Historisch Archief 1877-1940
No. 2745
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN u JANUARI 1930
Onze Meubelen en de Nieuwe
Zakelijkheid
door Paul Bromberg
Begrip en Ueteekenis
DE Nieuwe Zakelijkheid veronderstelt een Oude
Onzakelijkheid, die als een heriditaire belas
ting in den vorm van overtolligheid en schijn op
al het door menschen geschapene drukte; de
materieele doelmatigheid en de efficiency belemmerde,
de geestelijke waarden vertroebelde door de
011noodige franje en ballast, die jneri placht te ge
bruiken bij al zijn uitingen. De N(ieuwe
Z(akelijkheid) wil een zuivering zijn, waardoor de eenvoud
van de functie en de gedachte van elk ding duide
lijker gaat spreken, dus beter verstaanbaar en
materieel en geestelijk waardevoller wordt.
Uitingen
De N.Z. uit zich in de levensopvattingen
deinieuwe generatie, in het beeldend vermogen van
de werkelijke kunstenaars, in de economie van het
zakenleven, in de zelfstandigheid van de vrouw,
in de rationaliseering van het huishouden en op
"tallooze andere gebieden. De N.Z. als levensvorm
kan niemand ontkennen. Hierover willen wij het
«echter niet hebben, maar juist over de dwaze uitin
gen, die vooral het toch reeds uitgemergeld leven
van de toegepaste kunst nog verder ondermijnen.
Van toegepaste kunst spreken we, als een geheel
of gedeeltelijk machinaal product door meewerking
van den kunstenaar zoowel een verbeterde tech
nische als aesthetische verzorging heeft gekregen, als
de bruikbaarheid in elk opzicht dus zoo goed moge
lijk is geworden.
Feitelijk heeft dus altijd een voorwerp, dat wer
kelijk toegepaste kunst was, altijd ook tevens door
zijn hoedanigheden bij de N. Z. behoort, al is
-die pas enkele jaren geleden ..uitgevonden."
Omdat we echter de N.Z. voornamelijk van. zijn
dwaze kant leeren zien, nemen we alleen waar, hoe
deze N.Z. op verachtelijke wijze de toegepaste
kunst, als zijnde een voortbrengsel der onzakelijke
romantiek, in een hoek schopt.
Zij die in het leven staan, hebben het werk. dat
hen volkomen in beslag neemt, hen volkomen boeit
?en dat hen verheft boven de kwasi-problemen der
praters. Hun werk-uitingen hebben minder be
hoefte aan publiciteit en tentoon-gestel met een
bijzonder etiquetje, omdat hun producten werke
lijk gebruikt worden, hun productie opgenomen is
in het natuurlijk evenwicht van vraag en aanbod.
Naast het leven staan de praters, eenzaam met
hun bedenksels, waarmee ze tentoonstellingszalen
en kranten vullen, maar die niet vermogen door te
dringen tot de realiteit, omdat de realiteit haar
?eigen wetmatigheid hoeft; haar eigen critiek:
haar eigen levende eischen. Wij zouden niet naar
de pen hebben gegrepen, indien niet het aantal
praters zoo onrustbarend toenam en hun geschreeuw
zoo hinderlijk werd, dat we er na ons werk, in de
luttele uren van ontspanning, last van kregen.
C. P. Rollin
Bureau -van een technicus in Zweedsch eikenhout
Hiikele voorbeelden
Architecten, die geen l'raisbank van ecu
vandikt e-bank kunnen onderscheiden zullen, ons even
laten zien. welke vorm het machinale zakelijke
meubel eigenlijk moet hebben; zij stellen zich dus
aan als August de Domme die eens een nummer
schoonrijden gaat ten beste geven. Hun N.Z.
meubelen zijn een bespotting van de N.Z. en een
onovertrefbaar voorbeeld van de Oude Onzake
lijkheid. Zij geven den schijn voor het wezen (doen
dus romantisch) teekenen een vorm die iets
,,machinaals" uitdrukt, maar die (wat elke meubelmaker
met mij eens moet zijn) in de productie zoo duur
uitkomt, dat alleen een enkele snob zich die
paskwillige luxe kan aanschaffen. t»« *>
Zij ontwerpen het meubel voor de massa,'het
goedkoope doelmatige voor ieder verstaanbare enz.
enz. enz., meubel; omdat echter iedereen houten
meubels heeft gemaakt, zullen zij in metaal creëeren.
Tegen het metaal als materiaal voor meubels in
sommige gevallen, is niets in te brengen; het is
n van de vele mogelij k-heden, maar als
materiaal voor het massameubel deugt het niet.
De massa heeft nog steeds het recht haar eigen
meubels te mogen kiezen en omdat dit het geval
is. zullen zij geen metaal koopen. Als de N.Z.
praters dit niet begrijpen, moeten zij eens n dag
in een meubelwinkel zich op de hoogte stellen van
hetgeen men vraagt. Schetteren tegen den smaak
helpt niets; men moet bij den smaak, evenals bij
een huis door de deur naar binnen; als we tegen
de gevel opklauteren en op de bovenverdieping
door een raam toegang zoeken, zal men ons niet
ontvangen. Als de ontwerpers van het massameubel
zich niets aantrekken van den smaak van de massa
zal de massa zich niets aantrekken van het massa
meubel. Dat de massa niet ongevoelig is voor
smaakbeinvloeding hebben we in de praktijk ge
zien, maar we moeten met onze pogingen niet
buiten de praktijk belanden.
Over de technische en aesthethisehe waarde
van veel producten der heeren. die zich zelf als
drager der N.Z. hebben uitgeroepen kan ik hier
niet verder ingaan, maar verwijs naar mijn artikelen
in. het vakblad ,,Iii>i>ienJtuis''.
Toekomst «Ier toegepaste knust
De opleiding van de jonge kunstenaars moet er
op worden ingesteld, dat zij de machine als in
strument leeren kennen, waai mee zij zich moeten
uiten. Dan zal die uiting (als elke uiting van ecu
werkelijk kunstenaar) bezield zijn; anders bezield
dan het handwerkproduct en gelukkig ook anders
bezield dan liet dwaze romantische product, dat
men voor de N.Z. wil laten doorgaan.
Naast het geheel machinale product neemt
voorloopig echter het gedeeltelijk machinale product
in de praktijk nog een zoo belangrijke plaats in,
dat ook de kunste
naars die niet meer
bij machte zijn de
eigen taal der ma
chine te leereu (bij
gebrek aan leeraren
die zelf olie taal
beheerschen) nog een
leven voor zich vin
den waarin /.ij v (.dop
scheppend werk kun
nen verrichten. Als
zij zich daarbij reken
schap geven van de
eischen, waaraan het
te creëeren werkstuk
moet v o l doen en
naast hun c ril is c h
vermogen ook het
vermogen niet
vcrwaarloozeii de stem
van het hart !<?
hooreii, zal de toegepaste
kunst van onze over
gangstijd n iel als
blanco bladzijde sma
delijk worden^ ver
zwegen in de geschie
denis aller tijden.
T. Spanjaard
Kaptafel
Nieuwe Uitgaven
De
Toovervogel, door ^Fenna de Mcyier.
illustraties van II. A. C'. Dumont,
UUfjecers Mij. Elsevler, Amsterdam.
De meisjesboeken waarin het meisje uit Iiidié'
een. rol speelt zijn legio. En vaak heeft het ons
gegehinderd, hoe Non of Toet steevast voorgesteld
werd als een wispelturig, door baboe's verwend
kind, vol tinka's.
Fenna de Meyier heeft in ,,de Toovervogel"
hiermee, gelukkig gebroken.
Ze schetst hierin twee meisjes, Loes en Kiekje,
die gelukkig niet beantwoorden aan het type,
dat ons gewoonlijk wordt voorgezet.
Want Loes met haar ijdelheidjes en
beminnelijkegoi'sme, met haar zucht tot behagen is het type
meisje, dat we in ons eigen land vaak genoeg
tegenkomen en Kiekje.... ach, waren er meer
Kiekjes op de wereld, dan zou 't er beter uitzien
voor de jongere generatie.
liet is eigenlijk maar een simpele geschiedenis,
van twee bakvisschen, die om hun opvoeding te
voltooien, naar Holland komen, in huis bij Tante Da.
Maar de schrijfster heeft er iets goeds van weten
ti' maken en zo heeft haar figuren zuiver weten te
houden.
De meisjes kunnen ui t baden in het geld.
krijgen geen vorstelijk zakgeld en Tante Da is
niet de koele hebzuchtige Tante die gewoonlijk
in de boeken die ons van (jroof er Nederland ver
halen zoo weinig sympathiek aandoet.
Eigenlijk is 't bij tante Da wat slordig, neemt
ze 't zoo nauw niet met orde en regel, maar haar
teer en liefhebbend vrouwenhart is van zuiver goud.
Nochtans gaat in dit boek alles van een leien
dakjo. Er wordt in gestreden en overwonnen en
Kiekje-'s pad gaat lang niet over rozen.
Ze weet zich er echter dapper doorheen te slaan,
hoeveel schokkende gebeurtenissen ook dreigen
haar kracht te breken.
Kn de toovervogel van bet geluk, die wonderen
vogel, dien niemand zien mocht en je vooral niet
mocht roepen, .streek bij haar neer en bracht haai'
het groote geluk, dat ze reeds verloren waande.
Dit zeer gevoelig en toch niet sentimenteele
bock is een aanwinst voor bakvischjes boekenkast
<-n het bizonder gave figuurtje van Kiekje zal menig
leeg ijdeltuitju aan het denken brengen en haar iets
goeds meegeven in den strijd van het leven.
E. HKLIXFAXTE- BEIJXFAXTE
VAN OUD-BUSSEN!