Historisch Archief 1877-1940
No. 2745
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN n JANUARI 1930
Naar aanleiding der Haagsche Conferentie
MIGHEL'S BUIDEL
door G. A. Klaasse
OP dit oogenblik valt er uit Den Haag eigen
lijk nog geen definitief nieuws te melden,
maar men krijgt den indruk, dat men het nu
toch wel eens zal worden ook over de technische
?wijze van oplossen van het vraagstuk hoe
Duitschy.ijn verplichtingen zal nakomen.
Kchtei' op gezette tijden, wanneer er een belang
rijke wijziging komt in de economische verhoudin
gen op eenigerlei gebied plegen wij allen het hoofd
te schudden, en voorspellingen te orakelen: dat
tnoet spaak loopen. En dat is dan ook zoo af en
toe wel het geval. Maar gelukkig gebeurt het ook
dikwijls, zeer dikwijls dat de zwartkijkers er naast
zijn.
T)e kwestie der herstelbetalingeii is in de laatste
jaren een zeer dankbaar object geweest voor zeer
donker gekleurde voorspeliingen. En ook de met
deze kwestie natuurlijk nauw samenhangende
economische toestand van Duitschland is ten prooi
ueweest aan de meest sombere verwachtingen.
Niet heelemaal ten onrechte, men had eerst de
boog Wel strak gespannen en het logische correctief:
herziening van de lasten is dan ook niet uitge
bleven. Maar aan den anderen kant dient men toch
< iok een open oog te hebben voor al hetgeen zonder
kunstmatig ingrijpen is geschied. Enkele jaren.
geleden toen Duitschland eenige milliarden per
jaar in het buitenland leende, aanzienlijk meer
leende dan moest worden betaald uithoofde van
liet DawespJan, zoodafc het restant werd gebruikt
om een deel van den import te betalen die de uit
voer aanmerkelijk overschreed, is in het kamp dei1
pessimisten die toestand scherp gehekeld. Wat
moet er wel gebeuren, aldus deze critici, wanneer
de beleggers in den vreemde eens niet meer
bereid auüen zijn om voortdurend nviar nieuwe
Duitsehe obligaties te slikken.
Dat zal een bankroet voor Duitschland
beteekerien. Niet alleen zullen dan de reparatieschulden
niet meer kunnen worden betaald zonder ernstige
bedreiging van de positie der Keichsbank. Maar
<>ok zal Duitschland dan moeten boeten voor de
7-onde dat veel meer goederen in het buitenland
worden gekocht dan betaald kunnen worden met de
?tegenprestatie die de export verschaft.
Duitschland leeft op den zak van de buren ! Tot zoover
(leniet-Duitsche zienswijze. En nu de Duitschers,
want die waren evenmin geneigd den toestand
gunstig uitteleggon. Vooral van de zijde der groot
industrie werd geweeklaagd over de ongezonde
verhoudingen. Ziehier de interpretatie van dezen
kant: doordat de Dawes-crediteuren. inzonderheid
de Vereenigde Staten ons, Duitsche industrieelen
niet in de gelegenheid 6t 'Illen onze noodzakelijke
irooderenaankoopen en onze reparatieschulden in
natura te voldoen moeten wij een steeds stijgende
schuldenlast op ons nemen, waaronder op den duur
? >ns land en onze valuta dreigen te bezwijken.
Breek dus uw tolmuren af, want mochten wij eens
niet meer kunnen leenen, dan stort het kaarteYihuis
* *
*
In den zomer van 191S trad inderdaad de lang
«(.?vreesde indigestie bij de consumenten" van
Duitsche obligatien in. Sedertdien is bijna geen
enkele leening meer openbaar geëmitteerd en ook de
onderhandsche namen snel in beteekenis af. Werd
in 1928 door Duitschland nog ongeveer 1.5
milliard in den vreemde geleend, in 1929 kon niet meer
dan circa 850 millioen mark worden opgenomen.
Maai-. . . . het kaartenhuis weigerde hardnekkig
te wankelen, a.llo voorspellingen ten spijt. Afgezien
van aan bijzondere psychologisch factoren te
wijten, kortstondige schokken, bleef de positie
van de Koiehsbank even stevig als voorheen. En
lüt jaar was nog wel het eerste
..MaximumDawes-ja,ar."
W Welk natuurlijk correctief heeft dan de geschie
denis zich hier geschapen;- Heeft Duitschland zich
de waarschuwingen ft.» n ge frokken, door minder
buitenlandse!])! goedereu te gaan verbruiken.
Of heeft misschien. Amerika do bede der Duitsche
industrieelen verhoord door de tolmureu al'te
breken? Neen. geen van beide partijen is tot inkeer
gekomen. En toch.... Ja, toch; want toen de
buitonlandsche beleggers hun obligatieaankoopen
staakten, begon juist het tevoren in Duitschland
geïnvesteerde kapitaal vrucht te dragen. Duitsch
land had niet geleend om zich dik en rond te eten
en ook niet alleen om mooie stadhuizen te bouwent
maar de industrie had haar capaciteit met
hegeleende kapitaal uitgebreid. Aldus werd Duitsch,
land's productiecapaciteit vergroot, en de Duitsche
industrie, nu weer toegerust met meer en betere
outillage werd meer korikurreiizfahig". Eenige.
tientallen jaren geleden waren het de Vereen;gde
.Staten, die hier in Europa geld kwamen leeueii;
ook Amerika kocht toen veel meer bij ons dan het
betalen kon met do aan ons geleverde voedings
middelen en grondstoffen. En nu kan datzelfde
Amerika ons met goedkoopo producten
overstroomen, met producten vervaardigd in fabrieken,
vervoerd vooral door spoorwegen die met ons kapi
taal zijn gebouwd. Wanneer een land meer kapitaal
kan gebruiken dan liet zelf bespaart, en daarom
elders leent dan is het niet meer dan logisch dat
die kapitaalbeweging een evenwijdige
goedereubeweging uitlokt. En daarom is het allerminst
verontrustend wanneer zulk een land meer in
voert dan het zonder leenen betalen kan; als dat
importsurplus niet rioodig was zou er niet geleend
worden. En. . . ? wat in dit verband belangrijker is,
wanneer er niet meer geleend wordt zal het im
portsurplus binnen afzienbaren tijd verdwijnen.
Een enkel cijfer: in 1927 toen heel veel in het
buitenland werd geleend werd niet minder dati
nagenoeg 1} miiliard mark meer goederen ingevoerd
dan uitgevoerd. In 192.S bedroeg het import
surplus nog 1-| miiliard. Kn toen. in .1929 de
buitenlandsche beleggers niet meer bereid waren
te leenen. . . . verkeerde het mvoorverschot in een
klein export saldo (2 t millioen).
* *
*
Trouwens om een juist beeld (e krijgen van dat.
wat economisch invoer eri uitvoer is. moet men
feitelijk niet alleen naar de grerisbowoging kijken.
Er kan al klinkt dat paradoxaal - een belang
rijke export plaats vinden zonder dat er n baal.
n kist over de grens gaat. Immers, uitvoer
beteekent verkoop van goederen aan (-en
buitenlandschen kooper. Wanneer nu die kooper de
goederen in Duitschland laat liggen, of nog beter:
ze daar gebruikt, dan is dat ook export, al blijkt
t;]1 uit de douanestatistieken niets van. Kn zulk een
..export" kan voor .Duitschland dubbel nuttig zijn,
wanneer de gekochte goederen of arbeidskracht
- - door den buitenlander worden aangewend om iii
Duitschland fabrieken te bouwen of te laten
bouwen. Duitschland verkoopt dan zijn producten
en ziet de kapitaalrijkdom en dus de werkgelegen
heid toenemen. En dat is juist in het afgeloopen.
jaar zoo veelvuldig gebeurd. Huitenlandsche, voor
al Amerikaansche ondernemingen hebben op ruime
schaal zich geinteresserrd bij de Duitsche industrie.
En dat is een zwaard niet drie snijkanten: twee
daarvan noemde ik reeds: goederenafzet en werk
gelegenheid; tenslotte de derde: de kans is groot.
dat behoeften die tot nu toe door import werden
bevredigd, voortaan door eigen productie worden
gedekt. Want de General Electric zal veel minder
aanleiding vinden een AEG, waarin zij zelf deel
heeft te bevechten, dan een niet-gelieerde concur
rent. Kn Ford zal niet zijn eigen Duitsche fabriek
met Amerikaansche Kordjes gaan bestrijden. Kn
tenslotte hebben dezelfde oorzaken, die de bron
voor nieuwe Duitsche obligat iclooningeii ver
stopten, nml. de aandeelenhaus.se en de hoo^e
ge!<lrente. haai1 ontstaan te danken aan een hoog
conjunctuur in Amerika, en elders, waardoor
Duitschland in de gelegenheid was haar export te
vermeerderen. Alles bijeengenomen meer dun vol
doende om hi'! evenwicht te bewaren.
W;mnneer sJraks na. een i^oede afloop der
JJaausi'he besprekingen het young-plan in kruiken en
kannen is. zal waarsehijnlijk de kans om
Duitsche emissies omler (e brengen wel weer groo!ef
wol-den, /oowel door de lagere n'eldrente a.ls door
ile ge wij/.i g» l e mentaliteit van den beleger <lie
vooi1 aamleeleii wa.( huiveraehi ig is geworden.
En als dan de handelsbalans van onze buren weer
passief wordl. hoeven wij werkelijk niet hef
grijze hoofd te schudden !
BEURSSPIEGEL
Donderdag, 9 Januari
DE algemeene stemming blijft nog steeds onder
nul, zoowel in Wallstreet als aan onze en
andere Europeesche beurzen. Het publiek blijft
een afwachtende houding aannemen en ook de
beroepshandel durft geen posities van eenige betee
kenis optebouwen. De heele handel gaat gebukt
onder de onzekere vooruitzichten. Intusschen- kan
van nervositeit ook niet meer gesproken worden;
slechts n woord kan de stemming typeeren:
lusteloos. Een echt post-crisis-symptoom. Bn
onder die omstandigheden kan een bijzonder
ruime geldmarkt ook niet veel verandering brengen.
/oowel in Amerika als in Europa zijn de
geldnoteeringen met sprongen teruggeloopen. Callgeld is
in Wallstreet beneden de 4 pCt. te krijgen, bij ons
is particulier disconto 31/* pCt. en prolongatie JJ1/^
pOt. Van goedkoop geld kan inderdaad zoowel op
bet bedrijfsleven als op de beurs een stimulans
uitgaan. Eu al moge het overdreven zijn de heele
aandeelenhausse te verklaren uit de lage rente in
1927 zooals door verschalende Amerikaansche
..geleerde schrijvers" geschiedt toch zit in die
bewering een kern van waarheid. Maar het ligt er
heelemaal aan onder welke omstandigheden de
geldruimte haar intrede doet. Gebeurt dat op een
oogenblik dat ten aanzien van toekomstige dividen
den en koersen der aandeelen groote onzekerheid
bestaat dan zal zelfs een rente van 2 p('t. de specu
latie nog maar nauwelijks aanlokken. Kn wat het
bedrijfsleven betreft, daar is de rentefactor
dikwijls zulk ecri minimaal klein deel der lasten,
dat een bezwering van de depressie door lage
rente al zeer onwaarschijnlijk is. Evenmin als
dezen zomer de beurs zich liet ontmoedigen door
hooge rentetarieven laat zij zich nu sterk
inspireeren door lage rente.
* *
*
Alle aandacht blijft gespitst o]) de berichten uit
handel eri nijverheid. In. Europa waar de statistiek
vergeleken bij Amerika nog maar zeer rudimentair
ontwikkeld is, en de bedrijven zelf met cijfers
bijzonder karig zijn. is het heel moeilijk zich een
beeld van het conjunct uurverloop te vormen.
Trouwens daar zal in de ontwikkeling nog niet veel
tefkeiiing zijn. In Amerika blijven de berichten en
cijfers weinig bemoedigend, al schrijven alle ban
ken in haar publicaties dat het erg meevalt en dat
..liet bedrijfsleven door de beurskrach niet is
aangetast". De National City Hank behandelt de
October-crisis heelemaal en bagatelle. Tenslotte
was in Amerika alles ge/.ond en als niet de
Engelschen root in het eten hadden gegooid met huil
llatry-krach dan zou alles op de beurs nu nog
pais en vree zijn. ... In Mei van dit jaar was het
<le City 'Hank die, to.'ii de Keserrve-autoriteiteii tot
beteugeling van de speculatie het geldaanbod op
de beurs wilden inbinden, de speculanten uit den
brand hielp door S 20 millioen call ter beschikking
van de markt te stellen. Jn October holde president
Mitchell blootshoofds naar Morgan's kantoor;
in de bourserisis daalden de aandeelen van de
City Hank nagenoeg het sterkst van alle
bankaandeeleii. . . . En de overzichten die de bank de we
reld instuurt blijven bullish. ... in het huis van den
gehangene spreekt men niet van den strop. De
overzichten van de Guaranty Trust zijn trouwens
evenmin in mineur gesteld, al hebben zij meer
oog voor de feiten. Kil wat de beurs betreft
zullen zij misschien over een paar maanden zelfs
gelijk krijgen. Wie weet'r de koersen weerspiegelen
niet de beteekenis van de gebeurtenissen maar de
beteekeiiis die het. publiek eraan toekent. C. K.
N. V* Nederlandsche
Grondbrief bank
van 1906
STELT VERKRIJGBAAR
'O/ Obligaties
/O a "°/o
AMSTERDAM-C.
: HEERENGRACHT 495 =