Historisch Archief 1877-1940
a
l.
l
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 JUNI 1929
No. 271$
Examentijd
Opgedragen aan mijn examinatoren
en examinandi
f"T ET jaargetijde is weer aangebroken, waarin
*-*? naai' het karakteristieke gezegde luidt, de
ne helft van Nederland de andere helft exami
neert. Gedurende de laatste maanden bevatte na
genoeg iedere Staatscourant de benoeming van een
aantal examinatoren, gecommitteerden, deskundi
gen, of hoe die dames en hoeren meer mogen heet en.
en binnenkort zullen de dagbladen beginnen met
de publicatie van de namen van de candidaten,
die geslaagd zijn. De namen van degenen, die
werden afgewezen, worden aan de vergetelheid
prijs gegeven.
Telt men de schoolexamens van de lagere school
mede. dan zijn er op dit oogenblik in ons land
meer dan e e n m i 11 i o e n e a n d i d a t en,
omtrent wier overgang, eindexamen, toelating of
diploma, dezer dagen zal worden beslist. Het aantal
examinatoren., dat het toekomstig lot dier candi
daten in handen hoeft, kan naar denzelfden
maatstaf op ruim 00.000 worden geschat.
Brengt men, waartoe alleszins aanleiding bestaat.
ook de ouders, voogden, verwanten, vrienden en
kennissen der examinandi in rekening, wier ge
moedsrust reeds thans door de eerlang te ver
wachten uitslagen wordt verontrust, dan zijn op
dit oogetiblik vrijwel alle burgers van Nederland
bij een of meer examens betrokken.
Misschieil zijn de candidaten voor de Tweede
Kamer er in dit opzicht in dezen tijd nog het best
aan toe. Zij zijn immers zoozeer vervuld van de
belangen van het geheele Xederland'sche volk.
dat de speciale belangen van het deel van liet
volk, dat dezer dagen examen heeft af te leggen,
daarbij betrekkelijk gering moeten schijnen.
Examens,zijn waarschijnlijk een onvermijdelijk
kwaad. Wie over zijn modemensch niet wenscht te
oordeelen. moet niet rechter worden en evenmin
examinator. liet,doove jury-lid in Tolstoi's .,Op
standing", wiens oordeel onveranderlijk luidde:
,,wij zijn geen engelen", was misschien een goed
mensch. doch zeker een slecht jury-lid.
Ik beweer niet. dut men alle examens af moet
schaffen, doch dat men het aantal zooveel mogelijk
moet 'beperken en vooral, dat men de
e x a m i n a t o r e n m o e t d o o r d r i n g e n
van de g e b r e k k i'g h e i d van hun
oordeel.
Dat laatste is geen gemakkelijke taak, omdat het
juist een eigenaardigheid is van examinatoren, dat
zij precies weten aan welke eischen hun
medemenschen moeten voldoen. De selectie van exami
natoren heeft zelfs onvermijdelijk tengevolge, dat
in het bijzonder diegenen worden uitgekozen, die
krachtens aanleg en ambitie, in dit opzicht de
meeste pretentie hebben. Men treft in ons land
vrij veel ,,schoolmeesters" aan (in de beteekenis
van het Franscho woord ,.pedant"); niet zoozeer
onder, de onderwijzers, doch misschien in nog
sterker mate ondor leeraren en hoogleeraren. De
meeste schoolmeesters" vindt men stellig onder
de examinatoren.
Wie dag in dag uit een bepaalde hoeveelheid
feiten en denkbeelden aan zijn leerlingen heeft
voorgehouden, is onwillekeurig geneigd op het
examen te verlangen dat de leerling een verkleinde
reproductie is van den leermeester. Daarom moet
in het algemeen bij de beslissing omtrent de waarde
van'pen antwoord, de meeste waarde worden ge
hecht aan het oordeel van ? den bijzittenden exa
minator, die niet gedoceerd en geen vragen ge
steld heeft.
Een examinator, die een vraag stelt, pleegt oen
bepaald antwoord te verlangen. Het is denkbaar,
en ik heb het medegemaakt, dat het antwoord van
den candidaat beter was. dan het antwoord, dat
de examinator bedoelde on verlangde. Ik heb het
ook medegemaakt, dat het antwoord, dat verlangd
werd, zoo simpel en voor de handliggend was, dat
de candidaat het niet dorst uit te spreken. In dat
geval had niet liet aarzelend uitgesproken ant
woord van den candidaat onvoldoende geoordeeld
moeten worden, maar de gebrekkige vraag van den
examinator.
De kunst van examinéeren is, niet van den can
didaat te eischcn. dat hij een bepaald aantal
antwoorden geeft, die do examinator verlangt te
hooroii. doch uit don candidaat te halen, wat in
hem zit onverschillig, of dat nu juist is. wat de
examinator als minimum stelt ??en eerst daarna
te beslissen, of uit hetgeen de candidaat gezegd
heeft, blijkt, dat hij voldoende gestudeerd en vol
doende, begrepen heeft.
Doch zelfs een volmaakte examinator en een
volmaakte candidaat kunnen niet verhelpen, dat
do omstandigheden, waaronder oen examen wordt
afgenomen, abnormaal zijn en volkomen afwijken
van de omstandigheden, waaronder'in het werke
lijk»» Jeven beslissingen moeten worden genomen.
Ieder mensch heeft een beperkte hoeveelheid
parate kennis en een veel grootere hoeveelheid
kennis, die hij zich, wanneer zijn zenuwen gespannen
zijn. niet tot bewustzijn k-°.n brongen. Het beste, dat
een mensch kan praesteeren. levert hij, wanneer hij.
eenzaam, luistert naar de stem in zijn binnenste.
Op een examen moet de candidaat zijn krachten
toonen. op een tijdstip, dat hij slechts over een
geringe hoeveelheid parate kennis beschikt, terwijl
hij somtijds nauwelijks kan In lat .eren naar de
stom van zijn examinator.
Hebben wij niet allen in ons leven de ervaring
opgedaan, welke een tl oor hot J. P. Coenfonds naar
Indië'uitgezonden leeraar als een zeer karakte
ristieke ervaring in Indiëverhaalt: dat zoo velen,
die op examens een slecht figuur hebben gemaakt,
in de maatschappij op de eerste plaatsen terecht
zijn gekomen? Het is wel een beetje kostbaar.
dat uien iemartd oen reis naar Indiëmoet laten
maken, om hem tot deze conclusie te brengen,
maar het is misschien wel de kosten waard.
Ik heb het twijfelachtig voorrecht gehad, tamelijk
wat examens af te leggen, doch sindsdien, heb ik
nog heel wat meer examens afgenomen, dan
ik zelf ooit heb afgelegd. Op dien grond heb
ik de pretentie een examinator heeft altijd
pretenties uit een vrij groote ervaring te spreken.
Het zal wel onvermijdelijk zijn, dat men op een
examen van den examinandus een minimum
hoeveelheid kennis vergt. Van nog veel grooter
belang is echter, dat men verlangt, dat de exami
nator van de gebrekkigheid van zijn oordeel door
drongen is. Wie zal echter de examinatoren
examineeren?
Het is niet zoozeer de strekking van de vooraf
gaande beschouwingen, de vreugde van degenen»
die dezer dagen voor hun examen zullen slagen,
te temperen, of het gezag der examinatoren af te
breken, als wel een riem onder het hart te steken
aan de examinandi, die zullen wordeti afgewezen.
, A. C. JOSEPHUS JITTA
De Liberale Partij, Staatsparty
De Vrijheidsbond"
door Mr. D. FOCK
(Slot van pag. i)
Ook is in het manifest opgenomen het
premievrij staatspensioen, dat sedert 1013 in de liberale*
programma's voorkomt. Als men nagaat,
hoesedert 1913 overgangs- en tijdelijke bepalingen zijn.
gemaakt, welke aan sommige categorieën
premievrij pensioen hebben toegekend, gevoelt men te
meer hoe het noodig is dat deze bepalingen»
welke ten aanzien A*an anderen onbillijk werken»
worden vervangen door een algemeene regeling,
welke voor allen geldt, wier inkomen beneden
zekeren grens is.
Is het niet een maatschappelijke plicht, dat
men de ouden van dagen, die tengevolge van geringt>
inkomsten niet of niet genoeg hebben kunnen
sparen en dus niet voor den ouden dag hebbon
kunnen zorgen, in staat stelt te leven en daarbij
niet afhankelijk te zijn van gunsten of tijdelijke
hulp?
Men heeft een tegenstrijdigheid gezocht tusschen
de vermindering van overheidsuitgaven, die in liet
liberale werkprogram vooropstaat, en het staats
pensioen, dat staat siütgaven vordert; dit echter
geheel ten onrechte. Immers, het spreekt toch wel
van zelf, dat vermindering van overheidsuitgaven
beduidt, dat men onnoodige uitgaven nalaat, dat
de administratiekosten niet hooger zijn dan ab
soluut noodzakelijk is. maar niet dat noodige en
billijke uitgaven achterwege zouden blijven.
In het manifest wordt nog de aandacht gewijd
aan de huwelijkswetgeving. Do wettelijke positie
der gehuwde vrouw eischt verbetering. Twee
jaren geleden is op, een algemeene vergadering
van de liberale partij dit onderwerp uitvoerig be
handeld; dit onderworp moot door den wetgever
worden ter hand genomen.;
De klachten over de kieswet moeten doen nagaan
of en zoo ja, hoe het mogelijk kan zijn den band
tusschen kiezer en afgevaardigde te versterken..
De vervanging van de kiesdistricten door de kies
kringen, die zooveel grooter zijn. enhetlijstenstelseL
dat thans geldt, doen de belangstelling der kiezer*
minder worden; het is dus van belang dat gezocht
worde naar middelen om daarin verbetering te
brengen.
Eindelijk wil het manifest de politiek uit don
aether houden. Het is, waar. dat van liberale
zijdeook verzocht is de toebedeeling van een zendtijd.
om de liberale beginselen per radio te verbreiden,
on dit heeft don schijn als zou dit mot don eisch
van het manifest niet overeenstemmen. Maar dat is,
geschied als middel van verweer. Aan andere
partijen wordt de gelegenheid gegeven om van
don radio-omroep ten bate harer beginselen gebruik
te maken; en daarom mogen de liberalen niet ach
tergesteld worden en moet ook voor hen dezelfde
gelegenheid worden geboden. Maar verbant men
alle politiek uit den aether,, dan zal dit
doliberale partij verheugen, on het zal ook zijn in den
geest van het grooter deel der luisteraars.
Door haar goed omschreven beginselprogramma,
door haar rijk werkprogram en door haar krachtig
manifest heef t de liberale staatspartij de Vrijheids
bond"'zich duidelijk uitgesproken. Met geestdrift
wordt door mannen en vrouwen, door ouderen en
jongeren propaganda voor de partij gemaakt. Ik ben
overtuigd, dat zeer velen zich aangetrokken ge
voelen door de beproefde liberale partij, waarvan
thans zoo zeer loven uitgaat, en die blijk geeft
van bijzondere werkkracht en energie. En het is
dan ook met groot vertrouwen dat de partij de
verkiezingen voor de Tweede Kanier der
StatenGeneraal tegemoet ziet.
??'?.'. '??. ?'*':. ' .;? ':??'
Kon» Meubeltransport-Maatschappij
DE GRUYTER 8 Co.
M *? P» PEN HAAG.??* ?* *?
AMSTERDAM - ARNHEM
Verz* van Tentoonstellinggoederen
No. 2715
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 JUNI 1929
Overval te Willemstad
en de booze politiek
door Dr. E. v. Raalte
HET was met de verkiezingscampagne tot voor
kort de dood in den pot Maar nu is er ten
minste weer een beetje leven in de electorale brou
werij gekomen en dat wel dank zij de overval
op Willemstad Een nuchter landgenoot er zijn
gelukkig ook nog enkele Nederlanders, ondanks
alles,, nuchter gebleven uitte onmiddellijk toen
hu de eerste berichten omtrent het gebeurde op
Curacao onder de oogen kreeg.de veronderstelling,
dat het heelemaal een opzetje was van de politieke
tegenstanders van Marchant en Albarda, van hen.
die vurig tegen de actie voor nationale ontwape
ning gekant zijn. Alhoewel ons volk omtrent de
voorvallen in de West op voorbeeldig snelle en
volledige wy'ze door de betreffende autoriteiten
neen, het is geen schrijffout, ik bedoel werkelijk de
Nederlandsche autoriteiten en niet Reuter is
ingelicht! zijn we er tot heden nog niet achter
kunnen komen, of inderdaad de oorsprong der
"\ enezuelaansche samenzwering gezocht moet wor
den op het grondgebied van den Vrijheidsbond, enz.
Maar de mijnheer, die een dergelijk vermoeden
koesterde, had het zaakje toch heel goed ingezien.
Kg kende zyn politieke Pappenheimers. Men is er
werkelijk als de kippen "bij geweest om uit de
betreurenswaardige gebeurtenis in de West part ij
-propagandistische munt te slaan. ,
Zeker, het heele voorval heeft met de kwestie
voor of tegen nationale ontwapening feitelijk niets
uit te staan, aangezien toch de voorstanders van
nationale ontwapening allerminst beweren, dat
men niet voor beveiliging tegen roovers-individueel
of en masse zorg zou moeten dragen Doch wat
doet het er toe, of de munt niet zoo heel echt is.
Zekere .Tuli-gebeurtenissen zijn immers in het zicht
en dan is er heel wat mogelijk.
De rustige beschouwer, doch dat zijn gemeenlijk
niet zij. die op het verkiezingspad gaan. zal onmid
dellijk grifweg erkennen, dat men er zich ten onzent
meer rekenschap van had moeten geven, dat de
politieke verwikkelingen en gewoonten in Vene
zuela eigenaardige gevaren voor de rust iu het
nabije Curagiio met zich mee kunnen brengen.
Oppositie-aanvoerders kunnen daar vrij veel aan
hang werven en ditmaal hebben zij er zelfs wapenen
buit gemaakt, terwijl drie mannen van do militaire
politie van hot optreden dezer vecht lustige oppo
santen helaas het slachtoffer'zijn geworden. De
overval en dan nog de wegvoering van den
(iouvorneur en den politie-commandant is ongetwijfeld
»-en uiterst pijnlijke gebeurtenis geweest. Als in ons
rustige vaderland een of andere bende plots oen
politiebureau op een dergelijke manier zou
binnoudringen, zou dat een zeer onaangename stemming
verwekken en allicht zouden maatregelen getroffen
worden om in de toekomst grooter kans te hebbon
zoo iets te voorkomen. In den regel echter zal
niemand met de'Waarschijnlijkheid van zulk een
gebeurtenis rekening houden.
Intusschen, het blijkt nu wel. dat het een fout is
geweest, dat men niet meer bedacht is geweest op
de risico's, die er nu eenmaal vastzitten aan het
feit. dat Curac.ao zoo dicht ligt bij een gebied, waar
zekere Zuid-Amerikaansche zeden op politiek ge
bied aan de orde van den dag zijn. ?
Waar misslagen begaan zijn. moet men zondaren
kunnen aanwijzen, Aan ijver in dat opzicht geen
«ebrek. Felle kritiek kan men nu lezen en hoqren.
doch te veel wordt wel eens uit het oog verloren,
dat op enkele uitzonderingen na vrijwel iedereen
in verband met deze historie botor op zijn hoofd
heeft. Doch het is waar. zekere Juli-gebeurtenissen
leiden er toe, dat de menschen op het oogenblik
hard van stapel loopen. .
Zóó heeft bijv, niemand minder dan de heer
('olijn per ommegaande eenige vragen' over het
gebeurde op Curagao gericht tot den Minister van
Koloniën, welke vragen vooral moesten doen uit
komen, da,t de steller een man is. die voelt voor do
Xationale Zaak. Op vele lieden maakte dit optreden
natuurlijk indruk.
Doch alweer is het mogelijk, dat de rustig»;
beschouwer er een beetje anders over denkt. Die zal
zich bijv. herinneren, dat in 1024 door den toen~
nMÜf/en Mlniater van Financien, den heer Colijn,
o>n bcsuiniyinyiiredenen de vrtiay aan de orde werd
f/esteld of het niet mofifilijk-sou zijn het t/antisoen vnti
Curaftio of) te heffen. De tegenwoordige Minister van
Koloniën, die hieraan op l'5 Februari. 1028 ijL.
Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek
Tweede Kamer
herinnerd heeft,
zeide in het ver
volg van zijn be
toog: ..Ik behoef
er wel niet op te
wijzen, dat te
gen zoodanige
opheffing groote
bezwaren be
staan. Men kan
nu eenmaal"
dit scheen dus
Minister Colijn
niet zoo terstond
beseft te heb
ben ! !
dergelyke vooruitge
schoven posten
van het Nederl.
gezag niet van
garnizoen .
ontblooten."
Maar toen het
denkbeeld dooi
den heer Colijn
was gelanceerd,
he,eft men
daaraan dadelijk
vastgeknoopt.
het oude denk
beeld om het
garnizoen, dat
veel te veel vrij
en tijd heeft.
maar dat toch
niet kan worden
gemist, to belas
ten met den po
litiedienst.
Het is dus dui
delijk: do hoor
Colijn had er
eventueel niet
zoo tegen opge
zien om terwille
van do bezuini
ging het garni
zoen op te hef
fen, doch ande
ren hebbon het
hunne gedaan
omzulks te voor
komen. In hot
licht van dezen
tïdnj; van zaken
doet de hooge toon. die de leider «Ier
antirevolutionairo partij thans in zijn van ijnalificatios voorziene
vragen aanslaat, toch Wel een beetje vreemd aan.
Trouwens, het is in strijd met hetgeen ten ? dezen
als goede parlementaire zede geldt, dat de vrager
onmiddellijk reeds begint met qualificooren. doch
alweer zijn het vermoedelijk de aanstaande
Julijfebeiirtunissen en de daarmee gepaard gaande op
gewondenheid geweest, die «lozen zoo bek\yamen
senator van hot rechte pad deden afdwalen on hom
er toe brachten zijn vragen zoo te stellen, dat hij
ons land o.ok naar buiten met zijn. formuleering
geenszins een dienst bewees.
De schuld van dit alles is de booze partij-politiek
die zich meester maakt van «-on kwestie.welke men
in alle kalmte en in haar juiste proporties dus
ook zonder het bezigen.wat hier en daar geschied is.
van termen, die veel gelijkenis met nationalistisch
gebral van het slechtste soort vertoonen onder
de oogen moet zien De zaak zelf is van te veel
belang, dan dat het toelaatbaar zou wezen, dat er
CURACAO
De Kortenaer maakt beenen
CHAKEL
1 EiLlGEWEG 11-17? AMSTERDAM
Kleermakerij
Bij onsverkriigbaar N. R, V. MONTA SCHOENEN
in de pers of in vergaderingen met valsehe roman
tiek gewerkt zou worden. Zelfs al loopt het'hard
naar den 3en Juli moest men zich'toch van zulke.
geestelijke afwijkingen weten te onthouden Des
te grooter is do kans. dat er voortaan.ten opzichte
van do veiligheid der bevolking op Curagao ge
handeld zal kunnen worden overeenkomstig de
werkelijke belangen van die bevolking n van
Nederland. Maar dan dient men er ook niet. zooals
velen geneigd schijnen te doen. een politiek
heibelt je van. témaken. ,
WIJ ETALEEREN
TUI
E U B E L E N
PRACTISCHE
DE O E L U K E
MODELLEN
OOK IN EENVOUDIGE
WEINIG KOSTBARE
UITVOERING
: