De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 8 maart pagina 17

8 maart 1930 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2753 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 8 MAART 1930 ANTHRACIET TOEGEPASTE KUNST Het reclame-werk van Moerkerk Het is wel een zeer verblijdend teeken dat de laatste jaren groote handelsondernemingen zich doen bijstaan door reclamekunstenaars. Vaak wer ken deze ha vast dienstverband en hun taak is alsdan velerlei artikelen op oorspronkelijke en in het oog vallende wijze aan te kondigen door het teekenen en schrijven van annonces, het ulustreeren van prijscouranten of het ontwerpen van reclame platen, waarbij dus tekst en teekening in n hand blijven, hetgeen aan het eindresultaat ten goede komt. Wat de nog jonge kunstenaar Moerkerk voor de N.V. Handelsmaatschappij R. S. Stokvis & Zonen heeft gemaakt (ik laat de min of meerdere slagvaardigheid der door hem vaak geestig ge schreven reclame-teksten hier onbesproken) treft steeds door duidelijkheid en eenvoud, vooral ook door eene opmerkelijke beschaving in de voor dracht. Hij zoekt het niet in buitennissigheden, hij doet zijn eigen inzichten nimmer geweld aan, hij geeft zich zooals hij is waardoor allereerst zijn werk het stempel draagt van eerlijkheid.j _ ^ * * Hij slaagt er menigmaal in vondsten te doen, die treffen door het gekozen beeld en welke zoo eenvoudig zijn als het ei van Columbus maar waar aan een ander als hij niet licht had gedacht: voor eene aankondiging van wit en bont poetskatoen kiest hij eene witte en eene bonte koe; voor het omslag van een prijscourant van een bepaald merk haarden gebruikt hij het wintersche tafereel van gezelligheid bij het haardvuur: men ziet een pijp, een hand met een boek en twee beenen die uit een easy-chair steken, waarvan de voeten in knalroode pantoffels gestoken zijn ! De kop van den lezer, dien elk ander dan Moerkerk erbij geteekend zou hebben, werd hier weggelaten en het is juist hierdoor dat het aardige prentje, afge drukt ui zwart, grijs en vermiljoen, den beschou wer bijblijft.. .. Suggestief werkt ook het omslag voor de Inventagashaarden waarop in diagonaal doorgaande teekening in vlammen dansende vuurduivels zijn weergegeven, zwart met roode oogen. Den laatsten BOOTMOTOREN P A R S O N S FAY & BOWEN Prijsc. Gratis en Franco opaanvr. BINGHAM & LUGT Pand NIEUWEHAÏEN 136 hoek Koestraat 1 - ROTTERDAM. tijd heeft hij zich eene bijzondere manier van teekenen eigen gemaakt waarbij een gepointilleerd karakter wordt toegepast hetgeen met het oog op het mechanisch clicheeren voor dagblad-adver tenties door het afdrukken op grof krantenpapier, het voordeel heeft van duidelijkheid, omdat fijnere lijnen steeds vervloeien, waardoor een onklare indruk het gevolg is. Het is dezelfde werktrant, welke door Moerkerk gevolgd is in omslagen voor de afdeeling ,,Stoom" en Sanitary Appliances" voor scheepsgebruik. Vooral in eerstgenoemd ontwerp is een element van oorspronkelijkheid duidelijk merkbaar. Tegen een achtergrond van fabrieks-gebouwen met twee rockende schoorsteenen is een drietal koperen fluiten gezet, waaruit drie scherp omlijnde stralen stoom ontsnappen. Men voelt het: ook hier is d.e synthese geraakt, waarbij de intelligentie van don kunstenaar behulpzaam was juist dio onderdeden, die vormen saam te voegen, benoodigd om het beeld te geven van dat waar het om ging: stoom! De teekening van Sanitary Appliances" is minder direct en zij heeft het nadeel evengoed te kunnen dienen als reclame voor de een of andere stoom vaartmaatschappij. Toch is er ook hier veel te prijzen al ware het alleen maar de aangename verdeeling der letters en de buitengemeen frissche en levendige kleur (in zwart, rood, blauw en groen op wit papier). Een zijner laatste teekeningen gaat een moderner kant op want hij nam daarbij zijn toevlucht tot de foto-montage. Voor de door de Handelsmaat schappij Stokvis in den handel gebrachte radio toestellen enz. gaf hij, wat hij noemt: de luisterende handen." Men ziet daarop, schematisch aangegeven, de helft van drie koppen, van een man, eene vrouw en een kind en zij hebben de hand tegen de oorschelp gelegd, al luisterend. Deze handen nu, zijn in fotografische reproductie gegeven, al het andere is geteekend. Het bijzondere ligt ook in de fijne kleur van het biljet: zwart, grijs, blauw, geel, oranje en roodbruin op witten grond. Het wit is mede benut voor het aangeven der lijnen. Eene zware, zwarte contour om hoofden en handen is behulpzaam om den blik van den beschouwer te vestigen op dat waar het om gaat: het luisteren ! De kleuren hebben een vervloeiend karakter, de belettering is daarentegen sterk en strak ingeteekend en zij heeft door het omzetten aan beide zijkanten niets aan duidelijkheid ingeboet. Voor mij is dit laatste werkstuk een bewijs, dat Moerkerk, goede Imiteiilandsche voorbeelden vol gend en niettemin zichzelf zijnde, bezig is zich te ontwikkelen tot een bijzonder talent, waarvan nog veel goeds te verwachten is. Als men dit door de Firma Enschedéte Haarlem in ol't'set-druk keurig uitgevoerd biljet toetst aan liet overwelITOKVlI&ZONiN digende aantal leelijke en karakterlooze dingen. dat dagelijks de wereld ingaat dan strekt het niet alleen den teekenaar tot eer die naar oorspronkelijk heid en moderniteit streefde, maar ook de op drachtgevers die tot__het verschijnen hebben mede gewerkt ! " O. v. T, Nieuwe Uitgaven Franz ^V er j cl. De geschiedenis van een schuld uit de jeugd, l'irl. door J', van Xchiljf/aarde. Utrecht li)2(J. J'Jrven J. Mijlcveld. Een uiterst belangwekkend boek. Belangwek kend zoowel om het verhaal zelf als om de manier waarop het geschreven werd. Vorm en inhoud zijn hier tot een merkwaardig geheel geworden, zoodat een kunstwerk ontstond van een hoog gehalte. De opzet van het verhaal treft door originaliteit. De Oostenrij ksche rechter van instructie Dr. Ernst Sebastiaii, krijgt een persoon voor zich, verdacht van moord op een prostituee, en meent in dezen man een vroegcren schoolkameraad te .den. Aa het voorloopig verhoor neemt hij deel ,ian een reünie met /.ijn klassegenooten van het gymnasium; de verdachte, althans zoo meent Dr. Sebastian, had daar ook bij hooren te zijn. De bijeenkomst verlevendigt in den rechter alles wat vroeger op het gymnasium is gebeurd, en dienzelfden nacht schrijft hij, door een plotselinge ingeving gedreven, een uiterst merkwaardige biecht op. De naamgenoot van den verdachte;, ten onrechte door Dr. Sebasuan met dezen geïdentifi ceerd, heeft in zijn jongensjaren een groote rol in zijn leven gespeeld. Adler zoo heeten de verdachte en de schoolkameraad was in veel op zichten zijn meerdere, en Sebastian, gedreven door ijdelheid, heeft door tal van machinaties den ondergang van zijn kameraad bewerkt. Dat is de schuld uit de jeugd," en deze schuld komt nu met een dreigend verwijt tot hem terug, overweldigt hem, zet in de bepaling der waarde van wat hij maatschappelijk is, alles op losse schroeven, brengt hem tot een hopeloos berouw. Het besef van zijn erbarmelijke kleinheid obsedeert hem zoo, dat hij, als Adler weer voor hem wordt gebracht, al zijn maatschappelijke waardigheid van zich voelt af glijden en den man den vreemde, die niets van zijn handelwijze begrijpt om vergiffenis smeekt. Dit is de kern van den roman: de terugkeer van den maatschappelijk-opgeklommene tot zichzelf. De herkenning. Het inzicht in de waarde van eigen persoonlijkheid. En dat proces is in dezen roman uitgebeeld met een zeldzaam meesterschap. HERMAN MIDDENDORP.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl