De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1930 15 maart pagina 15

15 maart 1930 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2754 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 MAART 1930 Schacht exit door C. A. Klaasse In Memoriam J L y a des accomodements avec Ie ciel. Maar blijkbaar niet met Schacht. Al een paar maal had hij de tanden laten zien; eerst tegen het einde van het afgeloopen jaar toen de Duitsche re geering de toch reeds drukkende vlottende schuld nog wilde verhoogen door opnieuw in Amerika een crediet optenemen. Schacht forceerde toen een financieel Sofort-Programm, onder de bedreiging dat anders de Reichsbank niet zou meewerken tot de onderbrenging van het benoodigde crediet bij Duitsche banken. Daarna heeft hij op de tweede Haagsche conferentie van zich doen spreken; en de in het Youngplan voorgeschreven deelneming door de Reichsbank in het kapitaal der Bank for International Settlements stuitte op zij n tegenwerking af, zoodat te elfder ure een tusschenweg moest worden gebaand, al zegde Schacht toe te zullen zwich ten voor een bij de wet hem op te leggen dwang. Nu is het hem blijkbaar te mach tig geworden; hij heeft er genoeg van en zal voorloopig wat gaan reizen en zich op zijn buiten terugtrekken, to grow pigs" voegt een der toonaangevende Engelsche handelsbladen er in een schamper commentaar aan toe. Die scham pere toon hoeft men overigens niet alleen in Engelsche bladen te zoe ken. Hoewel het niet te verwon deren is dat juist de Engelsche pers Schacht niet overmatig gunstig gezind is. Immers n van zijn scherpste aanvallen in ver band met de herstelregeling is juist gericht ge weest op Engeland, dat zich bij de verrekening der alien properties" niet al te tegemoetkomend heeft betoond, om het maar eens eupbemistisch uittedrukken. Maar ook in Duitschland is van een welwillende houding geen sprake; integendeel, bij het aftreden van dezen functionaris die destijds de Mark uit de soep heeft gehaald, die intusschen verscheidene malen op de bres is gesprongen voor de handhaving der gezondheid van Duitschland's financieele en monetaire positie, verneemt men nauwelijks een woord van lof. Of men gaat de gebeurtenis met hautaine minachting voor de beteekenis voorbij, of men zegt in bedekte dan wel onbedekte termen dat het maar beter is zóó. Duitschland kan er ^slechts voordeel bij hebben geen nadeel, aldus in a nutshell het oordeel van de Frankfurter. Nu hoeft men ook daarover niet verbaasd te staan. Want het tijdstip dat Schacht bepaald heeft voor zijn aftreden is juist niet gelukkig ge kozen. De Rijksdag stond voor de slotbehandeling van het Young-plan en het zou noch de internatio nale politieke situatie noch Duitschlands financieele positie tengoede komen wanneer zich bij de behan deling onoverkomelijke moeilijkheden voordeden. Daarvan heeft men verleden jaar Mei een voldoend afschrikwekkend voorbeeld gehad toen in een paar weken tijds de Reichsbank voor meer dan een milliard goud en deviezen kwijt raakte. Maar er zijn nog veel meer verwijten; men houdt Schacht voor dat hij politieke drijverij hooger heeft gesteld dan de neutrale houding die hij als Rijksbankpresident zou behooren in te nemen. En ongetwijfeld heeft hij zelf die verwijten in de hand gewerkt door bijv. als een van zijn voornaamste bezwaren tegen de Haagsche conventie te noemen het feit dat door het opnemen der sanctiebepalingen Duitschland gekleineerd zou zijn. Maar hot valt toch niet te ontkennen dat zijn bezwaren dieper liggen, niet van prestigeusen aard zijn, doch wel degelijk de financieele regeling (ook buiten het Youngplan om) gelden. Het is waar dat Schacht zich af en toe bedenkelijk ver op het terrein van de politiek heeft gewaagd; maar hoe kan dat in de positie van Rijksbank president in Duitschland eigenlijk anders. Men kan Duitschland's verhoudingen op dat punt niet vergelijken met die van andere landen. Daar gaat het pad eens circulatiebankleiders wel niet altijd op rozen hoewel toch ook meestal de moeilijk heden van beperkten omvang blijven maar de problemen blijven van zuiver financieelen arda. en dragen een meer intern en technisch karakter. Zelfs in Amerika waar de centrale banken voor heete vuren hebben gestaan bleven de kwesties monetair. Wel staken de politici hun neus erin, maar andersom hield de Reserve board zich verre van de politieke. Voor Schacht echter was het volslagen onmogelijk om zich geheel buiten de politiek te houden. De herstel verplicht ing is zoo nauw vervlochten met Duitschland's financieelen status, en Duitschlands financiën weer met de functie van de circulatiebank zoowel wat betreft de verzorging der credietgeving als wat de pariteitshandhaving van den Mark aangaat ? dat de Reichsbank voortdurend in contact komt met Rijk, Staten en Gemeenten terzake van hun financieele politiek. En dat is het juist waardoor Schacht zoovele vijanden heeft gekregen bij alle politieke partijen. Sinds jaar en dag heeft hij ge fulmineerd tegen de zorgelooze financieele politiek van de gemeen ten en op zijn aandringen is het geweest dat de Berastungsstelle voortdurend de aanvragen voor toe stemming tot het aangaan van buitenlandsche leeningen door ge meenten heeft afgekitat. Hetgeen hem vanzelf spiekend de haat van de linksche partijen op de hals heeft gehaald. En toch; was het niet zijn plicht als verdediger van den Mark zorg te dragen dat niet de Duitsche betalingsbalans die toch al zoo zwaar belast was door de herstellasten nog ongunstiger zou worden door den dienst van steeds maar omvangrijker buitenlandsche leeningen, en wel improductieve leeningen, die niet de tendens hadden den export te stimuleeren ? En om diezelfde reden verzette Schacht zich togen nieuwe buitenlandsche credieten op korten termijn aan het Rijk. De vertrouwenscrisis in Mei 1929 heeft voldoende aangetoond hoe fataal Duitsch land's Auslandsverschuldung op korten termijn was ! Maar ook uiterst rechts nam hij op die manier tegen zich in. Want alle bescherming van de betalingsbalans was tevens een poging tot loyale nakoming van het Dawesplan. Men bedacht daarbij niet dat hoe eerder de buitenlandsche leeningen gestopt werden hoe eerder de reeele positie van Duitschland's betalingsbalans aan het licht zou komen en dat zou Germany'a capacity to pay" zeker niet hooger hebben doen aanslaan ! Niet alleen de politieke partijen heeft hij zich tot vijand verworven. Al heeft Schacht het op dat punt in de laatste maanden ongetwijfeld het meest bont gemaakt. Zoo kreeg links voor kort nog een slag in hot gezicht door hot plan om ook in do nieuwe bankwet do mogelijkheid van belee ning van gemeenteleeningen uittesluiten. Maar ook handel en bedrijf hebben menigmaal de vuist tegen den Rijksbankpresident opgeheven. Eerst in 192 4 toen hij den Augiussta l van Ha venstein kreeg opteruimen, en geen anderen weg zag om de boel op pooten te zetten dan door een rantsoenee ring van de discontofaciliteit. Hetzelfde is ook elders in do deflatieperiode voorgekomen, maar de Duitschers, die nog niet goed konden wennen aan het stopzetten van de biljettenpersen, schreeuw den moord en brand. Daarna in 1927 de beruchte Zwarte Vrijdag, alweer en rantsoeneering, maar nu van beurscredieten. En tenslotte: Mei 1929. nog een crodietrestrictio. Daar was de aanleidingweer een andere: toon in enkele weken tijds ver scheidene honderden millioenen goud en deviezen waren afgevloeid zag Schacht slechts n middel om verdere markvlucht" te voorkomen, mul. te zorgen dat de gegadigden geen saldi bij de Reichsbank konden krijgen uit credietfaciliteiton zoodat hun ook de middelen zouden ontbreken om deviezen te Vragen. Schacht hield dus van paardenmiddelen, de discontoschroef werkte hem niet vlug genoeg. Nu kan men van meening verschillen over de vraag of in al deze gevallen het minder soepel werktuig der restrictie iioodig was, óf men niet nog wat langer had kunnen wachten. Maar het valt niet te ontkennen dat in abnormale omstandigheden Wat kost mijn inrichting ? Ons boekje Het goede Meubel", een bezoek aan onze modelkamers en een volledige begrooting, geven U het antwoord, zonder eenige verplichting Uwerzijds. 11'ZUFERfe* l l Kalverstraatr 1O / / RCHooftstraat 47 ook elders naar soortgelijke middelen is gegrepen. In New-York heeft het weikelijk niet aan den goeden wil van de Reserve board gelegen als het niet zoover gekomen is ten aanzien van do beurs credieten (practisch is het verschil zeker niet zoo heel groot geweest). En wat do discontorestrictie in Mei betreft: de Duitsche verhoudingen waren gegeven de enorme omvang der korttermiju schul den aan het buitenland van zoo bijzonderen aard dat hier met gewone wapenen als discontoverhooging niets te bereiken viel. En nu moge het waar zij dat ook de Reichsbank toen fouten heeft gemaakt bijv. door buiten de beursuren de deviezenkoersen los te laten, dit verandert aan de pricipieele vraag niet veel. Het optreden van Schacht is zeker dikwijls auto ritair en ontraditioneel geweest, en of hij wel altijd even tactisch te work is gegaan, is ook de vraag. Maar aan het hoofd van de Reichsbank moet onder de huidige omstandigheden geen ledepop staan; dan maar liever een onhandelbare figuur; als hij maar van zich af bijt en met ijzeren vuist de Mark vasthoudt. Er zijn nienschen die in jaren denken en anderen die ingeneraties denken, heeft Schacht op de Parijscho conferentie eens gezegd. En zoo'n getieratiedenker" zal de Reichsbank moeten leiden. Inmiddels is de benoeming van Dr. Luther bekend geworden. De regeering hoeft du.s haar taak verstaan; wanneer er iets verandert in de1 leiding van de Reichsbank dan is het slechts in de persoon; in de principes zeker niet. Luthcr weet ook van paardenmiddelen meetepraten! Huwelijksgeluk eachte Redactie, Mag ik, langs dezen weg, uw zotter geluk wenschen Wet zijn cynischen, doch zeer actueeloii caletnbour en tevens zijn toestemming vragen tot het overbrengen van zijn excuses aan Dr. Van do Velde? Hij volhardde immers, ondanks mijn na drukkelijk aanbevolen correctie, bij Triologic" inplaats van Trilogie" in verband met het huwe lijksgeluk. (No. 2753 pag. 2). Nu het «r eenmaal stond meende hij, veler bittere ervaringen blijkbaar kennende, dat hot even goed, zoo niet beter op zijn plaats was ! Het eeuwige trio. niet waar? Hoogachtend J. Cl. SALOMONSÜJS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl