De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 14 september pagina 2

14 september 1929 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

v «J il roene ? ? ?voöir Nederlon Alle Buitenlandsche Spoorwegbiljetten I. V. B. DAMRAK 46 ONDER HOOFDREDACTIE VAN A. C. JOSEPHUS JITTA Redacteuren: H. BRUGMANS, L. J. JORDAAN, M. KANN EN TOP NAEFF. Secretari» det Redactie: C. F. VAN DAM KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM C. &A*^kJLA^M^^b wPlfwi Soliditeit ongeëvenaard OPGERICHT IN 1877 No. 2728 ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1939 De Amsterdamsche Wethouders-crisis door Prof. Dr. H. Brugmans T~\E heer Ter Haar heeft met te waardeeren -*-' moed, maar zonder te waardeeren beleid den kneppel in het Amstetdamsche gemeenteihoenderhok geworpen; de gevolgen zijn de gewone geweest: luid gekakel en oorverdoovend krakeel; in stadhuisstijl overgezet zijnde: een wethouders«crisis. Het is niet de eerste wethouderscrisis en het aal ook wel de laatste niet zijn. Want de oorzaken van de/.e stagnatie in het gemeentebewind liggen in ons publiek bestaan; zij zijn zoowel van algermeenen als van bijzonderen, lokalen aard. Het is een vraag waarmede de geleerden van alle landen en tijden sedert eeuwen zich hebben bezig gehouden, op welke wijze de staat komt tot een .goede regeering, aan wie de onderdanen zonder verzet en zelfs zonder morren gehoorzamen. Het is merkwaardig, dat men eerst in den modernen tijd het procédévan verkiezing door een groot er ?of kleiner kiezerscorps vrij algemeen heeft toege past. Maar de tijd ligt nog niet zoo heel ver achter ?ons. toen men een algemeene samenstemming van overheid en onderdanen voldoende achtte, ?een zekere gelijkheid in geesteshouding, en maat schappelijk inzicht en belang.; hoe die overheid tot haar macht kwam. was toen van weinig belang. De negentiende eeuw knoopte in verschillenden vorm de uitoefening van het gezag vast aan een stemming door meer of minder kiezers. Die ont wikkeling is in onze dagen voortgegaan; zij heeft ons niet alleen het algemeen, maar ook het verjplicht en het evenredig kiesrecht gebracht. Principieel is daartegen natuurlijk niets te ?zoggen. >Iaar in de praktijk valt de toepassing toch niet mee; vooral wat het evenredig kiesrecht betreft, zijn de resultaten niet zeer bevredigend. Dat komt, doordat men zich blind heeft gestaard .op het eene doel van het kiesrecht, de verkrijging van een vertegenwoordigend lichaam, dat zoo zuiver mogelijk de verhouding der verschillende staatkundige stroomingen onder de burgers weer geeft. Maar men heeft daarbij geheel uit het oog verloren, dat een goed kiesstelsel niet alleen een coede kamer, maar ook een goede regeering moet waarborgen. En nu is het wel zeker, dat het) alge meen en proportioneel kiesrecht ons nog geen ste vige regeeringsmacht heeft geschonken. Wij had den en hebben wel extra-parlementaire kabinetten, maar ministeries van groot gezag lieten zich wach ten. '?-?'??.' ?' . ' '. '... . ?"? ? '.'?' ' '' *??*?'. .-? , ."' ?-? ' Zooals het in den staat in het algemeen gaat, zoo gaat het in de gemeente ia het klein. Het kiesrecht van dezen tijd bracht theoretisch onbe rispelijk samengestelde, maar, praktisch hopeloos verdeelde gemeenteraden. Maar dat niet alleen. Toen in 1796 de eerste nationale vergadering bijeen kwam, viel ,zij uiteen in drie groote partijen, de unitarissen, d»? federalisten en daartusschen de moderaten, een volkomen logische verdeeling, die op een belangrijk staatkundig beginsel was ge grond. Wij zijn sedert dien hard achteruit gegaan; onze politieke verdeeldheid berust op zeer ver schillende godsdienstige, kerkelijke, staatkundige, economische en zelfs simpele belangengroepeering. die iedere staatkundige organisatie haast onmoge lijk maakt. Nu verdubbelt dit zeer groote bezwaar zich in onze gemeenteraden, aangezien de politieke verdeeldheid hier op haast geen enkel beginsel van gemeentepolitiek is gefundeerd, maar een voudig is getransponeerd van het Binnenhof naar het stadhuis. Geen wonder, dat deze machine rie, die is geconstrueerd voor geheel andere functie, in de gemeente haast'altijd stroef loopt. Daar komt dan nog iets anders bij. De gemeente raad wordt gekozen door proportioneel kiesrecht: dat is dus naar wet en beginsel in orde. Nu zou men verwachten, dat door dien aldus sameiiqrestelden raad <>i»k een naar hetzelfde beginsel ge componeerd " college van 'burgemeester on wet houders zou worden gekozen. Maar het gebeurt niet en kau ook hierom a! niet gebeuren, omdat er eenige groepen in den ra'ad zijn. die geen bestuursverantwoordélijkheid wenschen of die daartoe althans niet worden toegelaten. Daartoe behooren in den Amstei-damschen raad niet minder dan acht leden, dus bijna een zesde gedeelte van het geheele lichaam. Men begrijpt, en men kan het telkens weer zien. tot welke ouiineuse en epineuse consequen ties dat moet voeren. Maar dat niet alleen: in plaats van dart een college samen te stellen uit alle groepen, die wel best uurs verantwoordelijkheid aandurven, zoekt men naar een meerderheid in een raad, die geen meerderheid heeft. Hetzelfde geval dus als in de Tweede Kamer, waar ook steeds naar een meerderheid wordt gezocht, die. er niet is. maar die men tracht te construeeren. < Nu heeft men nog het voordeel, dat het hoofd van ? , ? i den staat de ministers benoemt naar welgevallen en met de Kamers rekening houdt voor zoover dat mogelijk is. Maar de gemeenteraad móet zelf haar ministers, haar wethouders, verkiezen n dat hoewel hij innerlijk hopeloos verdeeld is. En, daar men een meerderheid wil en ook wel moet hebben, beginnen de ónderhandelingen tusschen de verschillende partijen, het nobele bedrijf, dat de Duitsche republiek zoo goed kent en dat daar den loffelijken naam van koehandel draagt. .'. ' , ,*..*. Bij dien handel hebbén dégroote, goed georga niseerde partijen natuurlijk zeer veel voor; onwille keurig oefenen zij een invloed uit, die hun geesteDE GROENE AMSTERDAMMER P r Ij P per Jaargang ? 10.?bij vooruitbetaling. Per No. 25 Cent. Advertentiën ? 0.75 per regel. Postgiro 72880, Qem.-Giro O 1000. t INHOUD : 1. Prof. Dr. H. Brugmans, De Wethouderscrisis. 2. M.. M. Kann, Volkenbondsvergadering. 3. Dr. E. van R aal te, De toestand i n Oostenrijk. Johan Braakensiek, De fusie tusschen Margarine iJnie en Lever. 4. Top Naeff, Dramatische Kroniek. 5. Erasmiaan, Uit Rotte's Stad. L. Jordaan, Shearer?Schandaal. 6. Dr. R. Feenstra, Giessen?Nieuwkerk. 7. Dr. Jac. P Thljsse, Uit de Natuur.?Mr. Frans Coenen, Kroniek. 9. Voor Vrouwen. 1011. A. Plasschaert en Otto van Tussenbroek, Beeldende Kunsten. 12. Mr. H. Scholte, Tooneel. Otto van Tussenboek, Toegepaste Kunst. 13. Wybo Meyer, Het Sederlandsche Ex-Libris. 15. A. M. Harthoorn, Intern. Kapitaalmarkt. Beursspiegel. 16. A. M. Buis. Xieuwe Duitsche boeken: 17. Herman Middendorp, Cultuur en Geloof. Dr. J. J. L. Duyvendak, Boekbespreking. 18. Melis Stoke, Een kwestie ran competentie. Melis Stoke. Rijm. 19. Uit het Kladschrift van Jantje.?Alida Zevenboom's croquante. croquetjes. 20. Cel' i. Telefoon. Charivaria. Omslag: Spelproblemen Bijvoegsel: joh. Baaakensiek, De tarie!"klaagmuur van Europa. De de smaak Bonbons Q1NGERS ? ' £-et op den naam lijke en maatschappelijke beteekenis te boven gaat. In Amsterdam is in. dit' opzicht de ' houding der S.D.A.P. zeer merkwaardig. Naar haar getalsterkte in den raad kan zij op twee zetels in het ilagelijksch bestuur aanspraak maken. Maai* zij vraagt of liever zij eischt er drie en verbindt haar bereid willigheid om deze drie wethouders te leveren ook nog aan bepaalde voorwaarden. Ja» waarom ook eigenlijk niet? Het is toch een zaak van loven en i bieden; een slim koopman begint1 met te over vragen; misschien betaalt ten slotte de koopèr den vraagprijs wel. Het is immers koehandel en daar heersenen nu eenmaal bepaalde, soms aloude en eerbiedwaardige gebruiken., vDat dit alles niet in orde is, spreekt van zelf. Waarlijk niet ten onrechte spreekt men van ver wording, van ontaarding zelfs van hefc openbare leven. De fout ligt eigenlijk minder bij de uienschën dan bij de instellingen. Wil men'dan ook weer komen tot gezonde gemeentepolitiek, dan zal men n de kieswet n de gemeentewet grondig moeten herzien. Want het gaat toch waarlijk nifet aan, dat het; partij belang steeds zoo zeer preva leert, dat tiet algemeen belang hoe langer hoe meer in de verdrukking komt. i K j !t H i;

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl