De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 18 januari pagina 4

18 januari 1930 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 18 JANUARI 1930 No. 274$ S. M. Eisenstem: Generallinie" Serge Michailovitsch Eisenstein door L. J. Jordaan NOG altijd zijn er menschen, die onbedaarlijk ironisch worden, wanneer ze het woord ci neast" citeeren, een nieuw woord voor een nieuw begrip maar die alle gevoel voor humor missen, wanneer ze over een lift, een crick of een bumper spreken. Nog altijd zijn er lieden, welke men de jaren der ijdelheid lang te boven waande, maar die niettemin met gracie in den strik tippelen, door een listig uitgever terwille van wat gratis copy gespannen en die plechtig uit antwoorden gaan op enquêtes". Nog altijd wrijft men zijn oogen uit, wanneer men de resultaten van gezegie en quêtes gewoonlijk oude meeningen over nieuwe toestanden overziet en ten aanzien van de film vermeld vindt, dat zij net goed genoeg is voor de brave, leerzame" documentair, of het langzamer hand toch werkelijk gênant wordende grapje van de duisternis en de vrijende paartjes. Ik heb een paar beminnelijke oude lieden gekend, die tot voor enkele jaren in hun huis gas brandden, nog nooit getelefoneerd hadden en weigerden in een automobiel te gaan zitten maar zij ver meldden die feiten, hoewel ze er in hun hart trotsch op waren, nimmer publiekelijk bij enquêtes". Want het waren niet alleen beminnelijke, doch ook verstandige oude lieden. In gemoede hoe is het mogelijk, dat men over de film kan oordeelen gelijk men doet, in een wereld temidden waarvan een figuur als Eisenstein leeft en werkt. De Potemkin" is nu vier of vijf jaar oud en zij slaat ons nog met dezelfde ontzetting, ?met dezelfde violente emotie als op den onvergetelijken dag der première. Zij is nog steeds even grootsch, schoon even weinig'?leerzaam" als de Marseillaise en zij maakt de genoegelijke duisternis der bioscopen nog immer tot het onheimelijk domein, buiten tijd en ruimte, waar de Schoonheid en h"t Gewell elkaar ontmoeten. Eisenstein is in ons midden geweest en hij is het levende bewijs gebleken teg-.;n de dwaze meerling, dat het geloof in en het enthousiasme vóór zijn kunst, slechts zouden bestaan in de geëxalteerde hoofden van overspannen nieuwlichters. Ik heb hem langs een keukentrapje naai' een. wankel podium zien klauteren in een kleine Kotterdn.msche bioscoop, met even weinis filmische pos" als een fëHAKEL 1 HEILIGEAVEG -11-17'AMSTERDAM 'hemden naar maat wiskunde-professor, die den catheder beklimt. Ik heb hem zijn rede hooren aanvangen met een nuchter betoogend Also. . .." een rede, waarin de woorden kunst" en ..kunstenaar" evenmin voorkwamen als in een verhandeling over den explosie-motor en die niettemin de beginselen ontvouwde van een omwenteling in zake het begrip kunst", tot de grootste en ingrijpendste behoorende, welke onze cultuur heeft gekend. Met den grootsten eenvoud rekent hij ons voor. dat hij in zijn land de massa, haar collectieve instincten en emoties, heeft leeren kennen als het nieuwe, levende organisme handelend volgens buitenindividueele wetten, reageerend op buiten-per soonlijke prikkels dat als een nieuw ontstane macht zijn aandeel in het wereldbestel komt opeischen. Wir wollen das individnelle los werden, mit seinem ewigen Dreiecke von Mann. Weib unxl lAebhaber" zegt hij. nonchalant op het tafeltje zittend, dat hem tot lezenaar dient. Wij willen het autonome leven van dat nieuwe organisme volgen, vastleggen en trachten te begrijpen in zijn geluk, zijn tegenspoed, zijn streven, zijn uiterlijke en innerlijke conflicten...." En hij zinspeelt met geen woord op de visioenen van een nieuwe, gigantische dramatiek, die als vlammende verten in onze overrompelde hoofden opdoemen hij versmaadt iedere aanduiding van de ongekende, oneindig verveelvoudigde driften en enthousiasmen wier botsing wij in vaag ontzag voorvoelen. Want hij is de architect en de ingenieur zijner filmconstructies en hij haat, als wetenschappelijk man, iedere dichterlijke allure. Waarover hij ons komt Bij ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOENEN S. M. Eisenstein spreken is zijn systeem", dat hij dwingendlogisch, klaar en eenvoudig aan ons weiischt te openbaren. In deze kleine, gedrongen figuur, waarin de motorische geladenheid ongehoorde spanningen heeft bereikt en waarin al de energieën van scheppingsdrift, artistieke; bezetenheid en ordenende, constructieve potentie zijn opgehoopt, domineert een demonische zelfbeheersching - een koele zelftucht. die al deze factoren slechts met de uiterste economie en liet grootst mogelijke effect wenscht te benutten. \Vijzende den \v< g naar een toekomst, waar de gebieden van. kunst. Wetenschap en techniek ineenvloeieii. Nu de verrassing en de overrompeling, welke de Jiussische film bij haar verschijnen veroorzaakte, geweken is en daarmede (Ie onvermijdelijke over schatting, lijkt het oogenblik gunstig de liet eekenis te herzien, van den man. die heden ons land be zocht en de faam van zijn volk het eerst en waar schijnlijk liet verst over de wereld zond. In Welke Verhouding staal Kisenstein tot liet internationale filmverschijnsel en tot zijn. landgenoot en? Achtereenvolgens zien wij fragmenten afdraaien v;vi ,.Tii-n Dagen". ..l'otemkin" en ..(.leiu raiimie" S. M. Eisenstein: Generallinie" en daarmede worden de hoogtepunten van zijn oeuvre in oris geheugen opgeroepen, teekei,t zich de figuur Eisenstein in vaste, duidelijke om trekken af. Aan een der taüoo/.e interviewers, die als aasvogels op hem neerstreken, moet KLsenstein verklaaid hebben: ..Wij zijn nooit humoristisch. omdat wij geen tijd hebben voor grapjes." Inder daad, wie dit werk aanziet voelt de waarheid .-n iioodwendigheid van /?.nik een antwoord. Wie «tl1--. deze Eisenstein als deze Kussen, leeft in .-i :> scheppingsroes, waarin de drift tot vormgeving. en de passie tot verbreiding eeiier ideologie elkaai opzweepen. die begrijpt en aanvaardt den onvi-rbiddelijken ernst welke zoo slecht past bij d. fideele gemoedelijkheid van den gemiddeld, n bioscoopganger. die tol bloedens toe wcn.-i-h' geamuseerd te worden. Hij Kisenstein heeft deze ernst een vorm aan genomen van wreedheid en onverschilligheid l. r opzichte van onze persoonlijke, individueeJe ge voelens, die wondt en ontzet. Hij werkt met ander, eenheden dan onze ik-emoties, hij jaagt de massa'met hun driften en instincten tegen elkaar op .n knauwt en vermorzelt onze zenuwen, onze per soonlijke liefde, ons persoonlijk medelijden. Mei, kan zich voorstellen, dat zijn scheppingen haaf en weerzin wekken niet wegens een kinder achtige revolutieangst. maar door het instinct tot zelfbehoud, dat liet individu zich wanhopig doet verzetten tegen een meesleuren in den nia,alstroom der massa-conflicten. Ik zie in ..Tien dagen'' een ellendig paardenlijk boven den afgrond v a.! i een opengedraaide brug hangen en een cultuur.. een verfijning van eeuwen doet mij de ooi:.-n sluiten voor een schouwspel, dat mijn zenuwen martelt. .Maar Kisenstein erkent slechts de kos mische elementaire angst der menigte, die o\,i deze brug gejaagd Werd als vervolgd wild < den massa'.en schreeuw van heel een ra,s, dat komst en bevrijding zoekt, versterft ni'jn nieiiue emotie in een m't..-htoioos gekreun. Dit alles > verschrikkelijk, on- eu buiten-inenschelijk. demo nisch . . . . i na'i r het is groot en ontzaglijk van ernst . Het is deze onverbiddelijkheid, deze blinde elelneiitai;'e passie, die de ki'a.'ht van Kisenstein uitm:i/i,kt. Kn Ie'! i.-, zijn on-c hat bare beteekenis. da* hij da't.^x 11'>:? de ftlm a!s middel nitkoos en de ..\prcssieve j.oteütie v:i-i. dit nieuwe materiaal r. aanslt »nds bewee-. m de ,.1'otemkin' film. eersten hel'iig>-n sia_. \\a.-trin hij wel a! die kr; schijnt te hebben geconcentreerd. GENERAAL, ACJEXTEX VOOR AMATETJK-MIXO-UITRUSTI1VG FOTO-SCHAAP & Co. SPUI 8 AMSTERDAM

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl