Historisch Archief 1877-1940
18
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 MAART 1930
No.
Radio en Grammofoon
Nieuwe platen
door Lou Lichtveld
Ravel's Boléro
DE afstand tusschen grammofoon-productie en
concert-practijk wordt steeds korter, en wij
gaan langzamerhand den prettigen tijd beleven, dat
de grammofoon-primeurs haast gelijktijdig met de
concert-premières komen. Iets dergelijks hebben.
wij nu juist eens kunnen beleven met de BoLro
van Maurice Ravel, die onder dr. Meiigelberg's
leiding voor de eerste maal in het'Concertgebouw
werd uitgevoerd, terwijl in hetzelfde programma
reeds een aankondiging van grammofoonplaten
van dit werk te vinden was. Wie er vlug bij is
geweest, heeft dus de Boléro in Amsterdam nog
vóór de première kunnen hooren.
Het werk is een van de laatste van Ravel, werd
eerst een paar jaar geleden gecomponeerd en in het
buitenland uitgevoerd, en nu werd een goede op
name daarvan door Polydor in den handel ge
bracht. (No. 66947?48). Het is de opname van
een uitvoering door de Parijsche Concerts
Lamoureux, onder leiding van den componist in eigen
persoon; een opname die wij dus als
interpretatievorm normatief mogen stellen.
Allerminst wil ik beweren dat de Boléro overi
gens zulk een hemelbestormend, baanbrekend,
of zelfs vooraanstaand werk is. Als men door de
grammofoon in de gelegenheid is een compositie
eenige malen achtereen te hooren, en den volgenden
dag dit opnieuw te doen en allerlei détails nog eens
te laten repeteeren, dan leert men de zwakheden
ervan beter kennen dan ooit. Maar in meer dan
n opzicht is de Boléro toch een merkwaardig
werk, al was het alleen reeds hierom: dat zij het
balanssaldo van Ravel's kunnen en niet-kunnen
vrij nauwkeurig aangeeft.
Geen van Ravel's scheppingen hebben ooit een
groote verwikkeling, moeizaamheid van vormge
ving of saamgedrongenheid vertoond. In wezen
een conservatief, heeft hij steeds gepoogd het
voorhanden materiaal zonder eenige complicatie,
zonder eenige vooropgezette uitzonderlijkheid te
gebruiken. Maar al het voor de hand liggende heeft
hij ten volle uitgebuit, heeft hij door een groote
eruditie en een nog grooter vakmanschap weten
te gebruiken op een manier, die dikwijls ver
rassend en schijnbaar nieuw of oorspronkelijk was.
Ik zou hem het beste kunnen vergelijken met een
van die Nederlandsche architecten, die op een
bepaald oogenblik een oud en nationaal materiaal
als de baksteen zóó wisten aan te wenden, dat men
tot een verrassend en onhollandsch resultaat kwam.
Neem het Scheepvaarthuis.
Bij Ravel is ook een van de eerst-opvallende
dingen: een zeker orientalisme, in schijn tenminste,
dat door zijn orkestbehandeling, het veelvuldige
en geraffineerde gebruik dat hij van sommige
blaas- en vele slag-instrumenten maakt, meer
evident is dan door zijn thema's en rhythmen.
De hoofdzaak is echter, dat Ravel steeds van een
reeds voorhanden materiaal uitgaat. Van oude
Fransche dansvormen en melodieën, die bijvoor
beeld in zijn Pavane pour une infante défunte",
in liederen als d'Anne jouant de l'espinette" het
gemakkelijkste zijn terug te vinden. Van
Orientalismen in zijn Chansons hébraique", zijn ,,Sch
hérazade," zijn ,,Ma mère l'oye." En voornamelijk
van Spaansche folklore in zijn Habanera", zijn
Chanson populaire espagnole," zijn Alborada
del gracioso" en laatstelijk zijn Boléro."
* *
*
Het meest modieus is Ravels Americanisme bij
de materiaal-keuze; in zijn vioolsonate brengt hij
een uitstekende Blues, in zijn kinder-opera
L'enfant et les sortilèges" schrijft hij een bruikbare
foxtrot.
Kunstzaal
Rokin 126
van Lier
Amsterdam.
Oostersche & Europeesche antiquiteiten
Oude en Modarne schilderijen en plastieken
Negerkunst & Ethnographlca
Het zou de moeite loonen om van al Ravel's
werken eens na te gaan waar de ontleening vandaan
komt. Voor La Valse" of voor zijn Tzigane" is
hot niet moeilijk de herkomst vast te stellen:
voor zijn absolute muziek echter, het quatuor of
hot trio, valt het zelfs nog te doen.
Toch geloof ik dat de Spaansche invloeden bij
Ravel, die van een Baskische origine is, het sterkst
geweest zijn; ook al omdat die invloeden zich tot in
zijn techniek hebbon doen gelden. Zijn prachtige
klaviertechniek, die van Jeux d'eau," van de
Sonatine," van zijn programmatische piano
muziek, is rechtstreeks afkomstig van Domenico
Scarlatti en de Spaansche clavecinisten, welke
weer op hun beurt bijna alles te danken hadden
aan de half-orientaalsche, half Iberische luit
techniek.
Waar Ravel voor de scène werkt, in zijn
L'Heure espagnole," in zijn kinderopera, zelfs in zijn
bucolisch ballet Daphnis et Chloë," is hij meer
met de Spaansche zarzuela als met de Fransche
vaudeville of opera-comique verwant. Een typisch
fransch componist als Debussy, of in dezen tijd
Poulenc, is hij volstrekt niet. Ik weet niet met
zekerheid in hoeverre Semitische factoren bij hem
een rol spelen zooals bij Milhaud, wiens
ontleeningsdrang minder sterk maar even klaarblijkelijk is.
Bij een indeeling zou men Ravel evenwel veeleer
moeten groepeeren naast Albeniz, Granados,
de Falla en Turina, dan naast de Franschen van
zijn generatie.
Om nu op zijn Boléro" terug te komen, ook hierin
heeft Havel direct met Spaansch materiaal ge
werkt, en naar een min of meer folkloristische
verwerking gestreefd.
Hij gebruikt een enkelvoudige, door een sequens
uitgebreide melodie, die steeds opnieuw terugkeert,
uitgevoerd door telkens verschillende blaasinstru
menten, tegen een steeds gelijkblijvend fond van
spichtig-gemarkeord slagwerk- en
pizzicato-rhythme. Doordat dit rhythme en dezelfde tonaliteit
gedurende bijna een kwartier wordt vastgehouden,
werkt dit fond verdoovend en obsedeerend. De
steeds terugkeerende melodie krijgt daardoor een
bijna magische beteekenis, zoodat wanneer geheel
aan het slot van den dans plotseling oen wending
wordt genomen naar een geheel andere toonsoort,
en er in de melodie als het ware een bifurcatie
ontstaat, dit de beteekenis krijgt van een bevrij
ding.
Pas in het laatste kwart van de Boléro wordt
de melodie meerstemmig; aanvankelijk verschijnt
ze dan met harde parallellen, die een eigenaardig
coloristisch effect hebben; dan eerst met eigenlijke
tegenstemmen. Door dit geheele verloop ontstaat
een trage, maar onontkoombare climax. Terwijl
men op den duur precies gaat weten wat er komt,
blijft deze dans toch boeiend, en de dansbaarheid
daarvan heeft La Argentina nu reeds bowezen.
Momenteel is in Spanje de Boléro geen volks
dans meer; zo is dat eigenlijk nooit heel erg ge
weest, en is als vorm kunstmatig ontstaan in de
achttiende eeuw. Maar het melodisch materiaal
en het rhythmisch schema worden direct ontleend
aan de volksmuziek.Eti dat heeft Ravel nu ook
gedaan.
Als opname hebben de twee Polydor-platen
voel goeds. De geïsoleerde blaasinstrumenten vooral
komen goed over, en het geweldige hoogtepunt
aan het slot is van een groote en edele sonoriteit.
Zij behooren tot de beste opnamen van Ravel's
muziek.
Deze heeft ondertusschen niet te klagen over de
granimofonische belangstelling voor zijn werk.
Er zijn nu al minstens een dertigtal verschillende
platen van Ravel's composities verschenen, zoowel
bij Polydor als bij Coiumbia, Odeon en Uis Masters
Voice. Van La Valse," ,.Jeux d'eau" en Ma
mèrel'oye" bestaan zelfs verschillende uit voeringen,
van het laatstgenoemde werk zelfs oen
Amerikaansche. Onder de modernen is hij ook een der
oorsten geweest, van wiens klavierwerkon pianola*
rollen werden gemaakt.
Nieuwe zakelijkheid
De Zondag is echter een zoiidedag geworden,
een dag van uitgaan, van voeding van het vleesch.
lts. Kersten
Ik weet niet of men overeenkomstig don stand
der Eerste Kamer voor ? 20 per dag in Den
Haagkan leven. En de waardigheid der Kamer wordt
neergedrukt als leden in derde of vierderangs
hotels moeten logeeren.
J. Oudeggcest
Met onuitbluschbareii dank gedenk ik de groot e
verdiensten, die groot-admiraal von Tirpitz x.icii
als mijn onvermoeide medewerker bij liet scheppen
van een zelfs tegenover een overmacht onover
winnelijke oorlogsvloot verworven heeft. Z.jn
werk wordt bekroond dooi' de onvergelijkelijke
daden en overwinningen der keizerlijke marine
in den wereldoorlog.
Wilhelm II
De minister kan dan ook invloed oefenen op do
mode van den laatsten tijd om onder do stad
huizen raadskelders te gaan stichten.
Heiiri Polak
De reformistische lijn van Wijnkoop is con
sequent reformistisch, maar als hij ziet dat hij
vast loopt, handelt hij naar de opvatting: Zoo
moet het maar het kan ook omgekeerd. Vandaag
doe ik het zus en morgen zóó !"
Als een zeekwal.
Daardoor is hij glibberig als een zeekwal.
De Tribune
In haar gedrag, kleeding en geheele ver
schijning moet het edele idealisme van de Chris
tenvrouw doordringen. Want de uiterlijke ver
schijning en de kleeding zijn eigenlijk een open
baring, een belijdenis van onze idealen, van wat
wij zijn, of wat wij tenminste graag willen schijnen
te zijn voor de wereld. En de inenscheii lezen deze
belijdenis, en wee ons, als onze belijdenis bescha
mend en onteerend is."
De Standaard
Hij meent dat zulke rampen, als er mi weel
een in hot Bennekomsche bosch is voorgevallen.
niet meer zullen voorkomen, als de meiischon
maar vooruit weten, dat wie half-ontkleed in een
bosch zwerft en met een dolk jonge meisjes ver
kracht on daarna afslacht, daarvoor op den
mutserd booten zal.
A. B. K. in Het Volk
De commissie voor hot Daiisvraagstuk stelt
zich op de hoogte van de in het binnenland met
betrokking tot hot dansen bestaande toestanden.
terwijl ze tevens nagaat, of on zoo ja, welke
maatiegelen in dezen reeds plaatselijk werden getroffen.
Ook hetgeen in het buitenland, in het bijzondei1
in do West-Europeesche .Staten, op dit onderworp
werd geconstateerd, heeft geregeld haar aandacht.
Van particuliere zijde bereikten de commissie
reeds zeer belangrijke gegevens,
Handelsblad
Evenals de Taiping-omwonteling kracht igen
stouri ondervond van de protestantsche zendings
genootschappen, zoo is ook cte huidige omwenteling
zeer bevorderd door de protestantsche Chinee/.en,
die een Nieuw Amerika" van China willen maken.
Do eeuwenoude volksgeest, sterk eerbied voor
overlevering en gezag, innig een met de vereeiing
der natuurkrachten en voorvaderen is verdwenen.
In de plaats kwam het moderne heidendom tenge
volge van techniek, pers en letterkunde, en het
moderne protestantisme dooi'middel van prediking.
oprichting van scholen, hospit alen en vereetiigingen.
Men behoeft niet diep te donken, om tut hel
besluit te komen dat de huidige omwenteling
vooral van de protestanten uitging, en de centrale
regeering juist door christenen" werd geleid.
Helaas zijn. het zulke christenen, die in Christus
den eersten opstandeling /.ieii.