De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 31 augustus pagina 11

31 augustus 1929 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

l ' i: i, i! F. DE SINCLAIR Teekeningen voor de Groene Amsterdammer" door Eelco ten Harmsen van der Beek A Ldat detective gedoe islmmbug" ,,X\ zei Duin of in goed Hollandsch gezegd snert en apekool" en hij stak een sigaret op. Toch amusant om te lezen" sprak Van de Water. Dat is wat anders" zei Duin, ik lees zelf sommige van die boeken ook graag; ze zij u vaak heel vernuftig, maar dat neemt niet weg, dat het in werkelijkheid tóch apekool ia. Zoo'n detective uit een boek ziet aan de vingerafdruk van een moordenaar, dat die een schoonmoeder heeft met een geplombeerde verstandskies". Dat is wel een beetje kras" sprak Maas maar deduceeren is een gave, die je hebt of die je niet hebt, net als de aanleg voor schaken. Mis je de schaakknobbel dan kun je de regels van het spel leerën, maar je bereikt nooit iets van beteekenis en zoo is het met de detective-knobbel precies het' zelfde." Jij liefhebbert in dat vak, hé?" vroeg Blunt. Ik interesseer me er bizonder voor," antwoordde Maas. Dus jij hebt de knobbel!" sprak Duin, wat spottend. Een knobbel-tje," zei Maas op bescheiden toon, terwijl hij zijn spitse vingers tegen elkaar legde en even wat droomerig door het caféraam naar buiten keek, waar de twee tegenge stelde menschenstroomen slifferend en zoemend door de nauwe koker van de Kalverstraat langs elkaar gleden. ,, Jullie hebben die knobbel misschien ook wel onbewust, maar ik heb hem een beetje gecultiveerd." Dus een gecultiveerde knobbel l" spotte Duin. En wat doe je dan met dat ding?" Hij Geoffrey-GilTt ermee," plaagde Banstra en herstelt al de blunders van de officiëele justitie, daarom hoor je tegenwoordig nooit meer, dat die bokken schiet!" Ga je gang maar" sprak Maas, die wat zoute pinda's snoepte, onver stoord. Nee, maar Maas, in ernst" zei Duin dus jij gelooft aan démogelijk heid van die scherpzinnige deducties, zooals Sherlock Holmes, GeoffreyGill en dergelijke boekenfiguren die demonstreeren?" Ja zeker, ik ben overtuigd, dat sommige menschen de gave hebben om na een betrekkelijk vluchtige observatie van iemand, uit die waar neming allerlei bizönderheden nopens de betrokken persoon te kunnen af leiden." Ja, dat hU verkouen is of de pokken heeft gehad," lachte Blunt. Behalve dat" antwoordde Maas rustig ik bedoel natuurlijk niet pri mair waarneembare kenmerken; daar komt geen deductie bij te pas/' Bijvoorbeeld dan," zei Duin. Bijvoorbeeld deze drie dingen" dprak Maas de aard van zijn beroep, zijn tegenwoordige levensomstandig heden en enkele bizönderheden uit ztf n verleden." Zonder dat je de betrokken per soon spreekt of naar die dingen infor meert?" Natuurlijk!" Nee, amice," sprak Duin, ik geloof er geen steek van. En je verge lijking met schaken gaat trouwens niet op; daar werk je met concrete gegevens en begrensde mogelijkheden, maar in de detectiverij is bijna alles speculatief.... Als je iemand ziet loopen met het lusje van zijn colbert van achter tegen zij a boord, dan zeg je: Die man is slordig, maar er kunnen honderd oorzaken zijn voor die schijn bare slordigheid, terwijl de 'vent in waarheid de pietepunterigheid in per soon is." Maas streek zijn spitse vingers weer even over elkaar. Ik geloof dat ik in zoo'n geval juist door dat lusje tot zijn pietepunte righeid zou kunnen concludeeren," sprak hij glimlachend. Hij is onverbeterlijk l" lachte Van de Water. Zeg liever onuitstaanbaar l" riep Duin. Maas haalde zijn schouders op. Omdat ik het niet met je eens ben?" Ja I" riep Duin driftig. Maar ho nou es even,...." en dan scherp tot Maas wiens onverstoorbaarheid hem prikkelde: Dus als jij gelegenheid hebt om iemand, die je overigens niet kent, rustig te observeeren, dan neem Goed." Je zult hem zoo lang kunnen be kijken als je zelf wilt." Goed." Dan zul je op schrift brengen, wat je door je waarneming van die drie onderwerpen bent te weten gekomen." Ja." En hier Blunt en Banstra zullen onderzoeken in hoeverre of het juist of mis is. V Best." Elk punt gaat om twee flesschen en de zes drinken we met zijn vijven op." Accoord," sprak Maas. Daar kunnen wij ook niets op tegen hebben l" lachte Van de Water. Ik geef een rondje óp de goeie afloop !" riep Blunt. Nee, de volgende keer" sprak Duin haastig en hij wenkte den kelner Laten we afrekenen. Ik zal je zeggen, waarom," sprak hij, nadat ze betaald hadden. Als proefkonijn voor Maas' kunsten wijs ik ons tijdmannetje aan," en dan tot Maas: Heb je daar be zwaar tegen?" Maas glimlachte weer en legde zijn spitse vingers andermaal tegen elkaar. In het minst niet," sprak hij dan rustig. je aan om nopens die persoon naar waarheid mee te deelen, primo de aard van zijn beroep.... ?" Een smeris bijvoorbeeld l" riep Banstra. Stil nou" beval Duin ik zeg primo de aard van zijn beroep, secundo zijn tegenwoordige levensomstan digheden en tertlo bizönderheden uit :zijn verleden?" Maas antwoordde niet dadelijk, dacht even na, maar dan sprak hij rustig: ,.Ja, ik geloof dat ikjlaartoe in staat ben."' En ik zeg, dat je er geen bliksem van terecht brengt I" riep Duin en als Maas glimlachend zijn schouders ophaalde: Wedden?" , Och ja, waarom niet?*' Om zes flesschen champagne.' Aangenomen." , ltlk cal je een kerel aanwijzen." Ze wisten allemaal dadelijk wien Duin bedoelde. Eiken Woensdag middag, als ze hun bittertafeltje hadden, stapte punctueel om tien minuten over zes een oud heertje aan de overzijde van de straat voorbij en die verschijning daar was zoo vol strekt aan dat uur en die minuten ge bonden, dat ze hun horloges er op gelijk plachten te zetten. Het was nu vtjf minuten over zes, dus hij was op komst» doch daar Maas gelegenheid moest hebben om hem. goed te bekijken, dienden ze het tijdmannetje van nabij te volgen en dus moesten ze klaar z$jn om de straat op te loopen, zoodra hij verscheen. Duin, Van de Water, Blunt en Banstra keken gespannen in de rich ting van den Dam, maar Maas haalde kalm een sigaret uit zijn koker en , stak die met een aandachtige zorg vuldigheid op. Daar is ie!" siste Van de Water. Ze rezen haastig, alweer behalve Maas, die met half toegeknepen oogen, langzaam een rookwolk uitblazend, de vier anderen, die de straat al op waren gesneld, op zijn gemak volgde. Een minuut later was het experi ment begonnen; het tijdmannetje ging voorbij en vlak achter hem traden Maas en Duin, terwijl achter dezen de drie anderen gingen. Voor een oppervlakkigen beschou-. wer viel er aan den persoon in kwestie al heel weinig opmerkelijks waar te nemen. Hij was tamelijk klein van stuk, blijkbaar tusschen de zestig en zeventig jaar en nogal sjofel-heerig gekleed; in het knoopsgat van zijn jaquet zat een rood lintje. Zijn gezicht was vleezig, met dikke roode wangetjes en om zijn mond en zijn oogen lag een vriendelijk lachgrijnsje; grijze haarvlijen hingen als uitgekamde franjes tot bijna op den kraag van zijn jas en hij droeg een slappe zwarte hoed met een breeden rand, waarvan de bol niet in gleufvonn, maar tot een ronde bezinking was ingedeukt. Een paraplu of stok had hij niet bij zich, maar in zijn rechterhand droeg hij een rolletje papier. Maas.naast Duin voortgaande, sprak aanvankelijk geen woord en scheen nauwelijks eenige aandacht aan het mannetje te wijden, maar eensklaps tikte hij Duin op den arm en sprak: Ga mee" om een volgend oogenblik zijn pas dermate te verhaasten, dat ze het mannetje snel voorbij schoten; ook de drie anderen deden desgelijks. Een oogenblik later hield Maas echter halt, ging voor een winkelraam staan en keek om. Het mannetje stond ook juist voor een winkelraam te kijken, scheen even van plan te zijn om naar binnen te gaan, maar plotseling scheen hij zich te bedenken, wandelde verder en passeerde de vijf vrienden. Ziezoo lui," sprak Maas, toen hij voorbij was, ik weet genoeg." Wablief? Ben je nou al klaar?" vroeg Duin verwonderd. Maas glimlachte. . Vanavond, Duin, vind jij in de bus het resultaat van mijn waarnemingen en deducties: als je die dan dadelijk doorzendt naar Blunt en Banstra, dan kunnen zij ze verifiëeren en...." En dan komen jullie Zaterdag avond om negen uur bij mij om het resultaat te zien." zei Van de Water. Accoord" sprak Maas Salut lui, tot Zaterdag dan .... smakelijk," en hij liep een steeg in om op het Rokin zijn tram te pakken. { | Dien Zaterdagavond, prompt negen uur, waren ze op de kamer van Van de Water bijeen. Hoe zit dat? Zijn die er nou al?" vroeg Banstra op de zes flesschen' Boederer wijzend, die keurig in slag orde geschaard op het dressoir stonden, En je weet nog niet eens wie...." Doet er niks toe," lachte Duin, of Maas of ik is of ben het kind van de tekening; hebben moeten we ze toch!" En Maas, hoe'voel JO»P" vroeg No. 2726 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 31 AUGUSTUS 1929 Van de Water, die als gastheer ge zorgd had vuur makkelijke stoelen en nu sigaren presenteerde. O, ik voel me O. K." antwoordde de aangesprokene, die met wat precieuse gebaartjes het puntje van zijn sigaar knipte en hem dan zorgvuldig aanzoog aan het bijgehouden vlammetje. En jij, Duin?" vroeg de gastheer. Idem, idem," antwoordde deze. Maar uit de snuitwerken van de jury valt niet veel op te maken." Inderdaad keken Blunt en Banstra, waarvan de eerste het jury-secreta riaat op zich genomen had, alleen maar geheimzinnig. Zullen we dan maar beginnen?" vroeg Blunt, toen ze allemaal gezeten waren en rookten. Are you ready?" vroeg Van de Water, of het een race om de Diamondsculls gold, maar Duin en Maas knikten toch allebei een beetje plechtig. Vooruit dan maar." ,,Meneeren...." begon Blunt, ter wijl hij eenige vellen papier ontvouwde. Ho, stop nog es even...." zei Duin met een beetje geknepen stem en dan een hinder in zijn keel xreghummend: Tja, jullie zullen het misschien een beetje verrassend vinden,.... of komiek, maar ik ben door die zekerheid van Maas zoo ge prikkeld of geïmponeerd, wat je maar wilt, dat ik mezelf ook es, bij wijze van proef, aan een deductietje ge waagd heb " Twee maal twee is vijf...." zei Maas maar ik ben er zeer door gevleid; ik schijn school te maken. En staat het resultaat op dat papier?" en hij wees op het rolletje, dat Duin te voorschijn, had gehaald en nu in zijn hand hield. Ja," antwoordde deze, terwijl hij het Blunt toereikte. Lees ook maar voor." Heel graag" sprak deze, maar het is natuurlijk hors concours." Nou," zei Van de Water met een half verlegen lachje op zijh. gezicht, als je dan toch aan het lezen gaat," .... en hij stak de hand in zijn binnen zak. t| Er ging een hoeraatje op bij de anderen. Wie nog meer?" riep Maas. Ik had het voor me willen houden'' verzekerde Van de Water het was een proef voor mezelf. Maar nu Duin ook.,.." Al goed, , al goed!" riep Maas, Blunt, lees op; ik ben dol nieuws gierig hoe mijn mede knobbelbe zitters. ..." De onzen zijn niet gecultiveerd, zooals de jouwe" sneerde Duin. Meneeren," begon Blunt ander maal. Ik verzoek uw aandacht. We hebben dus nu verrassenderwijze te doen met'vier exposé's, te weten: De proefondervindelijk juiste, het resul taat van Banstra's en mijn onder zoekingen, dan het wetenschappelijk gefundeerde van onzen professional detective Maas en vervolgens die van de beide dilletanten, de heeren Duin en Van de Water. Ik breng U nog even in herinnering dat het gaat om drie hoofdpunten: Het beroep van ons tijdmannetje, zijn tegen woordige levensomstandigheden en ten slotte de bizönderheden uit zijn verleden. Ziehier dan allereerst wat Maas er van schrijft: De uiterlijke verschijning van den man wijst op een geringe zorg voor zijn kleeding, maar gaat toch gepaard met een lichte neiging om op te vallen door iets afwijkends, een eigenschap, die vrijwel alle artiesten gemeen hebben. De haar dracht en de hoed zijn daar de unbedriegelijke symptomen van. De man is dus artiest, kunstenaar. Welke kunst beoefent hij? Het antwoord daarop is gemakkelijk te geven. Op zijn gelaat zweeft steeds een glimlach, terwijl zijn blik wat starend is. Die glimlach is dus niet gevolg van iets, wat hij op straat waarneemt, neen, die glimlach is gevolg van een inwendige geestesbevrediging en het starende in zijn blik bewijst tevens dat hij luistert. ?Hy hoort dus iets. HU hoort con stant iets in den geest, wat hem met vreugde vervult. De conclusie ligt voor het grijpen: De man is musicus van beroep. HU componeert, hij droeg een juist voltooide compositie in de hand en wilde daarover in de muziekwinkel gaan spreken, maar hij bedacht zich en trad terug, toen hij zag, dat op dat oogenblik de winkel vol menschen stond. Of zijn beroep hem beduidende inkomsten verschaft is niet duide lijk, maar het feit, dat hij in staat is eiken middag rustig zijn Kalverstraatje te slenteren, bewijst, dat hij een kalmen ouden dag heeft zonder financiëele tobberijen. De conclusie nopens het tweede punt luidt dus: De man verkeert momenteel in burgerlijk goeden doen. Bizönderheden volgens het derde punt: De man is van Belgische nationaliteit, een Vlaming, het lint in zijn knoopsgat is dat van het Burgerkruis van Verdienste, een onderscheiding, waarmee men in Belgiëniet gul is tegenover Vlaamsche kunstenaars. Een bewijs te meer, dat hij daar als een kunste naar van beteekenis erkend werd. Met den oorlog is hij uitgeweken en hier bhjven hangen. In Belgiëwoon de luj' op het land. Naast zijn muziek had hij een tweede hartstocht, die voor de jacht. De zorgvuldig doorgerookte hazensprong, die hij als PUP gebruikt, wijst daarop. Blunt zweeg. Verduiveld vernuftig ! prees Van de Water en ook Duin scheen getroffen door de logische opbouw der con clusies. Het zit kranig in elkaar" bekende hij en ik geloof nu wel, dat ik het erg mis heb gehad!" We zullen zien" sprak Maas rustig. Ik ga voort" zei Blunt. Ziehier dan, wat Duin er van maakte." De man is een verloopen variet artiest en wel een z.g. Karakterkomiek, die evenwel nooit geslaagd is en alleen maar een lachsucces bij zichzelf behaalde. Daarvandaan die grinnikende uitdrukking op zijn gezicht. Zijn tegenwoordige omstandig heden zijn niet schitterend, hij heeft maar zelden meer een emplooi, figureert nu en dan in een revue en verdient af en toe wat met het uit schrijven van rollen. Onder zijn arm droeg hij wat van dat schrijf werk. De tegenspoed in zijn leven heeft ' hem gevoerd naar het Socialisme, niet uit politieke overtuiging, maar , om er wat mee te verdienen, als propagandist of wat ook. Het roode lintje in zijn knoopsgat wijst daarop. Hij is Limburger of Brabander en een goede pandoerspeler. Dit leid ik af uit de hazesproug, die hij als pijp gebruikt, want in die provincies pleegt men pandoertoernooien te houden, waarbij als prijzen meestal gestroopte hazen worden beschikbaar gesteld. Blunt zweeg. Zeer goed," prees Maas, terwijl hij zich met een onhoorbaar applausmanuaaltje tot Duin wendde, die hazensprong-deductie is heel fijn en diep doordacht." Dankje," zei Duin koel, ga voort, Blunt." Meneeren," zprak deze, als Dritte im Bunde heb ik hier het proefstuk van onzen gastheer, dat afgescheiden van andere merites ook de verdienste heeft van merkwaardig kort te zijn door de telegramstijl waarin het werd opgesteld. Het luidt als volgt: Duitscher-fluitist (let op den tuitmond) in geringe orkestjes klein bestaantje vroeger oempadirigent in rolletje zat fluitpartij kwam van repetitie achterzak jaquet bolde daar zat fluit in heeft pijpagentuurtjes-doorgerookte hazensprong reclaxneartikel aan rood lint hing vroeger distinctief van zijn VerehV'-distinctie is er afgevallen heet Heimïch. Blunt zweeg. Is het uit?" vroeg Duin en als Blunt bevestigend antwoordde: Ver dikkeme Van de Water, hoe meer ik er over nadenk.... jij kon het wel eens bij het rechte eind hebben.... !" Heel interessant" sprak Maas, maar hoe kom je zoo aan Heinrich?" Tja," zei Van de Water ... .hoe kom ik daar aan'f Flair.... intu tie...." Meneeren," vervolgde Blunt, ik ga verder e* kom nu met de oplossing van het geval. Het heeft ons niet veel moeite gekost om ons van onzen taak te kwijten. Woensdag zijn Banstra en ik het mannetje eenvoudig nageloopcn, we hebben hét nummer ge noteerd van het huis, waar het binnen ging, een bovenhuis in de Reguliers dwarsstraat, en voor wat geld en goeie woorden zijn we den volgenden dag het volgende te weten gekomen: De man i» een geboren Amster dammer en heeft er altijd gewoond. Hij heet Jan Frederik Molsbei-g, is 73 jaar oud en weduwnaar. Hij woont in bij een dochter, wier man een tweedehands kleerenmagazijn heeft, ergens op de Lauriergracht. Uit dien tweedehands kleerenvoorraad wordt de garderobe van' den vader af en toe aangevuld. Beroep vroeger kleermakersknecht, doet nog wel eens iets in de zaak van den schoonzoon, 'heeft ouderdoms rente en trekt drie gulden in de week van het Burgerlijk 'Arm bestuur. Wordt verder dóór de kinderen onderhouden. Gaat drie maal in de week, o. a. 's Woensdags Abonnementsprijs van DE GROENE" per jaar: Nederland f 10. Indië(Zeepost) 10. (mail). » t, 13.50 3 Argentini Belgi Duitschland Egypte Frankrijk Griekenland Oostenrijk Spanje Tsjecho Slowakije a Zuid-Afrika ^ Denemarken v Itali Noorwegen Zweden 4) v f 11.50 £13.50 eten bij de dochter in de Reguliers dwarsstraat. Het rolletje in zijn hand bevatte een zeiltje voor onder het gasstel van die dochter. De lach <jp zijn gezicht en de starende oogen heeft hij gehouden uit een lichte attaque. De hazensprong werd . gevonden in een der zakken van een tweedehandsjas, daar komen wel meer dingen uit te voorschijn. Het lintje zat in het knoopsgat van het jaquet, toen de schoonzoon het kocht. In de muziekwinkel werkt een kleindochter uit de Reguliersdwai-sstraat, en als de grootvader voorbij komt. kijkt hij altijd eens naar binnen en knikt haar toe, als hij ze ziet. Blunt zweeg en er viel een stilte, die geruimen tijd duurde. Ja," zei Maas eindelijk ik geef toe, dat mijn exposéniet in alle op zichten juist is, dus meneeren, ik hoop dat de Roederér, die daar staat...." Zeg maar liever, dat er geen blik sem Van deugt J" riep Duin, i,Maar hoor es, ouwe jongen, zes flesschen zijn voor mij, hoor, want per slot van rekening ben ik erg inconse quent geweest om ook mee te gaan doen...." Dan doe ik ook mee," riep Van de Water, al was het alleen maar als erkenning van mijn onmacht !" Dan zouden Blunt en ik dus een soort Bivalva's zijn!" riep Banstra 'uit. ..Nee. laten we het 'dan maar eerlijk bekennen, héBlurit? Wij hebben saïnen ook een exposége maakt, dat eenvoudig nergens op leek en dat we dan ook haastig verscheurd hebben, zoodra we wisten hoe de werkelijkheid was. We betalen aan de sjampie allemaal evenveel!" 1 Een oogenblik later schuimde de wijn in de glazen/ ,,Zoodat,'v sprak Duin met hét glas in de hand ik maar zeggen wil, dat al dat detectivegedoe humbug is of op zijn Hollandsch gezegd apekool en snert!" Prosit!" zei Maas en hu tikte zijn glas, tégen dat van den spreker. if V «f! \ l' 11

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl