De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 29 juni pagina 3

29 juni 1929 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 29 JUNI 1929 Eï, No. 2717 No. 2717 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 29 JUNI 1929 Wereld'Staatslieden Ramsay Macdonald door Diplomaticus MACDONALD is een man die sterk tot de verbeelding spreekt. ^« -Lossiemouth (Noordoostelijk Schotland) ge boren, heeft hij zijn carrière heelemaal zelfgemaakt. Aanvankelijk achter de ploeg, daarna als aspirant schoolmeester, vier jaar als secretaris van een libe raal Parlementslid, vervolgens journalist en lang zamerhand opklimmend tot de hoogste rangen in de Labourpartij, onderscheidde hij zich in den beginne door niets. Nu bekleedt hij den hoogsten post in het Britsche Kijk. misschien den hoogsteji in de wereld: dien van Prime Minister of England. Hij is een uiterst beminlijk man, in hooge mate begaafd met de gave persoonlijke eigen schappen tot de menigte te doen doordringen en tegelijkertijd tot individuen. Een verstokte Tory, makelaar in effecten, werd er half onwillig toe gebracht Mac donald te gaan hooren. Hij kwam verrukt terug: niet in het~minst wat ik mij voorstelde. De man maakte groot en indruk op mij. Het is een man en " jeen gentleman ook." Er gaat gezag van hem uit. En dit is niet alleen het gevolg van zijn indruk wekkende verschijning of zelfs niet van zijn bewonderenswaardige stem. Er gaat gezag van hem uit met persoonlijke be koring gepaard. Zelfs in den oorlog beheerschtehij zijn auditorium, in ijzig stil zwijgen neergezeten en zij die hem moesten "?* tegenspreken, weigerden een persoonlijk onderhoud met hem zoo gevoelden zij tegen de aanraking niet op te kunnen. Een ieder moet tegen hem opzien. Zijn verstand is zoo gecultiveerd, zijn geest zoo wel voorzien, zijn, wereldkennis zoo gevarieerd als die van de besten met wie hij in aanraking komt. Hij is, als de meeste Engelschen, in vreemde talen weinig be dreven ; maar, lezende, beheerscht hij ze volkomen. Hij legt zich met de volle borst toe op alles wat hij voor het oogenblik te doen heeft. Hij is een groot Wandelaar, die, al loopende u de heerlijkste ver halen doet, een groot golfer ook die geheel in het spel opgaat, wanneer hij speelt. * * Macdonald is een artist?een groot voordrager en wordt liever als zoodanig geprezen dan als staatsman. Maar hij was geboren voor de hooge politiek, waarin hij zich volkomen tehuis gevoelt. Hij heeft veel belangstelling voor biologie, hetgeen een trek van modernisme aan zijn karakter geeft, dat in zijn denken en wezen ouderwetsch is. Hij heeft een sterk talent van organisatie, bouwde sinds 1890 de gansene Labourpartij op, uit het niet. Hij is een moedig man, vol idealisme, schrikt voor geen.verantwoordelijkheid terug, is vasthoudend en stelt zichzelf de hoogste eisenen. Hij heeft alle qualiteiten, die den leider maken en niets doet hem anderer ijdelheid eerbiedigen, gelijk zoo vaak het geval is met overheerschende persoonlijkheden met grootere psychologische subtiliteit dan hem eigen is. Hij heeft een moeilijken tijd doorgemaakt met zijn eigen partij, die, tusschen 1919 en 1922; ge broken was door de communistische beweging van die dagen,* gelijk bijna elke socialistische partij in de omringende landen. Hij is toen merkwaardig geduldig geweest en heeft de ongunstige omstan digheden met groote waardigheid en een onbluschbaar vertrouwen op de toekomst gedragen. Hij vocht-voor de eenheid zijner party en tegen het communisme met wapens van hooge orde en hij won. In die dagen toonde hij zich, in al zgn Schotsche stilzwjjgendheid, een' man van de daad. Zoo'trad hij in 1924 voor het eerst op als hoofd van een socialistische regeering die maar een half jaar aan het bewind bleef. Men herinnert zich, dat het vooral de wederaanknooping van de banden met Rusland was, die hem toen ten val bracht. Daarom vooral ziet op het oogenblik iedere Engelschman met ver"wachting naar de Russische quaestie uit: hoe zal Macdonald die oplossen ? Maar het Russische > vraagstuk is niet zoo belangrijk meer als het toen was en Macdonald, mag men aannemen, heeft er het een en ander uit geleerd. Van de allerhoog ste onbetrouwbaarheid der Russische ..diplomatie" (als men het zoo noe men mag) is hij overtuigd geworden. Daarentegen zijn er tal van andere ilüaesties, die op den voorgrond staan in de Europeesche politiek. Daar is allereerst de ontwapening, waarover men te Genève tot in het eindcloozo vergadert, zonder het on derling ook maar eenig^zins eens te kunnen worden. Lord Cushendun schijnt daar de kwade pier te zijn, wiens rij k nu uit is. Dan is er het vraag stuk van de ontruiming van het Ruhrgebied en van de uiteindelijke rege ling der oorlogsschuld van Duitschland ten opzichte waarvan men te Parijs tot overeenstemming schijnt te zijn gekomen op den grondslag van het plan Young, maar die toch nog op tal van klippen stuit en waarbij En^ geland een rol van beteekenis kan ver vullen. Macdonald zal, naar verluidt, zelf naar Genève gaan. Want hoewel hij, in. tegenstelling van vroeger de portefeuille van Buitenlandsche Zaken aan zijn vriend Henderson heeft overgelaten, is hij feitelijk de man van wien de buitenlandsche politiek van Engeland in de eerstvolgende jaren volkcmen afhankelijk zal zijn. En voorts de verhouding tot de Vereenigde Staten van Amerika. De Heer Dawes. de man van het Dawesplan, is tot ambassadeur te Londen benoemd en daar onlangs aangekomen. Hij is door Macdonald met een rede ontvangen, die clat heeft gemaakt. en o.a. door Chamberlain, die thans wel niet in de beste steimning zal' zijn, geprezen als de beste uiting van wat het geheele Engelache volk gevoèlde.v Dawes heeft in de levendig ste termen geantwoord en de horizon tusschen Amerika en Engeland schijnt belangrijk opgeklaard. Er is sprake van een ontmoeting tusschen Macdonald en Pre sident Hoover en het kan niet anders of zulk een samenkomst met den persoonlijk zoozeer innemenden. Schot kan de verste gevolgen hebben voor de onderlinge verhouding*, vooral nu, de Amerikaansche Regeering zich met betrekking tot het vlootvraagstuk spontaan toch al zooveel welwillender tegenover Engeland is gaan betoonen dan vroeger het geval was. Zoo lossen zich démoeilijkheden welke de beide grootste natiën der wereld verdeelen, allengs op. *** Dat Macdonald het vraagstuk der ontwapening tot een goed einde zal leiden of ook maar iets verder zal brengen, geloof ik niet. Frankrijk wil zich de hegemonie op het vaste land verzekeren n wapent zich daartoe buiten sporig. In Duitechland heerscht verbeten woede over de geleden nederlaag: de ontwapening wordt daar op allerlei manier ontdoken en men wacht vooral in Midden-Duitechland, ongeduldig op den dag der revanche. Italiëis een en al soldaat, daar droomt men van de dagen die het land tot zijn oude rol als beheerscheres der wereld zullen terugbrengen. De nieuwe rijken en de oude welke hun grenzen zagen uitbreiden en nu groote mogenheden" geworden zijn, zijn voor het meerendeel oorlogszuchtig van natuur en het leger is daar zeer populair; wee wie daaraan zou durven raken. Rusland staat als een reusachtige en eeuwige dreiging in het Oosten. Gelooft men dat daar het voorbeeld" van Denemarken dat thans ont wapenen gaat en dat van Nederland iets aan af zal doen? Macdonald zal het zelfs niet kunnen, met den besten wil, indien Engeland de heerschappij ter zee, welke het thans reeds met Amerika deelt, wil behouden. Daarom zie ik de oplossing van het ontwape ningsvraagstuk nog als een verre illusie. Wat men Macdonald ook moge verwijten, niet dat hij in de Britschebuitenlandsche politiek, in het halve jaar dat hij daarvan met de leiding belast was, niet al den takt, het goede humeur, de onderdrukking van. persoonlijke gevoelens gebracht heeft> welke dat korte tijdperk onderscheidde»en waaraan de Russische misluk king zulk een treurig einde maakte» Hu had te doen metPoincaréop het toppunt zijner macht en met een Poincare die tot bijzondere terughou dendheid en stijfheid was gedreven, door Lord Curzon, die voor hem het Foreign Office bestuurde. Het ver schil in -toon tusschen de FranschEngelsche diplomatieke correspon dentie in die korte periode en die welke onmiddellijk daaraan vooraf ging, is verwonderlijk. Het zou tot bewonderenswaardige resultaten heb ben geleid, zelfs al was toen niet Poincaré, een meevaller voor Mac donald, door Herriot vervangen. Denzelfden Poincarévindt Macdo nald nu aan het hoofd der zaken in. Frankrijk terug en opnieuw kan hij zijn persoonlijke charme op hem beproeven. De herleving van het Geneefsche protocol" (waarvan Chamberlain niet wou hooren spreken en van welks nieuwe bestudeering onze Minister Bee~ laerts zich te Genève, nu bijna twee ja ar ge leden, tot weisprekenden tolk maakte) is mede een waarschijnlijk gevolg van Macdonalds optreden. Het betrekt de algemeene verhouding der staten in een vredespact, terwijl Locarno dit maar met eenige hunner doet. En dan is er de clausule van onderwerping van alle geschillen aan de rechtspraak van het Permanente Hof van Internationale Justitie, welke Engeland nog steeds niet gerati ficeerd heeft, maar waarmee het thans naar men. verwachten mag, een voorbeeld aan de wereld zal geven. Zal aan Macdonald de noodige tijd gelaten wor den om veel goeds tot stand te brengen? Tegenover hem staan de ruim 250 man sterke conservatieven in het Lagerhuis van wie echter een hardnekkige oppositie, verslapt als zij zijn door hun stembusnederlaag, vooreerst niet te verwach ten is. Maar in hoever kan hij op de 60 liberalen rekenen, die hij met de grootste minachting be jegent? Vergeet hij niet een weinig dat hun gétai in het Lagerhuis geenszins in over eenstemming met hun aanhang in het land is en dat zij een veel groot er aantal kiezers daar repre senteeren, dank zij de gebreken van het kiesstelsel? Zal hij wei geren aan hun wenschen tegemoet te komen en dit door een billijker verdeeling te doen vervangen? Het ziet er niet naar uit of hij de man eener nieuwe Reform Bill zal willen zijn, waarnaar de Engelsche natie ook eigenlijk niet verlangt. En gaat hij op den ingeslagen weg voort, dan zal hij weldra Llody George, onvervaard door de ne derlaag, welke zijn groote antiwerkloosheidsplan bij de verkie zingen geleden heeft, met de libe ralen tegen over zich vinden, die bij menige stemming den doorslag kunnen geven. Zij zullen slechts matig verzwakt worden door de overloopers" naar het kamp van Labour. j Kon* Meubeltransport-Maatschappij DE GRUTTER & Co. «s e« e*a DEN HAAG «^ e* ? «* AMSTERDAM ~ ARNHEM Internationale Transporten DE TOONEELCEN SUUR VAN DEN BURGEMEESTER DE burgemeester van Amsterdam heeft- de opvoering verboden van Hasenclever's tooneelstuk ,,Huwelijken worden in den hemel gesloten". Dat hij daartoe bevoegd was, kan dunkt mij niemand op goede gronden betwisten. lTitdrukkelijk draagt immers artikel 188 van de (.Jemeentewet den burgemeester op: te waken tegen het doen van met de openbare orde of zedelijkheid strijdige vertooningen." De zinsnede moge taalkundig niet heel fraai geredigeerd wezen Charivarius zou er allicht bezwaar tegen maken! dat vertooningen worden gedaan" de bedoeling lijkt nauwelijks twijfelachtig. De gewrongen constructie van Krabbe, dat de burgemeester door dit artikel slechts zou worden belast met de controle op de nakoming van verbodsbepalingen, die door een vertegenwoordigend orgaan bedoeld is waar schijnlijk de gemeenteraad zouden ? worden gesteld, vindt voor zoover mij bekend is geen verdedigers en is ook niet goed houdbaar. Artikel 188 geeft den burgemeester een zeer groote bevoegdheid, zonder dat eenig beroep op een- hoogere autoriteit tegen misbruiken waakt. Men heeft wel verdedigd, dat een beroep op de tooneelcensuur van den burgemeester zou worden ingevoerd bij den Commissaris der Koningin, den Minister van Binnenlandsche Zaken, of zelfs bij een administratieven rechter, doch dat denk beeld heeft nimmer toepassing gevonden en het is ook niet waarschijnlijk, dat men daartoe ooit zal overgaan. Dat geen hooger beroep mogelijk is, beteekent niet, dat de wijze, waarop deze bevoegdheid wordt gehanteerd, aan iedere controle is onttrokken. De burgemeester kan voor de wijze, waarop hij van deze bevoegdheid gebruik maakt, ter ver antwoording worden geroepen door den gemeente raad n door den Minister van Binnenlandsche Zaken. Terecht hebben de Ministers van Binnen landsche Zaken altijd geoordeeld, dat zij in dit opzi cht aan de burgemeesters groote vrijheid moesten laten. Des te vaker hebben de gemeenteraden zich tegen de wijze, waarop burgemeesters «leze censuur uitoefenden, verzet. De Minister van Binnenlandsche Zaken zou. wanneer de burgemeester, niettegenstaande de terechtwijzing in zyn meening volhardt, den burgemeester voor ontslag kunnen voordragen. of hern niet voor herbenoeming in aanmerking kunnen brengen. Het is niet zeer waarschijnlijk. dat een Minister een dergelijke beslissing ooit zou baseeren op een verschil van gevoelens omtrent de toepassing van artikel 188 van de Gemeentewet. De gemeenteraad kan in een motie zijn afkeuring over het optreden van den burgemeester uit spreken. Hij beschikt echter over geen enkel middel om den burgemeester te dwingen anders te handelen, dan deze oirbaar acht. In het Zuiden des lands zijn herhaaldelijk tooneelstukken van Heyermans verboden. Allerzielen" en De Meid" hebben dientengevolge zelfs een zeken» vermaardheid gekregen. De Spaansche vlieg" heeft stellig in de gemeenten, waarin de vertoo ning geoorloofd was, een veel grooter aantal toehoorders getrokken, doordat het stuk in enkele gemeenten werd Verboden. In Den Haag heeft dft burgemeester weliswaar de vertooning van het tooneelstuk De Gevangene" toegestaan, doch het bestuur van den Koninklijken Schouwburg wei gerde daarvoor den schouwburg beschikbaar te stellen. Het publiek stroomde toen in grooten getale naar. het gebouw van Kunsten en Weten schappen, waar de opvoering plaats vond. , * ' *. Hoe moet de bevoegdheid tot tooneelcenauiir door den burgemeester worden gehanteerd ? Nagenoeg alle rechtsgeleerden van eenig gezag, die over dit. onderwerp hun meening hebben doen kennen, Qppenheim, Kranenburg, van elein Vitringa, Limburg en van der Pot, zijn eenstemmig van oordeel, dat van deze bevoegdheid om open bare opvoeringen te verbieden met groote voorzich tigheid dient U worden gebruik gemaakt. De burge meester,' wiens subjectieve meening in hoogste instantie beslissend is, dient, alvorens zijn uit spraak te doen, rekening te houden met de ge.Huwelijken worden in den hemel gesloten" verboden Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek Burgemeester de Vlugt: Geen oneerlijke concurentie f Mee naar het stadhuis!" voelons, en de beginselen van de ingezetenen zijner gemeente. liet gaal niet om zijn eigen ge voelens maar om de overtuiging der ingezetene!). De burgemeester heeft echter naai- eigen overtui ging te beoordeeld), of het gevoelen der hnrgrHj.dat bezwaar zou maken tegen de voorstelling, gerechtvaardigd is. of niet. Dat maakt juist zijn functie /oo bijzonder moeilijk. Uit dat oogpunt bezien was het prijzenswaardig in den burgemeester van 's-IIertogènbosch. dat hij indertijd niet alleen de opvoering van ..Allerzielen" heeft verboden, omdat dat stuk de godsdienstige gevoelens zijner geloofsgenoot en, zou kwetsen, doch zijn verbod ook hoeft uitgestrekt tot ..l>e Violiers", loi«ii de Oppemibbijn (*? 's-H ?.???togenbosch zich tegen de opvoering van dut stuk had verzet. . ?> Het is mijn persoonlijke overtuiging, dat de bezwaren der Roomsch-Katholieken tegen de op voering van ..Allerzielen" en die van sommige Israëlieten tegen de opvoering van ,.De Violiers" niet haddon moeten worden aanvaard en ik betreur het 'in hooge mate. dat de burgemeester van V1 lertogenbosch de opvoering van deze beide t «to neelstukken heeft verboden. Ik 'prijs het slechts in dwzen burgemeester, dat liij er naar gestreefd heeft ook met de gevoelens van anderen rekening te houden. .. Van een dergelijke liberale" opvatting gaf ook de burgemeester van Amsterdam blijk, toen hu de vorige week in e«n vergadering van den gemeente raad verklaarde, zij u vei-boil slechts te hebben uit gevaardigd, nadat hem gebleken was, dat ook liberalen e,u socialisten zijn opvatting omtrent. Huwelijken worden in den h-mel gesloten" deelden. Weliswaar leek het beroep op Het Volk" niet bijzonder sterk. In dat blad had men immer* verklaard, dat het stuk niet heel veel bijzonders was. Maar het zou mij in hooge inate verbazen, indien een gezaghebbend man in dat'blad. op een verbod van opvoering zou hebben aangedrongen.Het gaat bovendien in het geheel niet om de vraag, of het tooneelstuk meer of minder verdienstelijk is, maar uitsluitend om de vraag, of hét stuk met de open bare orde of de zedelijkheid strijdt. ?#'»?... Verdient het aanbeveling de censuur van den burgemeester uit de Gemeentewet .te doen ver vallen? De vraag in op dit oogetiblik niet- aan de orde en ik betwijfel, of zij binnenkort aan de orde zal worden gesteld. Toen bij de behandeling van de Bioscoopwet de geheele linkerzijde in Tweede en Eerste Kamer zich tegeu een preventieve censuur ten behoeve vat) volwassenen ver/<4<<-. word van «He y.ijde de 'overbodigheid van een dergelijke censuur Ix-pleit juist met een beroep op artikel 18K van de (Jcmeentewet. dat tien burgemeester de bevoegdheid geeft misbruiken te^en te gaan. Met voorstel van Oppenheim om door het wets artikel, waarin die bevoegdheid is neergelegd, de p» n te halen, omdat er in den loop van vele jaren enkele burgemeesters geweest zijn. die deze bevoegdheid niet met voldoende voorzichtigheid hebben ge hanteerd, vet-dient geen na n hèvel i n g» In den laat st en denk van Oppenheim 's ..(Jemeenlerecht" geefl de bewerker, l'rof. van «Ier Pot. in een noot van een afwijkende opvatting blijk. Kn Kranenburg is het in ?/ijn ..staatsivelit" 'evenmin met ppehheim eens * * * Het is derhalve wenschelijk, «lat «Ie preventieve censuur «jp to«>neelstukken. die met de openbare ol'de of de goede /.eden strijden. wordt gehandhaafd. De/e bevoegdheid, dient echter .met de grootste ?voorzichtigheid te worden gehanteerd. Beslissend moet niet zijn. of de. persoonlijke gevoelens van den burgemeester worden gekwetst, maar of dit het geval is met de gevoelens van een belangrijk deel dei- ingezetenen. De burgemeester heeft echter naar eigen overtuiging te beoordeelen, of de grieven der burgerij voldoende gerecht .vaardigd zijn. Kik»» overheid.' welke politieke- overtuiging zij ook is toegedaan, dient voor de openbare orde en de goede zeden te waken. De ene overheid zal in sommige opzichten liberaler zijn dan een andere. Ken overheid, die de politieke overtuiging van ?den h'<'f Wijnkoop is toegedaan, kan stellig een /.eer krachtige censuur, die heeft te waken tegen het kwetsen der gevoelens van de heerschende partij, niet ontberen. En. wanneter wij. dan toch onder een soort van censuur moeten leven, dan zullen nagenoeg alle Amsterdammers een censuur van den heer de Vlugt. verre verkiezen boven een censuur uitgeoefend door of in naam van den heer Wijnkoop; : A. C. .JOSKPHU8 JITTA BRANDBLÜSSCHER "HOLLANDIA SPANJAARD&CS FABRIEK ESPANA UTRECHT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl