Historisch Archief 1877-1940
I
i
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 DECEMBER 1929
No. 2741
Pijnlijke gevolgen van een grap
door Melis Stoke
DE Staatscommissie waarvan
voorzitter was de heer Mr. A. I. J. M.
baron van Wijnbergen en welke het
z.g. cadeaustelsel aan een juridisch en
economisch onderzoek heeft onder
worpen, beveelt, strafbepalingen aan
van overheidswege tot uitroeiing van
dit streven, en het departement van
Handel en Nijverheid heeft nog bo
vendien de verregaande
onkieschheid begaan de zure overwegingen der
commissie te publiceeren op Sinter
klaas.
De recht vaardigheidszin en de
bedilzucht, die in een deel van ons volk
leven, vierden tesamen hun
schoolmeesterachtigen triomf op den
naamdag van Sint Nicolaas en de dagbladen
publiceerden het portret van den heer
van Wijnbergen, wiens commissie ver
klaart dat een actie uit de maatschap
pij voortkomend geen kans van sla
gen heeft," zoodat alleen van een
ingrijpen van overheidswege heil kan
worden verwacht. Wanneer wij dit
góéd begrijpen dan1 is de strekking
van deze overweging deze: de belang
hebbenden zijn onvoldoende door
drongen van de schade, die zij loopen
door geschenken te aanvaarden en
daarom moeten zij, die een geschenk
willen afwijzen, daarvoor een beroep
kunnen doen op de wet.
Iemand, die gén cigaretten met
bonnetjes wil hebben, die gén kas
bonnetje wil ontvangen van drogist
of kruidenier, diégeen plaatje bij
chocolade wenscht en zich onder de
bestaande onaf doende wettelijke be
palingen vruchteloos verzet tegen de
opdringerigheid van zeepleveranciers,
die wekkers, kinderspeelgoed en huis
houdelijke artikelen willen cadeau ge
ven, al die slachtoffers van de mildheid
der groothandelaren, moeten met het
wetboek in de hand kunnen bewijzen,
dat zij boter bij de visch of wel geld
in plaats van bonnen en cadeaux
mogen eischen. '
Maar alle gekheid op een stokje.
Mr. van Wijnbergen heeft, om een
schijn van ernst aan deze werkelijk
kostelij k-humoristische vondst te ge
ven, de couranten voorzien van een
portret waarop hij vreeselijk boos
kijkt, zóó boos dat eenvoudige zielen
er misschien ingeloopen zijn en werke
lijk gedacht hebben dat de baron en
zijn mede-staats-commissieleden echt
van meening zijn dat de overheid moet
ingrijpen in transacties die door
vrije burgers, zonder eenigen dwang en
geheel uit eigen wil worden aangegaan
met andere vrije burgers.
Maar hij, die terdege heeft gelet
op de datum van publicatie, en wiens
oog scherp genoeg is om op het portret
eene behendige retouche van grim
mige rimpels te ontdekken, loopt er
niet in en vindt tusschen de regels de
duidelijke bewijzen dat de commissie,
die deze kolossale grap heeft voor
bereid, bij de redactie heeft zitten
gieren en schuddebuiken om de koste
lijke vondsten die zij onder presidium
van den edelman tot een geheel wist
te verzamelen dat alle schijn heeft
eere wien eere toekomt van een
officieel rapport. En hier moge een
woord van lof worden ; ingevoegd
voor den sympathieken chef van het
desbetreffende' departement, Exc. Mr.
Verschuur,j die door zijne feoo bijzon'
der welwillende medewerking aan het
doen slagen van deze grap bewezen
heef 11 dat met zijn persoon een geheel
nieuwe geest in de gesties van onze
overheid gevaren is, een geest die niet
bang is om door wat scherts op zijn
tijd een schaduw te jagen over de
aangezichten van die
grootindustrieelen, die. niet aanstonds hebben be
grepen dat het geen ernst doch inte
gendeel wat onschuldige departemen
tale luim was. ,
Intusschen is het ons gebleken dat
er menschen i zijn die de grap als te
ver gedreven beschouwen, Zij werden
namelijk op een dwaalspoor gebracht
door de quasi-serieuse definitie die
gegeven wordt van het cadeaustelsel:
waarbij een verkooper bij eiken
individueelen verkoop van een bepaalde
waar aan den kooper een zaak ten
totdat zy de noodige bons verworven
had."
Niks gebonden, verklaarde zij
ik zal koopen wat en waar il wil,
en als ze me dat zou'e wille be
letten...."!"
Daarna vroegen wij of haar eener
zij ds het cadeau wordt opgedrongen
en of zij anderzijds geprikkeld werd
om teveel te koopen."
Begin u nou weer ?" vroeg ze
strijdlustig. Ik la me niet dringen en
prikkelen, niet eenerzijds en niet aan
den anderen kant. Ik mot me pakje
poets en me cadeau.' Anders niks."
Maar vrouwtje waagden we nog,
ondervindt gij dan niet het nadeel dat
gij cadeaux ontvangt die vaak waar
deloos zijn, doordat de cadeaugever
geen vakkennis bezit van de geschen
ken, die hy" u verschaft.... ?"
En nou is het basta en welletjes,
schreeuwde ze verontwaardigd. Waar
bemoei u u eige mee.... Wat heb u
Smeekbede van de dagbladlezer'
Ik wacht nu alweer weken lang met ongeduld
of 't Utrechtsen Dagblad nu niet weer eens wat onthult,
dat geeft een mensch weer stof om fijn te redeneeren,
en drukte in m'n krant, en zoo'n gezelligheid
thuis bij de thee, 't café, de tram, de sociëteit,
en zoo'n gelegenheid d'r-bij te fantaseeren.. l
De eene zegt dat hij zoo iets al-lang gedacht heeft,
en d'ander e dat hij expres zoolang gewacht heeft
met zeggen wat hij strikt- en s^rikt-vertrouwelijk wist....
Maar 't leukste dat zijn zij, die zeggen dat 't niet waar is.
Die zijn opeens zoo slim, en kennen den falsaris,
of minstens hem die zich te goeder trouw vergist....
Hè. .kwam d'r maar weer wat.. Ik spel m'n krant en vlas...,
Liefst weer wal griezelige.... Zoo'n valsche paperas,
of weer geheime (liefst nog stnkt-geheime brieven}..
zoo maar eens hier of daar misdadig uitgelekt....
Dan borrelen we weer fijn.... want iedereen ontdekt
hoe 't zeker is gebeurd.... Precies als detectieven....
Dan komt er weer geschil van anti's en van pro's
We worden bitter, triomfantelijk, blij of boos....
De stilste vent gaat weer geanimeerd aan 't praten.
Ze zeggen: Wat denk jij.. ?" en Is d'r wat van aan?"
in plaats van" 't is weer met het mooie weer gedaan.."
of morrege.... !" en hou je rubbers in de gaten.... l"
Hè.... toe. ,. ? Misschien is 't wat brutaal, en wat direct.,.
M'neer Ritter.... zie nou dat u weer eens wat ontdekt...,.
Iets bar-en-bar-geheinis, privés of , strikst-vertrouwelijks....
waarvan 'k verbaasd kan zijn of verontwaardigd van,
fel tegen, ziedend voor, waarover 'k twisten kan....
U bent zoo stil den laatsten tijd... .'k Herken u nauwelijks..
(afgeluisterd aan de bittertafel)
door MELIS STOKE
geschenke geeft of een bewijs afgeeft,
dat, hetzij op zichzelf, hetzij in veel
voud, hetzij in een speciaal samen
gesteld veelvoud op een prestatie om
nietTrecht geeft."
Wij hebben ? onze schoonmaakster
gevraagd of ze wel eens een individu
eel pakje poetsgoed gekocht heeft
waarbij zy een bewijs ontving dat
in spéciaal samengesteld veelvoud
haar recht gaf óp een prestatie om
niet.
Met verontwaardiging heeft deze
hard-werkende vrouw zich van ons
afgewend en vefklaard dat ze nooit
grappen maakte met winkeliers en
dat ze dat niet wagen zouden, en dat
ze dat ook niet waagden maar haar
integendeel zeer.vriendehjk bonnetjes
gaven voor theelichtjes en lepel
doosjes.
C Vervolgens hebben wij de vrouw
gevraagd of zij zich, zooals de com
missie het noemt Economisch gebon
den achtte bij denzelfden cadeaugever
of dezelfde waar te blijven koopen,
met modder te gooie naar de
fabrikante van m'n poetsen me zeep en me
koek ? Moet u soms dat theelichtje
en die lepeldoos gebruike of ik.... ?
Maar de overheid zeiden we
nog, hoewel de grap al lang genoeg
had geduurd:... De overheid moet
er toch voor zorgen dat ze je niet
te pakken nemen.. Als ze nu eens
een vijftal mooie strafbepalingen....
De reactie van deze goedgeloovige
vrouw was zoo heftig da£ we een
BOEKBESPREKING
(Jeorg Hermann: Holland,
Heinbrandt und Amsterdam,
Merlin?Verlag, -Heidelbcrg.
Een bundel van vier essay's en wat
Rembrandt-reproducties er tusschen
door. Waarom is mij dit bijkans kun
stige boek van den schrijver der onge
venaarde liederen van weemoed l)ie
Nacht des Dr. Herzfeld" en Schnee"
bijna zoo lief en onontbeerlijk als deze
twee? Ik meen het te vermoeden:
omdat een tweede Dr. Herzfeld uit
den Duitschen chaos hulp, troost en
redding heeft gezocht by het grootste
wat Holland is: Hembrandt en Am
sterdam. Wat doet het er toe, dat hij %
ons land ziet met de romantische
teederheid, die in een groot ontberen
haar oorsprong vond? Voelt ge de
groote liefde in deze weldoende over
drijving niet? En al weten wij Hol
landers, dat wij zóó schoon niet zijn,
als dit oog der liefde ons ziet; is het
geen reden, om er iets van te worden ?
Wie uit de uitredding komt, moét
ons land zoo overschatten, waarbij
wij, ofschoon door tien minstens
deelende, gaarne toegeven: het is donders
schoon. Het opstel Holland" van
1920 yertoont ons in een prachtige
vergrooting het deugdelijk&t beeld van
ons land. Dan komt Hermann, de
open minnaar tot het hoogste, waarin
het nationale en het
diepst-eeuwigmenschelijke in het licht en donker
onzer landen te zameti stroomde:
Rembrandt. Eerst in 1906 bij diens
SOOsten geboortedag, breeder, meer
visionair in 1925 bij de tentoonstel
ling van Amsterdam's 650 jaiig
bestaan. Daar schrijft hij enkele regels
over de zelfportretten van den ouden
Rembrandt, die u de tranen in de
'oogen brengen.
In Maart 1926 drijft hem het leed,
de onrust, de leegte naar Holland, en
zie t groot stroomt Amsterdam's
stedeziel in hem over, verlost hem
door haar sereene pracht van
onweeribaar verdriet. En in een
diep,-ontroerend In memoriam" dankt hij
haar. Hij en de gestorvene aan wie
hij zijn woorden wijdt, hebben haar, de
kostelijke stad, zeer bemind. Rem
brandt, Hermann en Amsterdam, u
drieën heeft Holland dankbaar te zijn.
Want dat de schilder, de stad zoo
ontzaglijk i schoon en zoo groot zijn,
tot m het diepste ontroerend wordt
het ons opnieuw bewust in Hermann's
doorleefde boek. W. L.
oogenblik spijt gevoelden van onze in
staats-commissie te ver gedreven
scherts....
Mo£ ik soms met een politieagent
achter me an winkele.... ? Gunne ze
me niet meer dat er toch nog iemand
in de wereld is, die mijn eens een
cadeau geeft? Morge krijg je nog een
bekeuring as je je hakke scheefloopt
of as je veter los hangt....
Waardelooze cadeaux.;... ze moeste zich
schame...."
Nog langen tijd hebben we haar
aan het verstand trachten te brengen
dat het onschuldige scherts was,
maar vruchteloos.
No. 2741
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 DECEMBER 1929
T BRANDBLUSSCHER
J^ >HOLLANDIA"
CK» SPANJAARD&CS
FABRIEK ESPANA
UTRECHT
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
Groquante Groquetjes
dqor Alida Zevenboom
IK kreeg van de week een briefje
van een dame die mij vraagt,
waarom ik nog altijd geen lid ben
van de Vereeniging van Huisvrou
wen." TT zou van onze vereeniging een
sieraad zijn, schrijft zij en van dat
moois meer, maar ik heb terug ge
schreven, dat ik nog van den
ouwerwetschen stempel ben en mijn eigen
huishouden best aan kan en>me niet
met een andermans huishouden be
moei, behalve van tijd tot tijd met
het huishouden van mijn nicht uit de
' Cómmelinstraat, maar dat doe ik,
omdat het daar wel eens spaak loopt,
want mijn neef is sociaal, zoo als
hij zegt,, hij is in de beweging"
beweert hy maar wat dat voor een
beweging is, begrijp ik niet goed,
want het is een luiwammes van belang
en het liefst zit hij op een vergadering
te kletsen of thuis in den grooten
stoel bij de kachel. En zijn natje en
droogje zijn ook in orde en nicht moet
maar zien dat alles op tijd er is.
Neen, ik heb mijn eigen reglemen
ten voor mijn huishouding en in dat
opzicht ben ik net Mussolini: niemand
naast > me t Anders Ipopt de boel in het
honderd. ,
En dat vereenigirigkje spelen is goed
voor dames, die met hun tijd geen
raad weten. Als ik 's avonds om ach t
uur nog geen knie gebogen heb van de
drukte, dacht u dat .ik dan nog trek
heb om me fijn aan te kleeden en
naar een vergadering te gaan om een
andere kinderlooze dame over onze
lievelingen en ,,hoe ze zoet naar bed te
krygen" te hooren spreken? Ik denk
wel eens bij mezelf ? maar ik raak
een beetje uit den tijd dat wij met
al die bonden eu vereenigingen en al
die boeken en artikelen over de huis
houding en'de opvoeding van man en
kinderen op den verkeerden weg zijn.
Bij mevrouw zaliger kwam nooit
zoo'n boek over den^ vloer misschien
bestonden ze toen nog niet eens ' en
hoe zijn haar kinderen opgegroeid?
Prachtig! Dat zei meneer Pierre van
de week nog, toen hij zijn jaarlyksch
Sinterklaas-cadeautje kwam brengen.
Ik ben eens een paar weken bij een
mevrouw in betrekking geweest, die
alles uit een boek haalde. Als een
kind brutaal was, dan liep ze naar de
boekenkast en haalde er een boek
van een of anderen professor uit en
sloeg een hoofdstuk op om ha te gaan
wat ze met den ,brutalen rakker doen
moest en tegen den tijd dat zij met
lezen klaar was en haarfijn er achter1
was hoe ze hem had aan te pakken,
had ik hem al over mijn knie gelegd
en dat gaf natuurlijk strubbelingen,
want mijn ..paedagogiek," zoo noemde
ze dat met een vreemd woord, maar ik
noemde het een pak ransel, deugde
niet, zei ze, en zoodoende ben ik er
maar een paar weken gebleven en
heb haar met haar ..paedagogiek"
laten zitten, midden in den schoon
maak.
Mooi was het eigenlijk niet van me
maar het zat me ook tot hier. Met
,, Aalt je, de zuinige keukenmeid" en
de Toespraken van Dr. 'Abraham
Kuyper voor de Deputaten verga
deringen ben ik door de wereld ge
komen en ik kan koken dat meneer
Stanislafski van de week nog tegen
me zei: ,,u is net een kookschool met
vijf jarigen cursus" maar ik vind dat
heelemaal geen compliment, en ik
maak mijn eigen japonnen en mijn
eigen hoeden op, maar ik kan niet van
me zelf vallen als het noodig is en ik
lust geen cocktails", niaar myn
keuken glimt tegen u aan en geen
vingers op de deuren, en dat met een
huis vol menschen. Laat ze me het
maar eens hadoen, met al hun arti
kelen en 'wenken en recepten !
Ik ben van de week een beetje aan
het mopperen, maar met al dien wind
heb ik oorpyn. Dat is. een
familiekwaal, waar mijn moeder ook al aan
sukkelde al wilden sommige buur
vrouwen beweren dat mijn vader haar
wel eens een tik gaf. Maar niemand
geeft mij ooit een tik, en toch heb jk
pijn in mijn rechteroor en suizingen.
Waaruit u zien kan, wat er gelasterd
wordt op een trap met buren.
Als het zoo waait, denk ik altijd aan
dien tweeden stuurman ter koopvaardij
niet wien ik een paar koer naar Van
Haarlem ben geweest, in Carréen
daarvoor in ..Tivuli" in de Nes en die
me altyd. als hij naar de Levant was
geweest, wat meebracht. Den laatsten
keer had hij een paar ringen voor me,
die hij zei. dat de dames daar om hun
enkels droegen ei\ hij ,.wou hebben
dat ik"ze eens zou aanpassen. En daar
over is het uit geraakt, want wij
droegen toen nog langp, rokken en ik
vond dat het geen pas gaf. En ik had
toen ook net last van dikke enkels,
maar u ziet daar weer uit hoe weinig
een man noodig heeft om een vrouw
aan haar lot over te laten. Als ze daar
eens een Bond voor oprichtten !
PATE
^p^/ .
CREAI
CRACKERS
^mi^ff^m^^ ^?- ' - ?
perblik,geheel gevuld metiiostuksFl.3?