De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 15 maart pagina 10

15 maart 1930 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

H. C. Jonas Hollandschc Kunstcnaarskring. Amsterdam, Steilel. Museum. I De tentoonstelling van den Hollandschen Kunstenaarskring was vroe ger zonder twijfel een revolutionnaire tentoonstelling, zij is thans een ten toonstelling van schilders, die, op een uitzondering hier en daar, bekende schilders van ge vestigden naam werden Eva Dat gebeurt altijd bij talenten, en er is dus hierin niets waarover wij ons zouden verwonderen; het tegenover gestelde ware meer verbazend. Maar al is dat alles zóó, toch zijn wij zoolang gewend geweest aan dat revolution naire, dat wij ons even op dien rustigcn staat moeten instellen. Et- zijn bij de tentoonsteJlers, dat is de traditie van SCHILDERS EN I Stedelijk Museum, Holle Schilderkunstkroniek hier als lenig zeksr A. C. Willink zelf in 't fichu om is zonder Wim Schumacher Naakt den Kunstenaarskring, enkelen nieuweren en en kele, die er vroeger niet waren, zonder dat zij daarom tot de Jongsten behoorcn. L>e ..nieuwe zakelijkheid" is er te vinden, maar er is ook een schilder te vinden van meer talent dan.; die der nieuwe zakenlieden. Toch is de schilder, die het meest aandoet een behendig en schilder en een die is van zijn voorne men, opnieuw Jan Sluy ters, de Brabander, die de, Amsterdamsche schil der werd in een te be palen periode ! Ook hij is tot redelijker rust gekeerd, en tot stiller hanteering van den vorm, ten minste op deze ten toonstelling. Het por tret van zijn Moeder, zittende in een fauteuil, zwart gekleed met een den hals, ten voeten uit twijfel het meest respectueuse en eenvoudige werk van den virtuozen schilder, wiens virtuositeit hem niet altijd naar het diepste voerde. Het werk is in een kalme, donkere toch levende kleur geschilderd, die zonder ook maar n fel contrast toch overal bewogen is, en gewis. Twee stillevens, met verschillenden achtergrond (bij het eeno is de achtergrond levendig versierd !) zijn van ietwat virtuozer geaardheid. Het beste is het stilleven mot den phaisant; hot meer ongewone voor Sluyters is dat met den cactus. Toch is hier en daar in beide stillevens niet de rust van het portret van de Moeder; er zijn onrustiger gedeelten, die nooit tot de felheid van vroegere werken kwamen, maar zij zijn er toch en sourdine. Twee goede portretten zijn dan die van den Neger en van de Negerin. De Neger is breed-uit gegeven zonder zwaarte in de kleur; de Negerin een naakt, wè\</emodelleerd, heeft een bekoring naast het modélé, door de oogeii, die onder een rooden hoed zijn te zien. Vooral in den rooden en door den rooden hoed is er die piikkeling van kleur, die voor Tan Sluyters zóó lang kenmerkend was en die de schrilheid van het moderne op schil dersmanier vertolkte (in hot groen van den Cactus is daarvan eveneens iets). Het landschap uit Zwitserland, een meer, een uitzicht van uit een kamer, vind ik het minst geslaagd. Er zijn door Franschon werken ge maakt, ongeveer op dezelfde manier gezien, die van veel zekerder verfij ning 't onmiskenbaar bewijs zijn. Maar als geheel herhaal ik is Sluyters' inzending toch de meest de aandacht trekkende groep. Jan run ficririjnen zond naast andere werken, twee stillevens (in blauwen) die ver mijn voorkeur hebben boven zijn ander werk; het eene is het stilleven niet de oranjebloem, het tweede is een visschestilleveii met een groene en bruine pot. Het stilleven met de bloemen, waar onder de oranje gekleurde (die het Zelfpotret geheel, tegenover hetalgerneerie blauw, een bij-blijvenden rijkdom geeft) is het bewijs, het bewijs op nieuw, wat er eigenlijk aan schilderkunst zit in dozen niet zeer regelmatiger! wer ker. Dat is meer, lijkt mij toe, dan hij voor zichzelf verantwoordt. Van Herwijiien heeft in zijn schilder kunst haast een gevoel vooriuimto (dat is ook indezi! stillevens) dikwijls een kracht van kleur, die steeds een per soonlijke intonatie heef t; hij is met an dere woorden een schilder met een pei'Hildo S. L. Schwarz soonlijkheid, zooals er op dit oogenblik niet zóó veel in Holland zijn. Dat is door niemand te. vergeten. Het stilleven niet de visscheii en met de twee potten, do bruine ei) du groene.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl