De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1929 21 december pagina 23

21 december 1929 – pagina 23

Dit is een ingescande tekst.

5> N de rij der luxe auto mobielen neemt de Lincoln een zeer bijzondere, voor aanstaande plaats in. Op meesterlijke wijze zijn in dezen wagen techniek, schoon heid en comfort vereenigcL In ontwerp en afwerking van den 8-cylinder motor is de. grootst mogelijke vervol making bereikt; de carrosse rieën, door kunstenaarshanden ontworpen met een interieur van behaaglijke luxe, hebben een bijzondere distinctie. Hoe Uw reisplan voor dezen winter ook moge zijn, gij kunt geen comfortabeler en be trouwbaarder vervoermiddel hebben dan de. Lincoln. N.V. NÈDERLANDSCHE FORD AUTOMOBIEL FABRIEK. ROTTERDAM, DE PARIJSGHE CARRIÈRE door Emmy van Lokhorst ISA Bloeming was een knap, jong meisje, niet alleen knap van uiterlijk, maar bo vendien een zeer begaafd teekenaresje. Op het meisjeslyceum had zij reeds haar tijd verknoeid", zooals de leèraressen zeiden, met het teekenen van allerlei figuurtjes. Zoo als de andere meisjes poppetjes teekenden in hun aanteekenschriften, was Isa serieus bezig, om in haar meetkundeschrift een kopie te vervaardigen van het ,.Melkmeisje van Vermeer". Zij begon zulk een studie uit verveling over de meetkundeles, maar na eenige minuten was zij zoo verdiept in haar werk, dat ze den heelen meetkundeleeraar vergat en niet meer op of om keek. Deze en dergelijke gebeurtenissen maak ten, dat Isa geen eindexamen op het meisjes lyceum hoefde te doen, maar door haar va der naar de teekenacademie werd gestuurd. Tot haar eigen verwondering en groote teleur stelling bemerkte Isa, toen ze eenige weken op de academie was, dat zij in het geheel niet van teekenen hield. Ook op deze school kon zij haar aandacht niet bij de lessen bepalen en het ergste was, dat ze nu geen copiën van Vermeer of Rembrandt durfde te beginnen, daar haar klasgenooten haar over zulke aan matigende pogingen duchtig gehoond zou den hebben. Na eenige maanden ging het wat beter op de academie, en Isa begon zich te amuseeren met heel andere dingen dan met het teekenonderwijs. Er waren een paar aardige jon gens en weldra was Isa in een kringetje van vroolijke jongelui opgenomen en werd ook uitgenoodigd om in de dansclub te verschij nen. Van teekenen kwam niet veel en toen het "jaar voorbij was, had Isa het gevoel, dat zij in het meetkundeschrift van het lyceum grootere kunstwerken tot stand had gebracht dan op de academie. Haar vader dacht er evenzoo over en daar de financieele draag kracht voor Isa's opvoeding grenzen had, nam hij haar van de academie en wilde haar stenografie en typewriten'laten leeren. Nauwelijks was Isa op de school voor ste nografie, of zij voelde haar oude liefde voor copiën naar groote meesters weerkeeren. Zij spijbelde van de lessen, om in het Rijks museum uren lang te zitten turen, en 's avonds op haar kamertje teekende zij geen stenografie, doch geheel nieuwe dingen. Op de kamer van haar zusje had Isa een aller aardigst Engelsen kinderboekje ontdekt en daarbij was ze illustratie's gaan maken. Zij had zooveel pleizier gekregen in de kinderfiguurtjes, die haar eigen potlood op het papier tooverden, dat ze een dikken bundel illustratie's bij het eenvoudige boekje maak te en daarmee op een goeden dag naar een uitgever stapte. SCHAKEL l WÊILIGEWEG 11-1?*AMSTEROAM 'Overhemden naar maat Bi) ons, verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOENEN De uitgever keek met veel belangstelling in het jonge, lachende gezichtje van Isa en daarmee was de zaak al een goed eind op dreef. Hij wilde het boekje niet uitgeven, maar hij verwees Isa naar een vriend van hem, die illustratie's in een weekblad plaatste en zoo begon Isa haar carrière als teekenares in de pers. , In plaats van haar vader geld te kosten, door het nemen van stenografielessen, ver diende Isa aan het eind van dat jaar haar eigen kleedgeld en nog een jaar later kon zij zelfs een tegemoetkoming in het huishouden geven. Maar Isa had niet het minste begrip van geld. Met de nonchalance, die haar eigen ? was, ging ze den postwissel of cheque innen, die haar door de tijdschriften, waaraan ze meewerkte, gestuurd was en als ze dan op den terugweg naar huis langs een winkel kwam, waar haar het een of ander aanlokte dan stapte ze naar binnen en zoo gebeurde het menigmaal, dat Isa net zoo arm weer thuis kwam, als ze was heengegaan. Haar ouders onderhielden haar dikwijls over deze fatale eigenschap; Isa keek goedig hulpeloos in de wijze ouderoogen en ont wapende haar vader, door op het oogenblik, dat hij zijn hoogsten troef uitspeelde, haar armen om zijn hals te slaan en hem een klapzoen te geven. Maar Isa kon zich niet ver anderen, op de punten, die haar ouders zoo ergerden en angstig stemden. Toen Isa eenige jaren haar begaafde potlood", zooals enkele vriendelijke critici schreven, in dienst van de kinderliteratuur had gesteld, begon haar plotseling dit alles op de meest onvei drage lijke wijze te vervelen. Haar stralend ge zichtje, dat altijd getuigde van een onver woestbaar goed humeur, vertoonde op som mige dagen een boozén trek, haar oogen stonden ontevreden, haar rnond trok dik wijls omlaag. Door wien Isa op het denkbeeld was ge komen, kon ze later niet zeggen,1 maar op eens had ze begrepen, dat ze in Holland niet thuis behoorde. De menschen waren er te nuchter, te zakelijk, te overwogen. Isa had geen enkele solide eigenschap. Het eenige, wat haar in het leven aantrok, waren'bloe men en feesten en vroolijke gezichten. En te gelijk met deze ontdekking had Isa het ge neesmiddel voor haar slechte stemming van den laatsten tijd gevonden: zij wilde naar het buitenland. Natuurlijk wilde zij naar Parijs. En op haar eigen, onbeholpen manier begon Isa te sparen. Zij legde zich de geweldigste beper kingen op, kocht geen groote zakken bon bonsmeer, die ze thuis in een hoekje bij de kachql achter elkaar op at. Ze kocht geen nieuwe jasjes meer met groote bontkragen en zelfs de hoeveelheid schoenen, om welks aantal Isa berucht en beroemd was, begon in te krimpen. Door al deze buitensporige krachttoeren snakte Isa hoe langer hoe meer er naar, om weg te komen. Wat zij eigen lijk in Parijs wilde gaan doen, was haar zelf een raadsel, maar er zweefde haar een vaag plan voor oogen, dat ze daar even goed als in Holland wel een uitgever of een redactie van een tijdschrift zou vinden, die zich voor haar werk interesseerde. Op een goeden dag kon Isa het niet meer uithouden. In koortsachtige haast pakte zij haar koffers, nam een taxi naar het reis bureau, om een plaats in een trein naar Pa rijs te bespreken en vertrok vier en twintig uur later naar de lichtstad. Haar ouders en vrienden, die het wel met haar meenden, hadden haar uitvoerig ge waarschuwd voor al de moeilijkheden, waar in ze als jong meisje alleen in Parijs zou kun nen komen, maar Isa had maar met een half oor geluisterd. Voor cén keer in haar leven had het begrip geld echter haar belangstelling gehad. Ze moest het een paar weken in Pa rijs kunnen uitzingen; haar spaarpotje van eenige honderden guldens was niet groot, maar ze had verschillende adressen gekregen. waar ze in Parijs goed en goedkoop terecht zou kunnen. De eerste dagen in de groote stad was Isa te verbluft door al het ongewone en nieuwe dat ze zag, om zich van iets reken schap te geven. Ze had een hotel besproken, dat haar was aanbevolen, maar toen ze 's avonds laat met een taxi voor dat hotel stilhield, bleek het, dat er geen enkele kamer meer vrij was, en Isa had zich door den chauf feur, die er goedig uitzag, naar een ander hotel laten brengen, waarvan hij haar ver zekerde, dat elke prinses er haar intrek zou kunnen nemen. Het was volkomen waar gebleken, maai Isa had vergeten naar de prijzen te vragen en toen haar de eerste week de rekening werd gepresenteerd, sloeg zelfs- Isa, die an ders niet voor een kleintje vervaard was, de schrik om het hart. Ze betaalde haar rekening, pakte meteen haar koffers, liet een taxi voorkomen en ging op zoek naar een nieuw hotel. Zékwam nu in Montparnasse en reed daar verschillende hotelletjes af, om naar de prijzen te informeeren. Na het vorstelijk verblijf, waaraan zij ge wend was, leken al deze hoteUetjes donker, vies en onsmakelijk. Eindelijk vond Isa een kamer, waarvan de prijs haar redelijk toe scheen en waarin zij gedurende eenigen tijd haar intrek wilde nemen. De paar honderd gulden, die ze meebracht, had Isa voor een onuitputtelijk fortuin ge houden, toen ze bemerkte, dat de lage fran^ kenkoers haai kapitaal vertienvoudigd had. Drieduizend francs, dat was toch een enorme som, waarvan ze zeker jaren zou kunnen rondkomen. Tot haar verbazing bemerkte Isa echter, dat ze na eenige weken al aardig door de drieduizend francs heen raakte. Hoe het moUYNENBURG MUYS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl