Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 28 DECEMBER 1929
No. 2743
No. 2743
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 28 DECEMBER 1929
J* D. STRUIJS & Zn,
Prinsengracht 837 Telefoon 37906
BEGRAFENISSEN (naar ERIIEZIII! met RUIKEN of HUTU'S)
CREMATIE. - TRANSPORTEN.
Voor all* doeleinden
DirkSciUKtitel
Amsterdam. *
.).DE KONING6 ZOON
Keizersgracht 447,
Opgericht Ao. 1739
GASFORNUIZEN.
i ,t
'
' '.'l
TEVOREN l
BAKTE IK j
eieren steeds in J
boter, ik deed 't nu
volgens Uw recept
met slaolie, 't ging
prachtig en wij von
den ze zelfs zóó
veel lekkerder don
met boter.
Mevrouw A. te BUSSUM.
Een der vale ongevraagde attesten.
B
Wl
fVïkW' voor gratis
%^n^ en geïllustr.
NTER BOEKJE
96 bladzijden ;
102 recepten
Aan Afd, Reclame
Oliefabrieken Calvé? Delft
~ OUEFABRIEKEN ._ ' \
8 CALVË-DEIFT |
p}mr9 _^ : ?
BEGRAFENISVERECN1GING
N. SAX Jr.
P.C. Hooftstraat 38 AMSTERDAM Telef.t 20341, 24250
REGELING VAN BEGRAFENISSEN EN
CREMATIES VAN UIT ALLE PLAATSEN
EIGEN -LIJKKOETSAUTOMOBIELEN
RUmirüfrel
eis
Iets nieuws van
Droste": vulling van
truffel-chocolade met
rhumsmaak.
7
/iel toe.
dot ge Dros les
ONZE VERTEGENWOORDIGER
IS MET COMPLETE COLLECTIE
ZONDER EBNIOE VERPLICH
TING DOOR 'T QEHEELE LAND
TE ONTBIEDEN.
Onze geïllustreerde
prijscourant wordt
gaarne op aanvraag
kosteloos
toegezonden.
ALLE IND. COSTUUMS
WORDEN VOLGENS
HET JUISTE MODEL
DOOR BEKWAME
COUPEURS VERVAARDIGD
WltU CectumM
vanaf
Wollen
CostuiDM vtnaf . . . .
- OCN HAAG
C. G. A. CORVEY. AIMSTERDAM *OTTBKDAM-GRONIN««,
' -9 ......
UTRECHT ALMELO,
\.:\
t
r* '
l
Voornaamste Kleedinginrichtin
op elk gebied
f/'M.
De Drielitigen. Als er twee leeren loopen
moet er altijd n wachten!..."
VAN EEN GROOT
KINDERVRIEND
door Otto van Tussenbroek
Helnrich Zllle
HEINRICH ZILLE, de bekende en geliefde
Berlijnsche teekenaar van kinderea, van den
bittersten nood onder de allerarmsten der wereld
stad, is kort geleden gestorven, nalatend een
overvloed van werk, dat, eenvou
dig, eerlijk en klaar, treft door
gezonden humor, vaak ook roert
door scherpen spot, want dat was
Zille's geheim en het verklaart
zijne groote populariteit: hij
teekende met een glimlach op de lip
pen dingen die schrijnend de wreedheid van het
leven in armoede weergeven. Immers het waren
uitsluitend de achterbuurten, die Züle bezocht
en daar was het dat hij zijne motieven vond.
Soms werd zijn werk dan ook tot eene stille
aanklacht en deze werd des te aangrijpender,
omdat daaraan toch nimmer de satyre vreemd
bleef. Een voorbeeld? Twee in lompen gehulde
meisjes loopen op straat.1 De een zegt tegen de
ander: Vader zit in 't tuchthuis en moeder ligt
in 't kanaal, vandaag geen koffie hoor!...."
Kinderen zijn het en altijd weer kinderen, die,
ook daar waar zij door groote menschen omringd,
geteekend zijn, Zille's liefde wisten te wekken.
Hij toekende wat hij zag maar altijd zag
deze mensch met het groote hart mér dan
de werkelijkheid. Soms neigt hetgeen hij gaf tot
do caricatuur, een andermaal geeft hij wat men
zou kunnen noemen: de sociale satyre, maar
ziet: het krachtigst raakt den beschouwer zijn
werk al» dit door de scherpst geziene realiteit
heen den reddenden volkshumor weergeeft van de
bewoners der sloppen en stegen van een vetgoten
stadswijk. In een nauw straatje waar nooit een
zonnestraal in doordringt en waar het altijd
donker blijft, roept een meisje dat haar kleinste
broe.tj'ïin de armen draagt naar haar moeder,
die drie-hoog uit het raam kijkt: Moeder,
wat moet ik doen, Jantje zijn luier iskletmat?
En dan klinkt het antwoord: Houd hem maar
in de zon, dan droogt-ie wel!"....
H\j was ongelijk in agn werk, men ziet aan alles
dat hij een stemmings-mensch moet geweest zijn
die gaf wat hij te geven had en dit nooit anders
deed dan naar zijn kunnen van het oogenblik;
een die zichzelf nooit grooter voordeed dan hij
was, soms herinnerend aan een landgenoot:
Wilhelm Busch, en soms stijgend tot gelijkenissen,
waarbij namen van niemand minder dan Steinlen
en Forain in herinnering komen, maar toch steeds
zichzelf op zyn eerlijkst en gulst.
Zyn teekentrant heeft meermalen iets driftigs
vooral in zijne uiterst knappe, schetsmatig gebleven
werken, zij stijgt soms tot het handschrift van het
leven, waarin met sobere scherpe lijnen, bezield en
vlot, het beeld gegeven wordt. Enkele, met het
penseel ingevulde, zwarte partijen of fijn-grijze
halftinten brengen daarin de noodige contrasten
en steeds is er een knap in het kader stellen van het
deel dat de pointe" als het ware onderstreept.
Eene enkele maal bezigde Zille op korrelig papier
bij den Oost-Indischen inkt ook het conté-krijt; zijn
werk kreeg daardoor het karakter van een
steendruk en in deze dingen kon hij op zijn onverwachtst
tot eene grootheid uitstijgen waarin de schaduw
van een Daumier over hem viel....
Soms ook zonk zijn kunnen tot lager plan. Het
bezielde teekenen verliet hem in zulke o
genblikken» nooit faalde bij hem het onderwerp of de
idee welke daaraan vastgeknoopt was, maar wel
de vaste hand en somtijds tevens (omdat hij ge
dwongen was veel te maken) de kranigheid van
doen welke hem in zijne beste oogenblikken eigen
)L iefdes-panden"
Schafttijd op de vuilnisbelt*
was. Doch door deze ongelijkheid heen is Zille's
oeuvre toch juist zoo puur-menschelijk l
, . % *
Wie kent ze niet, die kinderen uit de krot
woningen der achterstraten eener groote stad, in
hunne verfomfaaide, te wijde, gekregen kleedij,
met de te groote afgetrapte laarzen en schoenen,
met de afgezakte rokjes en broeken en over de
ooren zakkende hoeden en petten zoo
zieligbelachelijk; wie kent ze niet, die hummels in lompen,
van welke men eigenlijk niet weet hoe ze groot
moeten worden, met hunne rachitische lijfjes en
armen en beenen en vél te groote hoofden waarin
de kinderoögen reeds zoo ernstig kunnen kijken?..
Zille kende ze echter beter dan wij allen. Hij leefde
met ze mee, Jedes Proletehkind hat Ihm gehort.."
en zoo kon hij geven het epos van het kinderleven
in armoede en ontbering waarin toch altijd plaats
bleef voor de vertroosting van den lach.... Wol
kon hij met Beanmarchais zeggen: ....Je me
presse de rire'de tout, de peur d'être obligéd'en
pleurerl"....
JQDeze kinderkenner, deze vriend der vergeten
kleinen uit de vaak wreede samenleving, toekende
meer met het hart dan met de hand en wat deze
brave kerel gaf, zelfs in zijne wiangste voorbeelden,
welke uitermate verdrietig konden zijn, bleek
nimmer kwetsend omdat zijn onbedwingbare zin
voor humor altijd het ovenwicht wist te herstellen.
Deze zeldzame gave bracht hom do genegenheid
Van velen. Of hij werkelijk naar volle waarde ia
geschat zou men kunnen betwijfelen. De taak
van een clown is anderen te doen lachen en men
De eerste schreden"
verwachtte van hem niet anders.
Dat er in Zille een hél diep
mensch stak zullen maar en
kelen geweten hebben, trouwens
dien vindt men slechts in de
allerbeste voorbeelden van zijn
raak talent: in eene moeder die
geen redding meer ziet en haar
kind verdrinken gaat; in- een
stervend
man in het
ziekenhuis
die zich bij
den dokter
beklaagt; in
een kind dat
zwervend op
straat door
andere kin
deren mee
naar huis ge
nomen is om
dat het zich
zoo eenzaam
voelt....
' Telkens is
het alsof Zille
zich dan den last van de schouders werpt, al dit
verdrietige te moeten weergeven en clan teekent hij
dingen die niet anders dan de vroolijke zijde van het
leven vastleggen: een bruiloft of een buurtfeest
waar gedanst wordt en gezongen en de gasten' alle
maal wat meebrengen om de jolijt te verhoogen. Als
er ook druk gedanst wordt dan zegt een juffer van
vijfhoog tegen een man cliosomber zit toe te kijken:
Waarom trouw je niet met Lise, Paul ? Ze kookt
voor je, ze wascht voor je, ze stopt zelfs je sokken
en als je dronken bent dan weet je tenminste waar
je thuis hoort!". Maar ook ken ik van dezen
geboren satyrist eene teekening waarop eene
weduwe met een klein meisje links, en een jongetje
rechts, in een tot op zijn hielen afhangenden
gestreepten zwembroek in zee gaat baden. Het jochie
vraagt: Moeder, waarom trouw je toch niet weer?"
Waarom, Alfredchen," vraagt de Moeder.
Nu, omdat ik dan eindelijk van Vader's zwem
broek afkom !...."
* *
Zoo iets zou de Franschman l'oulbot in onze
dagen ook hebben kunnen weergeven, maar wat
deze mist is den. dieperen ondergrond welke aan
Zille's werk waarde verleent. Diens liefde voor het
verwaarloosde kind verleent dit zelfs in zijne
vermakelijkste teekeningen iets zieligs en hulpeloos,
dat altijd medelijden wekt en als wij weten dat
Michelet eens den revolutionairen invloed van een
talent als Daumier heeft trachten te berekenen, dan
is het nog zoo gek niet om te beweren, dat wat
Zille deed voor de Berlijnsche armelui's-kinderen
den in sterke mate doorgevoerden kinderzorg van
gemeentewege grootelijks heeft aangespoord. Aldus
kon ook in dit geval de teekenstift een uiterst
scherp wapen blijken, maar Zille's aard was er
niet naar te willen grieven. Integendeel, 'dit was
oen mensch zonder vijanden, een die overal vrien
den vond en geen wonder: Wem was geschah
Wem mal zu helfen war, Zille war da!"....
Kan men aldus vuur velerlei dingen groote
waardeering hebben, dit dient ten slotte nog gezegd
dat de bij de teekeningen behoorende onderschriften
zonder uitzondering daarmede een absoluut onver
brekelijk geheel vormden.
Ook dit was Zille's gave: een scherp oor, een
scherpe blik stonden hem ten dienste, maar wat
zou dit voor hem beteekend hebben als zijne
overrijke fantasie hem niet ten overvloede in staat
gesteld hadde telkens weer verrassende vondsten
te doen ? Humor, zoo is er gezegd, is dégave der
vroolijkheid welke zich verschuilt achter eene
ernstige verschijning en waarvan de karakteristieke
eigenschappen zijn de ironie en het onverwachte,
de evenzeer lichte vorm als diepe aard, waarin zij
tot uiting komt. Dat soort ideale humor heeft
Heinrich Zille ten volle in het léven meegekregen
en als kind zoo blij ermede gespeeld.
K E N NE R S
KOPPEN BOTER
VAN OUD-BUSSEM