Historisch Archief 1877-1940
iVo. 2755
DE GROEN E AMSTERDAMMER^VAN 2 NOVEMBER 1929
b"-'-'"1
t.\
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 NOVEMBER 1929
No. 273S
De Chinees in Nederl. Oost-Indi
door Dr. J. J. L. Duyvendak
EB is oen hardnekkigeTtraditie, die van den
Chinees een geheimzinnig, gluipend wezen
maakt, een soort van aarts-schebaa met een ondoor
grondelijk masker voor zijn gelaat en onnaspeur
lijke bedoelingen, valsch en geniepig. Het zou de
moeite waard zijn na te gaan, hoe deze fictieve
figuur is ontstaan; nog altijd leeft zij in zekere
soort stuiverromans en in de bioscoop. De
NoordChineezen beantwoorden zelfs physiek in het geheel
aiet aan dit traditioneele type van ,,dea" Chinees!
De traditie moet in elk geval teruggaan op het
Zuid-Chineesche type, en het zullen wel (behalve
Californië) de Britsche en Fransche koloniën zijn
geweest, waar men zich die wonderlijke caricatuur
heeft gevormd. Vreemdelingen in die koloniën
als de Europeanen zelf, namen de Chineezen daarin,
naast de inheemsche bevolking, een eigen plaats
in en werden zij niet spoedig noch aan het in
heemsche, noch aan het Europeesche leven geassi
mileerd. Levende in een hun vreemde omgeving
werden zij met hun markante eigenaardigheden
gemakkelijk caricaturaal gezien.
De belangrijke plaats die de Chineesche bevol
king in ons Indiëbeslaat, heeft wellicht voor
komen, dat men daar den Chinees ooit is gaan
ien als den bioscoopschelm. Maar geheimzinnig
wordt hij toch ook bij ons wel gevonden. Men
moge nog zooveel zakelijke relaties met de Chi
neezen onderhouden, van hun eigenlijke leven
weet de Hollander in Indiëgewoonlijk zoo goed
als niets. De Chineesche Kamp, het moge al
het schilderachtigste gedeelte zijn van de Indische
steden, het bekendste is het niet. Een gesloten
boek," pleegt men te zeggen; Chineesche men
taliteit." orakelt men geleerd, en on' paaac outre.
Nu er langzamerhand zoowat een millioen van
deze geheimzinnige menschen in
NederlandschIndiëleven en werken, nu hun stamland in het
verre Oosten van steeds grooter beteekenis wordt, '
gaat het toch niet langer aan, dat men in deze
onwetendheid blijft leven omtrent menschen, die
men dagelijks op de wegen ontmoet. Te minder,
omdat ongeveer de helft van het totale aantal
Chineezen als Nederlandsche onderdanen wordt
aangemerkt, als zijnde geboren op Nederlandsch
grondgebied, meestal uit inheemsche bloedmenging.
Meer dan 10000 Chineesche kinderen in Indi
ont?-' vangen thans een Europeesche. tneestal
Hollandsche, opvoeding, op de, Hollandsch-Chineesche
scholen en aanverwante inrichtingen van onder
wijs, en niet weinigen bezoeken de middelbare
scholen en de Nederlandsche universiteiten.
In de toekomst belooft de Chineesche bevol
kingsgroep, die economisch reeds zulk een voor
name plaats inneemt, derhalve nog veel belang
rijker te worden en zich ook te doen gelden in het
algemeen Indische cultuurleven.
Het is daarom een bijzonder gelukkige gedachte
geweest van het bestuur, om den heer ,T. Moerman,
die door langjarige ervaring bij het
HollandschChineesche onderwijs in intieme aanraking is
geweest met de Chineesche bevolkinjr van
Ned.Indië, gelegenheid te geven een boek l) samen
te stellen, dat den Hollander in Indiëeenigszins
zou kunnen oriënteeren omtrent zijn Chineesche
medekolonisten. In- en om de Chineesche Kamp"
is in de eerste plaats bedoeld als voorlichting van
de onderwijzers aan de Holl.-Chin. scholen, voor
wie het van de hoogste beteekenis is, eenig inzicht
te hebben in het milieu, waaruit de aan hun zorg
toevertrouwde kinderen stammen. Maar de betee
kenis ervan gaat veel verder en inderdaad verdient
zulk een boek te worden, gelezen, door ieder. en
Wie, in Indië, is dit niet? ? die met de Chineezen
op eenigerlei wijze in aanraking komt.
De schrijver heeft zijn taak ruim opgevat. Na
een algemeene, zakelijke beschrijving van wat de
Chineezen in Ned.-Indiëzijn, spreekt hij ook
van den Chinees in China en zijn opvattingen.
Men zal goed doen daarbij in het oog te houden,
dat hier een leek schrijft voor leeken: de auteur
is hier afhankelijk geweest van zijn bronnen, die,
zoo is het nu eenmaal met vele boeken over
China vaak eenigszins troebel zijn. Voor een
niet-Sinoloog zijn vergissingen hier onvermijdelijk,
en schrijver verdient inderdaad alle lof voor de
wijze, waarop hu zich door allerlei moeilijkheden
heeft heengeslagen Zoo zijn beschouwingen den
lezer mochten opwekken tot verdere studie, is
zeker zijn doel bereikt. Bepaald belangrijk echter
is dat gedeelte van bet boek, waarin eigen waar
nemingen zijn verwerkt omtrent de zeden en
gewoonten der Ned.-Indische Chineezen. Zeer
terecht laat hij zien, hoe bij de sinds lang in
Indiëgevestigde Chineesche families van gemengd
bloed allerlei niet-Chineesche inheemsche gebruiken
zijn ingeslopen. Als echt paedagoog kent hij ook
de waarde van het spel, en alleraardigste beschrij
vingen worden gegeven van verschillende kinder
spelen. Het zoo welbekende Chineesche telraam
wordt verklaard, en een reeks teekeningen maakt
het gebruik daarvan inderdaad zeer duidelijk.
Om kort te gaan, de schrijver heeft hier van de
resultaten van studie, eigen waarneming en de
hem door leerlingen en Chineesche vrienden ver
strekte inlichtingen op de gelukkigste wijze ge
bruik gemaakt. Het zóó geheimzinnige" Chinee
sche leven wordt hier op sympathieke en begrij
pelijke wijze behandeld; de groote roerselen van
het gemoed en de kleinigheden van alledag vinden
hier een plaats, en de Chinees staat voor u als
een mensch. Vol fijn begrip is ook de bespreking
van de moeilijkheden die de moderne opvoeding
aan de tegenwoordige jeugd te doorworstelen geeft.
Al werd dit alleen maar: de versterking van het
begrip voor deze moeilijkheden, door dit boek
bereikt, dan is het niet tevergeefs geschreven.
In dezen tijd van felle en bittere tegenstellingen
mocht men waarlijk wenschen, dat er meer van
dergelijke boeken verschenen.
De mooie uitgave van het boek en de goede
illustraties mogen wel afzonderlijk worden ver
meld.
POLROGER&C1^
LE CHAMPAGNE ENVOGUE
JAGER GEPLINGS HAARLEM
Kunstzaal van Lier
Rokin 126 Amsterdam»
Oosttrseha & Europeetche antiquiteiten
Oud* en Mofarne schilderijen en plastieken
Negerkunst A Ethnographlea
1) In en om de Chineesche Kamp, door J.
Moerman Js. (Landfdnritkerijt Weltevreden. 1929)
Tentoonstellingen
De Kunsthandel, Keizersgracht 5lö, Amsterdam.
Schilderijen van de Club de Zes" (T. Bakker,
J. Heesters, H. Froonen, L. Reef s, J. Troquet).
Tot 10 November.
Metz <fe Co., 's-Gravenhage. Tentoonstelling van
oude Marokkaansche Tapijten, Kleeden en Borduur
werk. Tot 15 Nov.
,,De Bron" te 's-Gravenhage. Werken van Ilse
Kuth Voigt. Tot 15 November.
J. H. de Bois, Kruisweg 08, Haarlem. Ten
toonstelling van Schilderijen en Teekeningen, door
Alb. Arens. Tot 16 November.
Kunstzalen d'Audretsch, Noordeindè119, Den
Haag. Tentoonstelling van werken door R.
Martin ez. Tot 10 November,
Artibus Sacrum, Arnhem. Tentoonstelling van
werken door de leden van den Gooische Kunstkring.,
Tot 16 November.
Stedelijk Museum, Amsterdam, Vincent van
Gogh-tentoonstelling. Tot 19 November.
De Nieuwe Toonkamers voor Kunstnijverheid,"
Rotterdam. Muller-kristal en Lederwerk van
Elly van Leeuwen. Tot 21 November. ?
Stedelijk Museum, Amsterdam. Tentoonstelling
A. S. B. (Architectuur, Schilderkunst, Beeldhouw
kunst) Verder architectonische ontwerpen van
Rietveld, Ir. S. v. Ravesteyn, J. J. Oud, v. Eeste
ren, Mart Stam, J. Klijnen, Brinkman en v. d»
Vlugt, P. Elling, Ir. J. Duiker, Groep de 8".
Schilderwerk van Mondriaan, B. v. d. Leek,
Gerd. Arntz (Weenen), Seiwert-, (Keulen), Peter
'Alma, Bendien, Raoul Hynckes, Charley Toorop,
Wim epts, Dirk Nij. Beeldhouwwerk van J. Polet.
J. Raedeker. Tot 25 Novermber.
Burgemeester lij k verbod
Ehen werden im Himmel geschlouen.
Huwellken worden in den hemel gesloten.
Nu heeft de derde burgemeester opvoering en
voordracht van dit tooneelppelletjg verboden.
En nu is de aandacht en de nieuwsgierigheid en
de sensatielust nog weer een paar graden gestegen.
Mocht zij tot het kookpunt stijgen dan zal de bur
gerij ergens een gemeentehuis bestormen en haar
weigerachtigen burgervader door de straten slepen
ftls een tweede Guy Fawkes.
En het is niet eens de moeite waard. Het is
helemaal niet de moeite waard !
Wie even de moeite doet en het stukje leest,
zal zien, dat het een simpel blijspelletje is, dat heel
tam begint en heel tam afloopt.
De jonge schrijver Walter Hasenclever die met
zulke menscheid-bestormende taal begon, is, toen
hij merkte dat er met expressionist iese broeder
liefde en gestileerde puberteitsproblemen niets
meer te verdienen was, aan het schrijven gegaan
van een beetje bijtende kluchten die een ogenblik
insloegen bij het verwende berlijnse publiek.
Maar werkelik, belangrijk is het niet.
Nu spekuleren sommigen op de onwetendheid
van het publiek en hopen straks hun slag te slaan.
Mundus vult decipi.
Waarom die burgemeesters dan verbieden?
Och, omdat zij met zooveel factoren rekening
moeten houden, is hun houding wel verklaarbaar.
Wel, onze lieve Heer wordt sprekend ingevoerd.
Hij speelt een rol in het eerste bedrijf en de schrijver
wil dat hij er uit zal zien als een engelse lord in
golfkostuum. Hij spreekt een beetje cinies over
zijn beroep" en spot een beetje met de menselike
pogingen om zijn bestaan te bewijzen. Maar dit
is alles zo klein-menselik-grappig, zo
onbelangrijkleuk"-zonder-meer, dat een ernstig gelovig
mens geeu ogenblik in zijn voorstelling van God,
in zijn liefde tot God kan worden beledigd. Het
ware geloof moet tegen zulk een stootje bestand ?
zijn. Buitendien is alles zo dwaas, dat men
onmiddellik voelt: dit alles heef t niets te maken met
mijn geloof, deze- olike samenspraken tasten in
genen dele mijn diepere gevoelens aan.
En Magdalena's rol, die twee
verongelukte.mensen samenbrengt om het leven nog eens te
proberen, is zo luchtig en spelend gehouden,
dat het gevalletje als een vriendelik grapje langs
ons heen gaat.
Inderdaad: heel wat drukte om niets!
A. SAALBORN
Correspondentie.
Een onbekende correspondente vraagt mijj.
of ik het niet onbillijk vind, dat voor loontrekkenden
boven 35 jaar niet geplakt behoeft te worden.
Zij bedoelt natuurlijk, of het niet onbillijk is, dat
deze loontrekkenden niet verzekerd zijn. Ik beant
woord die vraag bevestigend. Dat het zoo is, is het
gevolg van het systeem van de wet, dat ik onjuist
acht. Het is een van de redenen, waarom ik aan
staatspensioen boven verzekering de voorkeur geef.
Voor staatspensioen is echter in de Tweede Kamer
geen meerderheid te vinden.
JITTA
Kon. Meubeltransport-Maatschappij
DE GRUYTER 6 Go.
M ~ ~ DEN HAAG ~ " T*
AMSTERDAM - ARNHEM
Verhuizingen per Auto^Trein
DE WITTE" AMERSFOORT
Ook Uw Hotel on Restaurant
PRACHTVOL TERRAS
Steeds levende fnrellen kreeft cavlar, enz.
Een boek over Askese
door Mr. H. Giltay
Krisiian Schjelderup: die Askese, Eine
religionspaychologische Untersuchung.
(Wal, ter de Gruyter, Berlin Leipzig 1928).
Prof. Kristian Schjelderup, hoogleeraar te Oslo,
s een der vooraanstaande theologen en philosofen
van zijn vaderland en heeft in de laatste jaren
ook van zich doen spreken door zijn bemoeiingen
voor de psychoanalyse als hulpmiddel bij de
Seelsorge." Hij ondervond persoonlijk, wat Frcud reeds
in zijn Zur Geschichte der psychoanalytischen
Bewegung" schreef: dat de nieuwe dieptepsycholo
gie nergens op zulk een taaien weerstand stuit als
in de Skandinavische landen. Want toen
Schjelderup, na door Oskar Pfister te Zürich in de techniek
der psychoanalyse te zijn ingewijd, deze in
Noor?wegen als Seelsorger" ging toepassen, werd dit
hem door zijn kerkelijke Vorgesotzten" verboden.
Het Protestantisme betoont zich trouwens in
dit opzicht algemeen kortzichtiger dan de Katho
lieke kerk. Voorzoover mij bekend, is Zwitserland
het eenige land, waar een aantal predikanten,
daartoe door Pfister opgewekt, de psychoanalyse
met beide handen hebben aangegrepen als een
nieuwen weg tot het oude evangelie." 1)
De katholieke geestelijkheid daarentegen erkent
meer en meer, speciaal in Duitschland, de groote
seelsorgerische" waarde der nieuwe methode.
Zij begint te beseffen, dat de oude biecht in vele
.gevallen onvoldoende is, daar de biechteling alleen
?die zonden bekent, waarvan hij zich bewust is.
Terwijl de pijnlijkste schuldgevoelens vaak juist op
onbewuste, verdrongen wenschen en phantasieën
berusten, zoodat werkelijke verlossing slechts
.-mogelijk is met behulp van de diep-gravende
metho?tle der psychoanalyse. De Paus heeft dan ook
voor eenige jaren de geschriften, van den
Homburgschen zenuwarts Dr. Bhaban Liertz, 2) waarin
^leze de psychoanalyse aanbeveelt, warm geprezen
an den schrijver tot voortzetting zijner bemoeiingen
opgewekt.
Schjelderup doet nu zijn analytisch zoeklicht
?schijnen op een probleem, dat niet alleen van theo
retisch, maar ook van groot praktisch belang is:
het probleem der askese. Hij omschrijft het
begrip aldus: aske je is de opzettelijke onderdrukking
van het natuurlijke menschelijke driftleven, dat
dan als tegengesteld aan het hoogere,
moreel-geesteJijke leven wordt gezien.
* *
*?
Ik vermoed, dat er weinigen zijn voor wie de
?askese nimmer een probleem is geweest. Immers
ons gansene leven is een strijd tusschen ons
natuurlijk driftleven en onze moraal, ons geweten.
Bij den een verloopt de strijd kalmer, bij den ander
heftiger, maar er is niemand, die hem geheel ont
komt. En juist zij, die het meest met hun animale
neigingen hebben te stellen, worden het sterkst
door het asketisch ideaal aangetrokken. Askese ia
Mjtia altijd een psychisch rèactieverschijnsel. Vandaar
ook dat vele heiligen," een Fianciscus, een Tolstoy
bijv. een woeste, hartstochtelijke jeugd achter den
rug hadden. Zij vluchtten als het ware in de askese
«n trachtten het vleesch," dat zij niet op normale
wijze konden beheerschen en leiden, op vaak
onmenschelijk-harde wijze te dooden. Wanneer ik
in de wereld was gebleven, zou ik een teugelloos,
uitspattend mensch zijn geworden," zei een
Augusr
l
mnniuniuiiniiiii
nïiuiiiuiiiiiuiuinniinnnininn
J. B. BENNER 6 ZOON
PIANOHANDEL "" ~
DEN HAAG 97 NOORDEIND
Gas-lucht in Amsterdam
Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek
De na-verlichting van de lichtweek!
tijner monnik tot Schjelderup. En zijn boek geeft
hiervan een groot aantal treffende voorbeelden,
zouwel uit de literatuur als uit schrijvers persoonlijke
ervaringen in katholieke, Chineesche, Japansche en
Indische Kloosters.
Ik kan den rijken inhoud van Schjelderup's boek
hier natuurlijk niet weergeven. Ik zal mij tot het
aangeven van zijn gcdachtengang bepalen.
Ten eerste onderzoekt hij, naast de bewuste,
de diepere, onbewuste psychologische motieven der
askese en vindt o.a. onbewuste schuldgevoelens
en zelfbestraffingstendenzen, welke uit het kinder
lijke Oedipuscomplex stammen. Hij wijst hierbij
ook op de talrijke per versies, welke bij de extreme
asketen tot uiting komen: op hun masochisme
(de wellust der pijn; Flagellanten !), hun sadistische
wreedheid (Inquisitie !), ja zelfs de koprolagnie,
het eten van menschelijke uitwerpselen ..op Gods
bevel" ontbreekt niet! (Marguerite Marie Alacoque,
Mad. de la Motte?Guy on).
In een volgend hoofdstuk behandelt schrijver de
gevolgen der askese. Zonder blind te zijn voor haar
schoone vruchten van geestelijke liefde en teere
mystiek, acht hij toch de schaduwzijden grooter
dan de lichtzijden. Bijn j altijd wreekt zich de
natuur over de gruwelijke mishandeling, welke de
asketen haar aandoen. Bijna altijd houdt de ver
heffing der eigen ziel gelijken tred met het afster
ven der daadwerkelijke naastenliefde.
De askeet intro verteert, d.w.z. concentreert al
zijn zielskracht op het eigen ik, tracht dit te vol
maken en te doen opgaan in God, en verwaarloost
zoodoende de tweede helft van Jezus' jjebod: hebt
God lief boven alles en uw naaste als uzelf. Er zijn
ongetwijfeld uitzonderingen, maar zij bevestigen
den tegengestelden regel. Een der heerlijkste uit
zonderingen was Franciscus van Assisi, wiens uiterst,
asketisme zijn liefde niet verhinderde uit te stroo
men naar menschen, diereu, ja naar de gansche
natuur (?broeder beer", mijn zustertjes, de kleine
vogels," prediking tot de visschen, enz.).
Schjelderup's slotsom komt hierop neer. De askese
héft haar beteêkenis voor de religie en de ethiek.
Züonttrekt energie aan de primaire levensfuncties
en kan deze hoogeren doeleinden ter beschikking
stellen. En ook als doorgangsstadium uit een
laag-bijde-grondsch gen tleven naar een hoogere zedelijk
heid behoudt zij haar waarde. Maar hare gevaren
zijn tégroot om haar als algemeen ethisch ideaal
te mogen stellen. De allermeesten, die den
asketischen weg eenmaal insloegen, introverteeren meer
en meer en vinden den weg naar de menschelijke
gemeenschap niet meer terug.
Ook hier geeft ons de stichter van het Christen
dom weer het -hoogste voorbeeld. Hij was geen
askeet als Johannes, hij was geen kluizenaar 3)
Makelaar J. D. R.Nienaber
TO£Z. maand:
en hij leerde geen zelf verzonkenheid. Het eenzijn met
den wil des Vadei's was hem het allerhoogste, maar
zijn praktisch leven was dienende menschenliefde.
,.Zoo wie zijn leven zal verliezen om mijnentwil, die
zal het vinden." Dat beteekent: wie zijn driftleven
beheerscht en zijn liefde laat uitstroomen ma?
zijn lijdende medemenschen, zal een nieuw, hooger
leven binnentreden. Zijn schijnbaar verlies is wer
kelijke winst.
De gansche geschiedenis der religie kent gén
figuur, van welke met meer recht dan van Jezus
kan gezegd worden: hij sloot zijn oogen niet voor
het lijden der menschen om hem: in gestadige
gemeenschap met den Vader ging hij. met open
oogen, zijn weg der liefde door de wereld.
1) Vgl. Dr. Oskar Pfister: Ein neuer Zitgang
zum alten Evan,elnim. Bertelsmann, Gütersloh 1918.
2) Dr. Ithaban Liertz: Seelenaufschliessung. Ein
W g zu'r Erforschnrig dea Seelcnleben$. Ueber
das Schuldgefuhl, enz.
3) Vgl. Luther over de eenzaamheid: Der
Herr Christus ist nicht viel allein gewesen, es tear
imnierdar ein Larm und Getümmel vonviel Volksum
ihn; er war nitnmermehr allein, denn wennerbetete."
(Tischredcn, Reclam, bld$. 212)
n
M'