Historisch Archief 1877-1940
I'
26
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 NOVEMBER 1929
No. 2735
1
No. 273$
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 NO V EN B ER 1929
J;
l
f.
SCHILDERKUNST Radio en Grammofoon
HIJ Froderlk Muller
De serie der na jaarsveilingen begon op 20
October met een van moderne hollandsche schilderijen,
naar den inhoud der verzonden catalogi te
oordeelen de voorloopster van verknopingen, die deze
ver zullen overtreffen. Buitengewoon belangrijk
was zij dan ook niet. maai' om den aard van het
gebodene toch leerzaam. De Haagsche school
ontbrak bijna geheel. Een groote Willem Maris
was haar pioee de resistanee. Twee schilderijen
van Jaap Maris en eon aquarel van Neuhuys trok
ken matig de aandacht. Een peinzende jonge vrouw
van Joseph Israëls absorbép par UPS pensees,"
liet men aan haar gedachten over. Een reeks
landschappen van Dirk Wiggers kou den wat
donkeren wand waartegen hij was opgehangen
niet verlevendigen. Maar een viertal Isaac Israölsen
paradeerde elders in het volle licht en verdroeg die
openbaarheid bijzonder goed. De tijd had op het
oude ..ezeltje rijdpn" weldadig gewerkt en er het
schijnbaar toevallige aan tmtiu uien: deftige rust
ademde" tip voorstelling eenor jonge vrouw in 't
zwart, in dpn parijschen tijii geobserveerd voor pen
parijsch cafó. Een duisterder hoek in de zaal scheen
verlicht door de eelantante pluimage van vier
papegaaien in Art is in 't volle zonlicht geschilderd.
Ook Breitner was ruimschoots vertegenwoordigd,
het volledigst misschien door een ouder
artilleiiestuk en door de zeer sterke voorstelling van eeu
vrouw uit 't volk met rood en omslagdoek. Jau
Sluyters had zijn kleurenlust opgehaald aan een
vrouwenportret dat meer een coloristisch festijn
geworden was dan een portret, maar dat als zoo
danig zeer goed voldeed. Op een tafel vond men
pen zestal aquarelletjes van Maks bijeen, amazones
in 't zonlicht of café-chantantsterren bij kunst
licht. In de al te moordende verlichting schenen
menschen, dieren pn dingen soms verstard en
versteend; waar 't licht vibreerend gebleven was
konden deze nüniatuur-achtige wat er .?erf-schilde
rijtjes met het beste wedijveren. Twee voprloopers
der Haagsche school bleken absoluut nipt ver
ouderd. Rochussen vertelde uitvoerig maar nooit
zonder geest. Was hij goed op dreef dan kon hij
oen gebeurtenis tot in de fijnste bijzonderheden
voordragen zonder iets van zijn puntigheid te
verliezen. De waterverf diende hem daarbij beter
dan de olie. Ge kondt het hier zien in een aquarel,
die eens tot de collectie Langerhuizen behoorde.
De ander die telkens weer verrast is de oude
Willem Roelofs. Een verzameling van zijn kleine
landschapstudies zou een catalogus kunnen zijn
van de mepst vluchtige en meest grillige natuur
momenten, maar ook van zoo ragfijne ochtend of
middag-stemmingen als ge van dezen soms te
robusten penseeier die voor geen dramatisch
effect uit den wegging, nietzoudt hebben verwacht .
Een zomerstudie, waarop een lucht*vol witte
wolken, toonde dat hier overtuigend aan.
HENNUS
Walter Vaes, bij van Zanten te Rotterdam
Het is al jaren geleden, dat het werk van
Walter Vaes naar Holland kwam; ik zag het voor
het eerst in Rotterdam. Door allerlei omstandig
heden, door zijn verblijf te Veere en door verder
vriendschappelijk verkeer heb ik den gang van het
werk nauwkeurig kunnen volgen. Ik zag daardoor,
dat de kunde toenam, en dat een spontaneïteit
ontstond, die op kennis berustte en in hartstocht
haar aan-zettende kracht vond. Het meest was,
tot nu toe, bij den colorifit Vaes die spontaneïteit
openbaar in de stillevens; ik verwacht haar
binnenkort in het portret. Niet allén zal zij zijn,
want naast deze meer openbare hartstocht, is er
bij Vaes altijd een lust tot nauwkeurig formeeren
en volledig voltooien, zonder dat deze schoone
hardnekkigheid de kleur echter doodt. Vaes is
dus een fleurig schilder; hij is tevens n, die sub
stantie uitdrukken wil en kan in een voltooiden
vorm. Natuurlijk verschilt de uitdrukkingswijs bij
deze twee manieren de ontroering te verwerkelijken.
Van dit alles vindt ge voorbeelden op deze tentoon
stelling. Van de drie portretten, die er zijn, van een
jong meisje met n hoed op, van Dr. Leuring
en van Mevrouw Mlslli-r (uit l!)2ti) is het laatste
het belangrijkst. Het stelt een oude dame voor in '
Zenuwstillend
en Zenuwsterkend is de werking van
Mijnhardfs Zenuwtabletten
Glazen Buisje 75 et. Bij Apoth. en Drogisten
Nieuwe platen
door Lou Lichtveld
Gefabriceerde populariteit
ER zijn bij de nieuwe productie van Odeon
twee platen die aanleiding geven tot een merk
waardige vergelijking pn pen leerzaam experiment.
Draai namelijk eens achter elkander Honny Boy".
gezongen door Richard Tauber (Odeon, OR 324)
en hetzelfde lied, gezongen door Al Jol si m in de
eerste der selectieve opnamen, die gemaakt zijn
van de talkie-muziek uit The Singing fooi"
(Odeon 4Ü27«). Het verschil is frappant; maar
dan ook zóó frappant, dat ge uzelf afvraagt: is
het wel hetzelfde lied, dat aan deze beide opnamen
ten grondslag ligt?
Het geheim van elke mode-melodie, welke erin
slaagt binnen een paar dagen populair te worden.
is haar bouw op een pasticcio, op reeds lang van
te voren bekende muzikale cliché's, die alleen door
ppn bizondere betoning, een sppcialp samenvoeging
of een nieuw tekstverband als iets schijnbaar
oorspronkelijks onze aandacht trekken, en zich
maar al te gemakkelijk in ons geheugen vastzetten,
tot zij weer door een andere mode-melodie ver
drongen worden.
* *
*
Een typisch voorbeeld hiervan is Yes. WP haVe
no bananas" geweest. Dit liedje verscheen plotse
ling als iets fonkelnieuw», en werd binnen weinige
weken in heel Noord- en Zuid- Amerika en in heel
West-Europa door jong en oud gefloten of ge
zongen. Nu is het alweer zoo goed als vergeten en
het heeft zóó kort geleefd, dat maar weinigen te
weten zijn gekomen hoe of deze deun heel kunst
matig en vooropgezet is geconstrueerd uit welbe
kende muzikale motieven, en bijvoorbeeld die
frissche inzet van .,!*<?.«, we have no...." noot
vóór noot gelijk is aan den inzet HaMe-luja. ..."
uit het bekende slotkoor van Hamlel's Messiah".
Laatstgenoemde muziek, dio bij de
Engelsensprekende naties een nog grootere populariteit
geniet dan ten onzent, is als een prachtig associatie
middel doelbewust gebruikt, om in vereeniging
met een bevattelijk motto een der grootste
populariteits-factoren van dit liedje te worden. Dergelijke
receptmatige fabricage wordt in Amerika meer en
meer, en met succes, gebruikelijk.
In Sonny boy" mi, vinden wij iets soortgelijks.
Maar daar is het iets nog cliché-achtigers, iets nog
bekenders dan Handel's pracht ig-rhythmisch thema.
Het is een anaemische, zwakke, doodgewone
drieklank-uiteenlegging: do-.mi-sol-do. Deze drieklank
wordt soms. tot een vierklank gemaakt, door de
septiem of de zoogenaamde toegevoegde sext"
en dan Uiteengelegd, nu eens van laag naar hoog,
dan weer van hoog naar laag. Kleine 'variaties
werden verder aangebracht door enkele
sentimenteele chromatische doorgangsnoten.
? Deze kleine muziektheoretische analyse leert ons
aanstonds, waardoor Sonny boy" zijn groote
bevattelijkheid kreeg; niets toch is voor den
hedendaagschen luisteraar meer in het
gehoor5liggend dan de gebroken drieklank. En de
bevattelijkhèicl van Beethoven's thema's is voor een
grootgedeelte aan precies dezelfde structuur-eigenschap
pen te danken. Waaraan men ook meteen kan zien.
dat de muzikale waarde en beteekenis van een
«tuk weinig te maken heeft met zijn thema's»
maar wel met de verwerking daarvan. b
Evenals nu het meest banale gegeven tot iet*
voortreffeljjks kan verwerkt worden, op dezelfde
wijze kan een doodgewone mop in alle stadia vaiL
muzikale ontroeringskracht worden uitgevoerd.
Dat hoort ge ook direct door de beide opnamen
van Sonny Boy."
Die van ..Kammersanger Richard Tauber".
met begeleiding van het Dajos Béla-orkest geeft
u het liedje in al zijn sentimenteele banaliteit,
opde meest brutale manier aangedikt door Tauber.
Het omslaan van zijn stem tot kopstem. zijn
gemaniereerde plotselinge pianissimo's, die wee»;
vertragingen waarbij ge u zonder moeite kunt
verbeelden hoe hij staat te draaien met zijn oogpn,
pn feitelijk de algeheple rhythmeloosheid van dit
rhythmisch toch al armelijke werk, maken dat
deze duitsche versie, dit Schlaf und
trflumesüsz, Sonny Boy," bijna iets potsierlijk» heeft.
De Singing fooi"- uitvoering van de Parlophun»*
variety company heeft daarentegen
uitstekend»kwaliteiten. Het gebroken-drieklank-thema wordt
een steeds terugkeerend motief in de heele muziek,
van de talkie, en het wordt soms op een heel ver
rassende manier verwerkt. Gezongen wordt alleen..
maar het refrein-gedeelte van Sonny boy"; de*
rest wordt in een kleurige en pittige instrumentatie
uitgevoerd door orkest met Jazz-bezetting. Het is
daarenboven een strak-rhythmische, expressieve
weergave, waarin niet n van Tauber's
sentimentaliteiten is te vinden. ?
De weeke melodie is heel geraffineerd gekoppeld.
aan een gecompliceerde, levendige foxtrott, die datv
opeens met dubbele weekheid het drieklank
thema terugbrengt, dat daarna op kwasi-klassiek^
manier doorgewerkt" wordt. Van zulk een door
werking is dit, na Gershwin's Rhapsody in Blues».
een van de aardigste voorbeelden.
* *
*
Het zal sommigen opgevallen zijn, dat Sonny
Boy" op naam staat van niet minder dan
vieiauteurs: Jolson, de Sylva, Brown en Henderson.
Dat er in dezen wijzen tijd vier man voor n liedje
noodig zijn, komt door de Tayloriseering van
d<moppen-fabricage in Amerika. Er wordt niet
meeigecomponeerd, maar zooals ik reeds zei, in hoofd
zaak geconstrueerd met courant materiaal. En
dooispecialisatie en nauwkeurig-berekende
arbeidsverdeeling weet men te bereiken, dat, behoudens
onvoorziene incidenten, de t daartoe bestemde
liederen automatisch binnen enkele weken een.
wereld-reputatie krijgen, die ze net zoo
langbehouden tot het volgende .product gereed ia ont
de mondiale belangstelling te vragen.
een donkere jurk, een witte fichu om den hals en
op het hoofd een kapje? Het gezicht is van voren,
gegeven. Dit portret heeft voor mij een bizondere
bekoring. Het is, vol beschaafdheid, een goed
portret. De roze huid van deze al oude vrouw, het
gezicht, is van een zuivere en teedere fijnheid,
de oogen hebben den blik, dien Vaes graag geeft,
en het wit van de fichu tooVen de donkre jurk en
om den hals vermeert dat inderdaad teedere, dat
het kenmerkende is van deze beeltenis. De stillevens
zijn in grooter getale aanwezig ter tentoonstelling.
Dat i.s logisch; zij nemen in het heele werk tot nu
toe een grootere plaats in. Het zijn stillevens
dikwijls van eetwaren, van irevild en geplukt wild,
van vipschen, van vruchten, van taarten; maar
ook dikwijls bloemstukken. 'Hierin vindt go alle
types van het werk van den Antwerpsohen schilder,
Volledig, voortreffelijk zijn zonder twijfel de stil
levens der peren (25 en' 4). Hier is bereikt wat
te bereiken is: Vorm, substantie en dat alles in een
kleur, die, betoomd, nooit een oqgenblik het leven
verloor. Ge ziet hier hoe 'n gevaarlijk medestander
Vaes is voor Verster. Bij deze schilderijen zijn to
voegen: dat met de witte Delftsche kan (nauw
keurigheid, die toch schilderen bleef), de
drievruchten op den donkren grond, en de
oud'eeuwsch op het doek neergetelde, geplukte duiven»
de entre-cötömet den schienkel (het rpod en
hetgroen, en de materie van het bot). Dan zijn er d«
andere, met de lust tot schilderen en tot de
hevige kleur meer openbaar; waar de improvisatie
meer is dan de langdurigheid der bezinning.
Door dit alles is deze tentoonstelling van Vaes*
werken bij van Zanten, een eerste in de nieuwe
zaal, n genot voor wie de voorkeur niét verloor
voor een degelijke en gevoelige kunst, waarin
kennis altijd den bloei der kleur behoudt, en waar i
het geduld der toewjjding nooit den dood
treftaan 't eind van zulke volharding.
PLASSCHAERT
D. G. SANTEE LANDWEER
KUNSTHANDEL Heerengracht 395, AMSTERDAM
PERMANEXTE TEXTOOXSTEI.LIXO
VAX SCHILDERIJEN EX PREXTEX '
TOEVAL
door Andreas Latzko
HET beroemde Jezuietenkollege
Claromontanum in Parijs, later
College Louis Ie Grand, verkreeg zijn
nieuwen naam ter eeuwige gedachtenis
aan het bezoek van den Zonnekoning,
wien in zijn heimelijk huwelijk met
Mevrouw de Maintenon zelfs een school
bezoek als afwisseling op de aanhou
dende stichtelijke uren en gedienstige
gesprekken welkom was. Wie de
briefwisseling tusschen het tweetal
zou doorbladeren, zonder de persoon
lijkheden der brief schrijvers-te kennen,
zou slechts kunnen denken aan een
bizonder bekrompen begijntje, dat
haar leven lang nimmer met de
profane wereld in aanraking gekomen
was, en zou er nog minder aan twijfelen
dat de man, die zich dag en dag zoo
grondig liet onderrichten, hoe vaak
en op welke wijze zijn gebeden, opge
zegd moesten worden om de meeste
kans op genadig verhoor te verkrijgen,
natuurlijk een orde-priester geweest
was. Al had hij ook zonder twijfel
meer dan gewone stervelingen te
berouwen en al leed hij bij het klimmen
der jaren steeds erger onder zijn vrees
voor de hel. toch moesten den eens
Goddelijke" de vele jaren aardsch
, purgatorium wel gaan vervelen en
aangezien Mevrouw de Maintenon
zich steeds meer aan haar liev
lingsstichting, het klooster voor adellijke
jonge dames in St. Cyr wijdde, was
het maar at te begrijpelijk, dat ook
haar heimelijke echtgenoot zijn belang
stelling óp een kerkelijk opvoedings
gesticht richtte.
Wat de groote voorvader gedaan
had, bleef voor zijn nakomelingen het
voorbeeld, tot den dag, waarop het
ruiterstandbeeld van den
Veelgeprezene van zijn voetstuk werd geworpen
om plaats te maken voor.. .het stand
beeld van den man, die toen nog een
uit den militairen dienst ontslagen
' half verhongerd officier was en zich
misschien onder de toeschouwers be
vond. Aangezien de veertiende
Lodewijk het College Louis Ie Grand
bezocht had, moest ook de vijftiende
het bezoeken en toen de zesteinde
reeds eenige jaren den troon innam,
zonder dezen overgeleverden plicht
vervuld te hebben, werd hem dit
door den ceremoniemeester
alleronderdanigst onder het oog gebracht en
liet hij zich evenzeer bij den prior
van het gedicht aanmelden.
Voor het in/fcituut gold de traditie
eerst recht. Ter eere van den Zonne
koning hadden de studenten een
latijnsch tooneelstuk opgevoerd, dus
moesten ook zijn opvolgers een leer
lingenvoorstelling ondergaan en de
meest begaafde leerling ontving mét
een bloemruiker en een eigengemaakt
latijnsch gedicht' den jongen vorst
in de toegangspoort.
Toen het leerarencorps bijeenkwam
om allévoorbereidingen te tx-effen
voor het aangekondigd bezoek van
den jongen koning, die toen nog Louis
Ie bien-aiméheette, bleek dat twee
leerlingen even waardig waren het
begroetingsgedicht uit te spreken.
De eene leerling, Camille
Desmoulins, was ongetwijfeld de meest be
gaafde, maar ongelukkig stotterde hij
en zoo verkondigde na korte beraad
slaging de rector het besluit, dat de
leerling der hoogste klasse Maximilien
de Robèspierre de lofrede op Lodewijk
XVI zou opstellen en deze na het
overreiken van een bloemruiker aan
Zijne Majesteit zou voordragen.
En zoo boog, toen de koning uit de
koets stapte, de leerling Robespierre
zich diep voor den slechts vier jaren
ouderen vorst en sprak hem in hot
gezwollen pathos van dien tijd aan
als den weldoener door (iods bizondere
gunst aan de Fransche natie beschoren.
Wat zouden wel de omstanders,
de koning en Robespierre zelf gezegd
hebben over de waanzinnig klinkende
voorspelling, dat de van eerbied
sidderende scholier meer dan eenig
ander onderdaan en met volledig
succes ernaar zou streven om Zijne
Majesteit met geknevelde handen on
der den valbijl te werpen?
Van de twintig müoen Franschen
juist deze eene met den bloemruiker
en de lofrede !
Toeval.
Ongeveer vijftien jaren na dit be
zoek poogde Lodewijk XVI bij nacht
en ontij den heeren Desmoulins en
RobespieiTe met hun steeds driestel'
aanhang te ontvlieden. In Metz werd
hij opgewachte door zijn getrouwe"
buitenlandsche soldeniers, de
Zwitsersche garde, Royal Allemand,
Mestre de Camp, met hun adellijke offi
cieren, den hertog van Choiseul, den
graaf van Bouilléenz, bereid om de
verdeelde Louis d'or door den
opmarsch naar Parijs, het uiteenjagen
der Nationale Vergadering en de
bloedige tuchtiging haver redenaars
achteraf te verdienen. De posthouder
van Saint-Menehould gaf aan de
wereldgeschiedenis een andere wen
ding: het koninklijk gezin werd ge
vangen genomen en naar Parijs terug
gebracht maar vier dagen lang was
er geen koning in Frankrijk en in het
tijdsbestek dezer vier dagen viel het
Sacramentsfeest met de traditioneele
processie. Achter den aartsbisschop
van Parijs schreed sinds
menschenheugenis de koning onder den balda
kijn. Wie zou zijne plaats innemen?
Zoodra des vorsten vlucht bekend
geworden was, had de Xationale
Vergadering met nagenoeg algemeene
stemmen besloten het ..uitvoer» n J ge
zag" zelve tot zich te trekken. De
hoogste in den Staat was dus
voorloopig haar voorzitter en zoo opende
onmiddellijk achter den aartsbisschop
de President van de Nationale Ver
gadering de Sacramentsprocessie van
het jaar 1791.
De Nationale Vergadering telde
bijna 800 leden. Zij koos haren voor
zitter elke veertien dagen en was een
goede twee jaren bijeen. Hieruit
volgt, dat ruim vijftig afgevaardig
den, n op de tien, aan de beurt
kwamen om den presidentszetel te
bezetten.
Wie was echter degene, wien onder
deze uitverkorenen "het presidium
toeviel juist voor het tijdperk
van veertien dagen dat ook den
Sacramentsdag van 1701 omsloot?
Het was de later terechtgestelde
generaal en burggraaf Alexandre de
Beauharnais, de eerste echtgenoot Van
keizerin Josóphine. De grootvader
van Napoleon III volgde onder den
purperen draaghemel den aartsbis
schop, stellig rtiet vermoedend dat
zijn bloedeigen kleinzoon eenmaal als
keizer van Frankrijk twintig jaren
lang aan het hoofd van de Sacraments
processie zou schrijden.
Onder 800 gegadigden en meer dan
vijftig gekozenen juist de grootvader
van' den man die, nog ongeboren,
geroepen was niet slechts als plaats
vervanger onder den baldakijn te
Kaan.
Ook toeval.
* *
Wat van den staatsgreep van
(ieneraal Bonaparte van den IHdcn
Brumairo (10 November) algemeen
bekend is. beperkt zich in hoofdzaak
tot de voorafgaande samenzwering
tegen de regeering van het Directoire
met zijn beide leden abbéSiéyès en
Hoger-Ducos. Midden in den nacht
werd aan de reeds gewonnen minder
heid van liet parlement een briefje
thuisgebracht, dat melding maakte
van een ,,gevaarlijken", aanstonds te
verwachten opstand tegen de repu
bliek en de vertegenwoordigers des
volks. De afgevaardigden moesten
zich den volgenden morgen naar het
paleis van Saint-Cloud begeven, aan
gezien, naar het heette, hun leven in
Parijs niet veilig was. De meerderheid
der volksvertegenwoordiging ontving
het bericht opzettelijk later, zoodat
de niet ingewijde leden Saint-Cloud
pas bereikten, toen de Raad
deiOudsten, de toenmalige senaat, reeds
gecapituleerd had.
Maar de groote rekenfout, die
konsekwent van verdieping tot ver
dieping in den trotschen bouw van
Napoleons loopbaan opgenomen werd,
liet hoogmoedig onderschatten van
alle zedelijke factoren, zou den
fabelachtigen opgang haast reeds op de
perste trede verhinderd hebben.
Onder de vijfhonderd leden van het
lagerhuis bevonden zich nóg vele
republikeinen, mannen die in de
Conventie en sedert den aanvang aan
de zijde der volksomwenteling ge
streden hadden. Het baatte niet, dat
des generaals broeder den
voorzittersstoel bekleedde en alle pogingen in het
werk stelde om het pronunciamento
zich te doen voltrekken. De meerder
heid geraakte buiten zich zelve, toen
zij de bajonetten van de beide grena
diers zag, die ter bescherming van
Napoleon aan weerszijden van de
redenaarstribune plaats namen. ,,Weg
met den Cromwell! Weg mét den
verrader ! Verklaart hem vogelvrij !"
(hors la loi), uit verscheidene
honderden kelen schalden den
doodsbleeken Napoleon dreigementen en
vervloekingen tegemoet, zoodat hij
zelfs niet aan het woord kon komen en
zijn broeder Lucien geen andere
redding zag, dan den geblameerden
dictator snel uit de zaal te doen
brengen. De beide grenadiers grepen
hem links en rechts bij den arm en
droegen hem meer naar buiten dan
dat zij hem lejdden. Lucien Bonaparte
echter wierp verontwaardigd de
presidiale toga af n riep de woelende
zaal de afscheidswoorden toe: Ellen
delingen, gij wilt dat ik mijn. eigen
broeder vogelvrij laat verklaren? Ik
leg mijn ambt neder. Over sluipmoor
denaars presideer ik niet!"
Hiermee was de voorgenomen staats
greep zoo goed als mislukt- De abb
Siéyès zond reeds om het rijtuig, dat
hij voor geval van onraad bepakt
in de buurt besteld had. De gebroeders
Bonaparte stonden voor de oranjerie
van Sairit-Cloud, hoorden in de
zaal hun. tegenstanders razen en
waagden het niet een beroep te doen
op de grenadiers, die verlegen en
radeloos samenschoolden, als
parlementswacht eerder geneigd de ver
gadering te gehoorzamen. Ook
Robespierre was op 9 Thermidpr vogelvrij
verklaard en allen die zijne zijde
kozen boetten het met het loven! ?
Evenwel, in Saint-Cloud had het
parlement nimmer vergaderd. In alle
stilte waren des nachts timmerlieden
gehaald, om de groote zaal van het
paleis voor de zitting in te richten.
Toen de eerste afgevaardigden aan
kwamen, werd nog koortsachtig ge
zaagd en gehamerd, uit een la<
naast den ingang stak een lange
spijker en reet den grenadier, die ter
linkerzijdc den generaal bij den arm
hield, de mouw open. Een sekondp
lang was de man verrast blijven staan
om vloekend de schade op te nemen
en dat had Lucien Bonaparte van
zijn hoogen voorzittersstoel bemerkt.
Hij riep den grenadier uit het gelid,
greep de opengescheurde mouw, vi<-l
den verbluften soldaat om den halv
en reikte hem . zijn gouden horlogp
als belooning voor den redder vau
zijn broeder ! Grenadiers !" zoo riep
hij pathetisch uit, ,,zietdaar: nipt
volksvertegenwoordigers, sluipmoor
denaars zijn daar binnen vergaderd.
Zonder uwen braven kameraad, dif
hem met zijn lichaam dekte, ware d»»
overwinnaar van Lodi en Hivoli, d»»
veroveraar yan Egypte, onder (!??
dolken dier ellendelingen gevallen !
Jaagt het gespuis uiteen !"
Nog een oogenblik aarzelden d»'
soldaten toen trok ritmeester Murat
den sabel, de trommels sloegen den.
stormpas en met geveld gpweer werd
\le zaal ontruimd, de afgevaardigden
sprongen de vensters uit en generaal
Bonaparte betrok als eerste Consul
de Tuilerieön.
De wakkere grenadier ontving ook
van de latere keizerin een handvol
dukaten voor de gescheurde mouw.
Napoleon I schonk zijnen redder"
een lijfrente, maar niemand dacht
aan den timmerman, die met een.
paar hamerslagen het schitterend epo«,
uit de geschiedenis weggetimmerd eu
honderdduizenden voor den dood op
het slagveld bewaard zou hebben....
Ook toeval?
Soms zou men geneigd zijn t<*
twijfelen. Toen de wetenschap het
nog niet zoo ver gebracht had. bestond
het begrip ..toeval" nóg niet. Bliksem.
storm, water, alle natuurgeweld werd
met offers bezworen. Wat het
menschelijk verstand niet verklaren kon,
gold voor een direkte wilsuiting des.
hemels. Thans moet het toeval dienen,
zoo vaak ons weten niet toereikend i«
om verband te vinden maar wip
kan zeggen of niet, gelijk de wet
deitraagheid eiken val regeert, wellicht
ook ongeweten krachten, sterren.
stroomingen alle episoden van ons
leven van te voren bepalen, speels den
koning en zijn toekomst igen scherp
rechter bijeenbrengen, den voorvader
de toekomstige grootheid van zijn
kleinzoon beleven laten, de hand eens
timmérmans dwingen den spijker ge
reed te stellen, aan wiens punt heel
Europa zich vijftien jaren lang bloe
dende wonden scheurt?
ADVERTEERT in
DE GROENE AMSTERDAMMER"
is een zin die ge dikwijls leest.
?Waarom juist ia de
GROENE AMSTERDAMMER..?
OMDAT het advertentietarief buiten
gewoon billijk i's. De GROENE wordt
immers bij uitstek gelezen door bet beste
publiek door Het publiek dat iets te
besteden heeft.
Ge BETAALT DUS NIET roor een
verspreiding, die drukkosten, porto en
papier kost en waarmee ge tienduizenden
lezer* bereikt, die niet in de eerste plaats
tot bet koopkrachtige publiek behooren.
MAAR HET BETAALT U in dit blad
te adverteeren waarvan ge weet dat uw
onkosten direkt worden aangewend om U
in contact te brengen met bet koopkrachtig*
publiek. ?
i'