Historisch Archief 1877-1940
}-? -.
? i
i, l
'h
TU&ït QAAOMUIS Ai.CXOnQtQvtt.
tt-mwraD- .o-n.B DCQLA
HET gemeenteb» stuur viin Den Haag staat voor
een beslissing, die voor de ontwikkeling van
de stad van bijzonder groote beteekenis is: de
plaats aan te geven, waar een nieuw stadhuis zal
worden gebouwd.
Sinds een kwart eeuw twijfelt men er niet meer
aan, dat een nieuw stadhuis noodzakelijk is.
De stad heeft zich in n eeuw, in hot bijzonder
in de laatste kwart eeuw, met verrassende snelheid
ontwikkeld. In 1820 telde de stad riet veel meer
dan 50.000 inwoners, voor 30 jaar iets meer dan
200.000 inwoners, op dit oogenblik 130.000 in
woners, terwijl het, ook in verband met de annexatie
van Voorburg en Rijswijk, nog zeer de vraag is
of de 500.000ste inwoner van Den Haag niet
geboren zal worden, voordat het mogelijk zal zijn,
hem in de registers van den burgerlijken stand
van het nieuwe stadhuis ir te schrijven.
Er zijn voornamelijk drie plaatsen, die in den
loop der laatste jaren achtereenvolgens voor den
bouw van het nieuwe stadhuis werden aanbevolen
en waartusschen thans een keuze zal moeten
worden gedaan: de Groenmarkt, het Spui en het
AJexanderveld.
Voor de Groenmarkt pleit de traditie. Daar
staan twee brokstukken van een stadhuis, die
alleszins waard zijn in stand te worden gehouden:
een trapgeveltje uit 1505 en een daaraan gebouwde
vleugel van 1733 van den beroemden Franschen
architect Dan iel Marot. Deze plek is bovendien
gelegen in de onmiddellijke nabijheid van het
karakteristieke oude centrum van dei' .Haag
gevoraad door het Binnenhof en de Gevangenpoort.
De architecten Berlage en Limburg hebben
een ontwerp voor een nieuw stadhuis voor deze
plek gemaakt, dat een monumentale oplossing
biedt. Het groote gebouw van de Bonnettei-ie,
het café..Het gouden hoofd" en de huizen aan de
korte zijde van het Buitenhof zoudei1 worden
afgebroken. Het nieuwe stadhuis zou tegenover
's-GRAVENHAGE's
IEUWE STADHUIS
Het Alexanderveld 30 Aangewezen Plek
hot Binnenhof aan het vcrgroote Buitenhof komen
te liggen.
)t Tegenover deze niet te onderschatten voordeelen
staan echter groot o nadeelen.
Van twee kanten blijven de toegangswegen
slecht, hoewel de nieuwe verbreede Torenatraat en
het Buitenhof aan de beide andere kanten allee
zins bevredigende toegangswegen vormen.
Huimte voor het nieuwe stadhuis en ook voor
de uitbreidingen, die in deze zich zeer snel ont
wikkelende stad in de naaste toekomst noodzake
lijk zullen blijken, zijn slechts te verkrijgen door
zeer groote finantieele offers.
B. en W. schatten de kosten van het nieuwe
stadhuis op ten minste 15 millioen gulden. Neemt
men in aanmerking, dat ook op een uitbreiding
ter plaatse van het postkantoor en op de gebruike
lijke tegenvallers bij de onteigeningen (in deze buurt,
waar de bedrijfsschade niet te taxeeren valt) dient
te worden gerekend, dan kan men de kosten globaal
begrooten op l U a 20 millioen gulden.
Bovendien dient men in aanmerking te nemen,
dat wat op deze plaats van de oude traditie over
blijft, op de keper beschouwd, maar bitter weinig
is. De beide oude stukjes van het stadhuis, die
behouden blyven, zullen te zamen niet veel meer
dan 1/15 omvatten van het geheole gebouw.
Er bestaan groote bouwwerken, die een grootsch
geheel vormen, hoewel de onderdeelen in zér
verschillende tijdperken werden gebouwd, zooals
het Louvre en het Binnenhof. Bestaat er echter
ergens ter wereld een monumentaal gebouw, dat
voor 1/30 uit de 10e eeuw stamt, voor 1/30 uit de
18e eeuw en dat voor 28/30 modern, is? Dat is een
proefneming, waarvan ik weinig resultaat
vre? wacht.
Men kan zich een voorstelling maken van het
nieuwe stadhuis op de hierbij gevoegde
schetsteekening van Berlage en Limburg, waar men op
den voorgrond den grooten mode|Hien toren ziet
en op den achtergrond den toren van de oude kerk
en het kleine torentje van den gevel uit 1565.
De beide antieke gevels, die behouden blijven,
stammen uit een tijd, dat de stad respectievelijk
ongeveer 8100 en ongeveer 38000 inwoners telde.
Is er in de geschiedenis van Den Haag ooit nieer
aanleiding geweest om een meute (-vntru'» te zoeken
dat ruimte biedt en breede toegangswegen heeft,
dan thans, nu de stad in n eeuw is gestegen
van 50.000 op 100.000 inwoners en wij een stad
huis behoeven voor een stad met 500.000 a.
800.000 inwoners 1J
De voorstanders van den bouw van een stadhuis
op het Spui verkeeren stellig onder invloed, van
de denkbeelden, die in Rotterdam hebben gelold tot
den bouw van een stadhuis aan den Coolsingel.
Er is in de nabijheid van de plaats aangewezen
Plan Groenmarkt
'Architecten Dr. H. P. Berlage en Ir. J. Limburg
Een belangrijke beslissing
voor het stadhuis op het Spui, slechts n monu
mentaal bouwwerk. Dat is de nieuwe kerk, die
tegenover die plek staat. Overigens is de omgeving
niet andere dan een achterbuurt. Dat is echte ?
juist de groote aantrekkelijkheid van dit plan:
dat een heele achterbuurt zal worden opgeruimd.
31 aar zoo weinig is deze plek voor een monumentaal
stadhuis geschikt, dat men achter en aan d<!
zijden van het stadhuis een geheel nieuwe bebou
wing zal moeten tot stand brengen, om een pat
sende omgeving te verkrijgen.
Het geldt als een aanbeveling van deze plaat».
dat het stadhuis komt te liggen in het centaur i
van het verkeer, aan het zeer drukke Spui. Reeds
thans geeft het verkeer op het Spui op de topure i
aanleiding tot groote moeilijkheden. Dat verkeer
zal met de uitbreiding van de stad stellig nog zeer
toenemen. Door den bouw van het stadhuis aa i
dezen zeer drukken verkeersweg zal de toestan-l
stellig ondragelijk worden.
Ik kan er het nut ook niet van inzien, dat t
een oppervlakte hebben van 40.000 M1. Op de
Groenmarkt en op het Spui kan men slechts
met de grootste moeite en tege i zeer hoo?e kos
ten de beschikking krijgen over terreinen van
ongeveer 25.000 M2.
Er zijn aan alle kanten breede toegangswegen,
de Alexanderstraat, de Javastraat, de Laan Copes
en het Nassauplein en waar dat noodig is, kunnen
met betrekkelijk geringe kosten toegangen worden
gemaakt. Op een paar schetsteekeningen, die bij
dit artikel zijn gevoegd,^ziet men hoe het mogelijk is
hier een passende bebouwing tot stand te brengen.
* *
*
Er zijn echter nog duizend andere oplossingen
mogelijk. Het schetsplan van het gebouw, dat
hierbij is opgenomen, is in 1900 door Berlage
vervaardigd, toen hij in zijn groot uitbreidingsplan
voor den Haag reeds het Alexanderveld voor den
bouw van een stadhuis had bestemd.
Plan Alexanderveld
vergaderingen van den Baad en van B. en W. u
de onmiddellijke nabijheid van deze herrie zuil'u
moeten worden gehouden. Men zal de ramen in die
vergaderzalen en in de vertrekken, waar de ambt ?
naren werken, niet kunnen opendoen, zonder do -r
het leven op straat gestoord te worden.
De kosten van dit terrein bieden geen onoyi
vk omelij k beletsel. Neemt men in aanmerking, dat
de kosten van de onteigeningen kunnen tegen
vallen, dan kan men dit plan begrooten "P 8i» \i
millioen gulden.
?*?' * * ?.'. ;
Het derde plan, een nieuw stadhuis te bouw n
op het Alexanderveld, dat op hét oogenblik e- n
oefenterrein is voor cavallerie en veldartüler <.',
doch dat het Departement van Defensie bereid U
voor den bouw van een stadhuis af te staan, he«-ft
in verschillende opzichten belangrijke voordeel-n
boven de beide plannen, die ik besprak.
Het staat bij het plan-Groenmarkt achter vo->r
wat betreft de traditie. Het brengt niet als h't
plan-Spui mee, dat een achterbuurt wordt opg-"
ruimd. Het ligt iets minder in het centrum, d;>n
de beide genoemde plannen. Doch in alle andere
opzichten overtreft dit plan de beide and<-i«
plannen verre.
Hier is gelegenheid een nieuw, grootsch centrum
te stichten. Er is ruimte in overvloed» Het
Aletanderveld is ongeveer 00:000 M1, groot. Aan d«-n
overkant van de Laan Gopes komen ook de ter
reinen van de Alexanderkazerne beschikbaar, dif
Berlage 1909
Het terrein is als het ware aangewezen voor
??<-n binnenhof bebouw ing met een bréeden toegang
naade zijde van de Javastraat. Zulk een binnenhof
Bebouwing heeft het dubbele voordeel, dat men alle
'mreaux om een plein kan groepeeren en dat het
? li-ukke verkeer er wel langs gaat, maar niet in do
onmiddellijke nabijheid komt., Welk een fraai en
logisch geheel aldus verkregen kan worden toont
het Binnenhof met de Ridderzaal aan.
Dit plan is zeker aanmerkelijk goedkooper dan
het plan Groenmarkt en' waarschijnlijk ook goed
kooper dan het plan. Spui. Ik meen dat men de
kosten op 7 k 8 millioen kan begrooten. ?
Van het plan-Alexanderveld bestaan niet de
uitgebreide terreinschetsen, die door Berlage en
Limburg voor de beide andere terreinen zijn
inmaakt. De gemeenteraad heeft daaraan ook
zeen. behoefte, om een beslissing te kunnen nemen.
Die schetsen zijn voor Groenmarkt en Spui ver
vaardigd, omdat men niet wist, of het mogelijk
was daar over de noodige ruimte te beschikken
"n omdat men de kosten wenschte te begrooten*
Viemand kan er aan twijfelen, dat op het Alexander
veld de ruimde beschikbaar is. Onteigeningen zullen
in de nabijheid van het Alexanderveld slechts op
Beperkte schaal noodig zijn. En al weet men niet
precies, welke perceelen onteigend zullen moeten
worden, een globale begrooting van de kosten valt
i'eeds thans voor dit plan met grooter zekerheid
te maken, dan voor de beide andere plannen,
? 'tndat hier gén sprake is van bedrijfsschade.
Is de ligging van het Alexanderveld uit een stede
bouwkundig oogpunt wel geschikt? Enkele
Haagsche kranten en eenige schrijvers van ingezonden
stukken hebben daaraan getwijfeld. Daartegenover
staat echter, dat in 1923 en 1924 vrijwel alle
vereenigingen, die op dit gebied met eenig gezag
kunnen spreken, zooals Pulchri Studio, de Bond
van Nederlandsche architecten, Die Haghe, de
Provinciale Zuid-Hollandsche Archeologische Com
missie en Arti et Industriae in requesten aan den
gemeenteraad hebben uitgesproken, dat zij het
Alexanderveld a ngewezen achten voor den bouw
van een stadhuis.
De architecten Berlage en Limburg, die op dit
oogenblik de adviseurs zijn van de gemeente ten
aanzien van den bouw van een nieuw stadhuis,
hebben zich indertijd bij deze adressen aangesloten.
Thans hebben zij si chts willen verkl iren, dat zij
het Spui minder geschikt achten. Tusschen de
Groenmarkt ei het Alex nderveld konden zij op
dit oog:nblik geen keuze d- en.
Eenige jaren geleden verklaarde de architect
de Bazel, die op dat tijdstip de opdracht voor den
bouw van een stadhuis had ontvangen, dat hij aan
het Alexanderveld boven alle terreinen de voor
keur gaf.
* *
Moge de gemeenteraad bij de gewichtige beslissing
die hij dezer dagen zal hebben te nemen, de woonden
ter harte nernen, die Berlage in 1022 schreef in
een brief aan B. en W.:
Het Alexandetveld is voor den bouw van een
stadhuis als het ware aangewezen. Daarover is geen
verschil van meening, omdat een ieder voelt, dat
alleen op die plaats een volkomen gave, inderdaad
ideale oplossing van het groote probleem mogelijk
is. Men zou het ons te allen tijde verwijten, wanneer
naderhand zou blijken, dat door een verzuim van
welken aard ook. de stad de eenige kans had laten
voorbijgaan zich een stadhuis te scheppen, dat
juist door die ligging de groote mogelijkheid biedt
tot monumentale schepping."
A. C. JOSEPHUS JITTA
Nieuwe Uitgaven
Zte zinrijke avonturen ., Van den Vos Reinaerde''
Zooveel tnoyclijk tek&tr/etroini' naverteld door
J. A. ?.Slempkes. Zitteen, 1920. ir. 'J.
Thicme en C ie.
Leeft Reinaert de Vos* in de harten van de
Nederlanders ? Ik bedoel de echte, de onvervalschte,
de Middeleeuwsche Reinaert, de aller geestigste
schepping van Willem, die Madocke makede,
daer bi dicke omme wakede", dat verhaal, zoo
sprankelend van vernuft, zoo driest aantastend de
misbruiken en dwaasheden onder alle standen van
de Middeleeuwsche maatschappij ?
Ik geloof het niet In de 17e en 18e eeuw ver
schenen van het oude verhaal nog volksboeken;
daarna wordt in Noord-Nederland van Reinaert
niet veel werk meer gemaakt van Zuid-Nederlan
ders, kwamen telkens nieuwe bewerkingen uit.
De aard van de historie is dan ook door en door
Vlaamsch. De Noord-Nederlander trekt een lang
gezicht bij de schurkestreken, die Reinaert uit
haalt. De humor, waarmee ze verteld worden,
gaat gi-ootondeels langs hem heen. De zonden van
Reinaert zijn geen dingen, waar een fatsoenlijk
christelijk mensch om lacht; dat moet
althanseen van de oorzaken geweest zijn, die een domper
op Reinaert's populariteit gezet hebben.
De heer Slempkes waagt het, voor den dag te
komen met een moderne Noordnederlandsche
bewerking, niet als wetenschappelijk werk bedoeld,
maar als populair boek. Hij bleef zoo dicht mogelijk
bij den ouden tekst, en lascht zelfs in den loop van
zijn verhaal een groot aantal fragmenten van
dien tekst (naar de uitgave van Muller) in. Dit
laatste maakt het boek eenigszins tweeslachtig.
Die inlasschingen zijn, voor lezers, die geen
middelnederlandsch bestudeerd hebben, lang niet
altijd begrijpelijk, en de bewerker geeft slechts
sporadisch inlichtingen. Het zou, dunkt my,
beter geweest zijn, als de bewerker alles
geparaphraseerd had; hij had, als hij den lezer toch een
idee wou geven van den vorm van het origineel,
een fragment met aanteekeningen kunnen laten
volgen.
Overigens komt het boek veel lof toe. De heer
Slempkes heeft de geschiedenis levendig en kleurig
;na-verteld. De meest ktasse staaltjes van realisme
zijn er uit gelaten, niet zoozeer ten genoege, als
dan toch ten bate van de jeugd. Ik ben het geheel
met den heer Slempkes eens, dat de strekking van
den Reinaert. ondanks het feit dat het verhaal
niet eindigt met de traditioneel-beloonde deugd,
den normalen jongen lezer niet op een dwaalspoor
zal brengen.
Een aantal bijzonder aardige illustraties van
Willem Backer (waarom wordt hij niet als
illusstrator genoemd?) versieren het boek.
HERMAN MIDDENDORP
Plan Spui
Architecten Dr. H. P. Berlage en_Ir. J. Limburg
i
'j
a
:
!i
'U
t
j