De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 19 oktober pagina 4

19 oktober 1929 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

ff* li'M j' X." Mt f-i t l- * GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 OCTOBER 1929 No. 2733 DRAMATISCHE KRONIEK door Top Naeff Compagnie PltoVff: Mixture, door H. R. Lettermand ZWEI Seelen wohneii. ach, in meiner Brust...." Toentertijd waren het er nog maar twee, en Faust was er zich deerlijk vau bewust. Volgens de moderne' sehrijversgroep. waarvan Lenormand een der pioniers is. wonen er in ons argeloos gemoed nog heel wat meer, een ..mixture". een wespennest van zielen, waarvan de gemiddelde mensch, door alle innerlijke tegenstellingen gefoltird, zich maar liefst niet te veel rekenschap geeft.... De moderne wetenschap heeft dezen gemiddel den mensch met list en geweld aan zichzelf en zijn medemenschen willen ontdekken en daarmee in elk geval een nieuwe wereld ontgonnen voor den dramaturg. Men pleegt deze boeiende kleine groep van vooralsnog overwegend intellectueel» schrijvers met den dooddoeher cerebraal" af te maken en verzuimt daarbij veelal te erkennen, dat zij de waarlijk talent vollen onder hen de wegen banen voor een Ibsen of Strindberg van de toekomst ; voor wien de tijden rijp zullen zijn zoodra het tooneel. als reactie op de stelselmatige vervlakking dezer jaren, weer naar inhoud en ver dieping vragen gaat. Schrijvers, die de nieuwsgie righeid naar het leven." naar wat er in de wereld te koop is. bevredigen, zijn er tegenwoordig genoeg, zij die ons daarbij nader brengen tot den mensch. zijn schaarsch. En alleen toch van dit liefdevol begrip hangen oordeel en veroordeel. hangt de geheele samenleving af. is het groote woord ..humanisme," waarmee 'men zoo gaarne coquetteert. afhankelijk. Daarom is het ..succes d'estime", dat deze zoekers en wroeters naar de diepere roerselen van het zieleleven verwerven, en eerlijk toekomt, ook daar. waar zij nog niet in staat blijken de zware materie te hanteeren en op te heffen, van stellig niet minder beteekenis voor het tooneel, dan de uitbundige bijval, waarmee in onzen tijd elk flauw grapje op de,planken wordt beloond. Aan het werk van Lenormand kan men den moeilijken groei van deze psycho-analytische kunst in haar worsteling om los te raken van den wetenschappelijken grond, waaruit zij voortkwam en waarop zij steunt, duidelijk volgen. Zijn geval is daarbij merkwaardig opzichzelf. Een auteur, die ongeveer debuteerde met een mees terwerk Les Ratés", dat, modern naar den vorm, naar den geest nog geheel behoorde tot de pessimis tische school, dat viel als een late, prachtig-rijpe vrucht van den ouden boom, welke het oeuvre der . grooten van-voor-den-oorlog had voortge bracht. ... En die, in plaats van op dit succes een onbetwist dichterlijk Succes voort te bouwen, terstond daarop, gegrepen door den nieuwen tijd geest, het roer omgooide en, in het gevolg der Freudianen, tal van stukken schreef, belangwek kend om het gedachtencomplex, maar die als kunstwerken weer alle kenteekenen vertoonden van het onvoldragene. Lenormand, die een meesterschap bewezen had als weinigen, werd opnieuw, verstandelijk zich afwendend van de dich^ terlij k-realistische sfeer, die zoozeer zijn eigene bleek, een debutant. Een zoeker, en een niet altijd gelukkig menger" van dramatisch .zwaar te verwerken bestanddeelen. ? ? Met het, dank zij ',,1'Alliance Francaise" te Amsterdam vertoonde tooneelspel Mixture", riep hij in den aanvang verrassend de herinnering aan Les Ratés" in ons op. Wij hoopten al heimelijk op een terugkeer..... De forschë, smartelijk volle opzet der eerste tafereélen, mènschenleveh, ge spannen over jaren, samengeperst in het bestek van slechts weinige minuten. Wij volgden geboeid de eerste lijdensstaties van een verlaten moeder, die zich terwille van haar hongerig kind alle ver nederingen getroost, om stap voor stap tot prosr titutie, diefstal en moord te vervallen. Wij bekom merden ons niet om de banaliteit van het melodra matisch geval, n vorzoenden ons zelfs met het hardnekkig conservatisme van het modern tooneel, dat voor de vrouw, die werken wil, de prostitutie i nog altijd het aangewezen beroep gelooft. De moraal speelt trouwens al lang geen rol meer, Wedekind was de laatste moralist in het genre. Wij aanvaarden dus en volgen Monique van .tafereel tot tafereel. Het eerste, tusscheu de vrouw en den scherp geschetsten, maar (slap gespeelden minnaar, het mannelijk wanproduet van het huidig humanisme. Het tweed»», tusschen Monique en den exotisehen bruut, haar danspart ner in een variété. Het derde, een knap geschreven (Jrand-CJuignoltooiieel, waarin Monique den ploert. die haar meetroont, doodt. Daartusschen: de aandoenlijke kimlerseènes, in het park, met de pop, enz. Inmiddels gaan wij begrijpen dat het den auteur om deze levensbeelden niet te doen is, dat de schijn van realisme hierin hem zelfs noodlottig moet worden, want dat hij iets anders, iets hypo thetisch, wil, mul. het heilige huisje der moe derliefde zien vallen onder de projectielen van het modern inzicht. Bij al wat er in dit werk mislukken moest, omdat het niet wortelt, en zich 'niet ^.mengt," geloof ik toch, dat hij hierin is geslaagd. Wij zien door zijn oogen Monique als een onbeduidende, in het goede en in het kwade even argeloos op haar instincten voortlaveerende vrouw, levend in haar beste jaren op haar eenige waarachtige kracht: den wellust harer liefde voor haar hulpeloos kind. Een moederliefde, gevoed door de romantiek van het leven aan den zelfkant, bont als de bioscoop. Hooger gaan haar aspiraties niet. Wanneer wij dan lat er. na de pauze, deze zelfde moeder zien, thans tegenover haar inmiddels volwassen dochter. als de weer even onbevangen en flagrante tegen stelling van het moedevbeeld uit het begin van het stuk, da'i gelooven wij ook daarin. Wij vinden het nauwelijks vreenul, dat het ellendige leven. dat zij geleid heeft, deze vrouw, thans met het spook van ziekte en ouderdom op de hielen, opbreekt tegenover het jonge meisje, dat met alle betere kansen nog vóór zich, als haar concurrente in het strijdperk treedt. Dat zij haast vergeet, dat dit bevoorrechte jonge meisje haar kind,van vroeger'is. en met denzelfden blinden hartstocht, waarmee zij eenmaal voor de belangen van het hongerig kind vocht, vecht voor haar eigen uitgehongerde ,,ik". Het eenvoudig, naar burgermansaard als een rechtvaardigheid van het lot aanvaardt, dat een ander al is het haar kind nu op haar beurt zich zal offeren, moet het dan zijn, zich zal laten koppelen aan een ouden rijkaard, om moeder's toekomst eindelijk te verzekeren. Lenormand heeft met dit tegenstrijdige in Monique waar te maken. ons een blik gegund in het onberekenbaar affectleven in het algemeen, en wel zóó, dat niemand den eersten steen zou durven werpen, niemand zich geheel zeker gevoelt omtrent vele duistere drangen in zichzelf. , Een van-de kardinale fouten van het werk is, dat de schrijver de eenvoudige vrouw Monique, wier handelingen voldoende uit haar natuurlijk wezen voortkomen, bovendien tot een zelfbewust zijn laat stijgen, ver boven haar aanleg. In de latere tafereélen, nadat het kind 13 jaar oud is ge worden, meende hij de rol van explicateur hoe langer hoe nadrukkelijker te moeten vervullen. Hij riep er zelfs de raisonneuse" voor uit het graf, in de gedaante van, de gentleman-dievegge Miss Fearon", en maakte het spreekwoord: qui trop embrasse.... voor onze oogen aanschouwelijk^ Men denke zich een moeder, die haar dertienjarig dochtertje alleen met een der onguurste typen van Londen op een zolderkamertje laat, en het slachtoffertje ee» revolver vóór de hand legt, opdat ? zij op haar beurt de misdaad zou kunnen volvoeren. die de moeder zich ns getroostte om. harentwil.. Daarmee de schuld dier laatste deelend en ver lichtend. Dat zijn van die hersenspinsels, waar mee een auteur slechts onze ergernis opwekt. Maar stel, dat zulke monsterachtige drijfveeren deze moeder in haar diepste onderbewust zijn inderdaad een oogenblik hebben bezield, dan zou ze toch wel Freud in eigen persoon moeten zijn om, na jaren, met hulp van haar 17-jarigc dochter, deze zelf-analyse zoo keurig uit te ' leggen ! 1 ?* Henr} Bernsteïn is met zijn drama Le Secret "i een curieuse vóórlooper geweest van ditjpsychoanalitisch tooneel, en de herinnering daaraan roept ons mevrouw Mann voor den geest, die de moederrol in ...Mixture" op een groot plan zou hebben gebracht, haar veel dieper, veel sensueeler en veel meer elementair zou hebben gespeeld dan Mud. Kranee Kllys. Wat niet wegneemt, dal ook tleze bekwame Kransche actrice anu de zware rol een boeiend relief heeft gegeven, waarbij zij oiits vooral trol' door de bijna naïve ontaardheid van een in wezen grandioos gevoel, liet spel van Ludmilla Pitoëff (de dochter) laat zich nooit met woorden benaderen. Men moet haar hooreiv zeggen, nadat een vriendinnetje de kleine l'oucette omtrent zekere geheimen heeft ingelicht, met die diep ontroerende pudeur haar eigen: Elle m'a racont des... .saletes." Men moet haar bevende kinder hand het pistool zien richten. Men moet haar zien dansen met de drie pretendenten, met den, weerzinwekkenden ouden bankier, met den goedhartigeix grijsaard, die ten slot t e, als de blijspeloom uit Amerika, alles terecht brengt, en met den jongen man, dien zij liefheeft. Welk een techniek, bij zooveel lieftalligheid en noblesse van nature! Wij hebben mevrouw Pitoëff voor deze sublieme kindcm>l wel zeer dankbaar te zijn, en daarin den schrijver te betrekken, al kwam hij ook met deze rol niet altijd uit de problemen. Aan Marie Kalf f was Miss Fearon" toebedeeld, een bijrol, waaraan men, nok'Volgens het programmabijsehrift, in de familie Lenormand meer gewicht hecht dan wij, en die zij, geloof ik, naai den eisch speelde, als een Amerikaansche Rinaldo van het vrouwelijk geslacht. Zonder ons intusschen te doen vergeten, dat haar Hollaiidsch hart uu haar kracht als actrice liggen in het intieme en atmospherische. Nieuwe uitgaven (f, K. Hijknntn. De Zonderlinff.. Ingeleid door Mi: Wilhelm Looh. (ioudit. s.i. Johan Jlultlcru 1'ily. Mij. Ken kleine roman, waar van alles aan mankeert, maar die ondanks zijn gebreken een sterken indruk achterlaat van iets moois en goeds, de roman van een advocaat, die een mensch wou zijn en geestelijk failliet gaat, niet juist omdat hij advo caat was, maar omdat hij zich trachtte neer te buigen in het burgerlij k-maatschappelijke samen stel, het huiehelachtig-conventioneele. dat zijn persoonlijkheid aantastte. De samenstelling; van het verhaal is niet al te best. Een teleurgestelde in Ixet leven Vertelt hier van zichzelf; dat is de bedoeling, maar hij lascht een geschiedenis van een dertig bladzijden in over zijn schoonouders, op zichzelf lang niet on interessant,, maar een onbegrijpelijke uitweiding in een bestek van. een goeie honderd pagina's. De advocaat gaat onder, in en door zijn beroep. Maar die ondergang is niet, of tenminste zeer onvoldoende, in scène gezet, al heeft Mr« Verbiest, voor hij aan het verhaal van dien ondergang toe is, al zooveel aan zijn levensbeschouwing verteld, dat de lezer gemakkelijk begrijpt, hoe zijn practijk hem de keel moet uithangen. Het optreden van Frédérique, de vrouw, die hem tot het mensch-zijn terugvoert, sterft, en in herinnering blijft voort leven, is weinig origineel. Ik laat al deze tekortkomingen voor wat ze zijn. Want uit dit boekje klinkt een toon op van diepmenschelijke echtheid. De kreet van een ziel in nood. Het is een subjectief geschreven ver haal en het is dan ook nauwelijks een roman te noemen. Tevergeefs tracht de schrijver achter sarcasme en 'zelfbespotting zijn ellende te verber gen. De auteur ziet zichzelf als een lijntje, de stip in een eaiïcaturaal verwrongen beeld deisamenleving. Deze wrange humor, deze bijtende ironie zijn in hun soort zoo zuiver, dat ik de gebreken van het verhaal graag op den koop toe neem, en niet aarzel, deze belijdenissen hoogcr te stellen dan menig knap en beheerscht geschreven roman-product. ? HERMAN MIDDENDORP -. BRANDBLUSSCHER JL HOLLANDIA CEB SPANJAARD8.C5 FABRIEK ESPANA UTRECHT No. 2733 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 OCTOBER 1929 SPREEKZAAL Nog eens: Giessen-Nieuwkerk t Jhr. Mr. G. W. van der Does toont zich in de Groene Amsterdammer van 12 October j.l. geen voorstander van de wijze, waarop het Amsterdamsche Hof en speciaal zijn President van de Strafkamer de revisiebehandeling van de zaak Giessen-Nieuwkerk heeft doen plaats vinden. De kritiek is meer gehoord. Het is echter gelukkig, dat de behandeling voor het Hof, zoover wij kunnen nagaan, niet veel zulke felle bestrijders gevonden heeft als Mr. v. d. Does.die notabene wel zoo goed wil zijn te erkennen, dat de in vroegere instanties gemaakte fouten, met name die te Dordrecht (waarom minder in den Haag; ons lijkt integendeel de appèlrechter schuldiger) veel ernstiger zijn. Alsof de behandeling te Dordrecht en den Haag met die te Amsterdam te vergelijken ware ! ! Het is onze vaste overtuiging, dat de President te Amsterdam juist door die gesmade leiding veel heeft hersteld, dat dreigde verloren te gaan. Zelden of nooit is een strafzaak met zooveel belangstelling gevolgd en een uitspraak (in deze zaak de invrijheidsstelling) met zulk een enthou siasme begroet. Deze belangstelling was verklaarbaar en echt. Dit enthousiasme was schoon, en verblijdend is het, dat het Nederlandsche volk zoo kan blaken van geestdrift, wanneer het een onrecht hersteldziet. Het strekt hun, die recht deden in revisiej tot eer, klaar en duidelijk te hebben aangetoond, dat het volk gerust kan zijn. Dat is naar onze meening de groote, de machtige beteekenis van de wijze van behandeling voor het Amsterdamsche Hof. Er was gruwelijk onrecht gepleegd, dat moest worden hersteld. En een behandeling, zooals die Jhr. Mr. van der Does voor oogen staat, op de wijze, waarop een beroepsinbrekev bij zijn tiende nachtelijke inbraak terechtstaat, zou niet in staat geweest zijn dit onrecht te herstellen. Het was noodig, dat de verdachten tegenover hun aanklager en belager niet meer stonden als opgezweepten en nage*jaagden op wien de moei lijke bewijslast van hun onschuld drukte en wier woorden niet geloofd werden al zeiden zij tienmaal de waarheid, zij mochten daar zelfs niet meer staan als verdachten, wier schuld men aanneme lijk achtte. Het was noodig, dat zij, die bestreden waren uit hinderlagen met middelen, die het meest elementair rechtsbegrip als ontoelaatbaar kwali ficeert, welke middelen. zooals n der raadsheeren opmerkte merkwaardigerwijze geduld waren door de supérieuren van dien rechercheur, op een terechtzitting begrijpen mochten dat die verfoeibare middelen niet overal worden geduld. Het is deze zedelijke plicht tegenover arme on schuldigen, die het slachtoffer zijn geweest van een rechterlijke dwaling, die voerde tot een terecht zitting, waarop de schuldige aanklager, de al te ingenieuséShelock Holmes en diens methoden aan de kaak werden gesteld en waarop de ver dachten eindelijk het volle pond kregen na vijf lange jaren. En het gevaar is zeker niet denkbeeldig, dat een zoogenaamd objectievere behan deling van deze strafzaak, een behandeling, waarbij het de bezwarende getuigen gemakkelijk zou zijn gemaakt om hun verklaringen, die onwaar waren en afgeperst door preventieve hechtenis, te hand haven, nooit tot de waarheid zou hebben geleid. Aan de verdachten nu vrijgesproken en aan het Nederlandsche volk heeft het Amsterdam sche Hof bewezen voor zijn taak (een strafzaak in revisie te behandelen misschien de moeilijk ste taak, die een rechter heeft te vervullen door den langen tijd die dan sinds het misdrijf verloopen 'is) volkomen berekend te zijn. En heb is onze overtuiging, dat geen andere wijze van behandelen beter in staat ware geweest de onschuld aan het licht te doen konten, de getuigen a charge te toonen hoe verkeerd hun methoden waren, dat geen wijze van behandelen beter tot leering had gestrekt en to.t voorzichtigheid geMakelaar J D. ff. Nt en a oer Gfl/\7-/S TOEZ. maan De Hugenberg-pers en het Volksbegehren Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan Hugenberg: Vuurrr!" Michel: Tut, tut, papier, en anders niet!" maand den instrueerenden t echt er-commissaris.. dat tenslotte geen andere wijze van behandelen beter in staat ware geweest het Nederlandsche volk gerust te stellen en het de zekerheid te ver schaffen, dat, hoe moeizaam soms, het recht zijn loop heeft en bij onze rechters in veilige handen is. Het is vooraf dit laatste icaurom de wijze van belutndelen door het Amaterdantsche Hof di'r strafsattk (lieasen-Xiemckerk onschatbare d i fusten hceil beirezen aan otm land. Mr. C. J. « O U DSM IT Leiden 15 October 1929 . Kerstfeest op Zee Waarde redactie, zonder in de bedoeling van beide dames te treden, die een verzoekschrift inzonden met b.s. titel (Groene 21 September). wilde ik graag een leemte in dit schrijven aan vullen. Een leemte die men bijv. bij de bedelarij der ver. ..De Joodsche invalide" niet aantreft. Zij komen mét open vizier. De gemaakte paketten dan, in een kist verpakt en voor Kertmis aan boord gebracht bevatten in hoofdzaak geïllustreerde kranten, bar veel kranten; wel twee kilo. Waaronder Kikiriki's. Levens, Prinsen n. Panorama's. De data van jarenher. Ik kan me niet herinneren ooit de Groene of een blad met een ietwat gelijk literair niveau erin gevonden te hebben. Naast prullaria zijn ze doorweven met spreuken en kalenders met op schriften, W.o. De musch vjndt zelfs een huis. O Heer I" verder ,,De Heer is mijn herder, mij zal niets ontbreken," enz. enz. , Hiermede toon ik dus den lezer duidelijk de leemte aan.' Het is ..«'«-n handige propaganda-manipulatie van rechtzinnig gelodvige zijde. Dat deze kisten niet reeds lang hier en daar geweigerd zijn. komt m.i. door den ongesiepen en goedmoedigen aard van den zeeman, gepaard aan gemis aan tijd en overleg. Daarbij komt. dat hij in z'n vaak ongezellig bestaan niet vies van een uitje is en'de. levende (iod ..Eros" bij hem ook wel een rol zal spelen. (Men waant tenminste dat de pakjes dom- do ? andere sexe worden ingepakt; er zij n dan ook meisjes diéhun adres bij het pakje instoppen). t Wat mijn meening betreft'? We kunnen die kisten best missen! Wat wij 'noodig hebben is strijdlust en een stevige vakorganisatie. Dat kan ons brengen een betere huisvesting en een meerder huiselijk ? leven gepaard met materieele voordeelen die ons nu nog veelal ontbreken. Naarmate we de hemel boven ons hoofd verlie zen zullen wij, arme zeelieden, haar op aarde traeht'en te veroveren. ,In zulk licht bezien, lijkt zoo'nipaketje, hoewel zekerlijk niet bedoeld, op een misplaatste fupperij. t* w abonné, A. ZEEMAN (Malta, 8 Oct.) ontnitniiniiniiinniiiiiiininiiinnnr ymnminnnnnnniinnnininniniiin l J. B. BENNER 6 ZOON l PlANOHANDEL """?"?DEN H A A G 97 HOtLKVKKAM'lük* N O O R D B I N D 1 _ a k» B l ram 4

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl