Historisch Archief 1877-1940
!i
illiTIJL
EN
IEGEL IN EEN
Boe k'Illustraties door
Albert Hahn Jr.
EUW
LEE
ning-bewuste socialisme en tegen den. gruwel van
van den oorlog. Vooral deze laatste werd een prach
tige teekening, waarbij door strakke dunne lijnen
op knappe wijze het ,,zweven" der doods-gestalte
is uitgedrukt. Prent 7 kan, wat karakter betreft
met alle twee op n lijn staan. Uilenspiegel, die
niet een ponjaard de vechtende visschen te lijf
gaat, zeggende: ..Zoudt gij de Paus en de Keizer
zijn, die elkander verslinden en ik het wakkere volk
dat u beiden vastgrijpt?" dit is wel in optima for
ma de strijd van de democratie-tegen de autocratie,
welke door onderlinge twist bezig is haar eigen
ondergang te bewerken. In prenten als deze, met
krachtig bewogen actie is H. op z'n best, dat is
zeer opmerkelijk. Zoodra het rhythine verzwakt,
wordt ook het resultaat minder. Ik meen dit wel
te mogen toeschrijven aan H.'s gepronceerde
neiging naar en voorliefde voor de caricatuur en
de groteske. In de sterkere acties kan hij aan deze
neiging nóg eenigszins toegeven, in de zwakker
bewogene echter moet hij ze onderdrukken en
wordt dan in de figuren ietwat stijf. Temeer ben
ik deze meening toegedaan, omdat prenten, die in
de termen vallen voor meer of mindere styleering
deze zwakten in de figuren niet vertoonen. De
reeds genoemde Dood boven Vlaanderen" doet
dit zien; ook in pi. l van het 2e boek komt het
duidelijk uit. Chargeeren en styleeren zijn nu een
maal HE lm's meest geprononceerde neigingen n
zijn grootste kracht, zij doen zich onder alle om
standigheden gelden. Kan H. een van beide laten
spreken, dan is hij op z'n bent, moet hij ze bedwin
gen, dan is hij op z'n zwakst. Het bloed kruipt
waar het niet gaan kan.,
Ergo slaagden die prenten het meest, waarin II.
aan een dezer twee neigingen geheel kon toegeven,
terwijl ook door de combinatie van beiden prach
tige resultaten werden bereikt. Is zijn spot goedig
van aard. dan wordt een teekening caricatuur
van het allerbeste allooi. Zoo bijv. in pr. 9: Dit
z^jn de Doorluchtige Voeten, en in pr. 5 van boek 2,
In de eerste lacht hij om de slaafsche onder
danigheid óan en de domme verwatenheid van het
koningschap, in de andere om de gewichtig-doenerij
van het geleerde onbenul." Deze 3 figuren van
de geneesheeren en de chirurgijns-heelmeesters"
werden voortreffelijk getypeerde charges. Zoowel
psychologisch als technisch staan deze beiden
prenten zeer hoog. Zij kunnen de vergelijking met
de groote Simplicissimus-teekénaars (aan wier werk
zij trouwens eenigszins verwant zijn) glansrijk
doorstaan. Krijgt de spotternij een grimmiger ka
rakter, gaat dus de opstandigheid erin sterker
domineeren, dan nadert ze de groteske. Zoo bijv. in
prent l van het 3e boek; door hare gestyleerdheid
werd deze teekening tevens een product van de
hierboven genoemde combinatie van 2 eigenschap
pen. Het spottend element bestaat feitelijk alleen
in de Koningskroon, die de spinnekop draagt,
de gruwzaamheid van de grijpende lange, harige
spinnepooten vormt deze voorstelling tot een ab
solute groteske, die daarbij voortreffelijk van
EEN vergelijkende beschouwing van het werk
uit verschillende perioden van een jong beel
dend kunstenaar, die (dus) zijn ..definitieven"
vorm nog niet gevonden heeft, is altijd een in
teressant en leerzaam experiment. Bij Hahn Jr.
is dit in bijzondere mate het geval. "Want terwijl
als regel" mag worden aangenomen dat een
tijdsverloop van een jaar een verbeterd gehalte
van het laatst ontstane werk meebrengt, is het bij
Hthn juist andersom ! Het merkwaardigste echter
is, dat dit geen achteruitgang beteekent. De oorzaak
ervan ligt nml. niet in H's scheppend'Vermogen,
maar in zijn ethische ontwikkeling. Zelden bleek
de volle overgave van een kunstenaar aan zijn
onderwerp zoo klaar als uit het verschil tusschen
zijn illustraties bij Christuslegenden" 1) en die
.bij dit boek ,,Uilenspiegel."
De religieus-ethische geest van Christuslegen
den" hoezeer ook goed vertolkt, was (nog) niet in
staat om hem even sterk te bezielen als de tendeuzen
die Uilenspiegel" karakteriseeren.
De mentaliteit van Uilenspiegel gaat volkomen
accoord met die van H's maatschappelijke en
politieke overtuiging. Die van Christus-legenden"
deed dat niet althans in veel geringer mate.
Daarom moesten de prenten bij Uilenspiegel wel
beter slagen, ook al ontstonden züeen vol jaar
vroeger.1 ' '?
DEBUTEVARIflA
Het. feit echter, dat H's maatschappelijk in
zicht revolutionair is en dat hij in zijn kunstarbeid
deze overtuiging propageert, was daarom nog vol
strekt geen absolute waarborg voor het slagen
dezer prenten. Deze waarborg werd echter ver
kregen door bijkomstigheden die h voor Hehn n
voor den uitgever van Uilenspiegel een ware bof"
genoemd kunnen worden !
Déopstandige aard van Uilenspiegel demon
streert zich in meer dan n gedaante. En het groote
geluk was H. beschoren, dat deze gedaanten stuk
voor stuk gelijkvormig zijn aan de stemmingen,
welke hij in zijn propagandistisch werk (voor De
Notenkraker" bijv.) pleegt te leggen. Waardige
ernst, felle haat, scherpe satire, gulle humor, een
rotsvast vertrouwen in de rechtvaardigheid van
den strijd en in een betere toekomst, al deze sen
timenten welke H's werk voor en na plegen te
karakteriseer en, vond hij in Uilenspiegel aan
wezig. En daarnaast was er nog. zijn decoratief
versierend talent dat hij kon toepassen.
Hg behoefde zich dus geen oogenblik geweld
aan te doen" om een juiste vertolking te bereiken.
Is het wonder, dat deze arbeid dan slaagde op een
wijze als geschied is? Ik herhaal: H. moet deze
opdracht wel als een bof'V hebben beschouwd en
toegejuicht.
Reeds de 2 eerste prenten sluiten zóó volkomen
aan bij het karakter van H.'s politieke prenten,
dat zij, met een ander bijschrift, even goed
Notenkraker"-prenten konden zijn. , De stoere jonge
arbeider, de Vader van Tijl, die bij het open venster
aan zijn zoon de zon toont en He dood,
gaande over Vlaanderenland" zijn elk voor zich
a.h.w. geknipt als propaganda vóór het
overwinDE PAU§m DL
T AAHBt POOR.J VATïn£.T
decoratieve opvatting en uitbeelding is.
H. dott (ik merkte dit bij zijn prenten voor
..Christuslegenden" al op) verstandig, wanneer
hij zijn compositie eenvoudig houdt. Te veel ..en
tourage" wordt hem vaak noodlottig en bederft
een overigens wel geslaagde prent.
In prent l van het 5e boek wordt dit bewezen.
In den dikken boer, die den nog veel dikkeren
pater tegen den grond bokst,omdat deze hem scheldt
voor?. dikzak! vond hij gelegenheid voor een
stel prachtige caricaturen. En hij maakte dan ook
een dankbaar gebruik daarvan. Maar door den ach
tergrond der prent te vullen met een groot zwart
tralievenster en een donkergrijzen vloer, benevens
nog een zwart muurvlakje bedierf h,Üalles. Een
blank gehouden fond zou de figuren beter
hebben doen uitkomen, en déze, prent ongetwijfeld
een veel aangenamer aspect verleend hebben.
Ook van die andere sterke zijde van II's talent,
het zuiver decoratieve, geeft dit boek eenige uit
nemende specimina. Met name in prent l en 2 van
het 4e boek; Het silhouet van het zeilend fregat
tegen den stralenden hemel, waarin een opge-'
heven vuist hét zwaard opsteekt en de Beiaard,
die de deuntjes (van den zegëvierenden Geus)
uitscliatert". Zij beide werden decoratieve
composities met een sterke allegorische tendenz en als
zoodanig zoo schoon en goed als men slechts
wenschen kan. ,
? Rest mij nog de vermelding van de prachtige
kop-teekeningen boven de hoofdstukken. Uit den
aard dragen zij een gestyleerd-decoratieven stempel,
door de kleine afmeting en de minitieuze uitwer
king behoorcn zij reeds eigenlijk tot het gebied
der sierkunst. Maar zij dragen er niet weinig toe
bij om aan dit boek een cachet van weelde en van
voornaamheid te geven.
* ? '* ? ? '
? ? . * ? ?
De bespreking van een illustratief werk als cïit.
waarin zoovele en verschillende eigenschappen
tot uiting komen, loopt licht gevaar om van den
hak op den tak" te springen. Ik vrees wel, aan dit
gevaar niet geheel ontkomen te zijn. Dat zij dan
zoo ! 't Is m.i. altijd nog verkieslijk boven een
dorreopsomming.
Liever vat ik ze daarom samen, zooals ook dit
boek zelf in al zijn verschillende sentimenten tot
een sterk saamgevat geheel werd, Geweld en zacht
moedigheid, haat en liefde, rust en rumoer, geluk
en angst, hoop en vrees, berusting en opstandigheid»
goedhartige spot en grimmige satire, al deze ge
voelens komen zich melden. Dit alles te vertolken
in illustratie moest wel voeren tot groote verschei
denheid, verscheidenheid die, ook dat kan wel niet
anders, niet steeds even gelukkig werd in hare
uitbeelding. Maar als geheel dan saamgevat vor
men deze prenten een in hooge mate interessant
stuk kunst-arbeid.
Hierom, en omdat zij verre in de minderheid zijn,
vergeven wij het gaarne zijn zwakheden.
WYBO MEYER
1) De Legende en de heldhaftige vroolijke en
roenirijke daden van Uilenspiegel" en LammeGoedzak in
Vlaandeirenland, door Charles de Cöster, Met platen
ran Albéri Hahn Jr. 4e druk, Uitgat'e: H. J. W.
Becht. Amsterdam.
CHAKEL
'
Kleermakerij
Bij on»verkrijgbaar N.R.V.JUÖNTASCHOENEN
f i
i .i
.» l
l
'A
?J