De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 22 februari pagina 5

22 februari 1930 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2751 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 22 FEBRUARI 1930 De godsdienst en de Fransche revolutie !) door Prof. Dr. H. Brugmans HET boek, dat ds. Feenstra aan de verhouding van godsdienst en revolutie heef t ge wij d, is een herdruk vas een aantal studiën, oorspronkelijk verschenen in het Nieuw Theologisch Tijdschrift. De schrijver meende terecht, dat zij in ruimeren kring dan dien der theologen alleen de aandacht verdienden te trekken, en gaf ze zoo in een bundel uit. Wat wij hier vinden, zijn dus minder hoofd stukken van een boek over godsdienst en omwen teling dan afzonderlijke studiën over verschillende onderdeden van het genoemde vraagstuk, die wel bij elkander behooren, maai' toch wat los samen hangen. D<it blijkt uit tweeërlei. Vooreerst ont breekt de studie van het protestantisme en de revolutie, waarnaar de schrijver meer dan eens verwijst en die toch wel degelijk in het raam van het geheel zou hebben gepast. Kn dan komt er wel een hoofdstuk in dit boek voor over de Septembermoorden en de verantwoordelijkheid daar voor, dat slechts zeer los met de overige studiën samenhangt en eigenlijk in dit boek niet geheel thuis hoort. Terecht heeft ds. Feenstra deze studiën her drukt. Want zij zullen stellig groote belang stelling vinden in dien ook in ons land niet zoo kleinen kring, die zich interesseert voor moderne geschiedenis en die vooral gaarne leest van de veelbewogen geschiedenis der Fransche omwen teling. Aan die belangstelling kan het boek van ds. Feenstra stellig in ruime mate voldoen. Deze onderzoeker is volkomen thuis in de historiographie der revolutie, de oudere en vooral de nieuwere, om de allernieuwste niet te vergeten. Als geheel is dus het boek bijzonder betrouwbaar, liet is boven dien geschreven in dien klaren stijl, dien men van ds. Feenstra kent, zoodat de lectuur een onverdeeld genoegen is. Achtereenvolgens leest men van den invloed van Jean Jacques Rousseau op de revo lutie, de kerkelijke politiek der omwenteling, de revolutionaire godsdiensten, de Septembermoorden en de verantwoordelijkheid voor die gruwelen, de revolutionaire zedeleer, de revolutionaire vroom heid, ten slotte den godsdienst van Robespierre. Dat alles vormt verschillende kanten van een betoog, waarvan de leidende gedachte reeds in de inleiding wordt ontvouwd. Die leidende ge dachte, door den schrijver terecht een stelling genoemd, is deze, dat de groote Fransche staats omwenteling in haar diepsten oorsprong en iti hoofdzaak is een godsdienstig-zcdelijke beweging: zij is alleen in haar uitingen en gevolgen van staat kundigen en maatschappelijken aard. Deze stelling gaat lijnrecht in tegen wat sedert de dagen der omwenteling door haar tegenstanders en ook wel door haar vrienden is geconstateerd: de revolutie is in de eerste plaats gericht tegen godsdienst en kerk: zij moge op politiek en sociaal terrein zeer belangrijke verbeteringen hebben gebracht in Frankrijk en daarbuiten, maai' in haatbeginsel is zij ongo.tsdienstig en daarom boos en verdorven. Bij ons en elders leven geheele groepen der bevolking in deze: voorstelling: revolutie en godsdienst zijn twee polen, die elkander afstooten: samenhang en samenwerking is hier nie't mogelijk: antipoden kunnen elkander de hand niet reiken. De revolutie zelf heeft tot die opvatting ruim schoots aanleiding gegeven, inderdaad heeft zij wetten gegeven en maatregelen genomen, die rechtstreeks ingingen tegen godsdienst en kerk; zij heeft zich bovendien in de ergste en ergerlijkste mate schuldig gemaakt aan godsdienstvervolging en daarmede voor goed millioenen van. zich ver vreemd. Het is juist haar kerkelijke of liever anti1) P. Feenstra Jr. De godsdienst en de Franaehe revolutie. Studiën over de Fransche revolutie in de jaren 17S9?1794. Haarlem, J\'.V. Jl. J). Tjcenk Willink. Anti-monarchale reactie op de dictatuur in Spanje Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan Melodie der Welt: Vrijheid . . .! kerkelijke politiek, die de groote scheur bracht in. haar hervormingsactie on die dan ook de greiolo en hoopvol ingezette reformatorische beweging ten slottc heeft doen mislukken ! \Va;i.r is hier plaats vooi' den godsdienst der revolutie:' /ij die zoo spreken, hebben op hun standpunt volkomen gelijk. Maai' men kan de zaak ook van. een anderen kant bezien en aan die zijde brengt ons ds. Feenstra. liet /.ou y.elfs wel kunnen zijn, dat hij dichter staat bij zijn tegenstanders dan zij /elf vermoeden. Immers de kerkelijke politiek der revolutie wordt door dey.en onderzoeker allerminst gebillijkt of verdedigd; als een goed historicus wil hij alleen verklaren. Kn hij vindt die verklaring in den godsdienst der revolutionairen zelf. Maar dan moet natuurlijk de nadruk erop worden gelegd, dat godsdienst hier in anderen zin wordt genome n dan men in breede kringen gewoonlijk doei. Stellig, de mannen der omwenteling, die huu kerkelijke! politiek doorzetten, waren lang niet alle atheïsten of anti-godsdienslig; zij waren zelfs niet aüen antikatholiek. Maar men moet toch wel coustateeren, dat hun politiek van den aanvang af ant i-katholiek was en dat in den strijd der meerlingen en partijen steeds meer werd. Inderdaad, wat zij wilden, was de opbouw van een geheel nieuwe moraal, en die opbouw zou moeten geschieden, door den staat eu bij de wet. Men kan ds. Feeristra toegeven, dat deze mannon volkomen tor goeder trouw waren, toen zij dat beoogden, on ook, toen zij de conse quenties daarvan aanvaardden, toen het bleek, dat het Fransche volk in breede lagen bij den overgeleverden godsdienst en do oude kerk wilde blijven. In zooverre; heeft dus ds. Foenstra gelijk. dat het geestelijke krachten waren, die de Fransche N.V. VAN DER HOOP'S Meubelbewaring en Transport Mij. Verhuizingen en Bewaarplaats voor inboedels AMSTERDAM AMSTELDiJK Tel. 22195 (na 6 u. 50511) revululie stuwden: alici'ii niet ieder zal hem gril' toegeven, elat elie geestelijke krachten altijd met. godsdienst mogen worden vereenzelvigd. Slellin waren /.ells mannen als lJohe'spier/e op hun \\ i|/e gods.lieu^tig. in dezen zin, dat zij zich afhankelijk gevoelden van en verant woordelijk voor hoogere machten: maar vooral door den nadruk te leggen op liet reetelijke in de ivligie, keimt n;en toch zeer moeilijk en alleen langs verre omwegen te>t God. Ook dat blijkt ten duidelijkste uit hot belang wekkende boek van ets. Keenslra, waarmede hij mag worden gelukgewenscht. WE.ie_lGr_'\>.'EG 11-17" AMSTERDAM Kleermakerij Bij ons verkrijgbaar N. R. V. MONTA SCHOhNEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl