De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 4 januari pagina 9

4 januari 1930 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 2744 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 4 JANUARI 1930 De Weverij Het Paapje' te Voorschoten door Ro van Oven NIET ten onrechte werd door Piet Zwart op de feestelijke jaarvergadering van de V.A.N.K. met afwerende minachting gesproken over kunstnijverheidsproducten, welke aanvankelijk dienden als .,cadeautjes voor neefjes on nichtjes in het Gooi" en welke thans de aesthetische inventaris vormen van de ,,kunst"winkols, die Sinterklaas-, verjaardags- en Kerstgeschenken aan den man trachten te brengen. Niet ten onrechte? Ook dit is slechts een halve waarheid. Immers als we de geschiedenis van het gebruiksvoor werp nagaan, en kunstnijverheidsvoorwerpen zijn als gebruiksvoorwerpen bedoeld, fhoe dan ook het werkelijke resultaat moge zijn dan merken we, hoe in den tijd, dat gebruiks voorwerpen zich door eenvoud en harmonie onder scheidden, niemand der koopers ei' ooit een oogenblik over dacht zich nu eens een bijzonder schoon voorwerp aan te schaffen. Men had een bord noodig, goed, men kocht een tinnen bord, vanzelfsprekend goed van vorm, van degelijk en tevens zuiver materiaal; men had behoefte aan een drinkbeker, aan een drinkglas en men schafte zich een beker, een glas aan, waaruit 't goed was te drinken. Al deze voorwerpen toonden duidelijk hun gebruiks waarde, daar ze ondergeschikt waren aan de om geving, aan het interieur. Ze waren er immers om gebruikt te worden en waren niet vervaardigd om een aesthetisch effect in de kamer teweegtebrengen, Dat dit toch ge schiedde, ge beurde uit den aard van het voorwerp, om dat het niet an ders pretendeer de te zijn on omdat de maker ervan niet ge streefd had zijn naam voor do eeuwigheid te redden, terwijl ten slotte de ge bruiker zich te vreden stelde met soberheid, eenvoud en de gelijkheid alleen reeds om de zeer practische reden, dat het overgroote deel der menschheid niet in de mo gelijkheid ver keerde uitge breid en onhanteerbaar huisraad te bezitten en te onderhouden. Hoe verder do techniek voortging, hoe inge wikkelder iedere constructie werd. doordat de gewone man, in zijn behoefte aan romantiek, voor het product eener bloeiende t>n rijke verbeelding aanzag, wat slechts een uiting was van koop mansgeest, die o]) die behoefte a,an romantiek der groote massa speculeerde. Kn toen de machine kwam, werd deze speculatie tot een uiterste de cadentie gedreven, de machine, die het ook voor de groote massa mogelijk maakte romantischer huisraad te bezitten en de ontaarding in de hand werkte, vooral ook door het feit, dat de machine niet ,,loonend" werkt, als er geen overproductie is. Dit nu is het groote tekort der machine, dat ze niet tot betamelijke beperking in staat is. Tenminste; tot nu toe. Kn tegen dit tekort begint thans een klein gedeelte der nienschheid in verzet te komen. De penen zoeken 't in een terugkeer tot dat wat geweest is. de anderen in een aanpas sing aan de machine. Maar het is even onmogelijk tot het verleden terug te koeren, als menschelijke gevoeligheid, menschelijk verstand aan mechanische productie, zooals deze zich op het oogenblik ver toont, te brengen. Zoolang de tusscheiiweg of liever de verbinding, de samenhang tusschen handwerk en machine niet zal zijn gevonden, zoolang zullen kunstnij verbeidwinkels" en Grands Bazars" blijven floreeren. Toch bestaat in een enkel vak reeds het werktuig dat den samenhang tusschen handwerk en machine zeer duidelijk demonstreert. Het is het weefgetouw, dat deze verbindende taak vervullen kan en zal. Immers het weven heeft, evenals het potten bakken, van den beginne af een machine, weliswaar door handkracht in beweging gebracht, noodig gehad voor de vervaardiging van zijn producten, noodig voor dagelijksch gebruik. Het dagelijksch gebruik is van het ontstaan van deze machine de directe oorzaak geweest: immers handenarbeid alleen zou niet voldoende zijn geweest om de be hoeften van dit dagelijksch gebruik te bevredigen. Toen nu de machine haar triomfantelijken in tocht hield, maakte ze zich aanstonds van het weefambacht meester: zelfs was het weven een der eerste bedrijven, welke door andere dan men schelijke beweegkracht werden gepleegd. Uit den aard der zaak kwam hieruit een overproductie voort, die niets dan schade gebracht heeft aan de vanzelfsprekendheid van het weven, van de weef producten. Toen nu voor vijf-entwintig jaar teruggegrepen werd naar het handwerk, was ook het weefgetouw, dit middending tusschen handwerk en machinalen arbeid, een welkom werktuig voor den nieuwen Enkele kleeden, vervaardigd op de weverij Het Paapje" ambachtsman. Helaas werd 't zonder werkelijk inzicht in het wezen der weefkunst. laat ik liever spreken van het handwerk van het weven, be dreven en viel ten prooi aan kunstzinnige dames. die zich verheven achtten boven de leegentijdvulling, door haar moeders bedreven en nog steeds als fraaie handwerken aan onze .scholen gedoceerd. De .,cadeautjes voor do Gooische tantes" ontstonden; later, nu nog, namen de kunst nij verheidswinkels de leiding in dezen, voorzagen buffetloopers, wandlappen, boekenleggers eri wat dies meer zij van de namen der ontwerpster." De aesthetische ,,upper ten" kwam en kocht haar kunstzinnige verjaarsgeschenken tegen hooge prij zen. Maar onder die aesthetiseerende menschheid bevrijden zich soms enkelen, die inderdaad trach ten te verwezenlijken een niet-opzettelijk int rieur te scheppen, rustgevend door soberheid, waar niet de schoonheid vooraf wordt, klaarge maakt. Maar het is een moeilijke onderneming voor den monsch, die niet als scheppend kunste naar werd geboren, om, zonder tot uitgaven te komen, welke het gemiddeld inkomen van den gewonen burger niet kunnen dragen, iets anders dan een rusteloos massa-artikel te verwerven. Terug tekeeren naar middeleeuwsche soberheid, zooals sommigen op een ander plan. waar rubber en metaal de eerste rol spelen, zicli voorstellen, zal voor de menschheid voorloopig nog geen vol doening beteekenon. De bazarartikelen kunnen slechts geleidelijk worden overwonnen: het weef getouw kan hierbij zeer zeker in do eerste, plaats zijn diensten verrichten. Dit is begrepen door de oprichters van de handweverij Het Paapje" te Voorschoten, die zich voorstellen in hun werkplaats tapijten, divankleeden, kleine kleeden, gordijnen te vervaardigen voor hen, die tot nu toe aangewezen waren op bazarartikelen. De leider, Hans Polak, behoort zelve tot een Rotterdamsche familie, die meer dan 100 jaar den manufacturenhandel bedreef en zich niet slechts met den handel, maar ook met het textiel bedrijf zelve bezig hield. Zelfs teekenden de firmanten dikwijls zelve de ontwerpen voor katoentjes en andere stoffen welke in Engeland, in Twente werden vervaardigd. Zoo was dus Hans Polak reeds vroeg vertrouwd met het machinale bedrijf, maar geboren in een tijd, dat de grootheid hiervan niet zonder aarzeling met reserves werd erkend, zag ook hij de fouten aan deze machinale weverij verbonden, al had de weefkunst, zelve dan ook zijn liefde, l^n zoo kwam hij, na eerst ja ren lang slechts patronen ont worpen te heb ben voor stoffenfabrieken te Manchester en te Lyon, te Crefeld en te Z rich, nu kortge leden tot de voorloopige ver wezenlijkingvan zijn ideaal, de oprichting van een weverij, waar hij een groep werkers bijeen wil bren gen, die liefde voor hun vak, voor het weven hebben. Wer kers, die geen ontwerpen Blee kenen, maar die do techniek van het weefgetouw, do handmachine, door en door kennen. Hot personeel bestaat uit boerenmeisjes uit don omtrek on uit Duitscho wevers (dio wel een traditi bezitten, maai' dio toch ook veel moeten afleeren. wat ze zich eigen maakten bij de machinale weverij ), terwijl een enkele llollandsche handweofstor, .Mies Vormekamp, oud-leerlinge van het Instituut voor Kunstnijverheid te Amsterdam, zich gevoegd hooft bij dit geheel. Zoo wil hij geraken tot oen groep werkers, dio do liefde voor hot vak veroenigen mot do liefde voor don weel'stool. waaraan /ij werken, zóó als eenmaal de wever zijn ambacht, bedreef. Om op deze wijze een stijl te veroveren, Welke, dank zij inkoop <ip groot o schaal, dank zij een groote productie, tegen billijke prijzen kan worden verkocht. Prijzen zeker niet hooger. zelts lager dan waarvoor het publiek gemeenlijk pleegt te koopoii en waarva.n iniitatie-1'erzen do gebrui kelijkste on verwerpolijkstc objecten zijn. Hcods zag ik enkele kleeden. die uitmunten door eenvoud en warmte, dank zij de prachtige kleur combinaties. Zij werden zoo eenvoudig mogelijk geweven, zoodat een weinig kostbare werkwijze groote productie mogelijk maakte. Voornamelijk wordt het spoohvoven toegepast, terwijl niet al te veel kleuren tesamen worden gevoegd. Het is te hopen, dat do plannen van Hans l'olak volkomen verwezenlijkt worden on zijn weverij een voorloopor moge zijn van vele andere, die goode producten goedkoop onder de mensehen kunnen brengen. Want de economische factor is in deze van het grootste belang. .Misschien worden ze dan van voel imitatie verlost on zullen we ons in eenvoudige niilliéii's kunnen verheugen over schoone zakelijkheid. E N N E R S icoop^fy PIOTFR ?\ \J> \J Ir £?? l« D \J l & E^. VAN OUD-BUSSEM

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl