Historisch Archief 1877-1940
32
Kerstnummer
Volmoleke en al gauw trappelden de menschen te gare om er malkander
naar te vragen wat dat wel zijn kon. Ze luisterden gespannen naar
Pisjeng zijn elf-uren-gelui, keken dan naar den toren die daar donker
tegen den nachtelij ken hemel rees met in zijn klokhuis het langzaam
beweeg van den man zijn lantaarn, als wilden ze van daar een antwoord
hebben. Maar ze vonden niets en moegedubd ten leste, met schuddende
koppen, trokken ze naar bed.
Lang moesten ze echter niet wachten op dat raadsel, 's Anderendaags
in den ochtend als ze bij 't opengrendelen van hun deur den kop buiten
staken hoorden ze 't al. Stan de vorster, die den nachtdienst had gedaan
op 't stadhuis was er mee thuis gekomen en nu vloog het van mond
tot mond: Pisjeng zijn vrouw was opgestoken ! Wie 't hoorde sloeg
de handen ineen van 't verschieten en in heel de gebuurte werd er
dien dag over niets anders meer gesproken dan dat.
Zeg, wie had zoo iets van zijn leven kunnen peinzen ! Och enne,
die Pi-Sjeng! Van de straat had hij ze opgeraapt, een huis, een vent
en een kind had ze gekregen en madam was niet content ermee !
Ja, probeert zoo een leurdersvolk maar te vangen tusschen vier
muren, ge kunt even
goed de wind aan
een lij n. willen leg
gen! Zwerven moe
ten ze kunnen of
ze breken uit'! 't
Zit in 't bloed
immers! En wat
moest Pisjeng nu
gaan beginnen, met
da' bloeike van een
kind! Ge zoudt het
zien, den eenen
dag of den andere
was die nu ook
nog wel gevlogen!
Hij was immers
eigenlijk ook van
dien akabit !
Maar die zoo
dachten, dachten
niet aan het
kindje, dat er
was. Pisjeng trok
er niet uit, al
moest hij zijn eigen
in den beginne
soms vasthouden
aan tafel of deur
post om niet,door
aijn keeltoenijpend
verlangen weggedreven
te worden zijn vrouw
achterna.
's Morgens kwam er een
oud vrouwke uit het Sint-Barbara-Godshuis om er het werk en
de commissies te doen, hij deed voort aan zijn
speculatievormensnijerij en 'savons nam hij trouw het kleintje mee den hoogen
toren op. 't Was geweten, hij had van zijn ruw beschoten
torenwakerskot een schoon kamerke gemaakt met behangsel aan de
wanden en een bedje waar ze in slapen kon.
Zoolang het klein was droeg hij het geduffeld in denzelfden zwarten
sjaal, doch later, toen het zoo een jaar of zeven was geworden, was
het huppelend aan zijn hand dat het mee optrok.
't Was een smal, bewegelijk rneiske, met pikzwart haar en donker
van vel. En hoe grooter ze werd, hoe meer ze pp haar vader leek. En
dat niet alleen van buiten zoo, maar ook van binnen. Want bij de
Colletientjes, waar ze op schoolging, was er nooit iemand geweest, die zoo
zingen en vertellen kon, en al de geburen, die van 't Gasthuis vest j e
zoowel als van den Grooten Bril waartusschen het Volmoleke lag,
trokken heur aan, deden heur mee aan tafel zitten, om heur aan den
gang te hoorén.
'Pisjeng gewisseld en gedraaid I" lachten de menschen dan en ze
dachten aan heur vader en #at voor een plesante yent dat geweest
"was vóór zijnen trouw.
Doch er waren er ook, die zich dan Pisjeng's baanketserij herin
nerden en ook die vreemde moeder die 't niet had kunnen houden, en
die schudden weemoedig het hoofd.
Een luchtige ziel!" spraken die. Ja; ja, precies heur vader.
't Is nu nog maar een kind, maar wat zal het later zijn? Als ze 't
hier ook maar niet te benauwd krijgt! En ze ziet zij van
daarbovenhoog alle morgenden de wereld opengaan ! Da' wordt een temptatie op
den duur ! Dat hij ze maar goed vasthoudt, Pisjeng !"
Dat hoefden ze hem eigenlijk niet te zeggen: hij hield het kind goed
vast. Geen momentje was ze uit zijn oogen. Ze was toen vijftien,
zestien geworden en eiken avond nog ging ze mee den toren op om
daarboven te slapen. En 's zondags nam hij haar mee naar Antwerpen
en Brussel en verder nog, want niets was hem te veel voor haar en er
was een drang in hem om heur alles te laten zien wat er onder de verre
torens, die hij heur van uit de eigen hoogte aan de verwazende horizon?
had leeren onderscheiden, aan huizen en menschen en tierigheid lag
samengekluwd.
Maar ja, zoo kwam
ook de tijd, dat
het meisje niet
bang meer was
om 's nachts
alleen in 't Vol
moleke te
blijven sla
pen. Eerst voor
nen keer maar,
toen ze toch zoo
moe thuis kwam
van een feestje,
daarna was 't voor
wat anders en 't
duurde niet lang of
't was gewoonte
geworden en Pisjeng
s avonds moeder
alleen naar zijn
trok
zielig
hooge wake.
Wat voor droomen en
verlangens toen in 't hoofd en 't
herte van dat kind aan 't bloeien
zijn gegaan, geen rriensch die 't
ooit gissen kon. En "uit die droomen
bloeide dan 't fatale."
Op een herfstmorgen toen Pisjeng,
moegewaakt, terugkeerde om zijn slaap te
nemen, vond hij het Volmoleke leeg en
verlaten. ? l , ' £{.,-''
't Viel op hem als een hamerslag zoodat
hij er bijkans onder brak. Maar hij weerde
't, zegde zich dat ze misschien ie vers
naar de mis kon zijn en liep toen de
kerken af, de eene na de andere* Nergens
zag hij haar. Hij draafde terug, zot van den angst en lekkend
van 't zweet, klopte de geburen op of zij soms iets wisten. Neen, niemand
had iets gezien, iets vermoed zelfs. Toen drong het wel door tot
Pisjeng wat er moest gebeurd zijn. r
Hij sukkelde kreunend naar huis, grendelde achter zich het ronde
deurke toe en den heelen dag, kon men hem daarbinnen hoorén huilen
dat het door merg en beenen sneed.
Een week of twee hoorde men hem in zijn Vplmoleke en 's nachts
zelfs daarboven op den toren, nog leelijk te keer gaan, maar geleidelijk
mineerde dat en hield dan heelemaal op.
Zoo ging er een jaar of zeven acht voorbij. Op een morgen, na een
nacht vol onweer en purpere bliksemflitsen, kwam hij niet naar beneden.
Men beukte het dichtgegrendelde torenpoortje open, klom gejaagd naar
boven;, riep zijn naam, maar nergens vond men hem. Alle hoeken en gaten
werden afgezocht en 't waren ten slötte dan nog eenige kinderen die hem,
dobbel-en-sobbel ineengevouwen en slap als een zak, ontdekten in het
boschke struiken dat dicht en wild in den hoek bezijds den toren trost!
. Och-Heere ! hij is uit den toren .gevallen! Misschien weggewaaid
dezen nacht!" klaagden de mensehen die 't zagen.
Maar de Kruiskens" klanten begrepen het wel beter.
Else Berg
Boerderij
:>