mensch zijn figuur is, ook al heb je al een goed. zoo als u, en u had.hem dat moeten hooren zeggen. ,Ik moet clan altijd denken aan <.-eh glaasje Guldonwater," 7.00 smaakt het dan in mijn mond. * * Aal in het zwembad ! Als ilio van de inwendige zending hoi wist! Diu. toch'zoo mooi spreken kon .over do zonden van het lichaam en deszelfs veréering en dat de zondigt* mcnsch met opzet naakt ter Averold komt, opdat zijn naaktheid onmiddellijk t»; bedekken zij, en toen ik eens op een warmen zomersenen dag met hem naar het Tolhuis ging en een laag halsje had, schudde hij afkeurend zijn hoofd en wilde dat ik ,een zakdoek om zou doen ! Eerlijk gezegd voel ik nog niet heel zeker of het geen zondigen is, want toen ik jong muisje was, gaf het heelemaal geen pas. Toen hielden wij vrouwen alles bedekt, van ons haar tot onze voeten. Wij droegen voiles voor ons gezicht, kapothoedjes die ons heele hoofd afsloten van de lucht en de zon, en rokken tot óver ortze enkels en heele geslachten van vrou wen zijn geboren en dood gegaan zonder dat er'ooit een zonnestraal op hun huid scheen. En stroomend koud en warm water op 'alle tages was ook iets onbekends en wie zich meer dan eenmaal per week waachte, was eigenlijk gezegd een smeerpoets en in ieder geval iemand, die niet veel bijzonders was. En zou dat eeuwen zoo geweest zyn, als het niet zoo was? En nu doet een nicht van mevrouw zaliger aan wat /e noemt ..lichtbaden" en loopt den heelen dag, heb ik hooren vertellen, rond in een erg kort zwempakje en en het schijnt dat iedereen in haar omgeving dat erg gewoon vindt ! Ik ben wel voor den vooruitgang in alles maar zoo.... ! En nu ben ik aan den hengel. Ik heb me er wel een beetje voor ge schaamd zoo, als een mensch bij mijn volle positieven, tusschen honu-l on water te zweven, maar in f-m-er Klaas de Vries; die bestuurslid van de zweminrichting aan dun Heiligomveg is, had zeker gehoord, dat ik mijn eerste les nam en was oons komen kijken en sprak een bemoedigend woord tegen me, maar als u mij verleden jaar gezegd had dAt ik nojj; oeiis met niets dan oen. wollen trioootji» aan me aan meneer Klaas zou vertoond hebben, "zou ik zeker door don grond 'zijn ge zakt van schaamte en nu dacht ik er zelfs niet aim, dat daar oen man stond te kijken en nog wel een kenner als meneer Klaas. Ik begrijp heèeigen lijk zelf niet goed hoe een mensch /.o<> komt,maar ik geloof al mijn leven dat het in de lucht zit en dat je mee afglijdt met den ? tijd zonder dat je ho£ weet. Waarom trekt u in huis ook uw zwompak niet aan? vroeg gisteren het acteurtje dat er prat op gaat, dat hij de eerste is geweest die die geestige woordspeling van schouwburgnood" on ^oodschouwburg" in de wereld gebracht heeft, want zei hij, al onze actrices loopen er ook mee rond als zij een rol in een badpakje moeten spelen, maar zoo gek ben ik niet. Mevrouw de Boer heeft me be loofd om, zoodra {k afgezwommen ben, de duik achter en voorover te loeren, maar dat lijkt me allemaal wat eng, maar waar ik het meest bang voor ben is dat de een of andere persfotograaf er achter komt, dat ik zwem en mo kiekt, en dat ik, dan in al de geïllus treerde bladen, zal staan, ten voeten uit met niets aan dan nog geon drieverrel el tricot en nog al dun ook. Ik zie het gezicht al van i meneer Pierre, want die zei altijd: . .Wat die altijd zei, gaat eigenlijk niemand aan.... ' TELEFOON door Cel 2 Spreek ik met de dame zelf? Met de dame die rnet het ei werkt? Ik wilde u vragen of u ook telefonisch met uw ei werkt, net als onze dokters tegenwoordig die tele fonische consulten geven? ? Prachtig, prachtig. Ik zie dat u weet met uw tijd mee te gaan. - Xr.tuurlijk zijn de kosten voor mijn rekening. Mijn vraag is nu deze: kuu£ u uit het ei al met eenige zeker heid den uitslag der verkiezingen voor spellen ? Ik begrijp dat onthullingen op het gebied der liefde u gemakkelijker vullen maar. .... Neen, neen, ik ben heusch al .voorzien en ik verwacht ook geen brief van over het water en er ligt geen tegenhouder op . mijn ? huis. Ik wou alleen. ... Ze werken in diéKamer anders ook aardig met het ei en hét koffiedik, dat kan ik u op een briefje geven. Wie er aan die verkiezingen meedoen? Als ik goed geteld heb. een veertig partijen. ???.??????.??? Voor elke partij een ei! Dat Wordt een reuze-ommelet! Maar voor meer dan de helft kunt u gerust een stelletje kalkeieren nemen. ' Er zijn'een paar dingen die ik graag wilde weten. Bijvoorbeeld of meneer Hftnri ter Hall een kans maakt? Precies, de man van de revues. Een vaste klant van u ? Des te beter. Begim\ u maar met het ei. - Ligt hot al uitgespreid op het bordje? En wat ziet u? Een gala-pak met een steek en n degen! En het oranje erg scherp afgeteekend ? ' ' Dus u ziet.... PRIMA Spreek, mevrouw, spreek ! Duidt dat op een.... Een ministerschap? Heeft het waarachtig don vorm van een porte feuille ? Kolossaal! Het is het eerste interessante nieuwtje uit den heelen verkiezingsstrijd. En slaat u nu nog een ei stuk'en'zeg me of do Coalitie een kans maakt. * Wat ziet u, gauw ! ; -?Is het *>i duf? En dus. ... Mijn hulde, mevrouw, mijn hulde ! En. niorgen gaat het postwisseltjo aan u af. zonder mankeeren. En ik zal u bij al do politieke leiders aanbevelen, dat beloof ik u. Tot spoedig, mevrouwtje, tot spoedig! ?twra* ZONDER EENIGEN BIJSMAAK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl