Historisch Archief 1877-1940
No. 2750
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 FEBRUARI 1930
HOOVER EN THOMAS
door G. A. KLAASSE
BEURSSPIEGEL
TWEE stofzuiger-merken? Neen, lezer. Hoe
wel ook zij beiden kloppen, vegen en zuigen;
om het bloed sneller door de economische aderen
van hua land te laten vloeien. Twee mannen, die
elk zich tot taak hebben gesteld om de depressie
in het bedrijfsleven te bezweren. Twee landen:
Amerika, waar ? ondanks of wellicht juist ten
gevolge van de democratie het kapitaal de
absolute heerschappij voert in het economisch en
politieke leven; Engeland, waar als direct
gevolg van de onmacht eener conservatieve re
geering om het kapitaal te hanteeren tot saneering
van een kwijnend bedrijfsleven voor kort een
.arbeidersregeering naar het roer is gedreven. Twee
regeeringen dus van radicaal verschillende
be.ginselen. En wanneer die nu beide het plan hebben
om. het bedrijfsleven een kamfer-injectie
toe-tedienen, opdat de hartslag op peil gehouden wordt,
<lan mag men toch wel verwachten dat zij een
geheel verschillende geneeswijze zullen toepassen.
Omdat nu eenmaal de arbeidersregeering geacht
moet worden homoepatisch te genezen.
* *
*
En toen indertijd in Engeland minister Thomas
zijn taak aanvaardde zag hei er werkelijk naar uit
<lat men op energieke manier de koe bij de horens
zou vatten, Aan de gemeenschap werd naar
behooren een ruim arbeidsveld toegekend. Wanneer
«Ie op kapitalistische leest geschoeide nijverheid
geen kaas zag het in Engeland langzamerhand
tot traditie geworden leger werkeloozen een spade
in de hand te geven, opdat het zijn brood kon ver
dienen dan zou de overheid die taak wel over
nemen. Overheidswerken op zeer ruime schaal
werden geprojecteerd. En de arbeidersregeering
had nog dit bijzondere voordeel, dat zij kon be
weren, dat haar plannen toch heusch niet zoo
radicaal waren, omdat immers Lloyd George
in zijn verkiezingscampagne een vrijwel gelijk
luidende leus: werkverschaffing door de overheid.
ia zijn banier had gevoerd. Het volk was de mis
lukte pogingen van de conservatieven om ver
betering in den economischen toestand to brengen
moe. Dus alle omstandigheden waren de
Labourpartij gunstig voor haar experimenten.
Heel anders in Amerika. Daar heeft ook Hoover
wel gerept van overheidswerken, maar hij bleek
<:-r aanmerkelijk minder enthonsiast voor te zijn dan
destijds toen hij zijn ambt aanvaardde, en toen hij
grootsche plannen op dat punt met zich droeg.
In elk geval nemen projecten van dien aard in
zijn schema van depressie-bestrijding slechts een
zeer ondergeschikte plaats in. Hij heeft er zich
in hoofdzaak toe beperkt, om, zich baseerend op
liet feit dat de groote ondernemingen het econo
misch leven beheerschen en de polsslag daarvan
regelen, te trachten die grootmachten te
inspireeren tot de hoogste graad van zelfbehoud. En
daaraan werd in dit geval dienstbaar gemaakt de
overtuiging dat in de allereerst plaats vermeden
moest worden dat de depressie-mentaliteit" zich
van de industrie meester maakte. Dat men uit
breidingsplannen ging inkrimpen, orders ging
afbestellen, mondjesmaat ging koopen in de ver
wachting van een prijsdaling. Kortom dat men
7,ich zou laten biologeeren door de vrees voor een
naderende depressie. Waardoor dan de
zelfversterking welke een laagconjunctuur pleegt te
oudergaan door psychologische factoren moest
worden vermeden.
* *
*
Twee systemen tegenover elkaar dus: de ar
beiderspartij, die zelf het heft in handen zal
nemen, en de leiding van de economische organisatie
zal overnemen van het daartoe onmachtige
kapitaal; en de industrieele partij, die door te
bewerken dat de betrokken groepen de handen
ineenslaan inplaats van elkaar op het gezicht
te slaan, zooals dat in de depressie gemeenlijk
gebeurt ? een dreigende periode; van
bedrijfsalapte hoopt te koeren.
En nu de uitwerking van de plannen. Wanneer
men kennis neemt van de jongste geesteskinderen
van Thomas dai komt men wel tot de conclusie,
dat de Engelsche, zelfs de arbeiderspartij, zich
blijkbaar toch niet zoo makkelij k kunnen losmaken
van de Manchester-school. Het was ook wel een
?wat al te ironische zet van het noodlot om nu
juist Engeland waar deze vrije-concurrentie- en
regeering-houd-je-handen-thuis-school zoo
heelemaal thuishoort, uit te kiezen voor
socialisatieprobeersels. En bovendien demonstreert de En
gelsche Labour-partij ook wel heel duidelijk dat
een socialistische partij, eenmaal aan de regeering,
zoowel haar haren als haar streken verliest.
Want de depressie-bestrijding van Hoover en
Thomas, zij verschillen in wezen niet. Beiden
trachten zij de regeering een taak te doen ver
vullen, maar die taak is slechts van
organisatorischen aard. Zij willen de belanghebbende par
tijen tot elkaar brengen, en hen helpen zoeken
naar wegen om tot verbetering te geraken. Maar
beiden laten zij de industrie het initiatief nemen,
om definitieve stappen te doen, om kapitaal te
investeeren.
Toch is er n punt van verschil. In Amerika
heeft de president zich gewend tot de industrie
zelve, in Engeland doet Thomas een beroep op de
banken, terwijl hij de industrie (met uitzondering
van de mijnbouw), als onmondig om haar eigen
positie te verbeteren, voorbij gaat. Hoe komt dat;
misschien een gevolg van het feit, dat de arbeiders
partij zoozeer het kapitaal als hel mirakel beschouwt,
dat zij meent dat iaën slechts, wanneer men dat
machtsmiddel in handen heeft wonderen kan ver
richten:1 Of is er werkelijk een reden voor deze
geheel andere manier van aanpakken?
Wanneer men even realiseert de moeilijkheden
waarmee men in Engeland te kampen heeft, en die
waartegen Hoover zich keerde, dan blijkt dat die
inderdaad van zeer uiteenloopenderi aard zijn.
In Amerika dreigde een vermindering \an de
bedrijvigheid na een periode van overspannen acti
viteit. En nu hoopte men de laagconjunctuur,
die nu eenmaal na een hausse steeds intreedt, te
verzachten, of zelfs te voorkomen. De industrie
was nog kerngezond; alleen de afzet dreigde uit
natuurlijke oorzaken omdat zij tijdelijk abnor
maal hoog was geweest te verminderen, j n
Engeland daarentegen zijn enkele der voornaam
ste industrieën waaronder wel in de eerste
plaats de textielnijverheid al sedert eeiiige
jaren kwijnend. En omdat hun wistcapaciteit
wegslonk waren deze bedrijven niet in staat nieuw
kapitaal te verkrijgen om hun outillage te verbe
teren, om overtegaan tot rationalisatie". In
Engeland kan het dus wanneer althans de moge
lijkheid va,n technische verbetering tot een winst
gevende exploitatie kan leiden tendeele een
kwestie van kapitaalsvoorziening zijn. En dat het
publiek niet in de eerste plaats zich geroepen voelt
om een industrie, die al jarenlang slechte resul
taten afwerpt, de middelen te verstrekken om te
trachten haar positie te verbeteren, behoeft niet
te verwonderen. Zoodat de regeering in de eerste
plaats de banken trachtte te winnen om de indu
strie op de been to holpen. In Engeland hoeft mis
schien zulk een poging moor roden van bestaan
dan bij ons of in Duitschland. Omdat de
Londeiische haute finance zich van de industrie nooit heel
veel heeft aangetrokken. De typische Engelsche
depositobank neemt in de industrieele organisatie
oen heel andere plaats in dan de Nedeiiandsche on
vooral de Duitsche bank. Maar uit de speeches,
welke de chairmen der Londensche big fivo op de
jaarvergadering hebben gehouden blijkt, dat het
enthousiasme voor de regeeringsplannen: nauwer
verband tusschen banken on industrie, niet bijster
groot is.
* *
*
Dat men in Engeland de zaak van oen anderen
kant aanpakt, moor van de zijde dor financiering
is dus hooi logisch. Do oplossing kan althans daar
gezocht worden (hetgeen bijv. in Amerika onge
twijfeld niet het go val is). Maar dat de banken,
ondanks allo gooden wil van de Bank of England,
die op dit punt een zeer ontraditioneele ijver ton
toonspreidt, zich liever afzijdig houden, lijkt op
het oogenblik wel waarschijnlijk. Als nu nog de
regeering had gezegd, dat zij de industrie \vi!do
steunen, inplaats openlijk ervoor uittckomeii dat
haar plannen slechts de besti'ijding van de- werke
loosheid beoogen! 1 ,0011011 verlagen 011 ons mot
rust laten, zullen de banken zeggen.
Donderdag, 13 Februari.
DE stemming aan de beurs blijft nog steeds
even lauw ondanks alle pogingen om haar nieuw
leven in te blazen, en wanneer er geen
obligatiemarkt was, dan zou de beurs-chroniqueur al heel
gauw uitgeschreven zijn. Aan de Amsterdamsche
beurs zijn de omzetten in aandoelen althans zeer
gering, de koersen schommelen zeer weinig en
van een tendeiiz is feitelijk geen sprake. In
IS'ewYork is hot wat beter, en daar moet men onge
twijfeld spreken van een gunstiger onder-toon",
Vooral spoorwegwaarden, die verleden jaar niet
zoo waanzinnig waren gestegen als vele industri
eele aandeelen, maar toch in Octobor en November
ook oen flinken duw kregen, zijn in de laatste
weken favoriet, ondanks hot feit dat do netto's
voor de moeste maatschappijen in December een
gevoelige daling hebben vertoond. Ook de be
richten uit hot bedrijfsleven blijven getuigen van
optimisme. En de onuitgevoerde orders van de
tl.S. Steel, eens hot conjunctuursymptoom bij
uitnemendheid, zijn in Januari alweer gestegen.
Wij hebben al meermalen aangetoond, dat dit
cijfer, dat nimmer zoo snel gestegen is al sedert
hot tijdstip, dat het met do staalindustrie en re
traite ging, geen juiste maatstaf vormt voor den
gang van zaken. Omdat door do snelheid der uit
voering van bestaande orders de maatschappij het
cijfer naar willekeur kan beïnvloeden. En zij heeft
daarbij bolang ook, want bij vermindering der
orders kan het voor haar nut hebbon de uitvoering
over oen lange periode te verdeelen.
* *
*
Op do obligatiomarkt blijft do stemming gunstig.
Speciaal voor Duitsche waarden bestaat goede
belangstelling. Op do inheemsche obligaüemarkt
is de room alweer van do melk. Er was inderdaad
een flink latent absorptievermogen voor nieuwe
looningen golden die tijdelijk niet waren
herbelegd ; de traditioneele l - Jaiiuai-i-kapitalen
maar eenige tientallen millioonen kan men niet
verteeren zonder kans op tijdelijke indigestie. Het
bedrag dat onze markt in eenige maanden tijds
nu te slikken heeft gekregen is grootyr dan het
totaal dor omissies van het vorige jaar. Xoodat
mi nieuwe emissies alweer op do nominatie staan
voor hot, juditium: vol toegewezen. Want tenslotte
is ook hot debiet voor obligatiën betrekkelijk
beperkt geworden sedert do Kijksfondsori vrijwel
al hun beschikbare middelen in onderhandsche
leeningen beleggen on zelden obligatiën meer
koopen. Voor hoogrontonde buitenlandsche obli
gatiën begint echter langzamerhand de periode
aan te breken dat men het koersrisico lager gaat
taxeeren dan de rente-winst die gemaakt kan
worden door met geloond geld obligatiën aan te
koopen. Bij een prolongatierente van circa 3 pCt.
die voor den particulier op ruim 4.75 pCt uit
komt kan per jaar ruim 2.25 pCt. rentewinst op
Duitsche fondsen worden gemaakt. En als men dan
bovendien nog een koersstijging van die
obligntiën gaat verwachten dan heeft rnen oen dubbele
prikkel om zulk een transactie te doen. Dezelfde
factoren waren het die in 1920 on 1927 de koersen
der Duitsche obligatiën voortdurend omhoog
stuwden. In die jaren heeft de markt een veertig
millioen zelf bij de Nederlandsohe Bank geleend
om die indirect op langen termijn in Duitschland
en elders tegen hooge rente uit te zetten.
C. K.
N,V» Nederlandsche
= Grondbrief bank =
van 1906
STELT VERKRIJGBAAR
5O/ Obligaties
/O * 99%
AMSTERDAM-C.
= HEERENGRACHT 495 =: