De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 8 juni pagina 2

8 juni 1929 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

II: : F)e Groene Amsterdammer <bc_xweckblad voor Nederland Sinds meer dan vijftig /aar aan de spits der weekbladen . . . ." ONDER HOOFDREDACTIE VAN Mr. A. C. JOSEPHUS JITTA Redacteuren: H. BRUGMANS, L. J. JÓRDAAN, M. KANN EN TOP NAEFF. Secretaria der Redactie: C. F. VAN DAM KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM C. Alom verkrijgbaar OPGERICHT IN 1877 No. 2714 ZATERDAG 8 JUNI 1999 De Antirevolutionaire partij door H. Colijn }) ARTIJ en Richting zijn geen twee woorden voor nzelfde begrip. De vrijzinnige richting in ons land valt bijv. in meer dan een politieke groepéering uiteen. En zoo is het ook met de Antirevolutionaire of Christelijk-Historische richting, waarvan art. l \-an het Program van Beginselen der A.R. partij gewaagt. /, Het begrip richting strekt zich verder uit, dekt, broeder terrein dan het begrip partij. En voor zoo vee) de Anti i-evolutionaire richting betreft zou men der waarheid tekort doen indien men van haar anderen dan de orthodox-Protestanten in ons land buitensloot. Daartoe komt men gemakke lijk, omdat men bij deze richting allereerst pleegt te denken aan de tegenwoordige A.R.-partij en aan de Christelijk-Historische Unie. Toch dient de cirkel, in zeker opzicht, wijder te ?worden getrokken en moet men tot de A.'R.-richting allen rekenen, die zich principieel stellen tegenover het ftaatsrechtelijk en sociaal systeem, dat in de Fransen? Revolutie van 1789 zijn belichaming vond. In dien zin kan men zelfs spreken van Roomsche Antirevolutionairen, zooals Groen van Prinsterer, en anderen na hem, dikwerf met in stemming een beroep hebben gedaan op RoomschKatholieke schrijvers als de Bonald, Ie Maltre, van Holler en de la Mennais. Ja, zelfs noemde Groen aich van den laatste eens een discipel. Maar deze eenheid komt dan vooral uit in watmen den negatieven kant der A.R.-richting zou kunnen noemen; in datgene waar zij zich tegenover stelt; waarop zij critiek oefent; in wat ze bestrijdt; in wat zij wenscht te wijzigen. Die eenheid zet zich evenwel niet voort als het er' op aankomt te zeggen, wat men dan begeert in de plaats te stellen van hetgeen men afkeurt. Dan treedt de splitsing in; dan moet de cirkel weer verkleind worden; dan gaan zelfs de orthodoxProtestanten weer in 2 groepen uiteen: de Antitxivolutionaire partij en de Christelijk-Historische I*nie. Om van allerlei kleinere formaties maar niet te gewagen. Dan kan de Anti-revolutionaire partij niet langer worden vereenzelvigd met de Anti revolutionaire richting', dan vormt zij een groep Apart. ' * * ' ? Toch spreekt de A.R. party in artikel l van haar Program van Beginselen van zichzelf als de Ahtirevolutionairo of Christelijk -Historiache richting. En historisch n dogmatisch valt dit niet moeilijk te verklaren. Vooreerst was er tot 189-1 eene ongedeelde a tirevolutionaire party. Maar ook lette men er op, dat in do izeventiger jaren der vorige eeuw geen nieuwe party werd gesticht in den gewonen zin van heb woord. De vorming der Antirevolutionaire partij in 1878 waéslechts een voortzetting van het werk van Groen, en. Groen wag de specifieke represen tant van de antirovolütionaire richting in ons land. Ten andere houde men ook in het oog, dat de dubbele naamgeving: antirevolutionair naast Chris telijk- Historisch, met een bepaald doel geschiedde. Grden placht beide namen te bezigen; de eene antirevolutionair zoo'men lette op hetgeen te bestrijden viel; de andere Christelijk-Historisch zoo men wilde weergeven wat beoogd werd. En hoewel het gebruik van beide namen, na het gebeurde in 1801. hier en daar wel een<* aanleiding tot misverstand geven kan. handhaaft de A.R.partij niettemin haren dubbelen naam. Omdat de beide zijden van haar wezen er door worden uit gedrukt allereerst. Omdat die dubbele naam blijft roepen om de ..herèeniging" van wat te kwader ure uiteenging. * * staatkundige overtuiging der antirevolutionairen kan naar hare twee zijden de negatieve en de positieve nog altijd het best worden weer gegeven door het puntige strijdwoord van Oroen: Tegen de If evolutie' het Kratujelic ! Tegen de Revolutie. Dat is: tegen den antiChristelijken geest der Revolutie van 1780. Tegen dien geest van den mensch. die zich tegenover het geopenbaarde Woord van den Almachtige stelt. Tegen de levensuiting die .not gc/ag Gods over de mensohelijke samenleving ontkent, die soms zelfs dat gezag regelrecht tegenstaat. Tegen de Souvereiniteit van de rede van cK'n autonomen mensch.Daartegenover het Evangelie. Dat is: de er kenning.dat de bron van alle souvereiniteit alleen in God te zooken ;s:datde Overheid als Zijn diena resse hier ? op aarde regeert en mitsdien gehouden is met de Goddelijke Openbaring te rekenen. Wat dan nader voor ons land de erkenning inhoudt< dat Nederland H!S een Christelijke natie behoort te worden, geregeerd. Ons volk is historisch gevormd onder den invloed van het Christendom; heel het volksleven is ge bouwd op grondslagen, die ons uit het Christendom zijn toegekomen, en het stellen van het Evangelie tegenover de Revolutie houdt .in. dat de Overheid er. binnen de grenzen van haar rechtmatig gezag, toe heeft mede te werken die grondslagen te be houden, afglijding er van mee heeft te stuiten. * * ' Het vooropstellen uu van deze tegenstelling is vrucht van godsdienstige overtuiging, van een eigen levens- en wereldbeschouwing. De band, die antirevolutionairen samenbindt, is allereerst een geestelijke band. En, omdat dit zoo is. vertoont de partij in maatschappelijken zin het beeld, dat men in het staatkundig leven het best aanduidt met het woord Volkspartij. D.w.z. tot haar behooren personen uit eiken maatschappelijken levenskring, die haar geestelijk fundamenteel beginsel aan vaarden. Hare geestelijke afstamming van de vaderen uit den bloeitijd van ons volksbestaan, hare over tuiging, dat zij het nationaliteitstype vertegen-woordigt uit de beste dagen van het verleden, wekt in haar sterke historische tendenzeu on doet haar mét diepe bewustheid stelling nemen als Nationale partij. Ze doet dit allerminst met uit sluiting van andei'e partijen, die op dien naam prijs stellen, maar ze is overtuigd, dat zij strijdt voor het behoud van die factoren in ons volksleven, die in vroeger eeuw werkzaam waren en voor ons volk zoo schoone vrucht afwierpen. Op sociaal terrein hecht ze aan de zelfhulp van de maatschappelijke krachten onè,iudig veel hoo gere waarde dan aan de vaderlijke zorgen van een omnipotenten Staat en houdt juist op dien grond staande dat zij een democratische partij is. De inhoud staat op pag* 20 H. Colijn Maar dan democratisch in den gezonden zin van het woord. Haar eeretitel zoekt ze echter hierin, dat ze een Christelijke jxirtrj is. En dit niet naast hare andere eigenschappen, maar als bron waaruit die andere eigenschappen voortkomen. Een Christelijke partij, die. naar den eisch van het Evangelie, op staatkundig terrein wil optreden. A-a n nimmer een klassepartüzijn: >noct zich altijd openbaren als een algemeene volkspartij. Een Christelijke partij, die hot gezag van Gods woord o.ver de geheole linie aanvaardt, zal. naast de erkenning dat de menschheid uit -eonen bloede geschapen is, immer oog moeten hebben voor de bijzondere beteekenis van het eigen volk in Gods raadsplan en mitsdien in gezonden zin nationaalgezind moeten zijn. Een Christelijke partij, die belijdt, dat de mensch naar Gods beeld geschapen is. zal naar sociale (jcrechti'jhcitl in dit leven hebben te staan, naar levensverhoudingen, die in overeenstemming zijn met den eisch van Gods Woord/ Dat achten we ,vah hoogere waarde dan het gegoochel met de epitheta conservaticf-democrati?ch. Met deze enkele opmerkingen, is de inhoud van het begrip Christelijke partij intusschen niet uitgeput. Er volgt ook uit, dat de A.R.partij op het geheele terrein van het staatkundig en maatschappelijk leven wenscht te strijden vóór hét behoud van de christelijke grondslagen van ons volksleven. En heel die strijd wordt beheerscht door een tweetal centrale beginselen, waarvan ze uitgaat, t.w. (Slot op pag. 4) RINGERS Cel' op Jen naam l S li tl ? '.H

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl