Historisch Archief 1877-1940
No. 2746
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN i9 JANUARI 1930
Uit de Natuur.
WITTE ELS
door Dr. Jac. P. Thijsse
VERLANGT 6IJ UWEN WIJNHANDELAA3
EN IN UW RESTAURANT:
CHAMPAGNE KRUG SCO
REIMS ,
IN KWALITEIT AAN DE SPITS!
Aanplant van Witte Els in de
Drentsche Staatsbosschen
HET lijkt wel of wij weer een zachten winter
zullen hebben, want het ziet er toch wel anders
uit dan in 1917 en 1928. Een ervaring van vele
jaren en min of mser getrouw bijgehouden dag
boeken hebben mij geleerd dat uit het gedrag van
planten en dieren maar een bitter klein stukje
toekomst voorspeld kan worden. Wanneer het nu
in onze weilanden nog wemelt van de kieviten,
dan. beteekent dat nog lang niet dat de winter
voorbij is, evenmin als de overvloed van kraan
vogels in December de voorbode mocht heeten
van een sneeuw- en vorstperiode. De heesters hin
gen in het najaar vol vruchten: vlier,
lijsterbes, meidoorn, berberis, liguster
bogen onder hun kleurige bessen en
menigeen voorspelde daaruit een
langdurigen en strengen winter, maar in
December zongen meezen, boomkrui
pers, winterkoninkjes uit volle borst en
de sneeuwklokjes steken nu al een cent
imeter boven den grond, komen op gunstige
plaatsen al haast in bloei. In bosschen
en hagen is het pijpkruid (fluitekruid)
al overal uitgeloopen en zaden van
vroegeling, hoornbloem kleef kruid zijn
al lang ontkiemd, rozetten van
bolboteibloem spreiden zich uit. Haarlem's klok
kenspel vormt dichte pollen en de ge
bruikelijke winterbloeiers zijn alle present.
Kamperfoelie en vlier loopen uit, de
hazelaar staat op bloeien, die is door
gaans het eerst. Maar nu is in de laatste
jaren ons landschap verrijkt niet een
struik of boom, die is nog vroeger dan
de hazelaar. Dat is de Witte Els en die
stond op 12 Januari in hijsse's Hof al
in vollen bloei.
Iedereen kent natuurlijk de Gewone
of Zwarte Els, al was het alleen maar
aan de donkere, houtige vruchtpropjes en
een jaar of tien, twintig geleden kon je
daar gerust op af gaan. Maar de Witte
Els heeft ook van die proppen, alleen
hebbeu die wat vaster vorm en gaver
uiterlijk. We kunnen zeggen, wat nu op
het oogenblik bloeit, is Witte Els, want die
is bij ons drie of vier weken vroeger dan de
Bloc&em van Witte Els
Zwarte. De katjes van meeldraadbloernen van
de Witte Els hangen nu al lang uit, een deci
meter lang of zelfs langer, terwijl die van de
Zwarte nog stijf ineengedrongen zijn. Allebei
hebben ze ook stamperkatjes, vrouwelijke katjes,
meestal dicht bij de mannelijke aan dezelfde twijg.
Deze vrouwelijke katjes zijn maar klein, nog geen
centimeter lang en die zitten nu bij do Witte Els
ongesteeld vlak tegen een gemeenschappelijken
twijg aan, terwijl zo bij de Zwarte op afzonderlijke
stoeltjes aardig losjes zijti gegroepeerd. Da:i heeft
de Witte Els slanker twijgen, spitser knoppen en
later in den tijd vertoont hij bladeren met een
spitsen top, terwijl de Zwarte Els oen afgeronden
bladtop heeft. Wanneer ge de Zwarte en de Witte
Els naast elkaar ziet staan, dan kunt ge nog met
gemak een dozijn verschillen er bij ontdekken.
De Witte Els is een boom uit het bergland van
Centraal Europa, wij ontmoeten hem nog in het
beneden Engadin. Daar in Zwitserland moet je
weer eventjes oppassen, want behalve deze Witte
Els groeit daar alweer nog een Groene Els, waarover
later. Hier in Nederland vinden we tegenwoordig
op menige plaats groote aanplantingen van Witte
Elzen en ze vormen een trek in het landschap, die
we niet over het hoofd mogen zien. Ons
Staatsboschbeheer plant ze aan bij millioenen en ze
behooren tegenwoordig even onvermijdelijk bij
de ontginning van woesten grond tot bosch als de
lupinen. Zoo'n uiterst gewillige, snel groeiende
boom komt uitstekend te pas om dekking te leveren
voor den aanplant van waardevoller hout. Zijn
overvloedig loof, dat in den herfst afvalt geeft
evenals dat van de hazelaar een fijne milde humus.
Zijn wortels strijken wijd en zijd door den bodem,
hebben groote genegenheid voor heilzame bakteriën
on andere zwammen en geven een grond,
:c:£'-~~ <lie tot dusverre geen boomen droeg oen
// flinken duw in de richting naar
woud'/ bodem. Uit de wortels schieten nieuwe
loten omhoog en zoo kan, we zien hot in
mijn hof, in vijf jaar tijd een enkel
schraal boompje zich ontwikkelen tot
oen dicht struweel. tën wanneer we
tusschen die Witte Elzen hot geboomte
fe planten dat wij begeeren en dat tot
was\\ dom komt, dan willen zij zelve eindelijk
weer heel bescheiden hun plaats aan die
nieuwelingen afstaan, zoodra die hun
bovcn liet hoofd groeien, want zo ver
dragen niet veel concurrentie. In de
komende jaren zullen de Amsterdam
mers wel gelegenheid krijgen om kennis
te maken met de Witte Elzen, wanneer
oen begin van uitvoering zal worden
gemaakt met de park- en
boschplaniien en de kleibodein van de polders, die
in duizenden jaren geen hoorn heeft
gedragen, zoo snel mogelijk moot veran
deren in boschgrond. Natuurlijk zullen
we niet zoo ondankbaar zijn om zo op
zrj te schuiven, zoodra zij hun taak heb
ben vervuld. Integendeel. Wij moeten
er eenige strooken van houden om van
Januari-bloei te kunnen genieten on hot
dichte wortellot geeft uitmuntende schuil
plaats en nestgelegenheid aan allerlei
vogels, temeer doordat ondanks- dat wor
tellot nog allerlei varens en bloemplanteri
een plaatsje kunnen vinden in het halflicht onder
do wijdvertakte en niet al te dicht bebladerde
boomen.
Zoo krijgen wij naast het oorspronkelijk Neder
landsen landschap een Niouw-Nedorlandsch land
schap. Ga maar eens na: Witte Kis,
('anadapopulier, Douglas-spar, Zwarte l'ijn, om maar eenige
der voornaamste te noemen. Zo zijn allo welkom.
Charles N ijpels. drukkeren uitgever t e.Maast richt,
heeft een bijzonder goed uitgevoerd boekje het
licht doen zien: I'endora, oin Festspiel von Goethe.
Do uitgave is beperkt, tot honderd vijf en
twintig exemplaren, l [et boek i.s gedrukt in zwart
on lood met de Grot iuslottor en initialen van
S. II. de Hoos en op Ossokop-papier gedrukt.
Honderd exemplaren zijn in den Inndel.
KRONIEK
Kerk of Staat
DE couranten maken melding van een nieuwe
pauselijke encycliek, nog eens over de opvoe
ding der jeugd eu klaarblijkelijk tegen het fascistisch
régime gericht. Die opvoeding zit den paus hoog,
sedert het fascisme blijkbaar ernst maakte met
zijn nieuw systeem om de jeugd voor zich te be
houden, opdat zij opgroeie tot rechtegaarde fas
cisten.
Natuurlijk meent de paus en houdt staande, dat
allereerst de Kerk moet opvoeden en de grondslagen
leggen, waarop de kindekens tot trouwe zonen van
het Roomsch-Katholicisme kunnen opwassen.
Wat dan ook in het gezin kan geschieden, van
zelf sprekend, indien ook de oudere getrouwe
zonen der Kerk zijn. De Staat kan dan vervolgens,
of ondertusschen, maar altijd subsidiair, trachten
der jeugd gevoelens van vaderlandsliefde, burgerzin
en burgerplicht in te pompen. Zoo wil het de paus,
en zoo is het ongeveer in alle katholieke landen.
De Kerk acht zich nummer n en wil heerschen
ook over den Staat, door middel van haar pastoors
en kapelaans, die het moreele leven der burgers
richten, en het laatste woord spreken over hun
daden. Of die daden den Staat ten goede zullen,
komen is maar een bijkomstigheid, die ten
deeledoor de mentaliteit der geestelijken in de
verschillend.e landen wordt bepaald. De diverse nationale-,
kerken zullen zich den Staat liefst niet tot vijand!
willen maken en hoe soepel en aanpassend" hun
christelijke leeringen kunnen zijn, heeft de groote
oorlog geleerd, toen de geestelijkheid in al de katho
lieke landen nationaal uiteenviel.
Waarom dan ook het fascisme zich zoo hevig.
verzet tegen die suprematie der Kerk, die, als 'ter'
op aan komt. tot alle nationale concessies borekt'
blijkt, is niet anders te begrijpen, dan als het
hevig dogmatisme, waaraan elke jonge beweging
.,lijdt," kan men wel zeggen. Zij duldt, zelfs
formeel, niet het oppergezag der Kerk omtrent
eenig punt in haar Staat. Overal waar het gaat om
die tegenstelling Kerk of Staat, moet de eerste
wijken, ook waar dat practisch ormoodig en waar
liet zelfs onmogelijk is. Want, al is de opvoeding
tier jeugd in Italiëthans nog zoo militair ingericht
en wordt de dienst van den Staat er als het hoogste
ideaal gesteld, toch blijft in het moieele nog een
uitgebreid terrein over, waar die Staat niets mee
doen kan en waarop de kerk wel haar stempel
moet drukken. Ken mensen kan, zelfs als soldaat
of als ambtenaar, niet voortdurend voor den
Staat leven, maar eenige, desnoods primitieve,
levensbeschouwing dient hij te bezitten en daaraan
kan enkel de kerk hem helpen.
/oo lijkt het voor den fascistischen staat dan
onnoodig fanatisch haar idee al in de prille jeugd
te willen enten, en de christelijke nieraal in haar
richting te drijven. Op die wijze schijnt zij zich
de lagere geestelijkheid tot vijand te maken, wat
voor haar toekomst uiterst gevaarlijk kan worden,
als het oogonblik komt dat de idee haar recht van
bestaan nu.et bewijzen.
F. C.