Historisch Archief 1877-1940
No. 2754
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 MAART 1930
Het doel van de
Rembrandtpostzegels
door Prof. Dr. W. Martin
OP iedere brievenbus kan men het lezen: tot
31 Maart zijn verkrijgbaar
Rembiandtpostzegels met een frankeerwaarde van 5, 6 en 12,5
cent, die worden verkocht met een bijslag van 5
cent. Zij blijven ook na 31 Maart geldig. De op
brengst komt ten goede aan de Vereeniging
Bembrandt tot behoud en vermeerdering van
kunstschatten in Nederland."
De Rembrandtpostzegels zijn alle drie gelijk
van teekening. Zij zijn ontworpen door Jan Sluyters,
die de Staalmeesters heeft uitgebeeld als achter
grond van Rembrandts beeltenis, geïnspireerd op
het zelfportret van den meester van 1661 (verzame
ling Lord Kinnaird) dat verleden jaar op de
Londensche tentoonstelling zulk een overweldigenden
indruk maakte. Zóó zag Rembrandt er uit in den
tijd toen hij de Staalmeesters schilderde, de Staal
meesters, die gelijk Busken Huet het zoo tref
fend heeft gezegd in zijn Land van Rembrandt"
met Java onze beste aanbevelingsbrieven zijn.
Onze koloniën en onze groote schilderkunst,
Nederland als koloniale macht en als land van
kunst en kunstzin. Wij hebben in dit opzicht een
naam van eeuwen op te houden, Op het gebied
van kunst kunnen wij dit doen door groote kunst
voort te brengen en door den aankoop van kunst
werken te steunen. De Vereeniging Rembrandt
telt zich ten doel een deel van dezen nationalen
plicht te vervullen door de musea bij den aankoop
van kunstwerken te helpen. Zij doet dit door het
verleenen van rentelooze voorschotten en door
het schenken van gelden. Daarmede tracht zij te
verhoeden, dat de nog in particulier bezit hier te
lande verblijvende groote meesterwerken naai'
elders verhuizen en tracht zij tevens meesterwer
ken, die ons land reeds hebben verlaten, terug te
winnen en tot museum-bezit te maken. DU- zuiver
ideëele, cultureele doel komt derhalve ons geheele
volk en allen kunstliefhebbers, die onze musea
bezoeken, ten goede. Immers indien er iets ter
wereld gemeen goed mag heeten op het gebied
der beeldende kunst, dan zijn het de musea, liet
aantal bezoekers der Nederlandsche musea gaat
met den dag vooruit: de opstelling der kunst
voorwerpen wordt er steeds aantrekkelijker, en
het genot daardoor grooter, intensiever.
Evenwel, des te meer gevoelt men de leemten.
betreurt men dagelijks het gemis aan fondsen,
wanneer het geldt een of ander meesterwerk dat
op het punt staat van naar Amerika te verhuizen.
naar Holland terug te doen keeren. Nog steeds
om slechts n voorbeeld te noemen missen wij
in onze musea die monumentale werken van Aelbert
Cuyp, waarvan de Londensche tentoonstelling er
een reeks toonde, doch waarvan er niet n meer
in ons land is. En het zelfportret van Rembrandt,
op den postzegel afgebeeld. Hoe heeft zoo iets
indrukwekkende ooi' ons land kunnen verlaten 'i
De financiën van Staat en gemeenten laten niet
toe, zooveel geld uit te trekken voor aankoopen
van kunstwerken als voor de musea noodig is om
bij de steeds stijgende prijzen met eenig succes
aan de markt te komen. Daarom nu moeten de,
kunstinstellingen een beroep doen op de hulp
van anderen. Meer dan eens hebben particulieren
EDERLAND O
Het presidium der Reichsbank
Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan
Atlas tot Hercules: Alsjeblieft, pak dnjezoodje .. . en dat het je wel bekome!"
NÏGING REMBRAND1
dit op schitterende wijze gedaan: wij denken aan
de schenkingen van Sir Henri Deterding, die
Vermeer's Straatje en ter Borch's Briefschrijfster
schonk aan het Rijk. Naast zijn naam kunnen
wij nog verscheidene andere noemen. Maar ook is
er veel te bereiken door samenwerking. Laat een
ieder individueel de Vereeniging Rembrandt hel
pen, deze heeft reeds veel gedaan, maar wenscht
nog veel meer te doen, daar het zoo dringend
noodig is. De Vereeniging bestaat thans 40 jaren
en haar werk heeft aanspraak op de dankbaarheid
der natie. Al wie onze musea eenigermate kent,
zal onder den indruk zijn gekomen van de talrijke
gevallen waarin, gelijk uit de etiketten op de voor
werpen blijkt, deze Vereeniging is te hulp gekomen.
Noch de aankoop voor het Rijksmuseum van de
keukenmeid" van Jan Vermeer van Delft uit du
Six-collectie, noch die van de schilderijen uit de
verzameling Stcerigracht voor het Mauritshuis
zou mogelijk zijn geweest zonder de groote
finantiëele hulp. dooi' de Vereenigiiig Rembrandt aan den
Staat geboden op de oogenblikken, waarop door
tasten noodzakelijk was. Dat wij dien Vermeer,
dat wij het zieke kind van Metsu, dat wij de beste
schilderijen uit de Verzameling van den groot
hertog van Oldenburg in het Rijksmuseum mogen
bewonderen, is het werk dezer Vereeniging. De
Hobbema in het Mauritshuis, de prachtige Brou
wer in het Museum Boyrnans, verscheiden werken
op gebied van sculptuur en kunstnijverheid in
allerlei musea ook elders in den lande ziedaai'
hetgeen wij aan de Vereeuiging Rriubrandt danken.
Daarom heeft een Commissie, waarvan .Mr. ('lir.
l', van Keghen te Amsterdam voorzitter is. het
plan opgevat, om voor de Vereeniging Rembrandt
een fonds van minstens vijfhonderd duizend gulden
bijeen te brengen Aan dit doel is men bijna, en
hetgeen nu nog ontbreekt kan, indien een ieder
meewerkt, door den verkoop van een Rembrandt
postzegel worden bereikt. Want zoo ergens, dan
geldt in dit geval kleine beetjes helpen'" .Maar
tegelijkertijd wordt bewaarheid, dat de Uiatste
loodjes liet zwaarst wegen." Maar is het niet een
mooie gedachte te weten dat men door deze zegels
te gebruiken, het doel helpt bereiken zelfs niet
luttele bijdragen? Is daartoe eigenlijk nog wel ecu
aanmoediging noodig 'i
BRANDBLUSSCHER
"HOLLANDIA'
SPANJAARD&CS
FABRIEK ESPANA
UTRECHT