De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 6 juli pagina 4

6 juli 1929 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 6 JULI 1929 No. 2718 BlOS G O P Y door L. J. Jordaan ,.!>« leunen v»n Mnu-rotrowna." Kenibranilt LATEX wij elkaar goed begrijpen: deze lUissische film is niet Hussisch en in tien modernen zin van het woord ook geen film. Het is zelfs geen ..leugen" -- hoogstens een ver ouderde waarheid. De Russin Nina-Petrowna is een volbloed Duitseh ras-actricetje. dat evenver van de goddelijke argeloosheid en de devote overgave et-ner Baranovskaja verwijderd is. als deze onvervalschte ciné-roman van het cinegrafische pt.ëem van een Pudowkin. He beelden volgen elkaar op in de nuchtere, chronologische volgorde van het verhaal de camera oriënteert ons, niet zonder een zekeren plastischen smaak, nauwkeurig en vol doende op het stuk van locale kleur en milieu. terwyl wij dan de emotie en de ontroering maar moeten opvangen van de meer of minder expres sieve gezichten der ..spelers". Gelijk men ziet, het normale criterium voor een goede film van circa vjjf jaar geleden. Maar die emotie en die ont roering is er dan ook, in overrompelende kracht. Zij wordt niet geridiculiseerd, noch gewurgd in de rochelende loei-klanken van een microfoon zij komt gaaf en direct tot ons door de mimiek en het gebaar van met zorg gekozen en uiterst spielf a hige" sujetten. Onder welke du jonge, merkwaar dige figuur van Brigitte Helm dient gesignaleerd te worden. * * * Voor zoover ik kan'nagaan is zij de ontdekking van Pritz Lang. die met den feilloozen blik en den vasten greep van den genialen vakman zoovele onbekenden naar het licht hief en kreeg zij haar eerste groote kans in .,Metropolis". Lang was reeds te veel cineast en te weinig ..regisseur" meer. om uit deze toekomstige grootheid te willen halen, wat er in zat. Zijn eerbied voor de artis tieke cinegrafische eenheid, bleek te positief en daardoor zijn houding tegenover het ..sujet" te streng, om een uitgesproken solo talent als Brigitte Helm de vrijheid en de rust te geven, die het behoefde. Zoo heugt ons uit de laatste groote film van den Duitschen meester slechts een verrassend knap debuut. gedeeltelijk bedolven en meegesleurd in de débris van een merkwaardig onevenwichtig werk. Een gepassionneerd, heftig figuurtje, dat de won derlijke, schokkende beweging van de half desperate, half geniale film onge looflijk fel accentueerde. Maar ten slotte een ephemeere, vluchtige ver schijning met harde, decoratieve ac centen. Gelijk met zoo veel creaturen van den koningsmaker" Fritz Lang het geval was (Paul Richter, Hans Brigitte Helm Adalbert von Schlettow, Bernhardt Goetzke, Gustav Fröhlich) wachtte haar een schitterende toekomst. Wat de ,,Tyrann-mit-dem-Scherbe" gebruikt had en wegwierp, werd door loerende epigonen opgevangen en verder geëxploiteerd.... natuurlijk a la Lang! En zoo zagen wij Brigitte Helm in vele imitaties van de Valsche Maria" uit Metropolis", als de kronkelende, satanische. verleidster en wij vroegen ons reeds ongerust af, wanneer ook dit talent door de hersenlooze epigonenbende zou zijn afgewerkt en vernield. De laatste hand scheen aan het vandalistisch bedrijf gelegd te zullen Worden door den twijfelachtigen lieer Marcel L'herbier, die haar in zijn monstrum L'A'rgent" tot een volslagen caricatuur wist te vervormen. , Maar zie, een Duitseh regisseur, Hans Schwarx, durft eindelijk voor het te laat is met de traditie te breken en zich aan den ban van Fritz Lang te onttrekken: hij maakt de vrouwelijke Grtta G»rbo Helm blijkt, tot onze AGENTEN VOOR AMATEUB-KIAO-tJITBUSTING FOTO-SCHAAP & Co. SPTTI 8 AMSTERDAM demon Brigitte Helm weer tot tiu*n.sch ! Hot was hoog tijd ! Want wij begonnen het woewtp omrukken van dit slanke pythonliclmam -?het val«che toe-knijpen van eenderotisymmetrischeoogen -- het achteroverwerpen van dit kleine, rebelsehe kopje, al even goed te kennen als don stereotiepen Oanton-lach van Jannings en do ietwat belegen verleidelijkheid van Pola Xegri. Kn dat het de moeite loonde tut jonge, frissolu- talent van den vloek der flichó-typoering te verlossen.» bewijst ilo film De leugen van Nina-1'etrowna." De opgave was, een courtisane uit te beelden, duoen leven van weelde aan do zijde van een rijk, hooggeplaatst mi litair opgeeft, terwillo van de liefde voor oen bloed-jongen, ar men vaandrig. Om zijn carrière te redden . offert zij tenslotte ook nog haai' leven oen gevaarlijke analogie met Anna-Karenina" alzoo! En het is niet alleen het gelijksoorti ge scenario, dat dik wijls aan Greta Garbo doet denken: Brigitte groote verrassing, dezelfde universaliteit maar vooral dezelfde rijke, hartstochtelijke psyche te bezitten, welke voortdurend boeit, omdat zij meer laat vermoeden dan tot uiting brengt. Zeer zeker?het is nog bij lange na niet de konink lijke rust, noch de groote, diepe mildheid van do Zweedsche artisto het is harder, brokkeligér. ongelijkmatiger. wat zij te zien geeft. Maai' aan den anderen kant: niets is onbelangrijk niets is nog clichégeworden. Haar spel kent geen doode plekken haar momenten van teederheid. passie, verdriet, ja zelfs haar bekende uitingen van opstandigheid zijn in deze film van een sterke innerlijke emotie doorlicht en vibreel'end van ner veuze spanning. In het .spoedig uitgeputte, snel verouderende genre der speel*, juister gezegd: der «/jefcro-film, waar alles afhangt van de mimiek en plastiek der hoofd personen en de waarachtige kracht van het filmkunstwerk: rhytmische en beeldende ..gestaltung" zijn uit geschakeld .?behooren figuren als Greta Garbo en deze jonge Brigitte Helm tot cle zeldzame kostbaarhe den. Wij behoeven de groote starV niet meer met name te noemen, wier mimische inventaris behoorlijk gecatalogiseerd klaar ligt voor ieder scenario en waaraan het kunstlievend publiek verslaafd is geraakt, als aan oen populair cigarettenuierk. Alleen zij als merkwaardigheid opgemerkt, dat tot de precieuze rara avis, welke hun fascineerende werking nimmer schijnen te verliezen, ook gerekend moeten worden enkele spelers, die zich nimmer tot het allereerset plan konden opwerken: Lars Hanson, Al f red Abel on Bernhardt Goetzke. * * . ?. Volledigheidshalve dient geconstateerd, dat Brigitte Helm uitstekend wordt gesecondeerd door gelijk gezegd met zorg gekozen, uiterst knappe tegenspelers. De jonge kornet wordt door Franz Lederer met een, in dit genre, zeldzamen eenvoud en ontwapenendebeminnelijkheid gegeven. Opmerkelijk is ook de Ritmeester" van Harry Hardt een straffe, sobere creatie, gelijk men af en toe, zeer tot zijn verwondering, onder de bij-rollen kan ontmoeten. De minste is Warwick Ward als de Generaal". Hij kijkt te listig door zijn oogharen en rookt téperfide cigaretten, pm niet ver dacht naar de coulissen te rieken.... er steekt ongetwijfeld een star" in den man! Tot slot vestig ik de aandacht op , de lange en niettemin boeiende scène aan de speeltafel. Dit behoort niet tot de groote scenes-a-faire van de film, maar is een prachtig stuk ensemble-kunst een spanning en ont-spanning in mimische dialogiek naar de beste traditie der oude Duitsche film. VBBZOBKB ALLE STUKKEN VOOB DB RBDAOTIB IN TE ZENDEN AAIT HET SECRETARIAAT VAN D H GaoENE AMSTERDAMMER" KEIZERS GRACHT 333, AMSTERDAM. TUYNENBUPG MUYS Het nieuwe lotings-systeem Opgedragen aan den dienstplichtige Wijnand Mtiiti' Morren, gebaren ,j<> ctober n/ut,. /?<'/ lot heeft dun gewild, ttiljti waarde lieer, dat yij. met wie u alphabetittch volgen. door 't militaire stelsel wordt verzwolgen, terwijl degenen, die aan me vooraf gaan verheugd vrij-af gaan. ... Zoo ia een oud criterium gelegd in 't icoord dat door een lotsbeschikking tijdelijk. maar inderdaad sinds jaren onafscheidelijk, verbonden ia aan hen die, zonder vrat/en. de wapens dragen.... Met Morren opent dus de laniie lijnt van hen die onder morren, kankeren, zuchten. sich scharen otn den ouden en 'roemruchte» doch vaak verguisden vaan. die democraten hartgrondig haten.... Juist in den tijd van de verkiezingsleus, nu de onticapenaar zich luid deed hooren, brengt, M o r r e n, U een grillig lot naar voren als een aoort leidmotief voor 't dienstverband door 't heele land.,.. En 't zou mij eigenlijk niet sterk verbazen, als dit echt'Hollandsch teeken van het lot, d i} morrend dienen van een oorlogsgod, om wiens gevolg van hoogerhand gegokt 'm ... .eens.. . .uitgelokt is.... De lotingsbus, die zwaar verzegeld zwijgt, blijft 't antwoord op die suppositie schuldig. De stern-bus spreke dus en 'k wacht geduldig. of die d'ontwapenaren gunstig wordt... . .... of.. . .ook slechts. '... mort.... MELIS fiTO-KK POLROGER&C^ LE CHAMPAGNE EN VOGUE JAGER GERLINGS HAARLEM Tentoonstellingen Kunstzaal W. Brok, Hilversum. Schilderijen en aquarellen door Anna Kerling. Tot 16 Juli, 10?5 uur, 's Zondags op aanvraag. Rijksmuseum, Amsterdam. Tentoonstelling van Oude Kunst. Tot l September. Stedelijk Museum, Amsterdam. Tentoonstelling van moderne Xederlandsche toegepaste kunst. Museum 4er Króller?Muller Stichting", Lange Voorhout l, Den Haag. Tentoonstelling van werken van Vincent van Gogh (08 olieverfschilderijen, 24 aquarellen, 135 teekeningen). Hotel Duin en Daal" - Bloemendaal Str. kond en warm water op alle kamers PRIVÉBADKAMERS - Telefoon 22233 No. 2718 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 6 JUU 1929 EEN NAZAAT VAN POTGIETER door Herman Middendorp TOEN Potgieter in 1875 stierf, liet hij geen leegte na. Hij hoorde al lang niet meer tot do littteratuur, of liever, hij was een litteratuur op zich-zelf geworden, die met de litteraire kunst van den dag niets gemeen had. Potgieter wist dat ; hij had vele jaren lang getracht, de kunst in Holland naar zijn ideeën en naar de hoogte, die hem het ideaal scheen, om en op te werken, en toen hem dat mislukte, trok hij zich terug. Men kon hem missen en men begreep niet, ,dat men zich te schamen had. omdat hij gemist kon worden. Gesmaad werd hij niet, alleen maar niet gelezen ; dat wordt hij trouwens nog niet. Het is de vraag of er ooit een tijd zal aanbreken, waarin men Potgieter lezen zal. Het gecompliceerde van zijn versvorm maakt hem geschikt voor examens, en dat doodt de lust om hem. om hém-zelf, te gaan lezen nog bij de weinige intellectueelen, die zijn werk anders nog wel eens op hadden kunnen slaan. Xeen, men smaadde Potgieter niet, toen hij ge storven was, evenmin als toen hy leefde buiten de gemeenschap van de Hollandsche letterkunde en wat daarvoor doorging; men sprak met behoorlijken ernst over het zware verlies. En modderde kalm door tot de tachtigers, kwamen. Busken Huet maakte zich boos over de vriendelijke miskenning. en sprak in zijn Persoonlijke Herinneringen een der weinige geschriften van Huet, waarin hij zijn gevoel den vrijen loop laat zijn ergernis uit over de uitgave van Potgieter 's verspreide en nagelaten werken, die onopengesneden in de boeken kasten zouden blijven staan. Maar de geest van Potgieter leefde. Niet in de klungels, die hem het beminnelijke wel-te-rusten meegaven bij zijn dood. Doch het bleek betrekke lijk spoedig daarna, dat de ernstige man, die bij zijn leven zoo gruwelijk teleurgesteld was wie dertig jaar zoekt naar een ideaal en het eindpunt van zijn weg vindt in een zinkput als die waarvan onze letterkunde tusschen 1860 en '80 het beeld vertoont, heeft het recht om teleurgesteld te zijn na zijn dood in onderstroom had voortbestaan. Met Verwey kwam hij weer aan de opervlakte. Verwey, die zichzelf werd of verliet er valt over te strijden toen hij zich overgaf aan Potgieter. De weinige maar zeer mooie verzen, die hij schreef onder rechtstreekschen invloed van het individua lisme'/ zouden prouveeren voor de stelling dat hij zichzelf verliet; de hardnekkigheid, waarmee hij aan Potgieter vasthield, als wetenschappelijk mensch bewust, als dichter intuïtief, pleit voor het tegendeel. En Verwey maakte school. * * * ? Ik mag mijn inleiding niet langer rekken. Ik moet spreken over den verzenbundel van Ia. P. de Vooys, ..Achter de taak" (Santpoort 1928. C. A. Mees.) Déze dichter zou, al had hij nooit in De Beweging, waarvan hij mede-redacteur is geweest, geschreven, onmiddellijk te herkennen zijn als een van hen, die, ó Ver Verwey, bij Potgieter aansluiten. Het is niet zoo gemakkelijk te zeggen, hoe zich die verwantschap openbaart. Samen vattend kan men zeggen, dat het door en door Hollandsen werk is. n bij analyse komen dan de typische Hollandsche eigenschappen voor den dag. zooals onze volksaard die over het algemeen ver toont. Dit werk is zonder laag bij den grond te zijn. niet verheven. Het toont geen hooge dichterlijke vlucht; daarvan zijn Potgieter's nazaten evenmin gediend als hij-zelf het was. Het nuchtere verstand spreekt een woordje mee, maar het heeft toch niet zooveel in' te brengen, dat de gedichten geen Smalfilm Amateur-Kinematografie onder Kino-teohnisohe . leiding van Jori* tvéns FOTO-, PROJECTIE» EN KINO'HANDEL" CAPI 116 KALVERSTRAAT AMSTERDAM QENERAAL FILMO AGENTSCHAP ?U OAPI vakkundig» raad «n voorlichting. Dr. Schokking en de Socialisten Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek LORD PASSFIELD (SYDNEY WEBB) RIDDER v d. VELDE Schokking tot Albarda: Als je er zoo uitzag, zou ik wel met je uit wandelen willen gaan" gedichten meer zouden zijn. Bepaalde wendingen, bepaalde rijmen, bepaalde zinsbouw, en vooral ook het domineeren van een zekere wijsgeerige gedachte. duiden op rechten, die het controleerende verstand voor zich. opeischte, en in het vers is het gevolg, dat het natuurlijke rhythme telkens een stootje krijgt. Ik zou dit niet direct als fout willen aanmer ken, de herhaling van het verschijnsel brengt weel een nieuw, een eigen rhythme, dat zijn bekoring niet mist. Hoe zeer dit rhythme verwant is aan dat van Potgieter, moge blijken uit twee kleine aanhalingen. Ik citeer hier eerst den aanhef van Potgieter's Heugenis van Wolf hezen." Folfhezens lief gelegen dal! Weleer maar schaars door klein getal Van icandlaars in uw icoud gehuldigd. Voortaan den drom van pelgrims dier. Om wier banier Een flikkring blonk van pinkstervier. Toen ze u een tempel was verschuldigd; Gij thans 't gemoed gewijde plek ! Waar ook 't gesprek Me u riep voor oogen, Hoe icenschte ik dat ik op de gunst Der teekenkunst ' Of op de schildergaaf mogt bogen: Een stuk papier, een brok paneel Getoetst door potlood of penseel. Zou u getrouio, zou u geheel Afspieglen voor verraste blikken. Niemand zal in het hier volgende fragment dat ik van den dichter De Vooys aanhaal, 1) bewuste navolging zoeken; ik vergelijk trouwens twee willekeurige, stukken. Maar wie luistert, hoort de verwantschap van het rhythme. de ziel van het gedicht: , . Nascheemrend licht ^ Van feilen zonnedag. Dat wijkend bleef nog sterk. Hangt over 't avondland. ' Vandaag heb ik mijn stagen plicht Stardoende en onvermoeid verricht, Tot ik in weelderig beeldend werk Verschrikt, verblijd^ een ziel bemerk. En toen, als met een witte vlag Van heimelijk blijde en stille lach, , Naar buiten loop, naar bloem en plant, In 't schemerbleeke zotnerland. Goed zoo ! zou Vader Pot knikken.'En hij zou in meer opzichten zijn geestelijken zoon, herkennen. VAN DER HELST SIGAREN GOEDE SIGAREN IN EEN BESCHAAFDE VERPAKKING Ook in zekere sociale aan voelingen, al zijn ze hier zwakker dan in vroeger werk van De Vooys, en altijd bij hem zwakker dan ze bij Potgieter waren; en ook in sommige ethisch-wijsgeerige tendenzen, die nog wat burgerlijke braafheid meedragen uit de vorige eeuw. Raadgeving van een degelijken Hollander. Ik waardeer dit werk om het beeldende vér mogen, maar noteer meteen de beperkte beteekenis. Potgieter zelf. met zijn adel van karakter, zijn degelijken aard, zijn helderen geest, was als kunste naar beperkt; hij was een Hollander op z'n beet. De grootsten hebben geen nationaliteit meer. De Vooys is als kunstenaar kleiner dan Potgieter, en zijn beperktheid komt scherper uit. Dat een werk als Achter de taak" toch aanwinst mag heeten voor de litteratuur, is toe te schrijven aan de heldere plastiek, die zich in tal van regels open baart, al kan nauwelijks n gedicht in vollen omvang als een uiting van werkelijke schoonheid aanvaard worden. l) De eerste strofe van het gedicht Schemeravond". DEN HAAQ AMSTERDAM ROTTERDAM KLEURECHTE VELOURS ISO BREED PER METER

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl